A lgemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeenwsch-Vlaanderen. No. 3705. Donderdag: 22 December 1898. VAN KBDOIBTADT. 38e Jaar^ang;. Binnenland. ABONNEMENT: Per drie maanden binnen Ter Neuzen f 1,Franco per postVoor Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,32£. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven- bushouders. advertentiEn Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elken regel meer f 0,10. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Inzending van advertentien voor 3 u.ren op den dag der uitgave. POLITIEK OVERZICHT. De Fransche kamer heeft zich weer eens bezig gehouden met de Dreyfuszaak, ingeleid door een interpellatie van den heer Lazies, die weinig of geen toehoorders vond. De heer Lazies was n. 1. uiterst bezorgd voor de Fransche staatsgeheiinen, vermoedelijk onder den indruk van het jongste spionnen-geval te Fismes, bij Rheims, waar het nieuwe kanon van 75 mM. gevaar liep van aan den vijand verraden te worden. Lazies dan schold heftig op de Dreyfusards en werd een paar maal tot de orde geroepen, toen hij den voorzitter van het Hof van cassatie aanviel wegens zijn Duitschen oaam „Loew" was geen Fransch. De Minister van oorlog, De Freycinet, ant- woordde, dat hij in het bezit was van het geheime dossier, dat stukken bevatte, waarbij de veiligheid van den staat betrokken was. Hij zou er geen mededeeling van doen aan het Hof, dan onder waarborg van volkomen geheimhouding. De heer Lazies was voldaan, nu de hoofdzaak, het bestaan van een geheim dossier, was bevestigd en hij trok zijn interpellatie in. Maar het geheime dossier had de tongen los- gemaakt, vooral nadat Cavaignac in de couloirs had verklaard, dat hij het geheime dossier aan zijn collega's in het ministerie had medegedeeld, 'tgeen Brisson en Sarrien bevestigdeu. Het dossier bestond uit 50 stukken, waarvan er slechts 3 op de Dreyfuszaak betrekking hadden die drie o. a. het valsche van kolonel Henry had Cavaignac in de Kamer voorgelezen. De heer Millerand betoogde nu in de kamer, dat het Hof, onder verantwoordelijkheid, alle stukken moet kunnen onderzoeken. Dupuy antwoordde Wij wenscheu een onaf- hankelijke justitie en willigen de mededeeling in beginsel in, maar met waarborgen. Indieu deze niet worden gegeven, zou de regeering de stukken niet meedeelen. Viviani vroeg of het Hof het dossier aan den verdediger zal kunnen meedeelen, maar Dupuy bleef bij ziin antwoord. Brisson verklaarde, dat alleen de drie stukken, die Cavaignac op de tribune had voorgelezen, op de zaad-Dreyfus betrekking kunnen hebben. Bij geen enkel stuk van het dossier kon de veiligheid van den staat gemoeid zijn. Wij hebben, vervolgde hij, het geheele dossier met Sarrien en Cavaignac onderzocht. FiSTJILLETON Naar MAX PEMBERTON. 20) HOOFDSTUK X. Yerzoeldng. Paul verliet de gouverneurswoning met lichten tred. De zon scheen weer voor hem het ruischen van de zee was zoete muziek voor hem, de groene heuvelen in 't verschiet langs de kust, verlustigden weder zijne oogen. Heden-avond, zei hij bij zich-zelven, zal zij fort Alexander verlateu heden-avond zal ze weer behoorlijk voedsel hebben en lucht en licht. En nog sterker was de gedachte Heden-avond zal ze nabij mij zijn; ze zal aan mij denken; ze zal weten, dat ik met den generaal heb gesprokeu. Hij wandelde snel voort, het papier als een kostbare schat in zijn hand geklemd. Hij wilde den ouden Sergius opzoeken en zich verzekeren, dat het met zooveel moeite verkregen bevel zonder verwijl werd opgevolgd. Op zijn weg naar het arsenaal had hij een vriendelijk woord of een knik voor vrienden, die hij ontmoettedoch hij gaf zich niet den tijd, te blijven staan om praatjes te maken. Toen hij Bonzo voor zich zag, op het groote plein, dacht hij met schrik aan de minuten oponthoud. Sacre bleu zei de kolonel je loopt als de duivel Ga je weer terug naar fort Alexander? Paul lachte en toonde