A1 g e a o e n Hieuws* en Advertentieblad v o o r 2eeuw$ch*71aanderen, No. 3943. Zaterdag 14 Juli 1900. A 40e Jaargan^;. aanbesteden: ABONNEMENT: Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,Franco per postVoor Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,32$. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven- bushouders. ADVEBTENTIEN: Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0,10. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de priis slechts tveemaal berekend. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Inzending van advertentien voor 3 uren op den dag der uitgave. Pit fcl»d ve-wchIJnt Woen„d»g- en VriJ.l»gt»Von.l, nityezo,.,!e„l «p bij Men .ItgeTew P. J. VAM OK USBK te To MeMep. Bij deze courant behoort een bijvoegsel Burgemeester en Wethouders van OVERSLAG zullen op Vrijdag, 3 Augustus 1900, des natniddags te 2 ure, ten Raadhuize bij enkele inschrijving het vervangen van 1133 3D. Grind baan in den »Weg naar Zuiddorpe door een 3 31. breede Kei bestrating-. Aanwijzing op den dag der besteding des voormiddags te 10 ure, waartoe saam te komen ten Raadhuize. Inlichtingen geeft de Provinciale Opzichter EIJKE te Ter Neuzen. Het bestek is tegen betaling of toezending van 50 cent verkrijgbaar bij den heer Burgemeester. Raming 10,930 Overslag, den 9en Juli 1900. D. MATTEL^, Burgemeester. A. DE BLIECK, Secretaris. TER NEUZEN, 13 Juli 1900. De heer H. Oudenhoven, klerk der posterijen en telegrafie, wordt met 16 dezer verplaatst van Ter Neuzen naar GenDep. Aan het toelatings-examen aan 's Rijks veeartsenijkuude heeft o. a. voldaan A. P. van Leuven van Hontenisse. Te Hoofdplaat is Dinsdagnamiddag door het bestuur der waterkeering van de caiamiteuze Hoofdplaat- en Thomaespolders, aanbfesteed het herstel, de vernieuwing en het onderhoud tot 80 April 1901 van de aarde-, kram-, rijs- en steenglooiingwerken aan de waterkeering van ge- noemde polders. Minste inschrijver was de heer A. Tholens Dingz. te Ter Neuzen voor f 14,440. Verder schreven in de heeren A. A. de Wilde te Goes voor 14,444, P. Monje te Breskens voor 14.747, B. van Eck te Ter Neuzen voor f 14.520, J. de Jonge te Middelburg voor f 14.530, J. M. van de Sande te Breskens voor f 15.000, C. J. de Smit te Breskens voor f 15.002.75 en P. J. Visser te Hansweert voor 15.550. Borssele, 13 Juli. De heer A. F. L. van Hengel, candidaat te Putten a/d Veluwe, heeft het beroep tot predikant bij de Ned. Herv. ge- meente alhier aangenomen. De vacature ontstond den 20 October 1889 door het vertrek van den heer J. A. vanTuijnen naar Goudswaard. Provinciale Staten van Zeeland. In de gister gehouden vergadering werden de geloofsbrieveu van het nieuwbenoemde lid voor het distriet Middelburg, den heer D. Wisboom Verstege, onderzocht en goedgekeurd en tot zijn toelating besloten. Na de vereischte eeden afgelegd te hebben nam hij na gelukwensching van den Voorzitter, zitting. Tot buitengewoon lid van Ged. Staten werd herbenoemd de heer J. M. Kakebeeke met 35 van de 58 stemmen. De heer Kakebeeke verklaarde zich bereid de benoeming aan te nemen. Overeenkomstig het voorstel van Ged. Staten werd zonder hoofdelijke stemming besloten aan den eervol ontslagen besteller van den Prov. stoombootdienst op de Wester-Schelde N. M. Harte, te Ter Neuzen, een pensioen toe te kennen van 182,50 'sjaars. Hierna kwam in behandeling het voorstel van Ged. Staten tot afwijzing van het verzoek van het bestuur der IJzendijksche stoomtramweg-maat schappij om verlenging voor 10 jaren van het subsidie uit de provinciale fondsen, ad f 3000 'sjaars. Verschillende adressen vau belanghebbende gemeentebesturen en van polders waren ingekomen om dit verzoek alsnog