A I g e m e e n s- en Advertenti eblad voor sch-V!aanderen. No. 4983. Zaterdag; 20 April 1907. 47e Jaargartg. ABONNEMENT: Voor Per drie maanden binnen Ter Neuzen f 1,Franco per post Nederland 1,10. Yoor Belgie 1,40. Yoor Amerika 1,32 Y,. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven- busliouders. ADYERTENTIEN: Van 1 tot 4 regels 0,40. Yoor elken regel meer f 0,10. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de pri)8 slechts tweemaal berekend. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. T e 1 ef o on No. 2 5. Inzending van advertentien voor 3 uren op den dag der uitgave. IBIEIEaSTIEl BLAD. Gemeenteraad van Ter Neuzen. Hit Mail vermrliijnt JlBandag., W oensdag;. en Vrijda^avond, ni<Kezanderi1 op FeettdHcrn, l»ij tie Kirmi* I*. J. VIM UK SAMUE te lep Meuien. Vergadering van Donderdag 18 April 1907. Voorzitter de heer P. Moes, wethouder. Verder aanwezig de heeren Wieland, Visser, Moggrd, De Masier, De Koeijer, De Jager en Verbrugge, later de heer Dees. Afwezig de bnrgemeester, benevens de heeren Van den Hoek, Van bale en Scheele. Een vacature. Na opening der vergadering worden gelezen de notulen der voorgaande, die worden goedgekeurd. De Voorzitter deelt mede dat van den heer Scheele schrifte- lijk bericht is ingekomen dat hij verhinderd is de vergadering bij te wonen, terwijl door den heer Van den Hoek mondeling kennis is gegeven, dat hij waarschijnlijk heden voormiddag de vergadering niet zou kunnen bijwonen. Er zijn nog eenige reclames tegen den hoofdelijken omslag. Spreker zou die, alvorens verder te gaan, in besloten zitting willen behandelen. Eenige leden verklaren zich daar tegen, daar die wel tege- lijk met het kohier, dat straks aan de orde komt kunnen worden behandeld. Hierna komt aan de orde 1 Ingekomen stukken. a. Een schrijven van Gedep. Staten van Zeeland, dd. 5 April 1907, waarnevens van het bewijs hunner goedkeuring voorzien wordt ternggezonden het kohier van de belasting op de honden over het jaar 1907. Aangenomen voor kennisgeving. 1». Een beschikking van den Minister van Waterstaat, •p de klacht van het gemeentebestnur over den onvoldoenden toestand van den weg langs het kanaal van Ter Neuzen en het verzoek om daarin van rijkswege te voorzien. De Minister geelt te kennen dat, blijkens deswege ingesteld onderzoek, op de door hen bedoelde wegen, ongevallen zeer zeldzaam voorkomen, terwijl het op 18 Dec. j.l. voorgekomen ongeval geheel is loe te schrijven aan de onvoorzichtigheid om huiten nocdzaak bij zwaren mist en duisternis den weg te berijden. Dat de toestand ran den weg langs het kanaal van Ter Neuzen niet van dien aard is, om buitengewone beveiligings- maatregelen welke in dergelijke gevallen in ons land nergens worded aangetroffen te wettigen. Dat voorts binnen weinige jaren langs de wegen, wederzijds het kanaal van Ter Neuzen, over bijna de geheele lengte, eene electrische verlichting ten behoeve van de scheepvaart tot stand zal zijn gekomeD, waardoor de veiligheid van het verkeer over die wegen zeer zal worden bevorderd. De Voorzitter moet betwisten dat op dien weg ongevallen zeldzaam voorkomen. Hij stelt echter voor het schrijven voor kennisgeving aan te nemen. De heer Dees: Ja, het is immers een beslissing op een adres, dat oorspronkelijk is uitgegaan van de heeren Van Dixhoorn en Dregmans De Voorzitter stemt dit toe. De heer De Jager is van meening dat het in de eerste plaats dan op den weg dier heeren zou liggen om wat te Aoen, indien ze nog nadere pogingen noodig achten. Besloten wordt