hem zegevierend het papier. Er is geen sprake meer van fort Alexander zij zal van-avond op fort Katharina zijn. Ik heb 't bevelschrift van den generaal. Hij heeft zich Cavaignac verklaarde toen, dat de heeren niet alle stukken hadden onderzocht, 't zij dan dat hij ze niet ter beschikking had gesteld, of omdat Brisson het niet noodig vond, die te onderzoeken. Maar juist in die niet-ouderzochte stukken bevonden zich de overtuigende eleinenten. Het slot van de discussie was een motie, waarbij de verklaringen der regeering werden goedgekeurd met 370 tegen 80 stemmen. Keizer Wilhelm zond aan den Duitschen Rijks- dag, tot versiering der muren van zijn vergaderzaal, ten geschenke eene reeks van maritieme schetsen, door hem aan boord van de Hohenzollern te zamen met den Marine-schilder Willy Stower vervaardigd. Vaste attaches voor handelszaken zullen ver- bonden worden aan de Duitsche gezantschappen te Buenos-Ayres, Konstantinopel en New-York. Tegen den bekenden Berlijnschen hoogleeraar Delbriick is eene disciplinaire vervolging ingesteld, wegens zijn artikel in de Preussische Jahrbiicher ter veroordeeling der uitzettingen uit Noord- Sleeswijk. Theodor Heine, de teekenaar van het Miinchener spotblad Simplicissimus, is, wegens twee Majesteit schendende teekeningen, Keizer Wilhelm's reis in het Oosten betreffende, tot zes maanden gevange- nisstraf veroordeeld. De firma, die het blad drukt, beliep eene geldboete. De stad Danzig zal als vesting worden ont- manteld. In het HoDgaarsche Volkshuis is het debat begonnen, waarmede de oppositie der verkiezing van eenen nieuweu President tot na Nieuwjaar wil doen uitstellen. De afgevaardigde Kossuth bestreed de candida- tuur van den Minister van binneulandsche zaken, als niet onpartijdig genoeg, in eene lange rede- voering. Hij en de volgende spreker, Graaf Apponyi, hadden het overigens maar over en tegen het befaamde voorstel van den ouden Koloman Tisza, dat goedkeuring van wetten alleen bij koninklijk besluit wil invoeren, dan over de zaak, die aan de orde was. Op heftige, schoon zeer welsprekende wijze bestreed Apponyi het voorstel, als een inbreuk op de grondwet en een belofte-schending van den Minister-Pres'dent. Toen de jonge Tisza, Graaf Stephan, het wets- ontwerp van zijn vader, als door de omstandig- heden onvermijdelijk gemaakt, verdedigde, werd herinnerd, dat zij een Engelsche is, en doet wijs. Bonzo opende de kleine, sluweoogjes 'n weinig wijder. O, zei hij, is het datIk dacht wel, dat er iets aan de hand was. Dus Nikoli is geroerd Ha, ha Zij heeft geknield voor hem nu zal hij voor liaar gaan knielen. Wat 'n grap Paul vroeg zich af, of deze man ooit een oogen- hlik liefde of sympathie voor een ander schepsel had gekend maar hij was zoo verstandig, zijn gedachten, voor zich te houden en goed op te letten. De generaal is bang voor Engelsche tongen, zei hij kalm. En ik geloof, dat die vrees niet ongegrond is. Zij is geen misdadigster, kolonel, en wij zijn geen volk van wilden. Zij zal even veilig zijn op fort Katharina, en wij zullen er geen schade bij hebben, dat zij geen zwartbrood meer krijgt. Bonzo lachte. Jelui moest alien vrouwenrokken dragen zei hij spottend, en samen theevisites houden. Moeten zulke kerels soldaten zijn? Sacre nom Hij draaide op zijne hielenwant het schoot hem te binnen, dat hij 't had over zijn siperieur maar hij hield zich goed en ging voort, met ge- veinsde onverschilligheid Pas op, dat je er niet met haar van door gaatZij is nog niet in fort Katharina Paul bleef staan en drong het woord terug, dat op zijne lippen kwam. Hij wilde een driftig antwoord geven op het uitgesproken vermoeden, dat hij zoo iets zou kunnen doen maat Bonzo was reeds doorgeloopen en de jonge man her- haalde de verzoekende woorden telkens en telkens weer Zij is nog niet in fort Katharina Eindelijk vervolgde hij zijn wegtien passeu iem van alle kanten ,/Schaam je wat