A lgemeen
Mieuws- en Advertentieblad
voor
Zeenwsch- Via an der en.
No. 3756.
Dinsdag 25 April 1899.
39e Jaartja^a;.
0FSCSTOB1S VfBOQBDBELD.
Openbare Vergadering
Persoonlijke Diensten.
ABONNEMENT:
Inzending van advertentien v6or 3 uren op den dag der uitgave.
Kamer van Koopliandel en Fabrieken
te Ter Neuzen.
De bepalingen der wet uitgelegd naar de
eisclien der praktijk.
IV.
FEUILLETON
Naar het Fransch van JULES MARY.
16)
YIl
POLITIEK OVERZICHT.
\EIZE\SCI
Per drie maanden biunen Ter Neuzen 1,Franco per postVoor
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,32$.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
AD VESTENTIHN:
Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elken regel meer f 0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de p rijs
slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Miit Waa verschijnt VIWoemdag- en VriJd»Savondt uitge.onderd op! Feeildagen, 1.IJ den ."sever 1». J. VAM PE HIDE «e Ter Xenzen.
op Dinsdag den 25 April 1899, namiddag 7 uur.
De Loco-Voorzitter,
J. A. VAN ROMPU.
De Secretaris,
H. J. VOOREN.
Een ander geschil werd door de regeering weer
geheel van de eischen der praktijk opgelost.
Ik heb het oog op de vraag of brandweerver-
ordeningen, in het bijzonder de daarbij gestelde
straffen, toepasselijk zijn op de brandmeesters
(opper- en adjunct-, brand- en onderbrandmeesters)
die volgens art. 179" der gemeentewet door Burg,
en Weth. worden benoernd.
In eene brandweerverordening was bepaald dat
het corps der brandweer zou bestaan uit een
opperbrandmeester, een zeker aantal brandmeesters
en een zeker aantal geaffigeerden bij de spuiten
onder verschillende benamingen als spuitmeester,
slangendrager, pomper, waterdrager enz. Burge-
meester en Wethouders zouden die personen uit
de dienstplichtigen benoemen. Hun tijd van dienst
was bepaald op 10 jaar, waarna zij recht op eervol
ontslag hadden. Na de verdere regeling werden
ten slotte alien, zoowel opperbrandmeester, brand
meesters als geaffigeerden bij niet-nakoming hunner
verplichtingen met boete of gevangenisstraf be-
dreigd.
Tegen die verordening kwamen Gedeputeerde
Staten op.
Volgens hen was de benoeming tot vaste be-
trekkingen bij de brandweer in strijd met het
karakter der persoonlijke diensten, dat tijdelijkheid
der dienstverleening medebrengt.
Die betrekkingen werden ambten of bedieningen.
Trouwens de bedoeling om van de genoemden be-
ambten te maken lag, volgens hen, geheel in de
verordening opgesloten.
De Raad mocht wel door vaste beambten buiten
de dienstplichtigen de spuiten doen bedienen
maar dan zou op hen niet van toepassing kunnen
Marguerite, vervolgde Jean, als je eenig
bewijs hebt voor de onschuld der verdachten, is
het je plicht, dat te zeggen
Ik weet niets
Zij scheen overstelpt door vermoeienis; hij durfde
niet meer aandringen.
Hij ging heen. Een vage twijfel had zich van
hem meester gemaakter was een slagboom ge-
vailen tusschen hem en Margueritehet zou voor-
taan niet meer mogelijk zijn, dat hunne zielen zich
vereenigden in ednzelfde gedachte.
Hun kuische liefde bleef bestaan, maar er was
lets geheimzinnigs, dat hen scheidde voor de
eerste maal; want ondanks de verwijdering van jaren,
hadden zij in gedachten samen geleefd.
Toen Jean Demarr weg was, zag Marguerite
angstig om zich heen.
Zal mijn geheele leven zoo zijn fluisterde
zij. zal ik zoo altijd moeten liegen
Liegen, of ik wil of niet
Als antwoord op de pijnigende vraag kwam
Gerard binnen.
Mama, ik zou wel willen weten, waarom u
Haudecoeur verdedigt.
Hij ook, haar zoonEvenals Jean Demarr
Zij zweeg, verbijsterd de knaap vervolgde, on-
verbiddelijk
zijn wat alleen toepasselijk kan wezen op hen
die verplicht zijn persoonlijke diensten te ver-
leeneu.