de beschikking voor kennisgeving aan te nemen. c. Een adres van P. H. Wieckhorst, bierhuishouder, wonende in de Dijkstraat te Ter Neuzen, welke naar aanleiding van het in de vorige zitting door het lid van den Raad, den heer D. J. Dees,, gesprokene omtrent het maken van muziek in een bierhuis (op een orgel), des nachts ten half een nre, de vrijheid neemt zich beleefd tot den Raad te wenden, om, daar nit het gesprokene van den heer Dees ten duidelijkste blijkt dat de, inrichting van adressant bedoeld wordt, en hij zich hierdqor in zijn goeden naam aangerand acht, beleefd te verzoeken dat het den Raad moge behagen een onbevoor- oordeeld onderzoek te doen instelien, in. hoeverre de zegs- man van den heer Dees betrouwbaar is, en wel bij al de bewoners van de Dijkstraat, naar de hierna te melden om- standigheden 1. Of er huiten de kermis of andere hoogdagen, wanneor dit toegelaten is, ooit na li nre des avonds muziek in zijn lokaal gemaakt is. 2. Of het mogelijk is, zooals beweerd wordt, dater langs aehter in zijne inrichting bezoekers kunnen worden toegelaten. 3. Of cr iemand kan beweren dat er in zijne inrichting •oit handelingen gebeuren die minder passend zijn, of in strijd met de.goede zeden. Adressant hoopt, dat aan zijn billijk verzoek zal kunnen worden voldaan, opdat zal blijken, dat zijne inrichting ten onrechte verdaeht gemaakt wordt en hij daardoor schade zou lijden. De Voorzitter m?rkt op, dat de eisch van adressant nog al hoog gaat, en de Raad moeilijk aan zijn verzoek zal kunnen voldoeD. Hij stelt daarora voor het adres voor kennisgeving aan te nenteo. De heer Dees wil, omdat zijn naam er in genoemd wordt, nog even iets opmerken. Vooraf zjj gezegd, dat hij geen vergunning had om den naam van zijn zegsman te noemen, anders had hij dit gemakkelijk kunnen doen. Voor het oyerige verwondert het hem, dat Wieckhorst, wiens naam niet is genoemd. het gesprokene op zijne inrichting van toe- passing acht. Hij acht het ongemotiveerd, wanneer naar aanleiding van iets dat door een lid van den Raad wordt ge- 8proken, zonder namen te noemen, dergelijke adressen worden gezonden. Z. h. s. wordt besloten het adres voor kennisgeving aan te nemen. d. Een schrijven van den heer P. Moes, waarin deze er aan herinnert dat, in de raadszitting van 21 Maart jl. be- treffende zijn voorstel tot heffing van belasting op openbare vermaki lijkheden door hem is aangenomen, om, alvorens eene beslissing te nemen, nog eens overleg te plegen met den heer De Masier. Dat overleg heeft tot beider bevrediging plaats gehad, waarvoor hij ZEd. dank zegt. Na rijpe overweging komt het hem echter gewenscht voor, niet verder op de zaak in te gaan. Hij heeft dns de eer zijn voorstel in te trekken. De heer Dees vraagt den Voorzitter uit welke overwe- gingen hij het voorstel heeft ingetrokken. De Voorzitter: Omdat er zooveel bezwaren tegen rezen en de uitvoering ook nog al bezwaren met zich zou brengen. De heer Dees Dan kan ik het plaatsen, wanneer u van meening is dat de uitvoering te bezwarend is, het is dan toch niet de overweging dat n uit verandering van idee of be ginsel nw voorstel heeft ingetrokken. De Voorzitter: Er rezen ook in den Raad verschillende bezwaren tegen. Toen heb ik overwogen dat de opbrengst toch niet zoo groot zou zijn en het sop de kool niet waard is. Wanneer er meer eenstemmigheid in den Raad was geweest had dat ook nog een onderscheid gemaakt, want wanneer ik iets voorstel, zie ik dat graag met een groote meerderheid aangenomen. Het schrijven wordt voor