I", „land- verrader >/ga naar je papa en je brutale familie en meer liefelijks toegeroepen, zoodat hij zich nauwelijks verstaanbaar maken kon. Graaf Stephan Karolyi, bijgenaamd de eerste cavalier des lands, verzette zich eveneens tegen het ontwerp van Tisza, daarbij een beroep op den Koning doende en Z.M. waarschuwend tegen de eedbreuk, die men hem wilde laten begaan. Dat Minister Banffy onder een en ander menige veer moest laten, is te denken. En zoo denkt men het tot Nieuwjaar slepende te houden. Tn de zitting der Tweede Kamer van eergisteren, bij de voortgezette behandeling van hoofdstuk oorlog, billijkte de heer Van Karnebeek eenigszins het ruim gebruik van militaire macht bij de in- huldigingsfeesten in de residentie met het oog op de verantwoordelijkheid van den pas opgetreden burgemeester, maar gaat niet mee met's Ministers opvatting alsof de militaire autoriteit en het leger eene macht in den staat vormen tegenover de burgermaatschappij, want het leger is niet uit- sluitend beschikbaar voor 's lands defensie. De heer Van Vlijmen ziet in deze begrooting een ernstig streven naar bezuiniging, maar verwacht blijvende besparing door bezuiniging op de mil. bakkerijen en de constructiewerkplaatsen te Delft, en door afschaffing van de toelagen aan de geuie- officieren bij buitengewone werken. Overigens gaf spreker uiting aan de walging, die hem vervulde over de redevoeringen Maandagavond door ont- zenuwde menschen de Voorzitter vindt die uitdrukking wat kras gehouden, en die aan- spoorden tot verzaking van onzen weerbaarheids- plicht, een heilige plicht, die ons noopt met alle krachten te streven naar verbetering van de ver- dedigingsmiddelen tot behoud van het erfdeel onzer vaderen. De heer Seret vraagt of de autoriteiten, die 's Ministers bevelen in zake verkorten oefeningstijd niet opvolgden, zijn gecorrigeerd. Hij wijst op het afnemen van het getal vrijwi lligers, toege- schreven aan de strenge wetstoepassiug door den militairen pensioenraad en aan de zware oefeningen van het kader en den troep. De eerste oorzaak moet eene pensioenwetsherziening bespoedigen. verder bleef hij weer staan en begon het papier te lezen, dat hij bewaarde als een schat „De Engelsche vrouw moet met zonsondergang overgebraeht worden naar fort Katharina en toe- vertrouwd aan de hoede van wachtmeester Sie- benski. ,/Stefanovic." Paul las het drie keer over. Hij keerde het om en om en zocht naar 't adres. Drommelshij heeft vergeten, den naam van sergeant Sergius er op te zetten. Degene, die dit papier vertoont, mag de gevangene van fort Alexander meevoeren. De kapitein zal daar met zonsondergang niet zijn; de sergeant zal geen twijfel aan mijn bevoegdheid opperen, daar ik regelrecht uit 't groote huis kom en den order van den generaal meebreng. God wat 'n idee Hij zette zijn tocht nog sneller voort. De onderstelling, door Bonzo geuit, spookte hem door het lioofd. Hij hoorde een stem fiuisteren ,,'t Is mogelijk Haar lijden zou dan uit zijn. Ze zou in je armen liggen 'tzoujou taak zijn, te zorgen, dat ze Kroonstad niet verried. Ze zou je vrouw zijn een vriendiu van Rusland." Hij lachte luid, zooals iemand doet bij de eerste opwelling van een verzoeking, die hij wel wil, maar niet kan weerstaan. Paul was nu voor het cafe, waar hij gedronken had met Bonzo, op den avond, toen Marian gearresteerd werd. Hij trad binnen en vroeg een glas absinth. 