A I g e m e e n
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeuwsch-Vlaanderen.
Wilhelmina komt!
No. 5045.
Zaterdap: 14 September 1907.
47e Jaargang.
BEBSTB BLAD.
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,—. Franco per postVoor
Nederland f 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika J l,321/2 en yoor
het overige Buitenland 1,65. Men abonneert zich bij aile Boekhande-
laars, Postdirecteuren en Brievenbushouders.
Telefoon No. 25. Inzending van advertentien voor 3 uren op den dag der uitgave.
ADVERTENTIEN:
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de
prijs slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
„Een jubelkreet klinkt heinde en verre, 'tis een
feestgalm overal. De vreugdeklokken luiden,
terwijl boven in de blauwe lucht de beiaard zijn
klingelende tonen in buppelende vlucht doet
wegspranken. Bazuinen schetteren, klaroenen
sckallen, 't lied klinkt allerwege uit voile borst.
De vaderlandsche driekleur, afgewisseld door
en vereenigd met bet geliefde Oranje, ontplooit
zich allerwege en golft op den adeiu van den
wind, zoowel aan de nederigste sculp als aan
sierlijke gevels. Groen en bloemen zijn tot
kransen gevlochten, sieren dorp en stad en niet
een is achter gebleven om dezen dag te maken
tot een waren feestdag, waarop vereerende liefde,
onkreukbare trouw en innige dankbaarheid den
grondtoon vormen van de feestelijke stemming
waarin het volk zijn gevoelens uit voor Neer-
lands Vorstin".
Zoo ongeveer schreven wjj 6 September 1898,
bij gelegenheid van het feest ter eeie van de
krouing van onze geliefde Koningin Wilhelmina.
En wij schreven naar waarheid.
Het Nederlandsche volk, van den Dollard tot
over de Schelde, is monarchaal in hart en nieren.
Het onzalig woord, in een onzalig oogenblik
geuit, dat de Kroon slechts een ornament is
aan ons staatsgebouw, is het volk van Nederland
over het hoofd gegaan, is vervluchtigd. Het
volk van Nederland beschouwd daarentegen de
kroon als een hecht fundament, zoekt ei haai
veiligheid, bescherming. Het volk van Neder
land is monarchaal, ook omdat het met zijn
Vorstenhuis, den Oranjestam, zijn drie-eeuwsche
historie heeft gemaakt, zijn onafhankelijk volks-
bestaan heeft gegrondvest, zijn glorie heeft vei-
worven en zyn welvaart omdat de loten van
dien Oranjestam zjjn lief en leed hebben gedeeld,
getuigende//Je maintiendrai omdat Oranje
Nederland maakte ja, tot een Koninkrijk, maai
vooral tot een gelukkig land.
Wat wij 6 September 1898 schreven, kunnen
wij wederom schrijven. Met een verschil. loen
juichte het Nederlandsche, thans het Zeeuwsche
volk.
Op en na 6 Sept. 1898 bleef er onder
alle feestvreugde bij o zoovelen van Koningin
Wilhelmina's trouwe en aanbankelijkeonderdanen
een vurig maar onbevredigd verlangen.
Het verlangen zijn dierbare Koningin eens
van aangezicht tot aangezicht te mogen aan-
schouwen, Koningin Wilhelmina, van wiezooveel
liefs en goeds en edels werd gezegd, geschreven
in dicht en ondicht, van wie zooveel goeds
werd gehoopt en verwacht.
Velc streken van ons vaderland genoten reeds
het voorrecht van een bezoek der Vorstin,
doch Zeeuwsch-Vlaanderen hoopte, verwachtte
nog steeds met vurig verlangen. Een ver
langen dat, groeiende, begon te prikkelen, t«
schrijnen, tot weemoed stemde, sinds men wist,
hoe Zij met Haar volk meeleefde, voor Ilaar
volk leefde, Haar grootheid zocht en Haar ge-
luk in de grootheid en het geluk Haars volks,
deelde in zijn leed, deelde in de rampen en daar
waar het noodig was hulp bracht en armoede
lenigde, geen hulpbede van hulpbehoevenden,
weduwen en weezen onverhoord latende.
O, men verlangde zoo die dierbare Koningin
te zien, te zien in al haar Koninklijke Majesteit,
maar ook en vooral in hare lieflijke, minzame
verschijning, welke men zoo vaak hoorde en
las geprezen, geroemd.
De residentie is zoo ver van ons Zeeuwsch-
Vlamingeu verwijderd.
En ging er niet eene rilling door het Volk
van Zeeland, toen het vernam hoe die dierbare
Vorstin 't gure jaargetijde, weer en wind ge-
trotseerd had, geploeterd had over onze be-
slijkte Zeeuwsche dijken, om bij den watersnood
in 'tvoorjaar van 1906 te komen lijden met
hen die van goed en have waren beroofd, met
Koninklijke mildheid en echt Christelijke liefde
in de eerste behoeften der zwaarst getroffenen
voorziende.