kennisgeving aangenomen. e. Een schrijven van de .Maritime Vereeniging" te Ter Nenzen, waarnevens wordt toegezonden een exemplaar van de statnten dier vereenigiDg. Zal ter lezing gelegd worden voor de raadsleden. f. Het verslag van het bestunr der Brandweer over 1906. Daarin wordt vertneld, dat onder de verbeteringen welke in 1905 tot stand kwamen, in het vorige jaarverslag was genoemd, de inrichting van een brandpiket. In den loop van 190b bleek meermalen het groote nut hiervan, zoowel bij oefeningen als bij brand. Er werd getracht het corps te doen beantwoorden aan de hooge verwachtingen die men er van koesterde, waartoe vooral de kommandant zijn best deed. Als zoodanig fungeerde de heer P. M. C. van Sprang. Door diens benoeming en een verzoek om ontslag van een der brandmeesters had in het bestutir een opschuiving plaats en werden 2 onderbrandmeesters benoemd. De oefeningen hadden zooveel mogelijk op regelmatige tijden plaats en gaven tot geen bijzondere opmerkingen aan leiding. Aileen bij die van 6 April had een ongevai plaats een lid van het personeel verwondde zijne pink, zoodat ge- neeskundige hulp moest worden ingeroepen. Ook kreeg de gewonde, op zijn verzoek, een tijd lang eene uukeering van wege de gemeente. Tweemaal kwara brand voor. Die van de bioscoop van Wegkamp, welke zich vrij ernstig liet aanzien, eischte nog al hooge offers van de gemeentekas. De brandschouw bracht enkele verzuimen aan het licht, die het bestuur zich beijverde te doen herstellen. Naar aan leiding van een ingekomen klacht werd een onderzoek inge steld en rapport aan Burg, en Weth. uitgebraeht in een geval over berging van petroleum en in twee gevallen over stookgelegenheden. Het malerieel werd belangrijk aangevuld, door aanschaffing van verschillende benoodigdheden. Pogingen worden aangewend om te komen tot het opruimen van eenige in onbruik geraakte roorwerpen, en het verkrijgen van meerdere ruimte in het spuithuis. Zeer ernstige sludie werd gemaakt van de Jigging der brand- putten in de kombeproefd wordt de bestaande kaarl dier putten te verduidelijken. Nagegaan werd ook, wat er zou kunnen gebeuren bij brand in de Kerkhoflaan en omstreken, in de buurt van het station, nan den Baandijkof te Driewegen, waarover te zijner tijd gerapporteerd werd aan het college van Burg, en Weth. De besprekingen in de vergaderingen waren dikwijls van levendigen, maar bijna altijd van vriendschappelijken aard. De geest onder het personeel mag over het aigemeen goed genoemd worden. Dit verslag zal eveneens ter visie worden gelegd. g. De rekening van ontvangsten en uitgaven der Nieuwjaars- commissie over den afgeloopen winter. In de kom hebben de ontvangsten bedrageD 631,11$, de uitgaven 630,60, het goed slot alzoo f 0,50^. Te Sluiskil hebben de inkomsten bedragen 135.87i, de uitgaven /132,81i, het goed slot alzoo /3,06. De Voorzitter stelt voor deze stukken ter inzage te leggen voor de leden en voorts de ieden, in het bijzonder den Vuor- zitter, den heer Moggre, dank te betuigen voor het verrichte werk, onder aanbeveling voor het vervolg. De heer Moggre deelt mede dat hij de leden reeds voor- loopig heeft dank gezegd. Hij kan voorts mededeelen dat de scheiding van de kom en Sluiskil een gunstig resultant heeft opgeloverd. Anders werden daar 8 a 9 bedeelingen gehouden, terwijl er nu 14 plaats hadden. Daar er voorts van de kom niets aan Sluiskil moest worden afgedragenkon hier ook een paar maal meer dan anders het geval was bedeeld worden. Besloten wordt de coramissie dank te