Hunne verplichtingen zouden.dan niet bij politie-
verordening kunnen worden geregeld, doch alleen
bij gewone instructie.
Derhalve zouden dan ook geene straffen als
bedoeld in art. 161 Gemeentewet op die beambten
kunnen worden toegepast en dan zouden ook af-
koop, plaatsvervanging enz. niet voor hen te pas
komen.
Ik merk op dat Ged. Staten blijkbaar over het
hoofd zagen dat al de bedoelde beambten, volgens
de verordening, uit de dienstplichtigen moesten
worden gekozen.
Hiertegen nu hadden m. i. G. S. moeten en
kunnen opkomen, althans gedeeltelijk omdat het
benoemen brandmeesters, volgens art. 179" ge
heel aan Burg, en Weth. is overgelaten. De
verordening kon aan die bevoegdheid niet te kort
doen.
Uit het antwoord der regeering vloeit, meen ik
voort, dat er tweeerlei brandmeesters kunnen
zijn n.m.
1. benoemd door B. en W. volgens art. 179;
2. benoemd ingevolge eene bepaling der veror
dening.
De benoeming sub 1 zou dan niet kunnen plaats
hebben als de gemeentekas het betalen van hulp
niet toelaat.
De benoeming sub 2 zou alleen kunnen ge-
schieden als die sub 1 niet kon plaats hebben.
Maar bij deze benoeming zouden B. en W. niet
meer vrij in de keuze zijn. Zij zouden dan moeten
kiezen uit de dienstplichtigen.
Mij dunkt dat kan niet opgaan.
Wanneer er brandmeesters moeten zijn dan
moeten zij ook door B. en W. worden gekozen en
moet dit collegie geheel vrij zijn in hare keuze.
Daardoor, ik wil het aannemen, worden de be-
noemden ambtenaren der gemeeute en dan zouden,
ook volgens de regeering, zooals blijkt uit haar
antwoord aan Ged. Staten, op die ambtenaren geen
politiestraffen kunnen worden toegepast.
En nu tracht de regeering aannemelijk te maken
dat men volstrekt niet altijd met ambtenaren te
doen heeft en zij maakt dan de onderscheiding
waarvan ik hierboven sprak.
Ik geloof, dat opper- en adjunct-opperbrand-
meester, brand- en onderbrandmeesters wel degelijk
zijn ambtenaren. Maar ik zie daarin volstrekt geen
reden waarom zij niet aan politiestraffen zouden
mogen worden onderworpen.
Mama, de justilie beschuldigt hem, dat hij
uw man heeft gedood en u verdedigt. Waarom
Zij wist geen argumenten meer te bedenken zij
had niet de kracht te herhalen, wat zij den advokaat
geantwoord had. Zij ontvluchtte hem, met de
woorden Ik weet nietoch, laat mij met
rust 1
Gerard bleef alleen, ontsteld hij trachtte te-ver-
geefs orde te brengen in de gedachten, welke zijn
brein doorkruisten. Hij gevoelde zich vreeselijk
eenzaamzijn moeder scheen zich van hem te
verwijderen. Wat schoot hem nog over?
Zacht begon hij te weenen, en omsluierd door
tranen klonk zijn smeekende stem
Ach, papa Goede, lieve papa 1
Haudecoeur, zeker van zijn onschuld, bleef
vertrouwen in de juslitie.
't Is onmogelijk, dat ze mij veroordeelen 1
zei hij tegen Jean Demarr.
De advokaat had het dossier bestudeerd, en
ondanks het duistere in de zaak, geloofde hij
niet zoo vast aan de onschuld van zijn client.
De geneeskundigen sloten uitdrukkelijk elk
denkbeeld aan zelfmoord buiten.
Maar wie was dan de moordenaar
De dag der terechtstelling brak aan.
Juffrouw Haudecoeur en hare kinderen waren,
verloren in de menigte, onder de toehoorders.
Haudecoeur, wiens gelaat geen spoor van on-
gerustheid droeg, antwoordde kalm op de hem
gestelde vragen.
Toen Jean Demarr het woord kreeg, voor de
verdediging, ging er een beweging door de zaal
get is, meen ik, juist zeer praktisch bij verzuim
hen zwaarder te straffen dan de bedienden. Zij
toch dienen als chefs een voorbeeld te geven van
getrouwe plichtsbetrachting.
