Algemeen
Nieuws- 6D Advertentiebl&d
voor
Zeenwsch-Vlaandere
®emiiitisiaab. I SOLLICITANTEN
Straatreiniging.
No. 3809.
Dinsdag 29 Augustus 1899
39e Jaargang.
PIEOTEILI BBLAETHS.
Ontvanger der gemeente Zaamslag,
aanbesteden:
Proces-Dreyfus.
Binnenland.
Voorwaardolijk Ontslagen.
n)
ABONNEMENT:
u*
b"sh0ad"S- Xnzending van advertentian v6or 3 urenop_dendag del^tgave.
het ophalen en vervoeren van beer, het
schoonhouden van straten, zinkputten
en goten, en het ophalen en vervoeren
van asch en vuilnis aan de huizen in
de kom der gemeente van af 1 October
1899 tot 30 September 1900.
F EUILLET O N
Haar wakkere redder.
mzEECHE COIIRANT.
P., d,ie maanden biun.n Ter Neuze. 1,-. I™co Too,
at j i a /M in Voor Belffie 1,40. Voor Amenka 1,32 J.
Nederland f Twkhandelaars. Postdirecteuren ex
ADVERTENTIEN:
V3
Meernaiabo{neert* zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs
slecbts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
QP Feeatdagea, MJ den wltgeve,
De Burgemeester der gemeente TER NEUZEN
maaktbekend, dat Op en bare gadding
Gemeenteraad is belegd tegen »«nilerai»«
AutfU«it.ia 1890, voormiddags ten 10 uren.
Ter Neuzen, den 28 Augustus 1899.
De Burgemeester voornoemd,
J. A. P. GEILL.
De Burgemeester van TER NEUZEN brengt bij deze ter
kennis van de daarbij belanghebbenden dat de door den
Directeur der Directe Belastingen enz. te
Middelbvrg den 24"> Augustus 1899 invorderbaar verklaar e
kohieren no. 5 en 6 der Personeele Belasting dezer gemeente,
over het tor 1899, op heden aan den On tv anger der
Directe Belastingen, ter invordering, zijn ter hand
gesteld en dat ieder verplicht is zijnen aanslag, op den
bij de wet bepaalden voet, te voldoen.
Gedaan te Ter Neuzen, den 26 Augustus 1899.
De Burgemeester voornoemd,
J. A. P. GEILL.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN
zullen op Dinsdag 5 September 1899, 's namid-
dags 7 uren, ten gemeenteraadhuize, bij enkele
inschrijving, in het openbaar
De voorwaarden liggen ter inzage op de ge-
meentesecretarie, waar nadere inlichtingen kunnen
worden verkregen op de uren waarop deze is
geopend.
Ter Neuzen, 28 Augustus 1899.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. A. P. GEILL, Burgemeester.
J. WISKERKE, Secretaris.
naar de betreliking van
waaraan verbonden is eene jaarwedde van vier
honderd gulden, worden uitgenoodigd hunne
op zegel geschreven verzoekschriften in te leveren
bij den Burgemeester van Zaamslag te Neuzen
voor of op 20 September 1899.
Zaamslag, 25 Augustas 1899.
Burgemeester en Wethouders,
J. BARENDREGT Az., Voorzitter.
P. J. WORTMAN, Secretaris.
Rennes, 26 Augustus. Bertillon zegt, dat
Esterhazy wellicht sedert 1894 zich erop toegelegd
heeft, het schrift van het borderel na te maken,
om 't mogelijk te maken, dat hij beschuldigd zou
worden.
Bertillon noemt Esterhazy een ellendeling.
Mr. Demange vraagt aan Bertillon, of hij het
handscnrift van Esterhazy dezelfde proeven deed
ondergaan als dat van Dreyfus. Getuige antwoordt
daarop, dat hij er minder volledige proeven op deed.
Na hervatting der zitting stelt Mr. Demange
verschillende vragen aan Bertillon, die nogal
verward antwoordt. Labori vraagt hem, hoe het
resultaat zijner tegeuwoordige ervaring, dat het
borderel door Dreyfus werd geschreven als af-
druksel van Esterhazy, overeen kan stemmeu
met de andere meening, die hij in '94 uitsprak,
dat het borderel van Dreyfus zelf was.