0 Koningin Wilhelmina bij zijn leven nog
eens te kunnen zien, Haar in zijn midden te
hebben, Haar te kunnen befeesten, Haar zijn
liefde en trouw, zijn dankbaarheid en hoog-
achting te kunnen toeroepen, toejuichen uit
voile borst, in alle vurige geestdrift 0
wat heeft het Zeeuwsche volk er naar verlangd,
En thans: Zij komtZij, met Haar Gemaal
Zij is reeds in Zeeland, morgen reeds hier
Onze gloeiende wensch zal worden vervuld.
Wij staan gereed om die beiden te huldigen.
Reeds dikwijls waren wij bij gedenkdagen van het
Vorstenhuis, bij verjaardagen der Koningin in
een feestkleed gehuld, bij de jaardagen van de
Koninklijke telg, eerst van het kind, later van
de jonkvrouw, eindelijk van de vrouw
Ons blad is ook thans weer in feestdosch.
evenals een groot deel onzer stad.
Geen wonder 1
Zij komt. Wij zullen Haar zien, Haar kunnen
begroeten, huldigen, hier, in onze eigen streek,
in onze eigen stad. Er zullen vreugdeklankeu
worden gehoord, voor zoover de ontroering, dat
men haar eindelijk van aangezicht tot aangezicht
aanschouwd, die kreten niet in de keel doen
stokken, en tranen doet vlieten, tranen van
dankbaarheid en genot.
Zij komtZ'j, met Haar Gemaal
Wij zijn gereed haar te ontvangen. Welkom
roepen wij het Vorstelijk Eehtpaar toe. Welkom
op den Zeeuwsch-Vlaamschen bodem.
Wij vieren feest, feest om U te huldigen,
maar we vieren ook feest om uiting te geven
aan de dankbaarheid die ons bezield, om uiting
te geven aan onze vreugde, dat aan den zoo
lang gekoesterden wensch wordt voldaan.
Zeeland viert feest, zijn Koninginne-feest.
Omdat Zij op Zeeuwschen bodem vertoeft. De
steden en dorpen zijn in feestdosch, rijker nog dan
bij vroegere gelegenheden, want defeeststemming
wordt nog door de dankbaarheid verhoogd.
En morgen komen de Vorstelijke bezoekers
hier Morgen wordt aan onzer. wensch, het ver
langen der Zeeuwsch-Vlamingen voldaan. Alle
leed is voorbij, vergeten. Zij komen. Hoerah 1
Dat Zij leven. Zij
KONINGIN WILHELMINA
en
PRINS HENDRIK DER NEDERLANDEN
Klokgebom
Dreunt alom
Luid van elken toren.
Als in 't Oost
't Wolkje bloost,
Laat het dra zich hooren.
't Zendt zijn toon
Vol en schoon
Over weide en akker.
't Schel gerucht
In de lucht
Itoept den traagste wakker.
Grijze en kind
Volgt gezwind
'tNooden van die klanken
Van omhoog,
In het oog
Heldre vreugdespranken.
Vroeg verlaat
't Feestgewaad
Heden least en lade.
Arm en rijk
Vult gelijk
Straat en plein en kade.
Vijl noch zaag
Snerpt vandaag,
Wiek noch drijfrad gonst er,
Spade en ploeg
Scaakt 't gezwoeg,
Slei noch hamer bonst er.
Slechts geneugt,
Zoete vreugd
Laat heur stemme hooren
Overal
Dringt heur schal
Feestlijk ons in de ooren.
Blijde dag
Neerlands vlag,
Wapprend allerwegen
Bloemengeur,
Nassau's kleur
In de kleinste stegen.
Druk gewoel,
Blij gejoel,
Allen opgetogen
Krans, festoen.
Fleurig groen,
't Is een last voor de oogen
Luid ontvliet
n't Princelied"
D'onvermoeibren kelen,
Daar*) alom
Fluit en trom
En trompet het spelen.
En de stroom
Kust zijn zoom
Thans zoo teer en innig
Hi], die vaak
Dreigt met braak,
Woest en fel en vinnig.
Zonneglans
Gaat ten dans
Op zijn dartel water
'tVonkt en blinkt,
't Rijst en zinkt
Met verheugd geklater.
De oude vloed
Weet zoo goed,
Waarom we ons verblijden,
En hij speelt,
Zingt en kweelt,
't Lied van vroeger tijden.
Willems zang,
Eeuwen lang
't Lied der //lage landen
Bi der see",
Schalt hij mee
Met de blijde stranden.
Klokken, bomt,
Want Zij komt,
Onze Koninginne
Trom en fluit,
Jubelt luid
Welkom hier, Vorstinne
't Rond gemoed,
Dat U groet,
Biedt U meer dan woorden
Liefde woont,
Trouwe troont
Aan de Scheldeboorden.
F. VAN D1XHOORN.
Ter Neuzex, September 1907.
SEIZESSCHE COIRiVT.
Uit lilad vemcliijnt Maandag-. Woe«»d»g- en Vrijdagavond. nUgesonderd op Keestdag^n. Iiij de Firnia I*- J. SAXOE «e Ter Xeazen.
r\ o
o
Daar terwijl.