Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeenwsch- Vlaanderea. No. 3^29. Zaterdag 18 Februari 1899. 39e Jaargang. BlKIBDHAKUfc Brandweer. IATIOIALI HUTU. SC11DLDV0RBER1NGES. r l&TOis Melkree in Bslgis. 0 3 Sss'bX Ji aanbesteden: Binnenland. ABONNEMENT: Tuning van advertentito v6or 3 uren op den dag der uitgave Bij deze courant behoort een bijtoegsel. tOrt Si- I \mtmm - IT™"-'"™ r ™Sr «M«k SCHULDVORDERINGEN RIJK, de PltOYINCIE en de GEMEENTE, Ftfi U1LLETON Het van keibestrating voorzien van de losplaats bij de haven aan den Kleine Ruissenspolder. Begrooting /4604,— 6) IE11ZENSCHE COERAi Pe, drie mmnde. binn.n T« Neuzen 1,-. Fr.nco pe, poetVoor XT J i A 10 Voor Belgie 1,40. Voor Amenka 1,32$. Men abo{neert' zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Bneven- bushouders. ADVERTENT!!^: Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0,10. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. .a /kn kO«>»>wlil»(rpn. Ilil (1 **11 BlllfCVC* P T* ,tK-. WoeB-d«K- ea op Kee«til»ifen, bij den nHgever 1*J» l'AW lilBE^eTer^tMeo. J. A. P. G E I E L, ttls zoodanig in de Raadszitting van ,5 dezer is geinstalieerd en hij van af dien tyd is in fnnctie getreden. Ter Neuzen, 17 Februari 1899. Burgemeester en Wethonders voornoemd, J A. P. GEILL, Burgemeester. J. WISKERKE, Secretaris. plaats hebben. Ter Neuzen, 17 Februari 1899. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J A. P. GEILL, Burgemeester. J. WISKERKE, Secretaris. worden voorzieu van de noodige vervoerbewijzen of passag biljetten. Ter Nenzen, 17 Februari 1899. De Burgemeester voornoemd, J. A. P. GEILL. Burgemeester en Wethouders der gemeente TER EUZBi gezien de circulaire van den heer Commissaris er v in deze provincie van den 7 Februari 1899, n jate afdeeling herinneren'bij deze de belanghebbenden aan de bepahngen vervat in de wet van den 8"'" November 1815 (Staato no. 51), art. 125 der provinciale- en art. 228 der gemeente-wet, volgens welke alle TEN LASTE VAN HET binnen get maanden, volgende op het jaar waarover dezelve loopen, zullen moeten worden ingediend bij zoodamge ad nistratien of ambtenaren, welke de orders tot het doen van leverantien of anderzins gegeven hebben, op Poe^ J,a° worden gehouden voor verjaard en vermetigdv mitsdien een ieder uitgenoodigd, om de Schuldvordennge welke hij ten laste van het Rijk, de Provincie of de Gemeente, over 1898 mocht hebben, zoo spoedig mogelijk in te diene en daartoe den nitersten termijn, bij de wet vastgesteld, zyude den laatsten Juni aaustaande, niet af te wachten. Ter Neuzen, den 16 Februari 1899. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. A. P. GEILL. De Secretaris, J. WISKERKE. De Burgemeester van TER NEUZEN brengt bij dezen Hr M^Gezard aa^d^Min^te^va^Bmten^audscdm van melkvee uit Nederland geopend zyn. Ter Neuzen, 16 Februari 1899. De Burgemeester voornoemd, J. A. P. GEILL. Burgemeester en Wethouders van ZAAMSLAG zullen op Yrijdag 10 Maart 1899, des namiddags te 2 uren, in het gemeentehuis, in het openbaar en bij enkele inschrijving Plaatselijke aanwijs op den dag der besteding voormiddag 10 uur. Inlevering der biljetten lot op bet oogenblik der besteding. Bestekken tegen betaling van 25 cent ot, bij franco toezending, ad 20 cent per exemplaar, verkrijgbaar bij den Secretaris van Zaamslag. Zaamslag, 10 Februari 1899. