A lgemeen Nienws- en Advertentieblad voor Zeenwsch- Vlaanderen. No. 3778. Zaterdag 17 Juni 1899. 39e Jaarsana:. 0NSSHKLDI& abonnement Binnenland. advertentiEn Inzending van advertentien v6or 3 uren op den dag der uitgave. POLITIEK OVERZICHT. FiiiUlLLETON Naar het Fransch van JULES MARY. 37) TEir\ETZKIIE COUUVT Voor Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,—. Franco per post Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amenka 1,824. Men abonneert zicb bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieves bushouders. Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0,10. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. nit blad verschljnt liaandng-, Bij deze courant behoort een bijvoegsel. Burgemeester en Wethoudera van TER NEUZEN maken bekend, dat door den Raad in zijne vergadering van 15 Juni j.l., tot Ambtenaar van den Burgerlijken Stand is benoemd de heer fwWIELAi'D* Ter Neuzen, 16 Juni 1899. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. A. P. GEILL, Burgemeester. J. WISKERKE, Secretaris. De opdracht tot vorming van een ministerie is door president Loubet aan Raymond Poincare gegeven; en deze heeft die opdracht aauvaard. De heer Constans, de groote man van den stnjd tegen de Boulanger, thans gezant te Konstantinopel, heeft de erfenis van Dupuy afgewezen. Uit Konstantinopel wordt daarover gemeld Constans weigerde in te gaan op het voorstel om Dupuy als minister-president op te volgen. De gezant gevoelt zich heel goed te Konstantinopel en wenscht niet naar Parijs terug te keeren. 11 ij heeft nog een bittere herinnering aan den ondank, voor zijn energie in den strijd tegen Boulanger. Boveudien aeht hij zich te oud om een vecht- kabinet te leiden en dat zal onder de tegenwoordige omstandigheden noodigzijn. Constans schijnt zijn reputatie niet te willen blootstellen, om zijn kans op het presidentscbap der Republiek niet te ver- liezen. De kansen van Raymond Poincare waren daar- door asnuierkelijk ge9tegen. Zoowel Deschanel als Faillieres hebben den president der Republiek medegedeeld, dat Poincare eigenlijk de man van den toestand is. Doch Poincare stribbelde tegen. Volgens den Figaro antwoordde Poincare, dat hij in de laatste drie jaren slechts weinig aandacht had geschonken aan de parlementaire en politieke verwikkelingen, en zelfs geen deel had gehad aan de jongste crisishij heeft geen redevoering ge- houden, noch eenigen invloed geoefend op de hooding der Kamer, en dus was er niets wat hem voor het ambt van minister-president aanwees. Maar Loubet liet hem niet los. Iedereeu had Poincare aangewezenhij was de man van het oogenblik in hem stelt men hoop en vertrouwen. Zijn verleden, zijn invloed, zijn redenaarsgaven, zijn karakter, wezen hem aan als degene, die de vereeniging der republikeinen moet tot stand brengen. In Le Figaro schreef kolonel Robert, die nog De portierster was niet gerust. De beide arme vrouweu, niet op het bezoek van den agent voorbereid, konden een onvoorzich tigheid begaanbijvoorbeeld vragen naar Haude- coeur. Meneer Loiseau, zei ze, verlegen, 't is, geloof ik, beter, dat u nog niet meegaat. Waaroin niet? Als de arme schepsels eens vermoedden Dat ik van de politie ben Dat kunnen ze toch niet aan mijn neus zien 't Is immers juist onze kunst, niet te laten merken wat we zijn. Ze begreep, dat meer tegenstribbelen slechts argwaan kon opwekken, en met bezwaard gemoec, ging ze de trap op, waar Loiseau haar reeds was voorgegaan. Doch op het portaal bij de woning der Haudecoeurs schoof ze hem voorbij en opende de kamer. Louise en haar moeder, die veel beter waren zagen haar blijde en daukbaar aan doch voor de vrouwen iets konden zeggen, riep juffrouw Leon om te waarschuwen, dat ze niet alieen was Komt u maar binnen, meneer Loiseau En zij verklaarde aan juffrouw Haudecoeur, die verbaasd was over dat onverwacht bezoek 't Is een buurman, die van uw ziekte ge hoord heeft en u goeden dag wil zeggen. Loiseau groette en keek eens rond. WoeiisilHi.