Later heeft de regeering ook hare vroegere
zienswijze laten varen.
In eene missive van den Minister van Binnenl.
zaken dd. 15 April 1857 lezen we dan ook het
volgende, dat m. i. juist zoo merkwaardig is omdat
ook daaruit weer blijkt het verlangen om met de
eischen der praktijk te rade te gaan.
ffDoch al neemt men aan dat de brand
meesters teals plaatselijke ambtenaren
te beschouwen zijn, dan volgt daaruit nog niet,
dat het niet-nakomen der hun opgelegde ver
plichtingen niet met politiestraffen zou mogen
worden strafbaar gesteld. In den regel
moge dit niet noodig zijn, omdat men ten
aanzien van bezoldigde ambtenaren in de
inhouding van tractement, in schorsing of
ontslag een geschikt middel heeft om hen
tot het nakomen hunner plichten te nood-
zaken doch dit kan niet van toepassing zijn
bij betrekkingen, die geen voordeel of ge-
noegen, maar slechts last opleveren, die men
zich dikwijls alleen daarom laat welgevallen,
om daardoor van de boete, die op de weigering
is gesteld, te worden bevrijd."
De uitlegging hier door de regeering gegeven
is, heeft men gezegd, noch met de letter noch
met den zin van art. 161 en volgende te veree-
nigen. Het is mogelijk. Maar bepaald in strijd
met de wet is de interpretatie niet en ze heeft,
zooals ik opmerkte, het voordeel dat ze prak
tisch is.
(Slot volgt.)
T. D. M.
De laatste verhoor-mededeelingen inzake Dreyfus
van de Figaro zijn die van verschillende experts
en van den redacteur Chincholle, die Esterhazy
eens heeft hooren zeggen, dat hij het borderel
schreef, ook al tfop order."
Van de experten houdt Bertillon vol, dat Dreyfus
met kunstmatig verdraaide hand het borderel
schreef. Charavay, op zijne vroegere meening
terugkomend, verklaari, dat het schrift meer op
op dat van Esterhazy gelijkt. Pelletier meent,
dat het niet van Dreyfus en Gobert, dat het van
Esterhazy is.
Majoor Forzinetti heeft in zijn verhoor heel
het publiek, op emotie belust, wist, dat nu het
voornaamste nummer kwam.
Jean Demarr was opgestaanhij zag op dit
oogenblik tusschen hem en de jury het beeld
oprijzen van Marguerite Marguerite, de vrouw
van den vermoorde, die tusschenbeide kwam voor
den moordenaar. En weer drong die groote vraag
zich aan hem op waarom
Dit hinderde hem in zijn pleidooi, als iets, dat
hem de keel toeschroefdedat zijne gedachten
verwarde, zijn hoofd zwaar maakte. Hij gevoelde
dit, naarmate hij verder spraken dat bracht
hem nog meer van streek.
De eerste de beste advokaat, die zijn taak ver-
stond, zou den man misschien van het bagno
hebben geredzijn kracht werd verlamdzijne
woorden drongen niet door tot de hartende
rechters fiuisterden onder elkaar.
De groote advokaat werd meer en meer ver-
legen zijn stem klonk dofhij wischte 't zweet
van het voorhoofd.
De president van 't hof, die hem zeer genegen
was, vroeg of hij ongesteld was.
Neem een oogenblik rust, meneer Demarr
Hij deed dit. Er heerschte een ijskoude stilte
in de zaalzelfs het publiek waagde't niet, zijne
opmerkingen te fluisteren. Het wachtte.
Jean Demarr schudde de loomheid af, die zijn
geest druktemet een uiterste kraehtsinspanning
richtte hij zich op en hervatte het pleidooi.
Haudecoeur glimlachte tevredenhij alleen
was zeker van zijn vrijspraak.
De advokaat gevoelde echter, dat hij't verloren
terrein niet kon herwinnen, den eersteu slechten
indruk niet uilwisschen. Er volgde geen repliek
wat belangrijke en treffende bijzonderheden rnede-
gedeeld.