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. BARENDREGT Az., Voorzitter. P. J. WORTMAN, Secretaris. Het Handelsblad van heden deelt het volgende belangrijke bericht mede Onze correspondent in Indie seint ons van heden Van den controleur te Melaboeh is bericht ont- vangen, dat Oemar den tieuden dezer gedood is in het gevecht nabij Melaboeh. Het lijk is overgebracht naar Pasirmogat, waar Oemars moeder begraven ligt. Met den dood van Toekoe Oemar is de toestand ter Westkust van Atjeh geheel in ons voordeel veranderd. Zooals wij onlangs schreven (8 Feb.)Oemar had dbbr nog machtIn Groot Atjeh, in Pedir durfde hij niet meer te komen, op de West kust alleen kon hij nog aanhang vinden en invloed oefenen. Aan de krachtige hand van Van Heutsz is het wel toevertrouwd, de wettige hoofden thans te brengen en te handhaven op de hun toekomende plaats en het land, dat het meest onder Oemar's drijven leed, met hunne medewerking te doen herleven. Oemar's dood zal in hooge mate de rust in die landstreek ten goede komen. Nu zijn levensdraad is afgesneden, mag hier herinnerd worden dat wij hem wegens zijn verraad grooten dank schuldig zijn. Door dat verraad toch werden wij gedwongen, de zoovele jaren aangenomen lamlendige houding in Atjeh voor goed te laten varen, en onze krijgsmacht weder in staat te stellen te toonen wat zij onder goede aanvoering vermag. Er zijn groote resultaten verkregenoveral bleven wij de overwinnaars, zelfs de gevreesde beri-beri vluchtte van Atjeh. Als nu op de heuvelen en in de dalen van Atjeh de Nederlandsche vlag ongestoord wappert; als in steeds wijder kring de „Companie" als de wettige souverein wordt geeerbiedigdals de (.gepantserde tramwagens" in het antiquiteiten- museum zijn opgeborgeu en geen onvertrouwbare hoofden meer worden gesalarieerd om hen te vriend te houdenals het werkelijk einde van den Atjeh-oorlog nu bij den dag zichtbaarder wordt, dan is dat niet het minst te danken aan den afval van Oemar, waardoor wij tot energie werden geprikkeldzoo ooit, dan kan men wel lier zeggen dat uit het kwade het goede is voort- gekomen. Die afval is een gezegend keerpunt geweeet in de geschiedenis van den Atjeh-oorlog. Wij verwijzen verder naar het heden door ons ontvangen telegram Naar H. WILD. Daar trof zijn oog een vreemd voorwerp de portefeuille, die hij bij 't afscheid van Melazzo had gekregen. Hij had die, den vorigen avond de hut betredend, achteloos op een stoel geworpen, en 'twas bloot toeval, dat ze niet eerder uit zijne handen was gevallen. Hij opende nu den brieven- tasch en zag, dat deze met banknoten van groote waarde was gevuld. Daarbij lag een briefje, waarschijnlijk van Melazzo's hand, waarin herhaald werd, dat dit het eerste deel was der renten van het kapitaal zijner vrouw. En nu kwam met vernietigenden druk weer de voile bewustheid van het feit, dat hij, bij al het goede, hem ten deel gevallen, ook werkelijk en onherroepelijk getrouwd was. O, die Melazzo Die laffe, listige schurk 'tWas geen noodleugen geweest, toen Walter den- mulat had verzekerd, dat hij een onover- winnelijken afkeer van het huwelijk had. Van alle bloemen, die het aardsche leven sieren, had de jonge natuurvorscher tot dusverre zich alleen bekommerd om die, welke voor een herbarium van nut kunnen zijn. De vrouwen, zooals hij die beschouwde, hield hij voor een groote fout in de schepping. Naar Walter's meening hadden de menschen onder welk begrip hij eigenlijk alleen mannen bracht als de appelen aan de boomen moeten groeien, liefst met een boek in de hand. Hij kon 't niet begrijpen, dat een man met gezonde hersens zijn leven, dat hij aan zoo menig