e m e e n Nieuws- en Atfvertentieblati Zeeuwsch-Vlaaaderei WEEKMARKT. r No 5857. Dinsdag 24 December 1912, a 4H aent. m 52e Jaargang. EBBSTS BLAD. Wegens het Eerstfeest zal a. s. Wosnsdag geen num ber van dit blad verschijnen. Nieuwjaars^advertentien TJit de Tweede Earner, i ABONNEMENT: Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,—. Praneo per postVoor Nederland 1,10. Yoor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,65 en voor het ovenge Bmtenland f 2,-. Men abonneert zich bp alle Boekhande- laars, rostdirecteuren en Brievenbushouders. Telefoou No. 2 5. Inzending van advertentidn v6or 1 uur cp den dag der uitgave. ADVERTENTIKNi van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer /0,10. Bp directe opgaaf' van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prjjs slechts tweemaal berekend. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. voor het Nieuwjaarsnummer dat in den morgen van 1 Januari zal verschijnen, erf in de kom dezer gemeente huis aan huis wordt be- zorgd, worden weder geplaatst De inzendingen kunnen geschieden tot uiterlijk Dinsdag 31 dezer, desnamiddags 2 ure. Ter Neuzen, 23 Dec. 1912. Firma P. J. VAN DE|»SANDE De vreemde pnsmimt en de storm- schade van de visschery in Sept. 1911 k ware en in de vergadering van j.l. Donderdag ter sprake als volgt De beer 1 ruytier Mynheer de Voorzitter Ik wensch naar aanleiding van de gewisselde stukken een paar opmerkingen te maken. Vooreerst over de circulatie van vreemde munt. In het voorloopig verslag is geklaagd over net toenemen van nikkelen Belgische munt in Zeeuwsch-Vlaanderen, waarop de Minister heeft geantwoord, dat het verbod om die munt uit te geven zal uitgebreid worden met een drietal gemeenten: Sluis, IJzendijke en Hulst en by zooveel mogelyk zal bevorderen dat die maatregel ook tot andere in die streek geleaen gemeenten, waar tbans die munt is toegelaten, zal worden uitgebreid. Ik heb dit antwoord met genoegen gezien, want de schade, veroorzaakt door die Belgische' munt, is werkelijk groot. Het is mij bekend, dat er neringdoenden zyn, die van tijd tot tyd naar Belgie gaan om by de nationale bank 500 a 600 frs. in te wisselen, waaraan zij dan geregeld 5 ver liezen, want het 10 centimes-stukje wordt in Zeeuwsch-VJaanderen voor 5 centen aangenomen en yoor 20 zulke stukjes krijgen zij bij inwis- seiing Irs zoodat zij plm. 5 °/0 verliezen, daargelaten de moeite en kosten van het been en weer reizen. Nu komt dit geld, dat naar Belgie gebracht, telkens weer terug doordat de bandei met Belgie in die streken zoo groot is, zoodat onze nering doenden, voor zoover ze het zelf niet kunnen uitgeven m hun omgeving, het geld telkens met verlies naar Belgie moeten brengen en de elgen soms ook wel het weer terugbrengen en dezen er op die manier een winstgevend zaakje van maken. Toch geloof ik, dat het verbod, hetwelk de if jl r? het °0g beeft' eerst zal kunnen gebandhaafd worden, wanneer er Nederlandsche nikkelen munt in voldoende hoeveelheid aan- wezig is. Dit is thans volstrekt niet het geval. oor den tegenwoordigen nikkelen stuiver, het i zoogenaamde Haagsche kwartje, gevoelt men daar niet veel. Nu meen ik, dat de Minister van plan is eerst in bet midden van 1913 een aatikoop te doen van nikkel voor de vervaardiging van de nieuwe stuiverstukken. Ik wil den Minister niet aansporen tot haast, want ik weet niet wat de reden is, waarorn men daarmede nog een half jaar wacht. Er komt