A 1 g em een
Nienws- en au»w tcuuomau
voor
Zeenwsch- Via an der en.
No. 3742.
Dinsdag 21 Maart 1899.
39e Jaar^ang1.
Binnenland.
A J mm^-1 nUla rl
ABONNEMENT:
Xnzending van advertentiSn v6or 3 uren op den dag der uitgave.
POLITIEK OVERZ1CHT.
FKXJ1LLETON
Naar het Franscli van JULES MARY.
3)
SOHE
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,—. Franco per postVoor
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,82*.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Bneven-
bushouders.
ADVERTENTlEN:
Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elken regel meer f 0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaataing derzelfde advertentie wordt de prijs
slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
»i« verNfliijnt Woen.«l»». en VriJ.I»Kavon«l~^8^"derrt op Feertd«,en, bij Jen -Hgeve, P. J. Til PK »«»P« «e Te, Xei.ei.
Esterhazy gaat steeds voort, copie te leveren
aan de bladen. Nu heeft de Londenscke corres
pondent van de Matin" hem weer uitgehoord,
en men moet zeggen, de Uhlaan blijft zich gelijk
ophakkerig, leugenachtig en onaangenaam. Hi]
moet er, volgens den uitvrager, naar aan toe zijn,
wat zijn fiuancieele positie aangaat. Van de
schuld van Dreyfus was hij natuurlijk nog sterk
overtuigdvan de beruchte scene met de revolver
bij von Schwarzkoppen was niets waar enz. Es
terhazy beweerde verder, dat hij naar Soedan zou
gaan om daar dienst te nemen. Hij was erg
slecht te spreken over de menschen, die hem
vroeger hadden beschermd en die hem nu in den
steek lieten.
In den Senaat heeft de heer Fabre zijn inter-
pellatie gehouden, is hij er althans mee begonnen,
over het aanwerven, van officieren door de Ligue
voor het Fransche vaderland, en over de konke-
lingen van deze vereeniging met andere hande-
lingen, die in het kader van een burgeroorlog
valleu. Het doel der Ligue bracht wellicht de
troonsbestijging door een der prentendenten mede.
Hij verweet de vereeniging de beleedigingeu van
president Loubet op den verkiezingsdag. Wat
de officieren betreft, zij hebben aan geen staatkunde
te doen. De Ligue heulde sameu met de Patriot-
tenliga en die der antisemieten. Aan generaal
Roget verweet Fabre het toekennen van ridder-
lijke gevoelens aan Deroulede in een openbaar-
gemaakten brief.
't Vervolg der interpellate moest plotseling
worden verdaagd door een ougesteldheid van den
interpelleerenden senator.
Bij de behandeling van de begrooting van
marine in de kamer, heeft de minister van
marine, Lockroy, het onderzeesche vaartuig //Zede",
dat een verschrikkelijk oorlogsvaaartuig moet zijn,
zeer geprezen. Hij trad daarbij in breedvoerige
uitleggingen over de organisatie der vloot, en
eindigde met te zeggen, dat het noodig was,
Frankrijk een machtige marine te schenken. Een
vernieuwing der vloot was z. i. noodzakelijk.
Aan den toon, die heerschte op het parlemen-
taire diner, Donderdag door den Duilschen Post-
Minister Von Podbielski gegeven, kon men dui-
delijk bemerken, dat met de goedkeuring der
legerwet aan beide kanten aan de menschen een
pak van het hart is genomen. Op het diner
volgde eene soiree, die ten slotte tot een schitte-
rend feest aanwies. De Rijkskanselier Von Hohen-
Mevrouw de Beaupreault, was, na de mede-
deelingen van Collivet, met wankelende schreden
naar haar kamer teruggekeerd. Zij liet zich neer-
vallen in een fauteuil, ten prooi aan groote droef-
heid en vruchteloos hare hersens pijnigend om
een redmiddel te vinden, waar geen redding
mogenlijk was.
De uren verliepen, Josette kwam en ging ver-
scheidene malen, maar Marguerite scheen niets te
bemerken van wat er om haar heen gebeurde.
