1 h m ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN. PUBLIGATIE. No. 6080. Donderdag 11 Juni 1914. 54e Jaargang. Kamer van Koophaodel eo Fabrieken. S IIISIM. ha m ADVERTENTlfiN ABONNEMENT: GEMENGDE BERICHTEN. Telefoosi 33. Dit Blad versshijnt Maandag-, Woensdag- en Vrydagayond, uitgezondjrd op Feestdagen, bij de Firma P. J. YAH DE 8ANDE te Ter Neuzen. BEKENDM AKIN G. FEPILLBTOH. Per 3 maanden binnen de stad f\ Franco per post voor Nederland 1.10. Bij vooruitbetalingvoor Belgie /1.40, voor Ned.-Indie en Amerika 1.65, overig Buitenland 2. Men abonneert zich bij de Uitgeefster, of buiten Ter Neuzen ook bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievenbushouders. Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0.10. Bij direct© opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Grootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend. Handelsadvertentien bij regela'oonnement tegen verminderd tarief. Inzending van advertentien voor 1 u&ir* op den dag der uitgave. (Herziening der kiezerslijst). Notaris T. "Plafl^Hga te Kampen heeft naar de Stand, meldt, van een onbekende f 10.000 ontvangen voor de Yer. tot Chr. Verzorging van Krankzinnigen. Een langdurige procedure. In Fe- bruari 1908 werd, vol^gens het Hbl., te Ylissingen een huis verbouwd in de Wal- straat, waarbij aan het aangrenzend pand Zijn vrouw! Gravin Norton! Zelfs in haar droomen mocht Charles niet meer voor komen. Zij slond op, de vochtige avondlucht deed haar rillen. Nu zij het toppunt van haar streven bereikt had, kwam haar dit niel zoo verrukkelijk voor, als zij zich had voor- gesteld. Haar hart geleek een steen; zij begon te vreezen voor zich zelve en voor haar echtgenoot? Maar waar was hij? Zij keek achter zich in liet gedeelte der kamer, waar de maan niet scheen. Neen, daar was hij niet, dus moest hij nog bui ten zijn. Zij zou op hem wachten! Daar sloeg de klok half acht! Hij was zelter al terug en wachtte haar in de eelzaal. Zij be- slool daar heen te gaan. Met dit voornemen ging zij naar haar kleedkamer, maakte daar haar kapsel en toilet vluchtig in orde en keerde naar de woonkamer terug. Het blad papier lag daar nog onopgemerkt; zij schel- de en een bediende kiwam. „Is de graaf reeds terug, Anton? Is hij in de eetzaal?" Mijnheer de graaf, mevrouw? Ik dacht, dat hij hier was!" luidde het antwoord. Berlha schudde het hoofd. „Spoedig na onze aankomst verliet de graaf het huis, zooals je weet! Is hij nog niet terug?" Blijkbaar nam de bewondering van den bediende toe. „Mijnheer de graaf is reeds meer dan een veel schade werd berokkend, en dit ge- deeheiijk verzakte. Door den eigenaar van dit pand werd een actie om schadevergoeding ingesteld en nu eindelijk deze week heeft de rechtbank te Middelburg den eigenaar van het eerstbedoelde huis veroordeeld tot het betalen van alle kosten, schade en interesse, doch tevens den aannemer der verbouwing veroordeeld tot het vergoeden van alles aan den eigenaar van het verbouwde perceel. Sinds September 1908 was het verzakte pand onbewoond. Het revolverdrama te Arnhem. Men meldt uit Arnhem aan de H. Crt. De instructie in het bekende drama te Haarlem, waarbij W. v. d. Host, uit Amster dam, werd doodgeschoten, is beeindigd. De inspecteur van politie A. v. d. M. zal binnenkort voor de rechtbank terechtstaan. Zaterdag is de termijn verstreken. binnen welken cassatie kan worden aange- teekeud van het arrest van het Haagsche gerechtshof, waarbij de Leidsche student G. B. v. L. werd veroordeeld tot 8 jaar gevangenisstraf met aftrek van de voor- loopige hechtenis wegens moord op zijn verloofde. Naar men verneemt, heeft v. L. in dit arrest berust, en heeft ook het Openbaar Ministerie geen cassatie aangeteekend, zoo- dat de veroordeelde begin dezer week naar de strafgevangenis te Leeuwarden zal wor den overgebracht. Veer tig visscbersbooten hebben Vrijdag jl. tijdens een hevigen storm op de kust van Nieuw-Brunswiik schipbreuk geleden. 