bij, dat het dan nog wel een hall jaar zal duren eer een vol- doend aantal nikkelen stuivers za! geslagen j zyn. Ik wil^ daarom den Minister aaubevelen om bedoeld Koninklijk besluit niet uit te lokken voordat die nieuwe nikkelen munt er is. Tn Zeeuwsch-Vlaanderen is op bet oogenblik weinio- of geen pasmunt en wanneer het verbod toch wordl uitgevaardigd, dan zal men er zeker van kunnen zijn dat het niet gehandhaafd zal kunnen worden. Ik geef dus den Minister in overweging om of zoo spoedig mogelyk te zorgeu voor nieuwe nikkelen munten 61 te wachten met het Konink lyk besluit totdat die aanwezig zyn. Verder nog een enkel woord over de kwijt- schelding van pacht aan visschers op de Scheide en Zeeuwsche stroomen. Bij de behandeling van de loopende begroo- g heb ik gewezen op de schade die aan de kweekplaatsen van mosselen door den storm van 30 September 1911 is toegebracht. De visschers hadden namelijk een adres tot dezen Minister gericht, waarbij zij vroegen geheele of gedeeltelyke kwytschelding van pacht teDgevoIge van de door dien storm geleden schade op bun van het Rijk gepacbte perceelen. De Minister antwoordde daarop Wat aangaat de visschers die zooveel schade hebben geleden, ik heb den geachten afge- yaardigde reeds in privatim medegedeeld, dat ik elk verzoek om vermindering van pacht, dat mij zal bereiken, op zich zelf zal beschouwen en onderzoeken. Ik mag mij daartoe in het algemeen niet binden, omdat anders tal van menschen om schadevergoeding zullen komen, die haar niet noodig hebben waar werkelijk schade is ge leden, kan men op mijn clementie rekenen." Ik was met .dat antwoord tevreden en er zelfs dankbaar voor. Maar wat blijkt nu In bet Voorloopig Verslag was gevraagd, in hoever aan de verzoeken van de visschers gevolg gegeven was, en naar aanleiding daarvan zegt nu de Minister in de Memorie van Antwoord het volgende //Een uitvoerig ouderzoek heeft doen zien, dat de visschers op de Scheide en Zeeuwsche stroomen in het algemeen aan hunne kweek- en bewaarplaatsen van schelpdieren door den storm van 30 September 1911 geen blijvende schade van beteekenis geleden hebben. ,,Er was dus zeker geen reden voor geheele of gedeeltelyke kwijtschelding van pachtsom." Dit antwoord bevreemdt mij ten zeerste, want ik ben er van overtuigd, dat door den storm van verleden jaar aan de mosselbanken veel schade is geleden. Ik heb ten overvloede dezer dagen aan den secretaris van het provinciale watersnood-comite in Zeeland gevraagd of er door den storm van 30 September geen schade aan de kweekplaatsen (de zoogenaamde mossel banken), was toegebracht, en wat antwoordde bij mij Dat is uitgekeerd aan de Zeeuwsehe visschers, voor schade geleden aan hun schelp dieren op de banken, van rijkswege gepacht in Zeeuwsch-Vlaanderen 14,241, in Beveland 14,303, in Tholen f 3,430, in Schouwen 41,257, samen 78,231. Deze uitkeering is slechts een gedeelte van de schade die naar ik meen op ongeveer f 140,000 geschat was. Nu is die schade indertijd opgenomen door een commissie, benoemd door het provinciaal watersnoodbestuuren deze commissie bestond geheel, of althans voor het grootste deel, uit opzieners bij de visscherij op de Zeeuwsche stroomen, waarschynlijk dus dezelfde menschen van wie de Minister zijn inlichtingen heeft. Nu moet ik eerlijk verklaren, dat ik niet begrijp, daar die commissie de schade geschat heeft op 140,000, dat nu de Minister zegt, dat er geen schade geleden is. Hij zegtgeen