Labori gaat voort, vragen te stellen, die Ber
tillon in verwarring brengen.
Labori zegt, dat het onmogelijk is, dat Esterhazy
een stroopop is, daar Esterhazy niets bekend heeft.
De bewijsvoering van Bertillon staat op zwakke
grondslagen.
Dreyfus verklaart het woord „ellendeling" ten
opzichte van Bertillon gebruikt te hebben in het
proces '94, omdat Bertillon verschillende malen
hem „beschuldigde" noemde.
Dreyfus verklaart zich daarop nader omtrent
de minuten, door hem vervaardigd, die aan het
ministerie van Oorlog zijn gevonden.
Na Bertillon werd kapitein Freystiitter, die
deel heeft uitgemaakt van den krijgsraad van
1894, gehoord. Hij verklaart, dat hij in het
veroordeelend vonnis heeft toegestemd, vooral
nadat een stuk was overgelegd van een buiten-
landschen militairen attache, waarin werd meege-
deeld, *dat Dreyfus gearresteerd was en dat het
ministerie gewaarschuwd was." (De juiste lezing
van het telegram door Panizzardi, den Italiaanschen
attache, naar Rome gezonden, luidde „Kapitein
Dreyfus gearresteerd. Wanueer ginds geen con-
necties met hem gehad, zend dan officieel denenti
om persgeschrijf te voorkomen". Van dit telegram
bestond ook een onjuiste vertaling die Dreytus
als schuldige aanwees. Generaal Mercier heeft
getracht, die onjuiste vertaling door generaal Cha-
moin bij het geheime dossier te doen voegen
Het schijnt, zoo verklaart Preystatter verder, dat
het stuk nit het dossier is verdwenen (beweging.)
Maurel en Mercier vragen het woord.
Op een vraag van Labori, waarop zijn meening
berust, dat Dreyfus het borderel schreef als
afdruksel van Esterhazy, zegt Bertillon dat het
een hypothese was.
Labori merkt op, dat de bewijsvoering van
Bertillon op haar grondslagen waggelt.
Kapitein Valerie komt op verzoek van Carriere
het systeem van Bertillon nader uiteenzetten. In
brieven van den beschuldigde, bij het ministerie
in bewaring, komen woorden voor op denzelfden
sleutel geschreven, zegt hij.
Dit stelsel van schrijven is uitgedacht om aan
den beschuldigde twee middelen van verdediging
te geven, hetzij door te ontkennen, hetzij door te
spreken van machinatien tegen hem.
Het verhoor van Freystiitter gaf aanleiding tot
een kort, maar levendig incident. Kolonel Maurel
zegt, ook slechts een eukel stuk gelezen te hebben
en° stemt toe dat Freystiitter waarheid sprak.
Mercier en Preystatter verwijteu elkander te
liegen. Sandherr had de enveloppe klaar gemaakt,
zegt Mercier.
Duidelijk blijkt, dat mededeeliDg van geheime
stukken in 1894 wel heeft plaats gehad en boven-
dien ook nog later van als valsch erkende stukken.
De zitting eindigt met een betoog van Parof
en Javal voor het systeem Bertillon.
Parijs, 26 Augustus. Sedert heden wappert
van het belegerde huis van Guerin een zwarte
vlag. Een geestelijke schelde te vergeefs aan.
Er wordt geen geluid meer uit het huis vernomen,
wat eerst aan een algemeenen zelfmoord deed denken.
Later verscheen Guerin weder op het dak.
In de „Figaro" neemt Comely een loopje met
de verklaringen van Bertillon, en betoogt, dat
door de cryptograaf met het systeem-Bertillon
vermoedelijk kan worden aangetoond, dat Bertilion
zelf het borderel heeft geschreven.
Tengevolge de treurige familieomstandig-
heden, die Dr. Kuijper verhinderen gevolg te
geven aan zijn voornemen om eerstdaags een nadere
nota betreffende 2 amendeinenten op de Ongevallen-
wet in te dienen, is de bijeenroeping van de
Tweede Kamer tegen 6 September door den voor
zitter ingetrokken.
De Standaard outviDg uit Meiringen in
Zwitserland bericht, dat de echtgenoote van Dr. A.
Kuyper overleden is.