20 der opvarenden zijn verdronken. Toen Zaterdagmiddag de koddebeier Goudard te Vitry-le-Franfois met zijn gezin aan tafel zat, werd, volgens bet Hbl., zijn huis plotseling met granaten gebombardeerd. Na vrouw en kinderen in allerijl in den kelder in veiligheid te hebben gebracht, vloog Goudard naar buiten, om te zien wat er eigenlijk gaande was. HHP* En toen bleek hem, dat een in het nabij- gelegen scbictkamp opgestelde batterij bij vergissing in de richting van zijn huis vuurde. Behalve materieele schade liep alles wonder boven wonder zonder ongelukken af. Oevaavlijk bioscooptheater. De correspondent te Djocja van de //da'a- Bode" schrijft DinsdSgmiddag ontlastte zich boven onze kotta een hevige regen, vergezeld van een paar fliDke windvlagen. De bamboe-tent van onze bioscoop was hiertegen niet bestand en woei finaal in elkander. Het bamboe- dak lag boven op de stoelen. Gelukkig was er niemand in de tent, zoodat er geen persoonlijke ongelukken te betreuren vallen. Direct na het ongeluk ben ik gaan kijken en het eerste wat ik zag, was, dat de rneeste bamboes, waarop bet dak rustte. finaal \errot waren en bet beele zaakje bij een flinke windvlaag wel in elkander uur terug, ik heb hem zelf zien thuis ko- men. Mevrouw sliep bij het geopende ven- ster, toen hij kwam. In de eetzaal sclireef mijnheer de graaf eenige regelen; ik zag het papier in zijn hand, toen hij naar dit vertrek ging. Zoo dacht ik, dat hij hier was." Verbaasd luisterde Bertha naar dezewoor- den, terwijl de bediende vorschend rondkeek. „Ik meende, dat mijnheer de graaf nog hier was, anders had ik de vrijlieid ge- nomen om 't venster te sluilen", vervolgde Anton. „Als mevrouw het goedvindt, zal ik licht aansteken en dan mijnheer gaan op- zoeken." Zij gaf hem een goedkeurenden wenk en ging weer naar het venster. Anton stak de lichten aan, doch in het volgende oogenhlik Liet hij een kreet van verrassing hoDren. „Het schrijven van den graaf, hie is het!" De bediende had gelijk, daar lag hetbrief- je op de tafel. Bertha nam het papier op. Het schrift was van den graaf, de inhoud voor haar bestemd. Wat moest dat bedui- den? Een oogenblik hield ze het in de hand, toen wendde zij zicli tot den bediende en zeide: „Het is goed! Als ik je noodig heb, zal ik schellen!" Anton boog eerbiedig en verdween. Beflha draalde, voor zij hel papier open- vouwde. Waarom sclireef hij aan haar? Waarom kwam hij niet zelf? Eindelijk nam zij het schrijven, dat met bevende hand geschreven scheen, en las: „Bertha, heb medelijden met mij schenk mij vergiffenis! Nooit zal je mij wederzien! Acli, geloof mij, ik heb! je nooit zoo innig lief gehad, als op het oogenblik, dat ik je verlaat. Als ik je niet zoo lief had, zou ik niet van je kun nen sclieiden, maar ik waag het niel bij moest storten. Ht is tieurig, zooals bet pnbliek er maar aa< gewaagd wordt. Als dit ongeluk een paar uur later was gebeurd, zouden er een groot aantal dooden geweest zijn. De persoou of personen, die belast zijn met het toezich' op dergelijke publieke vermakeiijkbeden mogen wel eens een beetje beter uit bun oog:n kijken. Yoor den heer Helint, den bioscoopondernemer, is het natuurlijk een scbadepostje, doch deze beer, die hier in Djokja een aardig cenlje verdient, mag tocb wel een beetje beter voor bet ondeihoud van zijn loods zorgen. Seas moordens^r* in