zeggen voor hare bemoeiingen. Ii. De rekening en verantwoording van het Burgerlijk Armbestunr over 1906. De ontvangsten hebben bedragen 5522,78^, de uitgaven 5714,17, het nadeelig saldo bedraagt dus 191.8SJ. 8 Zal later worden behandeld. i. Derekeningen verantwoording der Gezondheidscommissie over het jaar 1906. De ontvangsten bedroegen 2046,98, de uitgaven 1470, het goed slot alzoo 576,98. Zal later worden behandeld. J. De Voorzitter herinnert, dat in de vorige vergadering een verzoek is behandeld van Rinders, om een strookje grond in Molenzicht, aan hem in erfpacht uit te geven. In verband hiermede is een schrijven ingekomen van P. van Wijck, welke bezwaar maakt tegen het in erfpacht uitgeven van grond van den publieken weg, in Molenzicht, welke door den heer Rinders is aangevraagd, en waarvan het voornemen is te kennen gegeven deze aan den publieken dienst te onttrekken. Dit terrein heeit adressant noodig voor de uitoefening van zijn bedrijf en wordt reeds sedert 30 jaren door hem gebruikt. De toegang tol den zolder van zijn pakhuis zou hem daardoor worden ontnomen. Hiervan is ook de aanvrager van dien grond, de heer Rinders overtuigd, getuige de door hem op zich genomen verpliehting om den ingang van het pakhuis niet te belemmeren. Wanneer hem echter dien grond in erfpacht werd gegeven, zou die verpliehting vervallen, daar adressant dan om in zijn pRkhuis te komen, den grond van RiDders zou moeten betreden. Adressant vraagt ten slotte den voor hem onmisbaren grond in erfpacht te mogen verkrijgen. Nevens dit adres is ingezonden een afschrift van een onder- handsch accoord tussehen de heeren Van Wijck en Rinders, omtrent wederzijdsche verplichtingen, in verband met den toegang tot den zolder van het pakhuis van eerstgenoemde. Voorts is nog een bezwaarschrift tegen het aan Rinders in erfpacht geven van dien grond iugediend door den heer al. A. Verschelling. Deze meent dat dit voor hem last zou opleveren voor den achter uitgang van zijne daar staande woning en dat hij er ook in andere vrijheden die hij thans achter zijne woning geniet zou belemmerd worden. Hij vraagt dien grond zelf in erfpacht te mogen ontvangen. De Voorzitter stelt namens het Dag. Best, voor in ver band met deze ingekomen bezwaren de grond aan niemand hunner in erfpacht uit te geven. De heer De Jager vraagt of aan ieder hunner voor zoover zij er het gebruik van noodig hebben, niet een deel van het terrein zou kunnen worden ten gebruike gegeven, tegen eene jaarlijksche vergoeding. De heer Wieland merkt op dat het terrein maar 8 Ms. groot is, dat zou dus voor de gemeentekas kunnen opleveren 8 maal 6, of 48 cent. Als dat aan drie personen werd af- gestaan, zou men meer aaa schrijf- en administratiekosten kwijt zijn, dan men er vau ontving. Z. h. s. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van Burg, en Weth. li. Een schrijven van Gedep. Staten van Zeeland, d.d. 28 Maart 1907, waarin dit college kennis geeft, dat door hun is vastgesteld eene nieuwe regeling der jaarweddon voor de gemeente-ontvangers, waarvoor de gemeenten in klassen zijn verdeeld, in verband met de gewone inkomsten. In verband met het bedrag der inkomsten van de goedge- kenrde rekening over 1905, zijnde J 90,616,53£ waaronder f 17360 buitengewone ontvangsten, dus een bedrag van J 7^,256,53$ aan gewone inkomsten, moet deze gemeente in de 7e klas»e worden gerangschikt. Daarvoor is een salaris bepaald van f 700f 1200. Gedep. Staten verzoeken het Dag. Best, den Raad te willen raadplegen, in hoeverre dat