Men schrijftHoewel de onwillige milicien
uit Hilversum, Wendt, katholiek is gedoopt en
zegt geen geloof te erkennen, omdat hij eenvoudig
Christen wil zijn, is toch aan den Haarlemschen
gevangenisdominee Veen opgedragen hem tot inkeer
te brengen en hem te overtuigen dat, al mag men
geen wapenen dragen om te verdelgeu, men dit
wel mag doen ter zelfverdediging.
Hij heeft nu een adres gericht aan H. M. de
Koningin, om van zijn verdere straf te worden
ontheven en tevens, om dan bij den hospitaaldienst
te worden geplaatst.
De redactie van Hollandia, weekblad voor
Nederlanders in den vreemde, zal, geldelijk gesteund
door vrienden der Transvaal, eene groote demon-
stratie op 't getouw zetten door het uitgeven en
in Engeland verspreiden van een in dnizenden
exemplaren gedrukt extranummer van Hollandia,
waarin het Engelsche volk in zijn eigen taal onder
de oogen wordt gebracht, welke rechtschennis in
zijn naam de regeering tegenover het Transvaalsche
volk wil plegen. De uitgaaf zal met teekeningen
van bekwame artisten worden geillustreerd en,
behalve de adressen en moties aan het Engelsche
volk, o. m. bevatten een overzicht' van wat door
invloedrijke bladen in het buitenland met betrekking
tot de politiek is geschreven.
Darvell zag terstond, dat een deel van zijn
vrees ongegrond was geweest. Hij had gemeend,
dat Alison, in zijn wanhoop, door zijn vrouw een
beroep zou doen op zijn zwager. Als de ex-ge-
vangene die bron voor zich geopend zag, zou
Darvell's voorstel verworpen worden, dat gevoelde
hij wel. Nu het niet zoo was, waagde hij het,
er mee voor den dag te komen
Wat zou je met het geld doen, als ik
't voor je kon kriigen vroeg Darvell.
Engeland verlatenhier ben ik een ge-
brandmerkte.
Stel eens, dat ik je naar Amerika kan
helpen; dat ik je het middel aan de hand doe,
overtocht en onkosten te betalen en ginds een
goed leven te hebben als reisgenoot van een
man, vriens positie je zal veroorloven, in de beste
gezelscliappen te komen
Stephen stond opde sombere trek verdween
vaD zijn gelaat.
O riep hij uit, laat me dat doen
't zal mijn behoud zijn.
't Hangt geheel van je-zelf af. Maar
je dient in de eerste plaats te weten, dat er eenig
gevaar aan verbonden is.
Gevaar?
Ja. Ik zal volmaakt openhartig zijn. De
man, met wien ik je wou laten gaan, is een jonge
snuiter, die een mooien naam, maar geen hersens
heeft. Hij is aan 't doorhollen op een manier,
dat er maar e'en eind denkbaar isHoe
eerier dat eind komt, des te beter is 't voor ons.
Ons
Ja als je mee wilt doen, heb je te deelen
met mij en Gaygold.
Stephen's gelaat betrok weer.
Ik begrijp je nog niet goed, zei hij.
Wat moet ik met dien jongen man doen, om te
„deelen" met jou en Gajgold
Dat zal ik je zeggen. Dat jongmensch is
lord Charlton, de eenige zoon van den graaf van
Powick. Gaygold heeft hem van tijd tot tijd geld
geleend, onder borgtocht van een levensverzeke-
ring, groot 20,000 pond. Zijne lordschap is er
dol op, naar het Rotsgebergte te gaan of naar
een andere bergstreek buitenslands, om te jagen
hij kan echter geen reiscompagnon vinden. Ik
heb hem gezegd, dat ik iemand voor hem wist,
en ik heb hem uitgenoodigd om kennis te maken
met mijn vriend Stephens, overmorgen, bij een
heerendiner hier in huis.
Dus je wou, dat ik naar Amerika ging met
dien jongen lord? Maar welke veranderingbrengt
dat in jelui kans, de 20,000 pond te deelen?
Jij zult die verandering maken, zei Darvell
doodbedaard. Op die reis zal je met hem op
genoeg eenzame plaatsen komen bergtoppen
bijvoorbeeld, aan den rand van afgronden, aan
diepe rivieren enz. De lord is vrij geregeld onder
den invloed van sterke drank, en't zal geen sterve-
ling verwonderen, als hij op een goeden dag eens
misstapt en een ongeluk krijgt.