Met een snik van toorn en minachting ont-
snapten nu en dan halfluid de woorden aan hare
lippen
Waar is hij Wat doet hij De rampzalige
Hij, dien hare gedachten vruchteloos zoehten
te midden van het rumoerige Parijsche leven, dat
hem gebroken had, was niet zoo ver af als zij
waandewant op 't oogenblik, toen de klok elf
sloeg, kwam een man langs de donkere trap naar
de eerste etage. De bedienden waren niet meer
op bun postmen verwachte meneer niet meer
George de Beaupreault sloot de deuren, opdat
niemand hem zou storen. Hij was nog de knappe
ruim veertigjarige man, dien het portret vertoonde
maar de trekken waren nog vermoeider, het voor
hoofd gerimpeld, en er lag zekere minachting voor
alles in de wijze, waarop hij met de lippen trok
Hij liet zich vallen op een canape en zei
loge kwam er ook, en werd van alle zijden met
het welslagen zijner bemiddelingspogingen geluk-
gewenscht.
Een paar gasten, die de begrafenis op Fried-
richsruhe hadden bijgewoond, beschreven de plech-
tigheid als zeer indrukwekkend. Aangrijpend was
vooral ook de toespraak van den predikant geweest
het is te hopen, dat zij wat meer bekend
wordten van het mausoleum had men den
indruk gekregen, dat het wel een eer.igszins eigen-
aardig, maar toch zeer waardig gebouw was, wel
geschikt om een bedevaarts-oord voor het dankbare
sic) nageslacht te worden.
Keizer Wilhelm heeft aan Cecil Rhodes zijn
portret geschonken. Over het aanleggen van een
telegraflijn moet men het te Berlijn met hem eens
zijn geworden, maar over den spoorweg nog niet.
Duitschland zal waarschijnlijk op de Vredes-
coliferentie worden vertegenwoordigd door den
sympathieken Minister van Buitenlandsche Zaken,
vrijheer Von Biilow.
Op de, ten sterfhuize van Ludwig Bamberger
gehouden gedachtenisviering, door allerlei groote
mannen op het gebied van kunst en wetenschap
bijgewoond, heeft de hoogleeraar Mommsen de
xoofdtoespraak gehouden. Hij noemde daarin den
overledene //den meest Duitschen onder de Duit-
schers" en den laatsle uit de schare van uitver-
korenen uit een grooten tijd. Mommsen ver-
klaarde, gehoopt te hebben, dat Bamberger, die
jonger was dan hij, eens een lijkrede over hem
zou hebben gehouden. Onder het spreken werd
echter de grijsaard zoo ontroerd, dat hij snikkend
moest eindigen.
De indirecte aauleiding tot de vijandige betoo-
ging tegen den Kroonprins van Zweden en Noor-
wegen te Christiania is, naar men verzekert, het
voorstel der outwapenings-conferentie van den
Czaar.
Dat vredevoorstel heeft in Scandinavie nieuwen
strijd verwekt, en wel over eene schijnbare klei-
nigheid, een quaestie van vorm, maar in de ge
geven omstandigheden iets zeer verklaarbaars. De
Noren waren uamelijk er tegen, dat op de uit-
uoodiging voor de conferentie een gemeenschap-
pelijk antwoord namens »de Regeering des Konings
van Zweden en Noorwegen" werd gezonden wij
hebben dadelijk al gezegd, toen het geschiedde,
dat het niet bevallen zou en zij wijten het
aan den Kroonprins-Regent, dat dit werd doorge-
dreven.
Dat is nu al drie dagen, dat ik probeer,
mijn eigen huis binnen te komen Gelukkig
waren de agenten vandaag niet wakker.
Hij bleef eenige oogenblikken onbeweegelijk
zitten, stak toen een sigaar aan en rookte die op,
zich behagelijk uitstrekkende, als iemand die
behoefte heeft aan rust na een groote lichamelijke
of geestelijke inspanning.
Daarna stond hij op.
Kom ik heb geen tijd te verliezen. Laat
ik alle compromitteerende papieren verbranden,
eer de politie den neus er in steekt.
Zorgvuldig doorzocht hij de laden van zijn
schrijfbureau, wierp heele bundels brieven in den
haard en stak die in brand. Hij wachtte, tot
ze geheel tot asch verteerd waren.
Dat werk kostte hem twee uren.
En nu voort
Op 't punt heen te gaan, viel zijn blik, bij
toeval, op een fraai lijstje, dat twee portretten
bevatte. Hij bleef staan, deed een schrede terug
naar de glimlachende gezichten, die hem aan-
trokken.