- en ^^on.ferd „p We»tdagen, bij den P. J. *A»"K te Te* vriendelijkheid Neuien. onder Mac-Mahon gediend heeft, en die vroeger altijd van Dreyfus' schuld overtuigd verklaart te zijn geweest, nu een artikel, waarin hij erkent, dat een gerechtelijke dwaling heeft plaats gevonden. En dan schrijft hij „Voor het geheele Fransche leger, met zijn ridderlijken geest, zijn eerlijkheid, zijn rechtscha- penheid, valt het vonnis, door het cassatie-hof geveld, slechts toe te juichen. Dit groote drama moge veel schuldige zwakheid hebben blootgelegd, let heeft eveneens veel kracht, veel toewijding, veel karakter, aan het licht gebracht „Ik hoop, dat wij spoedig de onmetelijke vreugde zullen genieten van te weten, dat een Fransch officier zijn vaderland niet heeft verraden, dat niet onze kinderen eene gruwelijke dwaling zullen te betreuren hebben, en dat het ongelukkig slachtoffer eiudelijk aan de liefde van vrouw en linderen werd teruggeven Kolonel Robert" staat er onder. En het werd waarlijk voor een woord van deernis en meewarigheid, zij het dan nog met van berouw, uit zoodanigen mond wel tijd Bij het verlaten van het Duivels-eiland, verleden Vrijdagmorgen, heeft kapitein Dreyfus, een laatsten blik slaande op de hut, die hem zoolang had geherbergd, een paar tranen niet kunnen weerhouden, meldt men uit Cayenne aan Daily Telegraph. Wij willen het gaarne gelooveu en vinden het natunrlijk. Zoo went de vogel aan zijn kooi en krijgt haar lief, als hij er van scheiden moet. Zoo is het ook met de Dreyfus-zaak zelve, voor wie er in leefden, nu zij haar einde nadert Verscheidene bewouers van Cayenne zonden aan den kapitein attenties, brieven, kaartjes, kleederen, z. Bij Las Pinas, Philippijnen, is een artilleriege- vecht geleverd tusschen de batterijen van de Ameri- kanen en van de Filippinos. Deze openden het vuur uit drie stukken, en de Amerikanen beantwoordden het met kracht uit zes kanonnen, gesteund door de stukken van den monitor Monadnock en de kanonneerboot Helena. Onderwijl raakten twee compagnieen Amerikaan- sche infanterie, op verkenniug uitgezonden, slaags met een afdeeling van den vijand. Eerst toen zij versterking kregen, konden zij op de stellingen van den vijand aanrukken, die hardnekkig stand hield bij de Zapoti-brug, maar ten slotte de wijk moest nemen. Na het gevecht verklaarde Generaal Lawton, dat, „zoo]ang hij op de Philippijnen was geweest, dit gevecht nog het meest op oorlog had geleken." Wat een ellende dacht hij. Juffrouw Leon boog zich over Louise heen om haar te liefkoozenmaar zij maakte van die ge- legenheid gebruik om haar in 't oor te fluisteren Pas op, die man is van de politieprobeer je moeder te waarschuwen. Louise schrikte en werd zeer bleek't ontging haar moeder niet, en deze schoot toe om haar te ondersteunen. Moeder, fluisterde het meisje, pas op die man is een agent Loiseau, die op alles lette, hoorde wel niet, wat er gezegd werd, maar hij begreep toch het spel. Er kwam terstond bij hem een vaag vermoeden op van iets, dat voor hem verborgen werd gehon- den, en waaraan de portierster medeplichtig was Hij trachtte iets te ontdekken, maar merkte verder niets bijzonders op. Teneinde geen argwaan op te wekken, ging hij spoedig heen. Hij bleef op de volgende verdieping staan, maar hoorde niets dan een heel gewoon gesprek met juffrouw Leon, die vervolgens ook naar beneden kwam. Toen zij op 't trapportaal den agent zag, schrikte ze onwillekeurig