Zoo, dat men dadelijk bij Dreyfus' arrestatie
hem, tegen de reglementen in, reeds als een ver-
oordeeld. gevangene behandeld wilde hebben, bv.
wat den kost betreft, waartegen de majoor zich
verzette. Dreyfus zag er toen uit als een krank-
zinnige, met beloopen oogen en slechts onverstaan-
bare, schorre geluiden over de lippen brengend.
Negen dagen lang, van 15 tot 24 October, kon
hij geen voedsel over de lippen breugen, alleen
wat bouillon en wijn.
Het was majoor Henry, die in een rijtuig Dreyfus
naar de gevangenis bracht. Hij verbood aan For
zinetti den gouverneur van Parijs, generaal Saus-
sier, in de zaak te moeien, maar Forzinetti waar-
schuwde dezen toch en kreeg toen een vriendschap-
pelijkeD uitbrander. Bij deze gelegenheid liet
Saussier zich de opmerkelijke woorden ontvallen
z/Stom om zoo maar op vermoedens en zonder
bewijs te laten arresteeren 1 Had hem laten sur-
veilleeren, en als hij het gedaan had, naar Soudan
gestuurd om daar zijn kogel te viuden, dan was
alles rustig gebleven. Ik ken mijn land 1"
Door generaal Boisdeffre ondervraagd, ,/als
iemand, die de menschen kent," hoe hij over
Dreyfus dacht, heeft Forzinetti verklaardGene
raal, hij is even onschuldig als ik 1" Waarop
Boisdeffre zeide „De Minister zal zich met zijn
zaak Dreyfus nog in ongelegenheid breugen 1"
Na zijne veroordeeling sprak Dreyfus herhaal-
delijk over zelfmoord. Maar de majoor waarschuwde
hem daartegen, en hij liet het voornamelijk om
vrouw en kinderen. ,/Voor hen zal ik den kruis-
berg bestijgen waren zijne woorden.
Het Duitsche legerbestuur houdt zich bezig
met een rapport omtrent het gebruik van vloei-
baar gemaakte lucht als ontploffingsmiddel. Er
zijn daarmede proeven genomen in een mijn, welke
volgens de geruchten, ffeen volslagen omwenteling
in de toepassing van ontploffingsmiddelen" doen
verwachten.
Eene blijde boodschap om mede te deelen op
het Vredes-Congres
Koning Oscar van Zweden is Donderdagavond
uit Parijs naar Carlsruhe vertrokken, waar hij
eenigen tijd de gast zal zijn van de ouders van
zijn schoondochter, de Kroonprinses.
Aan het station waren de leden van de Zweedsche
en Noorsche kolonies samengekomen, die den
Koning de volksliederen toezongen. De Vorst
zong zelf uit voile borst mede.
De heer Reed is als Speaker of Voorzitter van
van het openbaar ministerie. De president resu-
meerde helder en onpartijdig het debat en de
zitting werd geschorst.
Jean Demarr was gaan zitten, vermoeid, onte-
vreden over zich zelf, ongerust. Voor't eerst van
zijn leven hoorde hij de stem van het zelfverwijt
,,Gij hebt niet uw plicht gedaan".
Haudecoeur evenwel, nog steeds vol vertrouwen,
stak hem beide handen toe.
O, ze zullen mij viijspreken! zei hij opgewekt.
De leden der balie fiuisterden onder elkaar
Meester Demarr begint te dalen.
De jury deed uitspraak ze bevond Haudecoeur
schuldig, onder verzachtende omstandigheden.
En de arme man hoorde zich veroordeelen tot
twintig jaren dwangarbeid
Kerunion werd met algemeene stemmen on
schuldig bevonden en vrijgesproken.
Haudecoeur stond eerst, alsof hij 't ongelooflijke
niet kon begrijpentoen volgde een diepe ver-
slagenheid. Hij dacht er zelfs niet aan, de zijnen
een blik tot afscheid te gunnen.
Louise en haar moeder hadden niet de kracht,
op te staan zij hielden de zakdoeken voor haar
rnond, om de snikken te smcren.
Mederic mompelde met een smartelijk glimlachje
Ik dacht 't wel 1 't Was te verwachten.
Onder de toehoorders was ook Collivet, die
met groote belangstelling de bijzonderheden van
het verhoor volgde.
Toen 't vonuis was uitgesproken, haastte hij
zich naar buiten, nam een rijtuig en liet zich
naar de reu Daunou brengen.
Mevrouw de Beaupreault wachtte hem, met
haar zoon.