college een verhooging van de jaarwedde van den gemeente-ontvanger, boven dat minimum, doch binnen de grenzen van het maximum, wenschelijk acht en zien het advies vdor 1 Juni tegemoet. Op voorstel van den Voorzitter wordt dit schrijven geren- voyeerd naar Burg, en Weth. om advies. I. Een schrijven van Gedep. Staten van Zeeland, d.d. 29 Maart 1907, waarin dit college bericht naar de uitkomsten der laatste lOjaarlijksche volkstelling eene regeling van de s-'arissen der burgemeesters en secretarissen te hebben ontworpen, waarbij de gemeenten in 10 klassen worden ver deeld, en waarin als beginsel is aangenomen, dat de salarissen van burgemeester en secreiaris eener gemeente gelijk zullen zijn. De gemeente Ter Neuzen valt in de 8e klasse, waarvoor een salaris is bepaald van f 1500 tot 2000. De volkstelling gaf voor deze gemeente aan 8174 inwoners. Gedep. Staten verzoeken er den Raad over te hooren, in hoeverre hij verhooging van de jaarwedden (thans bedragende J 1500) boven dat minimum, doch binnen het maximum wenschelijk acht. Op voorstel van den Voorzitter wordt dit schrijven geren- voyeerd naar Burg, en Weth. om advies. ni. Een adres W. Bedet, die, naar aanleiding der be slissing van den gemeenteraad, dat hem geen vergunning kan worden verleend voor het bouwen van zijn pakhnis in de Donze-Visserstraat, tenzij hij daarachter of daarnaast een ruimte van 1 M. open laat, te kennen geeft, zich met die wijzigtng in het door hem ingediende bouwplan niet te kuunen vereenigen, aangezien er dan eene oppervlakte van 5£ M2. voor hem waardeloos wordt, terwijl de bouwkosten alsdan zeer weinig worden verminderd en bovendien adressant het door hem beoogde doel niet bereikt. Hij wijst er op, dat art. 28, le alinea der bonwverordening onnoodig stveng is, waarom hij den Raad beleefd verzoekt, genoemd art. in dien zin te wijzigen, dat zijn verzoek tot het vergrooten van zijn pakhuis kan worden verleend. Adressant heeft uit het Raadsverslag van 21 Maart j.l. meenen op te merken, dat verschillende leden eveneens wijziging van genoemd artikel noodig achten. Redenen waarom hij beleefd verzoekt aangezien de tijd dringt de vroeger door den heer De Masier voorgestelde wijziging van art- 28 der bouwverordening te willen behandelen. De Voorzitter deelt mede dat het voorstel van den heer De Masier tot wijziging der bouwverordening nog niet kan behandeld worden, daar dit eerst in handen van de Gezondheids commissie moet worden gesteld. Aan het verzoek van adressant kan dus niet worden voldaan en hij stelt voor het af te wijzen. De heer De Jager wijst er op, dat het toch de bedoeling van adressant is, om te mogen bouwen. Zou er geen rnoge- lijkheid zijn om aan zijn verzoek tegemoet te komen •d De' heer De Masier merkt op, dat hetgeen adressant vraagt ook niet bereikt kau worden met de aanneming vau het door hem ingediende voorstel. Wat adressant vraagt is reeds door deu Raad geweigerd in de vergadering van 17 Mei van het vorig jaar. Toen is door spreker voorgesteld als beginsel aan te nemen dat onderscheid zou gemaakt worden betreffende deu eisch van open ruimte tussehen woningen en pakhuizen. Met groote meerderheid is dit toen door den Raad verworpen. Wanneer men dat niet wil, dan kan ook niet aan bet verzoek van adressant worden tegemoet gekomen. Het schijnt hem echter uit hetgeen in de vorige zitting gezegd is toe, dat er nu ook andere leden zijn, die het met dat beginsel eens zijn, en er dus nu eene wijziging zou kunnen komeu als door den adressant bedoeld, De heer