Algemeeo
Nienws- en Advertentieblad
voor
Zeenwsch-Vlaanderen.
No. 3789.
Donderdag 13 Juli 1899.
39e Jaargang.
Uitslag Verkiesiag.
BinnenLand.
ABONNEMENT:
Inzending van advertentien v6or 3 uren op den dag der uitgave.
POLITIEK OVERZICHT.
FJEXJILLKTON
Naar het Fransch van JULES MARY.
Ja.
Per drie maanden binnen Ter Neuzen f 1,Franco per postVoor
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,32£.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
ADVEBTENTlEN:
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer /0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs
slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Dit bln<l verschijnt rfnand j««-, Woemdag. en Vrijdagmvonduitgezonderd op Feeslila^en, bij den aitgever P. JT1S DE UIDE te Ter Meaien.
Burgemeester en Wethouders der Gemeente TER NEUZEN
maken bekend, dat een afschrift van het proces-verbaal, ver-
meldende den uitslag der op 10 Juli 1899 gehouden stemming
ter verkiezing van vier leden van den Gemeenteraad is aan-
geplakt en voor een ieder ter Gemeente-Secretarie ter
inzage ligt.
Ter Neuzen, den 11 Juli 1899.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. A. P. GE1LL, Burgemeester.
J. WISKERKE, Secretaris.
V"-
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN vragen
bij deze voor of op 1H Juli a. a., voor 's avonds 7 uren
opgave van prijs per M». voor het wegruimen van ongeveer
400 M3. grond uit de gemeentehaven aldaar op nader aan
te wijzen plaatsen.
Nadere inlichtingen kunnen worden verkregen bij den ge
meentebouwmeester.
Ter Neuzen, 12 Juli 1899.
Burgemeester en Wethouders aldaar,
J. A. P. GEIX.L, Burgemeester.
J. WISKERKE, Secretaris.
Het is inoeilijk uit te maken in hoever de heer
Deniel, de kommandant der strafinrichting op het
Duivelseiland, uitsluitend uitvoerde wat de laffe
minister van kolonien Lebon gelastte en in hoever
hij voor eigen genoegen de straf van Dreyfus ver-
ergerde. Dat hij niet veel gevoel voor de ellende
van den balling had, blijkt wel hier uit, dar hij
Dreyfus voortdurend vertelde, dar zijn familie
hem in den steek liet. Ook het rapport van
Deniel is merkwaardig hij noemde het daarin een
monsterachtig iets, dat de gevangene op het Duivels
eiland maar aldoor riep,/ik ben onschuldig",
zonder bewijzen te leveren.
Tot bijna algemeene voldoening is die Deniel
nu ontslagen, maar zou men den minister Lebon
ook niet eens onderhanden kunnen nemen De
heer Havet geeft in de „Figaro" een verhaal over
de onmenschelijke behandeling, dat den heer Lebon
toch wel op de achting van eenige fatsoenlijke
menschen te staan zal komen.
Het begon al dadelijk na den overtocht uit
Frankrijk naar Guyana, in Februari en Maart '95.
Vergeet niet, zei Marguerite, dat ik
bereid ben tot elke opoffering. Ik wil niet, dat
men u opnieuw beschuldigt en gevangen neemt
als dat gebeurt, ga ik zelf naar de rechters.
O, mevrouw, ik zal wel oppassen.
Edel hartzei Marguerite.
O, mevrouw, wat u daar zegt, vergoedt
mij de jaren van lijden.
Jean Demarr opende de deur naar de vestibule,
maar schrikte met een kreet terug. Daar lag
iemand, onbewegelijk, bewusteloos.
t Was Gerard hij had alles gehoord.
De drie menschen staarden elkaar ontzet aan.
Wat zij hadden willen voorkomen, was toch
gebeurd
Men nam den jongen man op en legde hem
op de canape, 't Duurde lang, eer hij de oogen
■opsloeg.
Met een gebaar wenkte Marguerite, haar alleen
te laten met haar zoon. Jean begreep het en
trok Haudecoeur mee naar de vestibule
Daar wachtten zij met beklemd hart, wat verder
zou gebeuren.
IV.
Gerard staarde lang zijn moeder aan; toeu
verbrak hij de lange stilte.
Moeder, heb ik goed verstaan Is het waar
Zij boog het hoofdze had niet den moed, hem
sail te zieu.