terug. Wel, vroeg Loiseau, hartelijk lachend heb ik u doen schrikken Wat doet u hier Ik wachtte op u. Waarotn Om u te vragen, waarom ge juffrouw Hau decoeur en haar dochter gewaarschuwd hebt, dat ik van de politie ben. De portierster liet zich niet zoo ganw van haar stuk brengen. Och, heeft u dat gehoord Russische tegenover Eene Finland Uit een Senaatsbegrooting van het jaar 1896 leeft de Czaar bemerkt, dat 34 percent de Finsche loeren zonder laud zijn. Met het oog op hun treurigen toestand heeft de Czaar bevolen, elk jaar uit het saldo der begrooting een fonds te stichten en daarbij tevens de noodige maatregelen te be- ramen, om langzamerhand landerijen aan te koopen. De Senaat zal een commissie benoemen, om dit schema uit te werken. In de Dinsdagavond te IJzendijke gehouden vergadering van het hoofdbestuur der Maatschappij tot bevordering van Landbouw en Veeteelt in Zeeland is benoemd tot zuivelconsulent voor de provincie Zeeland, de heer L. J. M. Koert te Den Bommel, met wien op de voordracht stonden de heeren P. Leenhouts te Koudekerke en L. S. Starkenburg te Goes. Deze ambtenaar wordt benoemd en ontslagen door bovengemeld hoofdbestuur, onder goedkeuring van den Minister van Binnenlandsche zaken. Hij zal zich uitsluitend te wijden hebben aan de belang der zuivelbereiding in de provincie Zeeland. O. m. is hem opgedragen het houden van openbare voordrachten, het geven van cur- cussen in de zuivelbereiding, het verstrekken van raad aan vereenigingen en particulieren over de zuivelbereiding, behulpzaam te zijn bij oprichting van zuivelfabrieken, opleiding van geschikt per- soneel daarvoor, verrichten van melkonderzoekin- gen in 't belang der zuivelbereiding en de veeteelt, het bezoeken van botermijuen en botermarkten enz. Hij zal gevestigd zijn te Middelburg, waar hij een nader te bepalen dag der week zal te raad- plegen zijn. Naar aanleiding van een schrijven van de Kamer van Koophandel te Nijmegen, heeft de directeur der posterijen en telegrafie besloten, de telegrambestellers aldaar van rijwielen te voorzien, opdat de bestelling in de stadsbuitenwijken vlugger kunne geschieden. TER NEUZEN, 16 Juni 1899. Door de aanneming van het wetsontwerp tot afschaffing van de rijks land- en watertollen in de zitting der Tweede Kamer van j.l. Woens- dag, komt in vervulling een wensch door vele schippers en expediteurs alhier meermalen geuit en Dat blijkt. Maar u antwoordt mij niet. Omdat 't uit mijn mond haar minder zou doen schrikken, dan wanneer ze 't op een andere manier vernamen. 't Was wel zoo eenvoudig, heelemaal niets er van te zeggen. Hij acktte het niet noodig, meer er bij te voegen, maar van dit oogenblik af ging hij zeer nauwkeurig al hare gangen na. Tweemaal trachtte zij, na wat brood en vleesch in hare zakken te hebben verborgen, naar boven te sluipen, om Haudecoeur in zijn dakkamertje van voedsel te voorzien, maar de agent wist haar telkens terug te houden. Als hij maar niet van honger sterftdacht de goede vrouw angstig. 't Werd avond Haudecoeur, steeds opgesloten, had nog geen teeken van leven gegeven. 't Waren lange en bauge uren voor hem geweest, en hij was vol ongerustheid, daar hij juffrouw Leon niet zag verschijnen. Honger en dorst waren voor hem dingen van ondergeschikt belang maar zijn angst nam met elke minuut toe. Aanhoudend was hij met het oor bij 't sleutelgat, om eeuig geluid op te vangen. Eindelijk, tegen den avond, hoorde hij de stem van juffrouw Leon, die riep Nu, goeden-avond, buurvrouw Goeden- avond Louise 't Doet mij plezier, dat't nu beter met jelui gaat 't Was, of 't goede mensch met opzet hard riep, opdat haar stem hem zou bereiken. Hij begreep instinctmatig, dat de portierster niet vrij in hare bewegingen