'tToeval, dat hem nu in zijn macht had, wilde, dat hij een plaats kreeg, vanwaar hij de haven Yon overzien. Zijn eigen kleine jacht lag vlak bij de kade'twas een geschenk geweest van zijn rijken bloedverwaut prins Tolma. Er werd gezegd, dat er geen sneller vaartuig in de Baltische zee was. Paul besteedde veel geld aan het scheepje, dat zijn geliefkoosd speelgoed was; hij hield er Spreker komt op tegen verstoring van de Zon- dagsrust door het houden van gewapend middag- appel en tegen het misbruik van militaire macht bij de inhuldigingsfeesten, waarvoor hij niet den Minister van Oorlog verantwoordelijk stelt, doch den aanvrager van de troepen. Hij wenscht alleen beschikbaarstelling van militairen bij oproer. Zich voegende bij den heer Pijnappel, verzet ook spreker zich tegen de stelling der socialisten, dat volkswelvaart en niet zelfstaudig volksbestaan het hoogste is. Dat is volksfopperij, want een onver- dedigd volk ziet zijn land verdeelen, getuige China. Wat de heer Van der Zwaag wil, verdediging bij aanval, willen ook de militairisten voor het land. De heer Rethaan Macare klaagt over gebrek aan orde bij de Renkumsche legerschouwing en vraagt wie de orde moest regelen de burgemeester of de chef van den generalen staf? De heer Van Kol wijst op een zelfmoord van een onderofficier te Bergen op Zoom, op zware straffen, en hoopt dat bij herziening van het militaire strafwetboek appel zal toegelaten worden van straffen. De Ministers van Binneulandsche zaken en van Financien brengen ter algemeene kennis, dat, ingaande 1 Januari 1899, verboden wordt de in- en doorvoer uit het buitenland van vleesch afkomstig van eenhoevige dieren. Dit verbod is niet toepasselijk 1°. wat den invoer betreft, op vleesch van in hun geheel aangebrachte dieren, waaraan huid en ademhalingsorganen vast zijn, en hetwelk aan het eerste kantoor door den districtsveearts of een zijner plaatsvervangers bij onderzoek voor de con- sumptie geschikt wordt bevonden. 2°. wat den doorvoer betreft, op vleesch, hetwelk zoodanig is verpakt, dat geen gevaar voor over- brengiug van besmetting bestaat. Het //comitd in zake den Waterweg," te Dordrecht, heeft zich met een gemotiveerd adres tot de Tweede Kamer gewend, ten einde aan te dringen op de verbetering van het Hellegat, ten behoeve van genoemden waterweg. Werd dezer dagen het voornemen der regeering aangekondigd, om de nieuwe postzegels van een gulden aan het gebruik te onttrekken, vol gens de Tijd heeft dit reeds zijn beslag gekregen. Eergisteren werden ten postkantore te Amsterdam van te varen naar de eilanden aan de Finsche kust, en hij kende de golf van Finland beter dan menig zeemau. Zijn bootsman Reuben, een jonge Engelschman, meegekomen van de Engelsche werf, waar 't scheepje werd gebouwd, was hem met hart en ziel toegedaan. Hij zou juist de man zijn voor zoo iets, lachte Paul hij zou be- denken, dat zij een landgenoote van hem is. De kapitein drouk zijn glas uit en ging weer buiten in den zonnenschijn. De groote hamers klopten onvermoeid in het arsenaal't gehuil der stoomfluiten weergalmde over 't water; de haven was vervuld van 't leven en rumoer der honderden zeelieden. Compagnieen soldaten, ver- moeid van de exercitie, kwamen voorbijde bin- nenplaatsen der kazernes waren vol hongerende manschappen, die naar hun middaginaal verlangden; kleine stoombootjes kruisten aanhoudend tusschen de forten en den wal. Paul mocht dat be- drijvige leven gaarne, hij hield van Kroonstadt als een kind van zijn tehuis. Hij staarde over het water naar de granieten muren en de monden der stukken, zilverglanzend in het daglichten hij bedacht, hoe het zou zijn, als hij voor altijd werd afgesneden van dit ijzeren tehuis, gebrandinerkt als een verrader, over wien men slechts sprak met een vloekveracht door alien, die hem hadden geeerd. Bah zei hij, die dag zal nooit komen ik zal het papier geven aan Sergiusdie zal eenige manschappen nemen en haar naar fort Katharina transporteeren, Ik moet mijn plicht doen ik ben een dienaar van den tsaar. Ik zal vergeten, dat ze mij liefhad. Maar na een poos sprak de stem van den ver- zoeker weer. Reuben is ginds op de kade hij zou kunnen opstoomen in je jacht, bij zonsondergang. Er SjgfttU* NEIIZENSCHE COliRAW. Uit bind verschijnt jIuaniluK-. Woensdajr- eu X rijilayav oml, uitgeawnderd XATX UK MSDE te Ter Neuzen.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1898 | | pagina 1