't Is waar, mijn kind
Men liet den banneling toen vier dagen onderin
het schip, bij een temperatuur van 113° Fahrenheit,
voordat men hem ontscheepte.
In 1896, na de onthullingen van Picquart aan
Billot, bouwde men de palissade om Dreyfus' hut.
Die palissade werd op 40 centimeter afstand
van de hut geplaatst 1 Ze onderschepte licht en
lucht, zoo sterk dat Dreyfus een jaar daarna door
benauwdheden overvallen werd en de dokter zei
dat er iets veranderd moest worden. In plaats
van de palissade nit te bouwen, verhoogde men
de houten hut, zoodat er wat meer van de
heete lucht van Guyana in kon komen, dat was
alles.
Pas enkele maanden geleden is Dreyfus nog een
maand lang op water en brood gezet. Het voedsel,
dat Deniel hem voorzette, was altijd afschuwelijk.
Clemenceau deelt in de „Aurore" mede, dat
reeds den eersten dag nadat Dreyfus op bevel van
den Minister Lebon in boeien geslagen was, de
enkels gekneusd werden. Dat werd met den dag
erger. Maar de boeien werden elken avond weer
aangelegd, nadat men 's ochtends de wonden ver-
bonden had, die dus opnieuw openscheurden,
tengevolge waarvan Dreyfus, hoewel stoi'cynsch
kaltn blijvend, vaak niet slapen kon van pijn.
Het is haast niet te gelooven, dat dit alles in
Frankrijk kalrn gelezen wordt, zonder dat er
wraakkreten opgaan.
In het Britsche Lagerhuis ondervraagd over
den stand der onderhaudelingen met de Transvaal,
heeft de Minister van Kolonien, de heer Cham
berlain, bet zonderlinge antwoord gegeven, dat
de staat van zaken op het oogenblik zeer verward
is en de Regeering zelve feitelijk niet volkomen
begrijpt welke voorstellen gedaan zijn. Hij moest
derhalve voor verder bescheid nog een dag uitstel
verzoeken.
De zaak is, dat de combinatie Milner-Cham-
berlain, met de speculeerende „uitlanders" achter
zich, er spin-nijdig over is, dat Minister-President
Schreiner en de leiders van den Afrikaander Bond
in de Kaapkolonie, de heeren Hofmey en Heroldt,
zich voor de zaak hebben gespannen en nu
openlijk hebben verklaard, dat wat thans door
Transvaal aan de „uitlanders" wordt geboden
voldoende en zeer bevredigend is.
De Johannesburger ,/uitlanders", althans de
roerigen onder hen, hebben aan hunne ontevre-
denheid lucht gegeven in eene resolutie, waarin
Dus was mijn vader
Waarom naar die treurige dingen nog te
vragen
Het moet, moeder Dus mijn vader
Hij wilde schandelijk vluchten, als een
dief. zonder een seconde medelijden te toonen
met alien, die hij ongelukkig had gemaakt.
Mijn GodDus ge hebt mij bedrogen,
moeder, op den dag van zijn dood, toen gij zeidet,
dat ik altijd mijn vader moest eeren en liefhebben
Dat deed ik.
Waarom
Mocht ik je zooveel schande openbaren
Heb ik niet alles gedaan, om je dat te verbergen
Moeder moeder Is het werkelijk waar,
dat ge hem hebt gedood
't Is waar autwoordde zij wanhopig, bevende
van 't hoofd tot de voeten.
Gij hebt mijn vader vermoord
Gerard
Gij hebt mijn vader vermoordherhaalde
hij in zinnelooze smart. Gij, mijn moeder
O, ge kunt zeggen, wat ge wilt, hij was toch mijn
vader. ik wist van al die schande niet afik
had hem lief. En zelfs nu nog weiger ik te
gelooven, dat hij mij niet liefliad.
Het getuigde niet van liefde, kind, je zulk
een toek'omst te bereiden als hij deed.
Ja, moeder, dat is zoo... Maar 't is toch
vreeselijk, wat gij hebt gedaan. 't Is een veroor-
deeling zonder geuade. Misschien waren zijne
fouten ten deele te verontsehuldigen de dood
ontnam hem elk middel, berouw te toonen
Zijn hart zal toch Diet zoo verdorven zijn geweest,
dat er geen plaats was voor berouw
Te-vergeefs protesteerde zijde jonge man
ging in zijne opgewondenheid voort, haar te
overstelpen met verwijten. Hij ging zoo ver, te
des heeren Schreiner's optreden wordt veroordeeld
en zijn verklaring wordt tegengesproken.