was en waarschijnlijk bespied werd. En de arme man, aan zooveel tegeuspoed gewend, sluit de aanneming van 't ontwerp ook in zich een voldoen aan het meermalen door de Kamer van Koophandel en Fabrieken tot de Regeering ge- richt verzoek om de heffing van schut-, kanaal- en havengelden op het kanaal alhier af te schaffen. De beslissing is zeer ten gunste onzer haven. Men heeft hier te kampen met scherpe con- currentie, en als men dan bedenkt dat jaarlijks ongeveer een halve ton aan rijkstollen werd be- taald, die dan niet meer betaald zullen moeten worden krijgt men er eenigszins een idee van dat men nu weer beter de concurrentie het hoofd zal kunnen bieden. Daarmede houdt dan ook op de hoogst vreemde toestand, dat schepen, doorvarende tot over de grens geen rechten moesten betalen, maar die voor Nederland zelf bestemd wel. Dit was wel een gevolg der conventie met Belgie, dat de aanleg- kosteu voor 't kanaal betaalde, maar het schiep toch een in't oogloopend vreemde toestand, waarop door den afgevaardigde den heer Fokker reeds meermalen, ook nog Dinsdag werd gewezen. Niet zelden komt het voor dat schepen en voor Ter Neuzen en voor Gent goederen geladen hebbende, rechtstreeks naar Gent doorraren, omdat het wegens de kanaal- en schutgelden voordeeliger uitkomt de anders hier te lossen goederen van uit Gent te verzenden, dan die rechten te betalen. Dit zal dan ook wel niet meer plaats hebben, tot voordeel der werklieden en ook voor 't Nederl. loodswezen, dat voor Ter Neuzen bestemde schepen bemant. Maar niet alieen voor de zeevaart, ook voor de binnenschipperij zal 't een groot voordeel zijn, en zullen ook de binnenschippers en door hen bediende zaken, zooals o. a. de steenleveranciers, beter kunnen concurreeren. Over het algemeen meenen we dat Ter Neuzen met de gevallen beslissing tevreden kan zijn. Naar wij vernemen hebben eenige heeren, die deel gemaakt hebben der commissie van toe- zicht van de vroegere societeit „De Theetuin" zich met meerderen in verbinding gesteld om een voor- loopig comite te vormen, teneinde weder eene buitensocieteit op te richten. In eene Woensdag door hen gehouden vergadering werd besloten circulaires aan de ingezetenen te verzenden om op die wijze te trachten leden te verwerven. Heden was het alhier „inspectie". Reeds vroeg zagen wij in de straten de soldaten in ,/tenue" flaneeren, den spekzak op de rug, en tot de knieen bestoft. Een paar miliciens uit Ter Neuzen wilden liever besloot, nog maar wat geduld te hebben en den riem wat vaster toe te halen. Loiseau zorgde er voor, dat een andere agent hem afloste, als hij het huis een poos verliet. De nacht verliep, en de volgende dag begon op dezelfde wijze. Juffrouw Leon was wanhopig. Haudecoeur zou bepaald van honger omkomen. Had zij maar iemand om haar te helpen Louise en haar moeder wisten hiervan niets anders zouden zij moeilijk hare onrust hebben kunnen bedwingen. Tegen tien uur des morgens trachtte Haudecoeur, zijn ongeduld niet langer meester en vreezende, dat er een ongeluk gebeurd was, de deur zijner gevangenis te openen. Loiseau, die steeds op de trap was, hoorde het geraas en riep de portierster. Luister eens, juffrouw Wat gebeurt daar boven Het goede schepsel, meer dood dan levend, antwoordde Ik zal gauw even gaan kijken. Dan zullen we samen gaan. O, doe geen moeite, meneer Loiseau, zei ze beleefd. Volstrekt geen moeite. Bevend van angst beklom zij de trap. Was 't toeval, of had Haudecoeur iets gehoord Het geraas hield op. 't Bleef doodstil in de dakkamers. Is dat alles bewoond vroeg Loiseau. De meeste kamers. Door wie Werklui of bedienden van de benedenver- diepingen. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1899 | | pagina 1