heerlijke taak kon wijdeu, zou verbrokkelen terwille van een nietig, steeds aan beuzelingen denkend wezen. En nu had het booze lot ook hem getroffen; hij was gehuwd, hij, die nooit een andere liefde had gekend en had willen kennen dan zijn stukje wetenschap En wie was het wezen, waarmee men hem tegen wil en dank verbonden had Hoe zag zij er uit 't Viel hem nu eerst in, dat hij haar eigenlijk niet eens had gezien. Tijdens de //plechtigheid bad een sluier haar gelaat bedekt, en later, onder de ver- warring en al de emoties van dien zonderlingen nacht, had hij in 't geheel geen oog voor haar gehad. Doch Melazzo had haar zijn bloedver- wante genoemd. Wat kon zij dus anders zijn dan een dochter van de leelijke negerin, een afschuwe- lijke kleurlinge waarschijnlijk Steeds verschrikkelijker schilderde hij zich zijn eigen ongeluk af. Hij waagde het niet, zijn hut te verlaten hij schaamde zich voor de menschen. Maar zou hij zich niet nog belachelijker maken, als hij zich zelven lot vrijwillige gevangenschap in zijn hut veroordeelde Lang kon hij dat toch niet uithouden. Hij nam een kloek besluit, maakte haastig toilet en opende de deur, bang, zijn leelijke „zwarte dadelijk voor zich te zien. Docli er was niemand in het smalle gangetje tusschen de hutten. Ook verder gaande vond hij haar niet, zelfs niet in de salon, waar een gezelschap van enkele blanken, dames en heeren, 't zich gemakkelijk maakte. 't Viel hem op, dat bij zijn binnentreden aller oogen terstond op hem gericht waren. W isten alien dan reeds van zijn ongeluk af i Bij Kon. besluit is benoemd tot officier van justitie bij de arrondissements-rechtbank te Mid- delburg, de heer Mr. E. F. M. Mathon, thans substituut-officier van justitie bij de arrondissements- rechtbank te Breda. Door den Minister van financien wordt opnieuw ter algemeene kennis gebracht 1°. Als kantoren waar de Nederlandsche bronzen pasmunt, mits voor niet minder dan tien gulden in die inuntsoort wordt aangeboden, tegen stand- penningen inwisselbaar is, zijn o. m. aangewezen a. de kantoren der betaalmeesters, b. de kantoren der directe belastingen te Hontenisse, Hulst, Ter Neuzen, IJzendijke, en c. het kantoor der registratie en domeinen te Oostburg. 2°. de aanwijzing van de onder ^enf genoemde kantoren geldt slechts voor zoover de vereischte standpenningen aldaar voorhanden zullen zijn 3°. Voor bedoelde verwisseling zullen zijn opengesteld de onder a gemelde kantoren (zon- en feestdagen uitgezonderd) van uegen tot twee uren, en die onder b en c genoemd, den tweeden werk- dag van iedere week, of, indien hij op den eersten dag der maand valt, den derden werkdag, en indien hij op den laatsten dag der maand valt, den vierden werkdag der week, op de gewone kantooruren. Nu de door den Czaar voorgeslagen vredescon- ferentie naar alle waarschijnlijkheid te 's Graven- hage zal bijeenkomen, wordt reeds het een en ander besproken omtrent de leiding van deze ge- wichtige vergadering. Naar diplomatiek gebruik, zou deze toekomen aan den minister van buitenlandsche zaken van het Rijk dat de afgevaardigden ontvangt. Aangezien echter verzekerd wordt, dat de heer De Beaufort bij voorbaat voor de hem toegedachte hooge eer zal bedanken, zou mocht hij bij dit voornemen blijven, daarvoor in de plaats komen het plan aan de conference voor te stellen den Nederlandschen minister van buitenlandsche zaken uit te noodigen het eerevoorzitterschap te willen aanvaarden. Reeds hoort men twee eminente mannen in ons