toe te staan. De heer Lucasse deelde namens Ged. Staten mede dat naar aauleiding van een pas ingekomen adres van de betrokken Maatschappij door het Ged. college werd voorgesteld deze zaak aan te houden tot de najaarsvergadering, Alzoo werd zonder hoofdelijke stemming besloten. Omtrent de aanvraag om subsidie voor een tram MiddelburgDomburg, was een nader adres ingekomen van het comite dat de lijn wil door- trekken naar W estkapelle, wanneer de gevraagde subsidie wordt verhoogd. Ged. Staten hadden in verband daarmee hun voorstel gewijzigd en stelden voor de gevraagde verhoogde subsidie, tot een maximum van 163,500. Door de thans in het plan gebrachte wijziging, waarvan de leden zich nog niet voldoende op de hoogte hebben kunneu stellen, stelde de heer lokker voor de zaak aan te houden tot de najaars vergadering. Dit voorstel werd, na discussie, aangenomen met 24 tegen 17 stemmen. Daarna kwam in behandeling een voorstel van Ged. Staten, naar aanleiding van het daartoe door den gemeeuteraad gedaan verzoek, om aan de gemeeute Graauw en Langendam een renteloos voorschot te verleeuen ten bedrage van de helft der kosten, tot een maximum van 9052, voor de bestrating met keien van de volgende wegen 1°. de Verkorling (n°. 6 van den ligger der wegen en voetpaden in de gemeente Graauw en Langendam) 2°. dijk van den Ouden Graauwpolder (n°. 5 van dien ligger), van De Verkortiug tot de buurt Schelf houtshoek Ingekomen was een nader adres van burg, en weth. van Graauw en Langendam, naar aanleiding van het feit dat in het voorstel van Gedeputeerde Staten wordt afgeweken van de richting, door de aanvragers voorgesteld, zoodat een oprit onverhard blijft, die minstens even noodzakelijk verhard be hoort te worden. De heer Fruijtier betreurt ook, dat van de richting, door de aanvragers voorgesteld, wordt afgeweken. Na jarenlang overleg gepleegd te hebben, is men eindelijk tot overeenstemming gekomeu en hebben de betrokken polders en gemeenle een plan opgemaakt dat alien voldoet. Nu wordt een deel van den weg, groot 47 meter, onverhard gelaten. De kosten bedragen slechts /176; een onbe- duidend cijfer voor de provincie, te onbeduidend om daarvoor een slechten weg niet geheel en al te verbeteren. De heer Fruijtier stelde daarom voor bet rente loos voorschot, in plaats van op 9052 on 9228 te brengen. P De heer Hombach, ontvanger-griffier van de beide betrokken polders deelde mede dat het ont- zettend veel moeite gekost heeft om tot deze combinatie te komen, en dat, mochteu Ged. Staten blijven bij hun voorstel, het zeer zeker nog veel moeite zou kosten om de betrokken polderbesturen te doen volharden bij hun toezeggiug. De flnancieele toestand van die polders is even- min rooskleurig als die van Graauw. Vervolgens schetste de heer Hombach de wen- schelijkheid van geheele verharding en toont aan, dat hetgeen gevraagd wordt zeer noodzakelijk eu daarom billijk is. De heer an Rompu zette de redenen uiteen waarom Ged. Staten afgeweken zijn van de aan vraag zij volgden den traditioneelen weg om geen verharding toe te staan, wanneer de betrokken gemeenten langs een anderen verharden weg zijn te bereiken. Persoonlijk was spreker overtuigd, dat het wel wenschelijk was de ontbrekende 47 meter te be- keien. Dat zou voor de gemeente Graauw een opoffering zijn, maar voor de provincie slechts een kleiuigheid. Hij voor zich had daarom geen bezwaar om het verhoogd subsidie toe te staan. Bet amendement-Fruijtier werd aangenomen met 26 tegen 14 stemmen. Het alsnu gewijzigde voorstel van Gedeputeerde Stateu werd daarna goedgekeurd. Het voorstel van Gedeputeerde Staten, naar aanleiding van een verzoek van het waterschap Cadzaud om verhooging van het