De heer Schreiner dus luidt het in die
resolutie is, als voorzitter van een Ministerie,
dat door den Afrikaander Bond op het kussen is
gebracht, geenszins een onpartijdig rechter in de
zaken, die de „uitlanders" betreffen en wat zij
aan burgerlijke rechten verlangen, en evenmin
wat de betrekkingen betreft tusschen de Transvaal
en de Rijks-Regeering.
Betrekkelijk onverwacht is Maandag overleden,
hoewel zijn gezondheid reeds lang zeer veel te
wenschen overliet, de Russische Grootvorst George
Alexandrowitch, broeder des Keizers en, zoolang
deze nog geen mannelijke nakomelingschap ver-
wierf, gelijk tot nu toe het geval was, de aange-
wezen troonopvolger.
Grootvorst George is slechts 28 jaren oud
geworden en was ongehuwd. In naam diende hij
bij de marine en bekleedde hij nog ouderscheidene
andere waardigheden; maar zijn gezondheidstoestand
noopte hem veelal in milder klimaat of buitens-
lands te vertoeven. Hij is dan ook te Abbas-Tuman,
in den Kaukasus, overleden. Oumiddellijke doods-
oorzaak was eene sterke bloeduitstorting in de keel.
Nog sterker zal nu wel in Rusland voor en
door het Keizerlijk paar naar een zoon worden
verlangd.
Tot die hoop wordt verwezenlijkt, treedt des
Keizers tweede broeder, de 21jarige Grootvorst
Michael Alexandrovitch, in de rechten des over-
ledenen.
De uitslag der gisteren gehouden verkiezing
van leden der Eerste Kamer, is als volgt
Drenthe. Herkozen Mr. A. E. J. Nijssingh
(lib.) met 32 van 33 stemmen.
Friesland. Herkozen Mr. W. J. van Welderen
baron Rengers (lib.) met 25 stemmen. De heer
L. W. de Vries (antir,) had 19 stemmen.
Gelderland. Herkozen Mr. W. C. baron van
Pallant van Waardenburg en Neerijnen (lib.) met
40 en S. M. van Wijck (r. k.) met 32 van 56
stemmen.
Groningen. Herkozen de heer D. Knol Welt
met 33 van 40 stemmen.
gewagen van de liefde, die zij voor Jean Demarr
koesterde.
Zij zweeg; ze durfde zich niet verdedigen.
Gerard deed haar nameloos lijden; maar tusschen
alle verwijten kwam nu en dan het medelijden,
de kinderlijke liefde bovenhij beklaagde haar,
terwijl hij haar zoo wreed kastijdde.
Jean Demarr en Haudecoeur konden in de
vestibule hooren, wat de jonge man met toornige
stemverheffing sprak. Haudecoeur begreep nu wel,
dat Gerard onschuldig was aan alle verraad jegens
hem. 't Moest dus het werk van Collivet alleen
zijn. Maar welke redenen had die voor zoo'n
onverzoenlijken haat
't Werd stil in de salon; een bang zwijgen
volgde op het vreeselijke tooneel tusschen moeder
en zoon.
Demarr wenkte Haudecoeur, en beiden traden
weer binnen.
De vluchteling nam het eerst het woord.
Meneer Gerard, zei hij, wilt gij den vader
van Louise vergunnen, u eenige vragen te doen
Ik weet, wat ge zeggen wilt, arme Haudecoeur.
Ik heb, te Parijs gekomen, van uw vrouw en
dochter de beschuldiging gehoord, dat ik u achter-
volgdedat ik u in handen van de politie wilde
overleveren vermoorden zelfs
Dat alles is waar; ik meende u te moeteu
beschuldigen, als de medeplichtige van Collivet;
nu beschuldig ik u niet meer, maar hem alleen
Met welk doel zou Collivet zulk een misdaad
plegen
Dat weet ik nietmaar dat hij een doel
heeft, is zeker, en dat moeten wij trachten uit te
vinden.
Gerard antwoordde niet. Hij was nog geheel
doordrongen van dat eene, verschrikkelijke feit
zijn vader gedood door zijn moeder.
Limburg. Herkozen de heer L. H. A. Magnee
(r. k.) met 41 stemmen.