DeesIk ben er altijd voor geweest, om onder scheid te maken voor woonhuizen en pakhuizen. De heer De MasierNadat dit beginsel door den Raad verworpen was, bleef er van het hoofddenkbeeld van mijn voorstel niet veel over. We hebben nog met Burg, en Weth. geconferet-rd en zijn het eens geworden, omdat er ten slotte een meerderheid is en de tninderheid zich daaraan moet ouderwerpen. Bij de behandeling in den Raad zou ik echter stemmen tegen het art. 28 zooals het in die conferentie is vastgesteld, aangezien er slechts eene minder duidelijke redactiewijziging is verbeterd, maar het artikel overigens met is veranderd en even bezwarend is gebleven. De Voorzitter stemt met de mededeeling van den heerDe Masier in, en meeDt dat er thans niets anders kan gedaan worden dan het verzoek van Bedet afwijzen. De heer WielandZouden Burg, en Weth. hem in af- wachting van de aan te brengen wijziging geen vergunning tot bouwen kunnen geven De Voorzitter is van meening dat dit niet kan. Het staat toch ook nog in het geheel niet vast, dat de Raad die ver andering zal willen. Al was dit echter zoo, dan kon het nog niet. De heer Wieland was van meening dat Burg, en Weth. die vergunning wel konden verleenen. De Voorzitter: In dit geval niet, anders zou ook destijds de wijziging van de verordening door den heer De Masier niet voorgesteld zijn. De heer De Jager: Maar zou er geen mouw aan te passen zijn, dat aan Bedet nog dezen zomer vergunning kon gegeven worden tot bouwen zooals hij het wenscht Het zal toch wel zijne bedoeling zijn om gereed te zijn tegen het aanstaande seizoen der aardappelen. Ik ben eens naar het terrein gaan kijken en naar mijn bescheiden meening blijft er nog open ruimte genoeg over. Er staan daar in die straat tenminste wel huizen waarvan het terrein heel wat zwaarder bebouwd is. Ik zon in overweging willen geven om te trachten hem te helpen. De heer De Masier: Kan mijn voorstel niet dadelijk behandeld worden Is het noodzakelijk dat dit eerst aan de Gezondheidscommissie gezonden wordt Ik begrijp dit niet. Waar is zulks voor noodig, waar nog de kans be»taat dat het, in den Raad komende wordt eewijzigd ofafgekeurd. Het is een voorstel van een lid, dan zou een lid alvorens een voorstel te doen zelf wel met de commissiein onderhandeling moeten treden. De heer Verbrugge denkt ook dat het eerst hier b(j den Raad moet komen. De Voorzitter heeft er toch bezwaar tegen om dat nn te behandelen. In de vergadering van Bnrg. en Weth. is be sloten voor te stellen het adres af te wijzen. De burge meester is er niet en ook niet de wethouder Van den Hoek, overigens is de Raad slecht bezet, zoodat hij loch liever de behandeling zou willen aanhouden. De heer Wieland vindt dat goed, dan kunnen missehien ook nog andere leden eens naar het terrein van Bedet gaan kijken. De Voorzitter merkt op dat dit niets geven kan, want de oppervlakte van het terrein is bekend en als hij bouwt vol- gens plan dan blijft er volgens de tegenwoordige verordening niet genoeg ruimte over. Dat staat vast en daar is niets aan te doen. De heer Dees Het maakt toch verschil of het een woning of een pakhuis betreft. De V oorzitterDaar wordt in de tegenwoordige veror dening geen onderscheid in gemaakt. Volgens art. 6 der woningwet. wordt geene bonwverorde- ning of wijziging daarin vastgesteld, alvorens de Gezondheids commissie daarover is gehoord. Het voorstel moet dus eerst aan de Gezondheidscommissie gesiuurd worden. De heer WielandWelnu, laat ons het aannemen en dan naar de Gezondheidscommissie