Ik begrijp je, zei Stephen, die moeite had
zijn verontwaardiging te bedwingen. Je wilt,
dat ik met dien man op reis ga, om hem te ver-
moorden
Darvell stak zijn goedverzorgde, blanke hand
op, met afwerend gebaar.
Beste Stephen, zei hij kalm, ik vraag
je heelemaal niet, iets te doen ik vraag je alleen
maar om tegenwoordig te zijn, als dat bijna onver-
mijdelijke ongeval plaats vindt. Anders zouden
wij 't mogelijk niet vernemen en moeite hebben,
de polis uitbetaald te krijgen.
En zal ik betaald worden voor mijn
getuigenis, door jou en Gaygold vroeg hij, met
heesche stem.
Je reis zal betaald worden door Charlton,
als je hem bevalt. En dat zal je wel. Als 't
ongeluk gebeurt en wij krijgen de 20,000 pond
ik deel de risico van de leening met Gaygold,
begrijp je geven we jou een paar briefjes van
duizend voor het spoedige bericht van de ramp.
Stephen Alison zat een oogenblik na te denken.
Zijn eerste opwelling was geweest, Darvell bij de
keel te grijpen en hem voor een laffen moordenaar
te schelden. Doch hij bezon zich. Nu eerst zag
hij, welk een groote schurk de man was, die hem
in 't ongeluk had gestort. 't Berouwde hem nu,
dat hij dien kerel had gespaard. En hem schoot
te biunen, wat sergeant Verity hem had voorgesteld
de justitie te helpen bij't ontmaskeren van schurken.
Hier was niet alleen sprake van een groote
schurkenstreek, maar het leven van een man
liep gevaar. Naar de politie gaan met een ver-
haal van wat er zou gebeuren, gaf niets. Darvell
en Gaygold zouden hardnekkig ontkennen, en de
politie zou niets kunnen doen.
't Was beter, als hij toetrad tot het komplot
hij kon er dan geheel achter komenhij zou't
voorstel, om met den jongen lord op reis te gaan,
aannemen niet om hem te vermoorden, maar
om hem te beschermen.
Stephen Alison gevoelde, dat hij nu het middel
in zijn hand had om zijn schuld aan de maat-
schappij te delgen.
Wauueer zou ik moeten gaan, als de zaak
in orde komt? vroeg hij bedaard, alsof Darvell's
verklaring hem geheel bevredigdeen waar
kan ik 't geld krijgen voor de eerste uitgaven
Ik zal heel veel dingen noodig hebben.
Waarschijnlijk vertrekt jelui al de volgende
week. Charltou heeft verschrikkelijk veel haast
er schijnt iemand te zijn, wien hij ontloopen wil.
En 't geld Dat zal' hij zelf je geven, als jelui
het eens wordt... Nu, neem je de betrekking
van reisgenoot aan, als ik die voor je krijgen
kan
Ja, antwoordde Alison, met vaste stem,
ik neem die aan.
Mooi. Dan dineer je overmorgen hier, om
acht uur, en ik zal 't genoegen hebben, mijn
vriend lord Charlton zijn aanstaanden reisgenoot voor
te stellenmeneer Stephens. En als meueer
Stephens mij niet teleurstelt, zal 't niet lang
duren, of wij komen de verzekeringsmaatschappij
lastig vail en om de uitbetaling van twintigduizend
pond sterling.
HOOPDSTUK X.
De heer Cecil Halford kwarn uit het Cafe
Verrey en bleef een oogenblik staan op den hoek
van Hanoverstreet, blijkbaar om te overleggen,
welken kant hij zou gaan. Hij wierp het overschot
van zijn cigarette weg, nam een andere uit het
etui en stak die in zijn mond, zonder haar aan
te steken.
't Was negen uur in den avond en heel stil in
Regentstreet. De meeste winkels waren gesloten
en ^de beroemde drukke verkeersweg scheen donker
en verlaten als een buitenwijk. Bij t einde van
Oxfordstreet was 't druk en levendig; naar den
kant van Piccadilly was licht en geraas het woeide
daar doorheeu als in een kaleidoskoop.