Noord-Brabant. Herkozen de heeren Mr. E.
H. J. M. van Zinnicq Bergmann (r. k.) met
50 en W. J. H. Prinsen (r. k.) met 51 van 52
stemmen.
Noord-Holland. Herkozen Mr. E. N. Rahusen
(lib.) met 53 van 64, Mr. M. C. van Hall (lib.)
met 48 van 63 stemmen. Gekozen Mr. F. S.
van Nierop (lib.) met 33 van 65 stemmen, Mr.
Waterschoot van de Gracht (r. k.) had 8, de heer
Van Eeghen (antir.) 7 stemmen.
Overijsel. Herkozen de heer G. J. van Heek
(lib.) met 32 van 44 stemmen. Er werden 12
stemmen bianco uitgebracht.
Utrecht. Herkozen Mr. R. Melvil baron van
Lynden (antir.) met 31 van 35 stemmen. De heer
P. Reyger had 3 stemmeu, jhr. Huydecoep 1.
Zuid-Holland. Herkozen de heeren Mr. S. A.
Vening Meinesz (lib.) met 42 stemmen tegen 28
op baron van Brienen van de Groot Lindt (antir.),
Mr. B. M. Vlielauder Hein met 42 stemmen tegen
30 op jhr. Van Fisenne (r. k.), Mr. R. T. H. P. L. A.
van Boneval Faure (lib.) met 40 stemmen tegen
29 op den oud-Minister Havelaar (antir.), F. B.
's Jacob (lib.) met 41 stemmen tegen 29 op Dr.
A. Kuyper (antir.)
Door het Ministerie van Kolonien is het
volgende telegram uit Indie ontvangen
Heden krijgsverrichtingen A. C. Pasei en Pedir-
streek. Talrijke vijand bij Madan-Kreli hield
geen stand. Handgemeen bij tocht naar Paja
Bakoeng. Bruggen over de rivier Paseh geslagen.
Onzerzijds een gesneuveld en 21 gewond. De
vijand liet 74 dooden achter.
In de Pedir-streek gevechten met benden van
Panglima-Polim. Onzerzijds een gesneuveld en
vijf gewond. Vijand had vijf dooden.
Naar de Midd. Ct. meldt, werd dit jaar
door een paar landbouwers te Rilland-Bath eene
proef genomen met de teelt van weiknollen op
een stuk grond ter grootte van ongeveer 4 H. A.
De knollen werden alle van daar verzonden naar
Rotterdam en verder per consignatie, door tusschen-
komst van een expediteur, naar Engeland. De
opbrengst bedroeg ongeveer f 500 per H. A.
Eenige andere landbouwers zullen dit jaar eveneens
eene proef nemen.
Mevrouw, vervolgde Haudecoeur, zich tot
Marguerite wendende, herinnert gij u alle om-
standigheden bij den dood van meneer de Beaupre-
ault Ik ken alleen het deel, dat mij betrofde
rest hebben ze mij niet verteld.
Wat wilt ge weten P
Als ik 't wel heb, was 't Collivet, die u op
de hoogte bracht, dat uw man plan had om te
vluchten, niet waar
U kwam in het kabinet van meneer de
Beaupreault, toen Collivet u voorgelogen had, dat
hij u riep.
Ja.
Dus Collivet scheen u zeer genegen
Dat geloof ik wel.
Maar hij toonde minder toewijding voor
zijn patroon. Zijn handelwijze jegens meneer de
Beaupreault leek veel op een wraakneming.
Marguerite maakte een gebaar van vermoeidheid.
Waarvoor was het noodig, op al die dingen terug
te komen
Doch Haudecoeur scheen er anders over te
denken. Hij vervolgde
Collivet moet dus het geheim van den
moord kennen.
Allen begonnen scherper te luisteren. Gerard
vroeg
Hoe komt ge aan die gedachte
Heel eenvoudig. Er valt nu niet meer te
twijfelen, dat Collivet gezocht heeft, mij te dooden
of mij weer in de gevangenis te krijgen. Waarom?
Persoonlijke redenen om mij te haten kan hij niet
hebben hij kende mij nauwelijks. Vreesde hij
mij dan? Was mijn terugkomst in Frankrijk een
gevaar voor hem? Wat kon het hem schelen, of
ik pogingen deed, in mijn eer hersteld te worden,
om den waren schuldige te vinden Ik kon