blijvende schade dat wil ik toegeven, natuur- lijk die schade is hersteld, maar daar gaat het niet om. Wanneer de schelpdieren op die banken voor een gedeelte onder het zand raken, dan worden zij opnieuw bezaaid en is de schade aan de banken hersteld. In zoover heeft de Minister gelijk, dat ze niet blijvend is. Maar ik moet toch herhalen, dat het antwoord van den Minister mij in hooge mate bevreemdt. Het is daarom, dat ik den Minister in over weging geef een nader onderzoek in te stellen en eventueel op zijn besluit terug te komen, en alsnog schadevergoeding te geven aan die menschen die wel gedeelteiijk zijD schadeloos gesteld door het provinciaal watersnoodcomite, maar m. i. niet voldoende. De heer Vorsterman van OyenMynheer de VoorzitterHet woord dat ik wensch te spreken is zeer kort en dient om te onder- steunen wat zooeven door een ander Zeeuwsch afgevaardigde, den heer Fruytier, in het midden is gebraeht. In de eerste plaats over de munt, waarmede Zeeuwsch-Vlaanderen van uit Belgie overstroomd wordt. Ik behoef daar weinig meer van te zeggen, want het is door dien geachten afge vaardigde zeer duidelijk aangetoond welke schade daardoor geleden wordt. Ik wil zijn woorden slechts illustreeren met twee voorbeelden. Een winkelier had zooveel van dat geld ont- vangen, dat we bij ons ,/kluten" noemen, dat hij het niet meer kon inwisselen, want dan zou hij te veel verliezen, n.l. 5 a 6 pet. Hij maakte nu een accoord met een paar ambachts- lieden om een nieuw huis te bouwen en dat dan te mogen betalen met die kluten. Dat huis heet dan ook ten eenwigen dage ,/betklutenhuis". Het tweede voorbeeld betreft een koopman in steenkolen, die verplieht was in ziju winkel dat geld te ontvangen. Hij maakte een accoord met een koopman in Belgie, dat bij alle steen kolen van dien koopman betrokken, met kluten mocht betalen. Die steenkolen verkocht hij dan weer zooveel tnogelijk voor Hollandsch geld. Het tweede punt, dat ik even wil aanroeren, is de schadevergoeding aan de visschers in Zeeland. Die bekende stormschade is begroot op ongeveer 150,000. Daarvan hebben de visschers uit Z.eeuwsch-Vlaanderen ongeveer f 14,000 gekregen eD die op Schouwen 41,000. Wie hebben nu de schade geschat De onder- geschikte ambtenaren van betbestuurdervissche- ryen, waarop ik bij een volgende gelegenheid misschien bij de Waterstaatsbegrooting, nog wil terugkomen. Die ondergeschikte ambtenaren van het bestuur der visscherijen zijn het natuurlijk ook, die door hun verslag aanleiding hebben gegeven, dat in de Memorie van Antwoord staat, dat er geen blijvende schade is geweest. Mijnheer de Voor zitter Ook ik geloof niet, dat er blijvende schade is geweest, maar op het oogenblik is er toch groote schade geleden. Door sommige visschers is die schade veel grooter opgegeven dan ze was, dat zijn geweest de brutale vogels, die het meeste eten krygen. Bij anderen is Hit blad vemhijut MaaBdaii.. WupihhIki. Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN maken bekend dat met het oog op de aanstaande Kerstdagen en Nieuwjaarsdag de WEEKMARKT in plaats van op Woensdagen 25 December 1912 en 1 Januari 1913 zal worden gehouden op l»in.s<ln>>'en 84 en 31 December 1913. Ter Neuzen, 23 December 1912. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. HUIZ1NGA, Burgemeester. L. WABEKE, Secretaris. W'rj&mmmmm J. TIN BK (AIDB, te Wmr leflieo.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1912 | | pagina 1