esntopen. De Weensche blac'en bevatten, naar het R. N. meldt, uitvoerige verbalen omtrent een dramatiscb voor-al te Groszboflein bij Eizenstadt in Hongauje. Een boerenjongeu Tomschitz te Grosz- bofieiu was veriietd op de dochter van den daar woonachtigen boer Krauscher, maar deze weigerde zijn toestemmirg tot een huwelijk. Over die weigering wilde Tom schitz wraak nemen. Eerst sloop hij een buis binnen, waar bij een geweer en scbiet- voorraad stal en daarna ging hij zich ver- mommen opdat zijn slacbtoffers hem niet herkennen zouden. Hij sloeg een langen mantel om, dekte zich bet boofd met een Servische roodlederea muts en plakte een volleu zwarten baard aan. Zoo toegei'ust ging Tomschitz Donderdag naar het veld waar bet echtpaar Krauscher, bun dochter en de herbergier Kienhol aan den arbeid waren. Deze vier menschen nam hij terstond oader vuur en bij de eerste schoten ;eeds Krauscher en zijn vrouw dood, terwijl de dochter en Kienbof, zwaar gewond en badend in bun bloed, bleven liggen. Andere boeren snelden op de schoten toe en zetten den moorde- naar die de vlucht nam, acbteriia, maar bij de invallende duisternis wist hij zich aan bun verdere vervolging te onttrekken. In- middels was de gendarmerie gewaarschuwd en Vrjjdagmorgen vroeg bad men bet spoor van den moordenaar teruggevonden. Toen deze zich opnieuw vervolgd zag, nam hij de wijk in den 30 M. boogen kerk- toren van Groszboflein, waar hij de klok begon te luiden, naar hij liep yvoor het zieleheil van zijn slacbtoffers." Daarna klom hij in de torenspits, van waar bij opnieuw begon te scbieten op de menschen, die op bet plein voor de kerk waren saam- gestroomd. Twee van dezen stortten, door de kogels van den dolleman getroffen neer, terwijl deze schreeuwde fflk ben Essad- Pasja en ge zult vandaag nog meer van mij beleven." Uit de naburige gemeente Kismarton kwam gendarmerie aangernkt, om die van Groszboflein te versterken, maar de moor denaar was zoo sterk verschanst, dat men den toren niet durfde naderen. Er werd dus een beleg om geslagen, in de hoop dat bij zich wel zou overgeven, wanneer zijn ammunitie was uitgeput. je te blijven! Meer durf ik niet te zeggen, een gelofte bindt mij. Aan mijn leven is op gehefmzinnige en noodlotlige wijze een misdaad verbonden! Keer terug naar (ante Elisabeth! O, mijn eenige liefde, mijn hoogste geluk! Yer van jc verwijderd, zal mijn hart broken en loch terwijl ik deze woorden neerschrijf breng ik aan dal- zelfde hart ecu doodelijke wonde toe. Vaarwel! Ik heb nog slechts een wensch, een bede: dat mijn leven spoe- dig moge eindigen! Victor." Bertha las en herlas bet schrijven en ze begreep er niets van, niels. Zou dat nu een grap zijn of had graaf Victor zijn verstand verloren? Weer las zij den brief over. Een mis daad aan zijn leven verbonden? Hij bedoelde zeker den dood van zijn mama. Maar was dat een reden om haar te verlaten? Daar wist zij burners reeds lang van. „Als ik je zoo liefhad, zou ik niet van je kunnen scliei den." Hij beminde haar en verb el zijn geliefde? Er was geen twijfelen aan, hij was niet good bij zijn verstand, onmogclijk kon hij goed bij zijn verstand zijn. Zij dacht nog eens na over de laatste twee drie welcen en vond, dat hij loch al zoo veranderd was, sedert den dood van zijn papa. Was hij niel meermalen zichtbaar voor haar teruggeschrikt? Toen vatte zij ver- denlcing op, nu had zij zelcerheid. De lcrank- zinnighcid van den vader bestond daarin, dat hij meende zich te moeten verbergen en voor dood door te gaan. De waanzin van den zoon bestond daarin, dat hij zich in beelde op den dag van het huwelijk zijn braid te moeten verlaten. Op den