't Was 't aardige gelaat van een heel kleinen
knaapGerard, zijn zoontje, toen het vijf jaar
oud was, en 't andere Marguerite in de jeugdige
schoonheid, vol blijde verwachting van het leven,
toen ze twintig jaar telde.
Een seconde lang vertoonde zijn gelaat een
uitdrukking van spijt, onzekerheid, berouw mis-
schien. Hij aarzelde.
'tis mijn schuld, mompelde hij, met zelf-
verwijt. Ik had het geluk zoo dicht bij mij,
en ik wilde het niet hebben
Doch die opwelling kon niet lang duren. Het
De Eerste Kamer is bijeengeroepen tegen
Woensdag 5 April a. s., des avonds half negen.
Door de regeering is bij de Tweede Kamer
ingediend een suppletoire begrooting van het hoofd-
stuk buitenlandsche zaken der Staatsbegrooting
voor het dienstjaar 1899, waarbij wordt aange-
vraagd 75,000, voor de kosten van ontvangst
van de afgevaardigden tot de te 's Gravenhage te
louden ontwapeningsconferentie en van alle verdere,
met die conferentie in verband staande, uitgaven.
Door het toestaan van het bedrag zal geenszius
worden uitgemaakt, dat dit zal worden besteed,
doch het zal slechts beschouwd worden als een
maximum-krediet, waarvan niet dan met inacht-
neming van gepaste zuinigheid gebruik zal worden
gemaakt.
Te Nice, waarheen hij voor eenigen tijd
vertrok, is overleden de heer Mr G. N. de Stop-
pelaar, Ridder in de orde van den Nederl. Lteuw
en der Eikenkroon, sedert tal van jaren lid van
den gemeenteraad van Middelburg en voor dien
tijd Secretaris dier gemeente.
De overledene was voorts voorzitter van de
Vereeniging ffUit het Volk Voor het Volk"
en van de Middelburgsche afdeeling van „Schutte-
vaer" en was verder nuttig werkzaam in tal van
andere instellingen.
Men wil misschien wel eens weten wat men
aan den heer Schaper, het te Veendam nieuw
gekozen sociaal-democratisch lid der Tweede Kamer,
heeft
Welnu, in een opzicht kan men zich troosten
De gekozene behoort in alle geval tot de be-
kwamen van zijn partij. De heer J. H. A.
Schaper, redacteur van De Strijd, is lid van de
Staten van Groningen en van den gemeenteraad
der provinciale hoofdstad en heeft als zoodanig
getoond een schrander man te zijn.
De burgemeester van Groningen verklaarde van
den heer Schaper dat hij een eereplaats in den
Raad bekleedt.
Dit moge ons eenigzins troosten voor het verlies
van den heer Smidt, die een zeer bekwaam en
zeer geacht lid van de Kamer was, getuige o. a.
zijn werkzaamheden als rapporteur van Binnenland-
sche Zaken (tweemaal), van Justitie, van Finan-
cien en van het wetsontwerp op den leerplicht.
Hij vertegenwoordigde Veendam sinds 28 Nov.
1898. Tot de veelpraters behoorde de heer Smidt
koude eigeubelang had zich reeds lang meester
gemaakt van zijn hart't onverschillig egoisme
had de betere gevoelens van zijn jeugd verstikt.
Hij haalde minachtend de schouders op en ging
heendaar hij in een andere kamer nog papieren
had, welke hij diende te vernietigen, opdat ze niet
zouden verraden, met welke ongeoorloofde finan-
cieele knoeierijen hij zich had ingelaten, moest
hij de particuliere woning betreden en voorbij de
kleine salon gaan, waar Marguerite gaarne ver-
toefde.
Hij vermoedde wel, dat zijn vrouw daar was,
maar hij wilde haar niet zienhij vreesde ver-
wijtingen, tranen en meer nog den stillen blik
harer oogen.
Gerard zou er ook kunnen zijn, en hij gevoelde
zich te schuldig jegens die beide schepselen, ge
doemd, den last te dragen van fouten, niet door
henzelven bedreven, welke hun beider leveus zou
verwoesteu.
Daarom wilde hij moeder noch zoon terugzien.
Reeds was hij door de groote salon gegaan,
nabij de deur, welke toegang gaf tot zijn kamer,
toen het geluid van stemmen zijn oor trof.