sturen. Wordt het dan niet goedgekeurd, dan hebben wij toch gedaan wat we konden doen. Dan siaan wij vrij tegenover den verzoeker en kan hij zien dat het niet aan ons ligt dat zqn verzoek niet kan worden ingewiiligd. De heer De MasierZouden we nu niet het beginsel kunnen uitmaken, of we ons in de verordening zullen houden- aan de omsehrijving gebouw, of zullen onderscheiden wonin gen en pakhuizen e. d. Dan kunnen we later de verorde ning behandelen. De heer De JagerMaar daar is adressant nog niet mee geholpen. De heer De MasierDat kan ook niet. En zooals ik reeds zeide daaraan wordt ook niet meer door mijn voorstel tegemoet gekomen, omdat het beginsel waarvan dit uitging er aan is ontnomen. De strekking er van is nu geheel gelijk aan de bestaande. Geeu enkel ingezetene zal er voordeel door genieten, wanneer het woord gebouw, waar alles onder begrepen is, er in behouden blijft. De VoorzitterHet best zal zijn dat we nu afwijzend bescbikken. De heer DeesKan de Raad zich dan niet omtrent het beginsel nitspreken De Voorzitter Zooals ik zeide, daar ben ik tbans op tegen, de burgemeester die er niet is, was sierk tegen die verande ring, eveneens de heer Van den Hoek, die er ook niet is. De heer Dees: Het is zeker aanbevelenswaardig dat zooveel mogelijk besluiten in voltallige zitting genomen worden, maar waar het de belangen der ingezetenen geldt, behooren we toch daar ook op te letten, en niet tot hun last en schade een zaak ophouden. De Voorzitter: Maar als de meerderheid nu niet overtnigd is, dat het last of schade veroorzaakt, zooals het vorig jaar bleek. De heer Dees Wanneer er gestemd wordt, kan het ge- voelen der meerderheid blijken. De heer Verbrugge is ook van meening dat de Raad wanneer die met een volduerid aantal leden om te vergaderea bijeen is, met de afwezigen geen rekeDing kan honden, waar het de belangen der ingezeteneu betreft. De afwezigheid van verschillende leden mag daarop met van invloed zijn. De Voorzitter is er toch tegen om het nu te behandelen, hoewel hij er anders wel iets voor gevoelt, zou hij er nn toch tegen stemmen. De heer Dees acht het ferkeert, om, wanneer men zeif voor een zaak is er tegen te siemmen omdat men weet dat anderen die afwezig zijn, er zich tegen hebben verklaard. Dan zou men er toch ook voor moeten stemmen. De Voorzitter wil er ook nog wel eens over denken. Hij stelt voor het aan te houden tot morgen. Z. h. b. wordt aldus besloten. m. Overgelegd wordt het beredeneerd verslag van hetgeen met betrekking der volkshuisvesting in de gemeente Ter Neuzen gedurende 1906 is verricht, opgemaakt door Burg, en Weth., ingevolge art. 52 der Woningwet. Daaruit blijkt o. m. dat er twee aanschrijvingen tot ver- betering van woningen werden gedaan. In geen dezer ge vallen moest de bewoning worden gestaakt, aangezien de voorgeschreven verbeteringen werden aangebracht. Aangezien de termijn tot. ontruiming van de bij Raadsbe- sluit van 4 Aug. 1904 onbewoonbaar verklaarde baanwachters- woning, gelegen op het perceel kadastraal sectie F no. 358, welke termijn bij raadsbesluit van 25 Mei 1905 en 19 Oct. 1905 telkens met 6 maanden werd verlengd, op 25 April verstreken was, zonder dat ontruiming had plaats gehad, werd deze van gemeentewege ontruimd en gesloten. Door een nauwkeung toezicbt op de naleving der bepalingen van de bonwverordening werd over het aigemeen veel bij- gedragen tot verbetering der volkshuisvesting. Ter lezing gelegd voor de leden.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1907 | | pagina 1