dag van hel huwelijk! Haar lip- pen bewogen zich krampachtig. Was dat Het bleek inmiddels, dat Tomschitz zijn daad al dagenlang bad voorbereid. Van zijn broeder had bij ook nog een geweer gestolen, dat hp vooraf in den toren had verborgen, evenals een grooten voorraad patronen, door hem te Eisenstadt gekocht. Ook van mondvoorraad was hij goed voor- zien. De toren is slechts door bet koor van de kerk te bereiken over eeu vier meter hooge ladder, die Tomschitz bad weg- genomen. De gendarmes schoten telkens, als zij den moordenaar voor een venster of op den torentrans gewaar werden, maar na elk salvo, dat op hem werd afgevuurd, luiide Tomschitz de klok ten teeken, dat bij nog ongedeerd was. Onder de bevolking beerscbte de grootste angst, niemand durfde zijn buis verlaten, want uit zijn hooge stelling schoot Tomschitz op alles wat bij zag. Ook de dieren spaarde bij niet en eeu aantal paarden, koeien, varkens, bonden en katten zijn door hem doodgeschoten. Tot Vrjjdagavond bad hij naar schatting 130 schoten gelost en de toren werd door 50 gendarmes belegerd. terwijl ook uit deom- liggende dorpen brandweer was gekomen om aan de belegering deel te nemen. Dat heeft nog een tweede onbeil veroorzaakt Te Kismarton brak Vrijdagavond brand uit iu de z.g. Jodenwijk en 50 huizen werden door het vuur vevwoest, omdat er geen brand weer was, die het vuur kon beteugelen. In den nacbt van Vrijdag op Zaterdag bleef alles rustig. Tomschitz schoot niet meer en veischeideno moedige gendarmes boden zich aan om te tracbten nu in de kerk en den toren door te dringen, doch de officieren wilden daartoe geen toestem- ming verleenen om het levensgevaar waaraan de manschappen zich zouden blootstellen. Tot Vrijdagavond tocb had Tomschitz 14 menschen gewond, waarvan er 4 ge- storven waren met inbegrip van bet echt paar Krauscher. Zaterdagmorgen om 4 uur vertoonde Tomschitz zich weder op den torentrans en hij riep den gendarmes toe z/Ik dank je, dat je mjj bebt laten slapen, nu kan ik weer met vernieuwde kracht aan het werk gaan. Wat er gisteren ge beurd is, beteekent nog niets, vandaag begint bet pas goed." Weer knalden de schoten en iedereen in bet dorp zocbt een goed heenkomen, want de kogels ketsten tegen de muren der huizen, verbrijzelden glasruiten en rukten pannen van de daken. Om 9 uur 's morgens, toen bet schieten een oogenblik ophield, waagden de vader en de broeder van Tom schitz zich voor de kerk en riepen bun zoon en broeder toe, dat bij zich zou over geven. Zij smeekten hem aan het scbandaal een eind te maken, maar hij dreigde, dat hij ook hen zou neerschieten, wanneer zij daar nog langer bleven. //Om tien uur zal ik mij overgeven" riep hij hnn na. Men wachtte tot 10 uur en toen naderde een sergeant der gendarmerie den toren, j terwijl hij hem vroeg, of hij nu beneden wilden komen. Het antwoord was een schot, dat den sergeant zwaar verwondde. Hij bad Zater dagmorgen ook nog een gendarme in den mond getroffen en den koster van den kerk een cog uitgeschoten. Toen zich in de omgeving der kerk niemand meer vertoon de waar hij op scbieten kon, ging Tom schitz in de kerk en begon op bet orgel te spelen, maar weldra knalden de schoten op nieuw, ditmaal in de kerk, waar hij de al- taarbeelden en de gekleurde vensterglazen stuk schoot. Hij klom vervolgens weer op den toren trans en liet zien dat hij nog brood en spek bad, zoodat hij zich niet spoedig door den honger tot overgave zou laten dwingen. </En drinken heb ik ook, er is nog volop wijwater in de kerk". Twee vliegers van de Fischamender vliegafdeeling boden het Ministerie van oorlog aan met bun vliegmachines over den toren te