Inderdaad, Marguerite was niet alleenmaar
't was niet de stem van Gerard.
Hij keerde op zijne schreden terug naar de deur
van de kleine salon, welke op een kier stond
hij kon duidelijk verstaan, wat er werd gezegd,
terwijl de portiere hem volkomen aan het gezicht
onttrok.
Zonder te bedenken, wat hij deed, sloop bij
tusschen portiere en deur. Daar luisterde hij
met ingehouden adem.
zeker niet en ook in dat opzicht zal door de
jongste versterking van de sociaal-democratische
arbeiderspartij in de Kamer wel eenige verandering
merkbaar zijn.
De samenstelling der Kamer is, na deze ver-
riezing, als volgtLiberalen 45, Redicalen, 4,
Antirevolutionnairen van de twee groepen 20,
Katholieken 22, Christelijk-Historischen en Con-
servatieven 5 en Sociaal-democraten 4.
Op 1 Januari waren er in Nederland 989
candidaat-notarissen, waarvan 525 werkzaam bij
iet notariaat.
De Standaard ontving uit Den Haag eene
ernstige klacht over het gedrag van een officier,
die, onder de schandelijkste vloeken, een onder-
officier zoo grovelijk bejegende, dat alien, die er
getuigen van waren, er zich diep aan ergerden.
Alvorens over de plaatsing van dit stuk te be-
slissen, heeft de redactie het departement van
oorlog met dit ingezonden stuk in kennis gesteld,
met beleefd verzoek, daarop eenig rapport te
mogen ontvangen. Dit heeft aanleiding gegeven
tot een nauwkeurig onderzoek, waarbij bleek, dat
de medegedeelde feiten alzoo waren. Voorts, dat
bedoelde officier voor den regimentscommandant
is geroepen, en daar een //zeer scherpe berisping"
heeft ontvangenen dat hem is aangezegd, dat
lij bij onverhoopte herhaling, voor verplaatsing
naar een ander garnizoen stond te worden voorge-
dragen.
Ten slotte verklaarde de Minister ook zijner-
zijds nog een woord in deze zaak te zullen mee-
spreken.
TER NEUZEN, 20 Maart 1899.
Bij Koninklijk besluit is met ingang van
1 April benoemd, tot sluismeester bij het kauaal
door Zuid-Beveland de heer W. F. Meijer, thans
hulpsluismeester bij het kanaal van Ter Neuzen.
Op Zondag 9 April hoopt Ds. E. T. K.
Steller zijn intrede te doen bij de Herv. gemeente
te Hoek, des namiddags 2 ure, na des voormiddags
bevestigd te zijn door zijn vriend Ds. A. M.
Knottnerus te Zaamslag aan wien de consulent
Ds. Timmerman te Ter Neuzen bereidwillig het
bevestigingswerk afstond.
Men seint ons uit Rotterdam
De protestantsche kerk te Overschie is gister-
avond afgebrand.
II.
Een poos, nadat Collivet weg was, had Josette
het gewaagd, haar meesteres op te schrikken uit
de droeve overpeinzingen. Ze gaf een visitekaartje.
Marguerite wierp er een blik op en werd plot
seling zeer bleek.
Jean Demarr
Maar zich herstellende, vroeg zij
Wat hebt ge gezegd
Dat mevrouw niemand ontving dat mevrouw
ziek was.
En is hij heengegaan
Neen, mevrouw hij bleef aandringen. Hij
leek zeer ontroerdhij had bijna tranen in de
oogen.
En toen
Toen kreeg ik medelijden en waagde het,
't kaartje bij u te brengen.
Wacht hij in de salon
Ja, mevrouw.
Marguerite bleef een oogenblik besluiteloos.
Hare oogen waren niet van het stukje carton af
hare lippen herhaalden telkens zacht den naam,
die haar welluidend scheen te klinken.
Jean Jean Demarr Na zooveel jaren Wat
wil bij? Waarom komt hij hier?
Josette waagde te vragen
Is die meneer Jean Demarr de beroemde
advokaat, waarvan ieder spreekt
Mevrouw de Beaupreault zei, droomerig
Jaen zijn hart is even goed als zijn roem
groot is.
Mevrouw heeft verdrietMisschien zou
die meneer Demarr u een goeden raad kunnen geven.