renteloos voorschot voor het makeu van eene haven, strekt om de in 1899 verleende som van 12,000 te verhoogen tot 13,365, werd zonder hoofdelijke stemming besloten. Aangenomen werd het voorstel van Ged. Staten om gunstig te beschikken op een verzoek der //Maatschappij tot bevordering vanlandbouw en vee- teelt in Zeeland" om aan die Maatschappij voor 1901 en 1902 een crediet te openen ter bevordering en aanmoediging van de verbetering der paarden- fokkerij in dit gewest, tot een maximum van 2350, onder voorwaarde, dat door de Maatschappij eene jaarlijksche bijdrage van 400 worde ver- leend en dat de uitvoering geschiede overeen komstig de bij besluit der Staten van 6 Juli 1888 no. 17 vastgestelde en bij besluit van 6 Nov. 1891 no. 15 gewijzigde regeling. Goedgekeurd werd de verantwoording van Ged. Staten wegens de enkel provinciale en huishoude- lijke inkomsten en uitgaven over 1898. De ont- vangsten hebben bedragen 664.794.62 en de uitgaven 540.072.685, zoodat het dienstjaar een voordeelig slot heeft opgeleverd van 154.721.935. De begrooting voor 1901 werd goedgekeurd op een eindcijfer van 499.191. Bij de behandeling der begrooting wees de heer Fiennequin op de klachten in de dagbladen omtrent den diensttijd van de beambten bij den prov. stoombootdienst op de Wester-Schelde. In de afdeelingen is daarover gesproken en de mededeelingen door de leden van het Ged. college in de afdeelingen gedaan, liepen zeer uiteen. Bet lid in de afdeeling, waar spreker zitting had, meende dat de dienst niet zoo zwaar is en grondde die meeniug op een berekening van het aantal diensturen, naar den tijd dat de mannen werkelijk in dienst zijn, d. w. z. varende, maar niet op een berekening van den tijd dien zij aan boord moeten doorbrengen. Dat Hd wees er ook op, dat de beambten meer- maleu 'sjaars 14 dagen verlof krijgen. Spreker geloofde dat zoodanig verlof zeer nuttig is voor menschen, die met het hoofd werken, maar niet voor de beambten bij den stoombootdienst. Verder vroeg de heer Hennequin of de toestand van de vloot van dien aard is, dat men er door bevredigd kan zijn. Nog besprak de heer Hennequin de dienst- regeling, die, naar hij meent, eenige wijziging noodig heeft. Naar zijn gevoelen zou meer overleg met het staatsspoor in het belang van den dienst wezen. Ook besprak de heer Hennequin het verkeerde, dat aan den gezagvoerder geheel wordt overgelaten de beoordeeling of vee kan worden ingeladen, en de slechte tarieveu. De heer Huvers sloot zich aan bij een deel van hetgeen de heer Hennequin heeft gezegd. Hij heeft inlichtingen ontvangen omtrent den arbeidsduur en de Zondagsrusten die inlichtingen geven hem grond tot de bewering, dat er in beide opzichten nog veel te verbeteren is. De bemanning heeft geen menschwaardig bestaan, en dat mag zoo niet blijven. En nu moge men beweren dat de eischen hooger wordendat mag niet tengevolge hebben, dat de arbeidsduur bovenmatig wordt verlengd. Thans wordt een maand lang onafgebroken ge- arbeid en dan worden een paar dagen verlof ge- geven, maar dat is een verkeerd systeem. Spreker zou willen, dat door Ged. Staten aan den directeur zoodauige instructie werd gegeven, dat de duur vau den arbeid normaal werd en de bemanning voldoende Zondagsrust had. De heer Van Rompu gaf inlichtingen omtrent den dienst. Er zijn drie volledige equipages, waarvan er slechts twee dienst doen. De dienst der stokers is wel niet gemakkelijk, maar niet zoo zwaar als men het wil doen voorkomen. Overigens hebben de equipages slechts KD/j uur dienstbuiten dien tijd hebben zij nog wel eenige bezigheden, maar men kan niet beweren dat die voor hen afmattend zijn. De toestand van de vloot is uitstekendde schepen