zweven en bedwelmende stoffen daarop te werpen, om Tomschitz buiten gevecht te stellen. Zaterdag moest ook de begrafenis van bet echtpaar Krauscher plaats hebben, maar dat kou niet gebeuren, omdat alles wat men voor de plechtigheid gebruiken moest, in de kerk was. Vau de door Tomschitz verwonden zijn er vijf naar het ziekenhuis van Wiener- Neustadt vervoerd, waaronder ook de 16 jarige Hermine Krauscher, het meisje, wier hand Tomschitz was geweigerd. Zaterdagnamiddag diende de gendarmerie een snelvuur op den toren, teneinde Tom schitz daaruit te verdrijven. Dat scheen te gelukken. Hij stak een witte vlag uit een der vensters en toen men met sehieten ophield, riep hij fLaat den pastoor bier komen, ik wil met hem spreken". Onder sterk gewapend geleide begaf de pastoor zich Daar een nabij de kerk gelegen buis en van daaruit sprak hij Tomschitz toe. Hij bezwoer hem, uit naam van den goisdienst, geen verder bloed te vergieten, zich over te geveu en berouw te toonen. De rechter van instructie, die met den president van de rechtbank uit Oedenburg ter plaatse was gekomen, voegde erbij, dat bet een verzacbtende omstandigheid voor hem zou zijn, als hij zich overgaf, waarop Tomschitz antwoordde //Het kan mij niet schelen, ik geef mij over." Tegelijk wierp hij zijn beide geweren naar omlaag. Nu drong men de kerk binnen, greep den moordenaar en boeide hem. Zij i) gelaat was gebeel zwart van den kruit- datnp en bij riep voortdurend »Ik ben onscbuldig." Hij werd naar bet raadhuis overgebracht, waar men hem een verhoor afnam. Zijn eerste schoten, zeide bij, bad bij om zijn versmade liefde gelost, maar de belegering in den kerktoren had hij afgespeeld naar het voorbeeld van een roman, dien hij eens bad gelezen. de rechtvaardige straf voor haar begeerte naar rang en rijkdom? Gestadig liep zij de kamer -op en neer. Wat nu begonnen „Keer terug naar tanle Elisabeth", had hij haar bevolen. Zou zij als een versmade terug- keeren naar de plaals, waar zij, weinige uren geleden, als een gevierde en bewonderde bruid van haar vrienden en kennissen afscheid nam? Er kwam bij haar een onovcrwin- nelijke liaal op tegen den man, die haar dit had aangedaan. Of hij waanzinnig was of niet, dit gevoel alleen bezielde haar legen- over hem. Er waren twee uren verloopen, sederl zij den bediende liet weggaan, wat had zij in dien tijd gedaan? Zij wist hel niet. Een soort van wanhoop was bij haar binncnge- slopen. Eindelijk dacht zij er aan, dat de tijd verliep. Wat zou het dienstpersoneel denken, als het vernam, dat graaf Norlon niet zou lerugkeeren en dat zij morgen al leen naar Cheshire ging? Maar twijfelen hielp niel, zij moest han- delen. Zij schelde; de bediende verscheen en bedekle zijn brandende nieuwsgierigheid met een zeer onderworpen houding. „Anton", sprak zij rusfig, terwijl zij den bediende scherp onderzoekend aankeek, „mijnhcer de graaf is genoodzaakt geweest plotseling Wales te verlaten. Hij zal hier niet lerugkeeren. Je moet vannacht de kof- fers pakken, morgen in de vroegte vertrek ik weer naar Cheshire." „Zcer goed, mevrouw!" Geen spier in zijn gelaat bewoog zich. Als zij gezegd had, dat zij op reis ging naar d, maan, had hij eveneens geantwoord: „Zeer goed, mevrouw!" Js de tafel gereed? Je kan opdragen, bin nen twee minuten kom ik aan het diner." En twee minuten later zat zij aan tafel om te dineren. Zij liet volslrekt geen axm- doening of ongeruslheid blijken. Anton diende zwijgend de verschillende schotels op. Zoodra de maaltijd was afgeloopen, stond zij met aristocratische bedaardlieid op en verliet de zaal. In haar beurs had zij nog twee of drie goudstukken, ruim voldoende om