land op het gebied van internationaal recht noetnen, die voor een benoeming tot gedelegeer- den van Nederland in aanmerkingen komen. Komt het vredescongres in Den Haag bijeen, dan zullen groote hoffeesten en partijen ten eere van de gedelegeerden niet uitblijven. De Koninklijke maatschappij »De Schelde" te Vlissingen zal over het afgeloopen boekjaar 7 dividend uitkeeren. Een woord van den kapitein lichtte Walter in over die algemeene deelneming inevrouw Walter was gevaarlijk ziek en verscheidene uren lang had men voor haar leven gevreesd. Eenige der oudere dames-passagiers achten zich verplicht, bij den knappen, bleeken, zeker hoogst bedroefden echtgenoot naar den toestand der zieke te informeeren. In zijn verlegenheid stamelde Walter een on- handige verontschuldiging, en daar de hofmeester hem zijn ontbijt bracht, begon hij dadelijk daaraau met een eetlust, door de beproevingen van den vorigen dag verscherpt. Zulk een houding begreep men niet. Dat streed toch met alle opvattingen van de plichten eens liefhebbenden echtgenoots. De kapitein, een waar- dige oude zeeman, schudde verwonderd het hoofd, en gekrenkt trokken de dames zich van den on- gevoeligen Duitscher terug. Walter nuttigde eeuzaam zijn ontbijt en ging toen aan dek, om zich een weinig te verstrooien door het grootsche schouwspel, dat de oneindigheid van zee en lucht boden. 't Was hemelsch mooi weer. En daarbij de lucht, de lauwe, lichte, onbeschrijfelijk heerlijke lucht van het zuiden, die, met de welriekende geuren van het land vervuld, als een bedwelmende sluier zich om de zinnen hultEen spel van licht en leven en doorzichtige kleurenpracht omgaf hem. Onder andere omstandigheden zou 't hem zeker in verrukking hebben gebracht. Tegen zijn verwachting had het nu geen invloed op hem. 'tZachle kreunen, dat hij des nachls had meenen te hooren, en de eigenaardig verbaasde blik van de kapitein, de bevreemding, door de dames getoond, dat alles hinderde hem. Hij gevoelde iets als schuld. Zou hij zijn vrouw gaan zien, haar zijne diensten aanbieden als arts Hij had toch in de medicijnen gestudeerd en wist er genoeg van, om in gewone gevallen hulp te geven. Langzaam, aarzelend sloeg hij den weg naar haar hut in. Op zijn kloppen werd de deur niet meer dan een handbreed geopend, en hij zag een bonten hoofddoek, daaronder een fonkelend oog en een bruine wangmaar het oog was verduis- terd door weenen, en om den mond lag een smartelijke trek. 't Was de negerin. Zij was zeer goed gekleed, in kleurige zijden stoffen zelfs met een helder witten boezelaar. Doch nauwelijks had de vrouw den bezoeker her- kend of hare gelaatstrekken vertoonden een uit- drukking van grooten angst, en van schrik knikten hare knieen. Handenwringend smeekte zij hem, heen te gaan, en toen hij ging, sloot zij deur achter hem en schoof zelfs een greudel er voor. Walter had zijn plicht gedaan, en dat stelde hem gerust. Buitendien had hij de overtuiging op- gedaau, dat zijn schoonmoeder als haar die titel werkelijk toekwam wel een ietwat onge- wone kleur had, doch volstrekt geen afstootend uiterlijk bezat. Hij was nog niet ver, toen de deur, welke zoo krachtig gesloten was, weer werd geopend. Snel keerde hij zich om, in de meening dat hij werd teruggeroepener trad echter een dikke, oude heer naar buiten, die op den drempel zich nog eens omwendde, een diepe buiging maakte en daardoor den jongen man even een blik in hej.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1899 | | pagina 1