zijn goed in ordede Walcheren wordt gerepareerd en zal, is die reparatie geschied, zoo goed zijn als vroeger. Wat de dienstregeling betreft, toont spreker aan dat die geregeld is in verband met de aan- sluitingen per spoor naar Holland. M at de klachl over onpractische en dure tarieven voor het goederenvervoer aangaat deze begrijpt spreker niethij is van oordeel dat die tarieven practisch en goedkoop zijn. Daarna nog het door den heer Huvers aange- vende besprekende, betoogde de heer Van Rompu dat er voldoende rust is en niet te veel van de mannen wordt gevergd. Het is waar tijdens een ziekte onder de bemanning is er meer dienst gepresteerd dan anders, maar in den regel heeft het personeel voldoenden vrijen tijd. De heer Huvers repliceerde. Hij gaf toe dat de diensttijd slechts 10J uur is, maar na afloop daarvan is de bemanning niet vrijdan most zij andere bezigheden verrichten. Verder merkt hij op dat het personeel wel vrijen tijd heeft, doch dien tijd niet thuis maar aan boord moet doorbrengen. Spreker stelde een motie voor, strekkende dat de vergadering Ged. Staten verzoekt in de najaars vergadering verslag te doen over den arbeidsduur en de Zondagsrust van de stoombooten. Die motie werd voldoende ondersteund. De heer Hennequin was over het antwoord van het lid van Ged. Staten niet voldaan. Hij hoopte in een volgende vergadering aan te toonen, dat de tarieven niet zoo billijk zijn, als het lid van Ged. Staten beweert. Veder weerlegde hij nog andere mededeelingen vangenoemd lid. Daarna gaf de heer Van Rompu nog eenige inlichtingen omtrent den arbeidsduur van het bootpersoneel en lecture van fragmenten uit een rapport van den directeur, waaruit blijkt dat het personeel eens een vrijen Zondag weigerde. De heer Dieleman geloofde dat de werkkring van het bootpersoneel niet te zwaar is, maar wel dat de tijd, dien het aan boord moet zijn, te lang duurt. De manschappen zijn te lang achtereen gebonden. Dat Zondagsrust geweigerd is, vindt daarin zijn grond, dat men niet een gedeeltelijke Zondagsrust maar een geheel vrijen Zondag wenscht. Spreker geloofde dat het wel mogelijk zijn zou de., manschappen eens om de viertien dagen een vrijen dag te geven. Kan dat bij de bestaande dienstregeling voor den Zondag niet, dan zou hij er geen bezwaar in zieu, dat de dienst op dien dag werd beperkt. De heer Van Waesberghe-Janssens merkt nog op, dat van het personeel zelve bij Ged. Staten nimmer klachten iukomen. De motie-Huvers, in stemming gebracht, wordt verworpeu met 24 tegen 15 stemmen. Naar aanleiding van een vraag hoe het staat met den stoomtram Hulst—Walzoorden, daar men nog niet met de werkzaamheden begonnen is, deelde de heer Vau Waesberghe-Janssens mede, dat de Regeering nog kort geleden wijzigingen in het plan bracht, waaruit spreker het bewijs put dat de concessionaris niet stil zit. Besloten werd aan H. M. de Koningin voir te dragen de heffing van 28 en 36 opcenten op de hoofdsom der belasting op de gebouwde en ongebouwde eigendommen en 21 op de hoofdsom der personeele belasting. Daarna had de interpellate plaats van den heer Pompe van Meerdervoort over het berijden van openbare wegen door automobielen. Naar aanleiding daarvan werd met 18 tegen 17 stemmen ontkennend beantwoord de vraag of het niet wenschelijk is te bepalen dat de wielen van motorrijtuigen van caoutchoukbanden zullen moeten voorzien zijn. Met 21 tegen 13 stemen werd ontkennend beantwoord de vraag of het niet wenschelijk is te bepalen dat met motorrijtuigen niet mag gereden worden op wegen van minder dan 9 meter breedte* Daarna werd de vergadering gesloten. TER \EIZEVSCHE (01Kt

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1900 | | pagina 1