de reis- koslen te betalen. Zij wilde den volgenden morgen naar het slot Powsys terugkeeren en aan lady Carley mededeelen, wat er was voorgevallen. Verdere plannen had zij voor- loopig niet. Zij kon zich het vreeselijke schandaal nog niet voorstellen, dat op dezen stap zou volgen. Zij wist, wat zij morgen te doen had; wat er verder gedaan moest worden, daarvan kon ze zich op het oogen hlik nog geen voorstelling maken. Wat was de nacht sclioon? Wat zou Bea trice nu doen? En wat Charles? Onwille- keurig dacht zij aan zijn woorden: „Wat er oolc gebeure moge, maak mij nooit een verwijt!" Hoe lang scheen haar die regenaclitige dag in Sandypoint al verleden, en dan die nacht in de sneeuw, hoe lang voorbij. Het sloeg drie uur. Bertha dacht er niet aan. Zij zat nog altijd in de woonkamer, stil en stom. Schreien kon ze niet, alleen loosde zij nu en dan een zucht. Duidelijk kwam haar voor den geest, wat zij door- leefd had, sedert dien dag in Sandypoint Wat had zJij de coquette gespeeld, tot zij liet doel had bereikt, dat zij nastreefde. Toen stond het beeld eener lady verlokkend voor haar geest, en zij liad aan dat beeld een man geofferd, dien zij lief had. Om dat beeld sclieidde zij van haar vrienden, op liet oogenblik, dat die ongelukkig werden en ziedaar nu het einde! (Wordt vervolgd.) TER EUZENSCHE COURANT De Burgemeester van TER NEUZEN brengt ter kennis, dat een afsclirift van het proces-verbaal en van het advies der Commissie uit Gedeputeerde Staten, welke in deze gemeente zitting heeft ge- houden inzake de onteigening voor den aanleg van havenwerken, voor ieder die dit verlangt, ter lezing liggen ter gemeente-secretarie. Ter Neuzen, 8 Juni 1914. De Burgemeester voornoemd, J. IIU1ZINGA. De Burgemeester der gemeente TER NEUZEN Gelet op art. 7, 2e lid, sub B van het Koninklijk besluit van den 4den Mei 1896 (Staatsblad no. 76) Noodigt hen, die niet voorkomen op de laatst vastgestelde lijst van kiesgerechtigden voor de Kamer van Koophandel en Fabrieken te Ter Neuzen, maar aanspraak kunnen maken om op de kiezerslijst te worden geplaatst uit, daarvan voor 1 Jllli a. s. aangifte te doen. Het model dezer aangifte is door den Heer Minister van Waterstaat, Handel en Nijverheid vastgesteld en ter Secretarie verkrijgbaar. Om kiezer van leden eener Kamer te zijn, moet men A. kiezer zijn van leden van den Raad der gemeente waar de Kamer is gevestigd B. aldaar bestuurder of mede-bestuurder zijn en gedurende ten minste twaalf acbtereenvolgende maanden zijn geweest van een bedrijf van liandel of nijverheid. Voor eene gemeenschappelijke Kamer moeten de kiesgerechtigden, ten opzichte van de Gemeente hunner inwoning voldoen aan de sub A en B hiervoren genoemde vereischten. Ter Neuzen, 8 Juni 1914. De Burgemeester voornoemd, J. HUiZlNGA. Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN, brengen bij deze ter kennis van de ingezetenen dezer gemeente, dat tusschen den 21 en Hen 27 Juni 1914 binnen deze gemeente de jaarlijksche collecte zal plaats hebben, ten behoeve van bet Eonds tot aanmoediging en ondersteuning van den Ge- wapenden dienst in de Nederlandenwelk Fonds uitsluitend Strekt tot ondersteuning van al de ver- minkten in eenigerlei strijd, waaronder ook die in Nederlands Overzeesche Kolonien of bezittingen, en noodigen rnitsdien een ieder uit, om door een milde bijdrage, dat Fonds tot vervulling van het edele doel van deszelfs bestemming, te helpen in staat te stellen. Ter Neuzen, 8 Juni 1914. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. HUIZINGA, Burgemeester. L. WABEKE, Secretaris. ■9

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1914 | | pagina 1