BIJVOEGSEL Ter Neuzensche Coarant Zaterdag 15 October 1898. No. 3676 Gemengde berichten. POLITIEK OVERZICHT. Na een rustperiode van enkele dagen is men te Parijs weder aan het gissen en radeu gegaan naar de vermoedelijke beslissing van het Hof van cassatie in de herzieningsaanvraag rakende het Dreyfusproces. Men gelooft nu stellig en zeker, dat de aanvraag tot herziening ontvankelijk zal worden verklaard en dat de behandeling der zaak voor een nieuwen krijgsraad zal worden gelast, evenwel zonder dat het Hof zelf een onderzoek instelt tot in alle bizonderheden, door welke taktiek een behandeling van de Dreyfuszaak in het open- baar zou worden voorkomen, en kolonel Picquart de gelegenheid zou worden onthouden te doen constateeren welke rol hij heeft gespeeld in de zaak DreyfusEsterhazy. In de Aurore heeft Cldmenceau onthullingen gepubliceerd uit de acten van onderzoek van Bertulus, volgens welke Esterhazy tijdens het onder zoek, door den krijgsraad tegen hem ingesteld, met den chef van den generalen staf Boisdeffre in directe relatie heeft gestaan. Verder zou in deze acten een brief voorkomen van den rechter van instructie Plory aan Esterhazy, waarin deze als /./zeer lieve vriend" wordt aangesproken en verder een brief van Boisdeffre's adjudant aan Esterhazy en het klad van een brief van Esterhazy aan Boisdeffre, waarin de eerste o. a. de vraag doet of Esterhazy zeker was van zijn experts, in welk geval Esterhazy zich geheel op hem zou verlaten, terwijl hij, Esterhazy, anders inaar zou zeggen evenals bij het borderel, dat zijn schrift overge- haald was. Dit schrijven dagteekent van November en den 4 December heeft Boisdeffre plechtig verklaard, dat hij Esterhazy nimmer had gezien en ook niet had gekend Eergisteren waren 6000 arbeiders op verschil- lende plaatsen aan het werk, zoodat de staking langzamerhand afneemt. Wei staat daar tegen- over, dat de metaalbewerkers besloten hebben, het werk neer te leggen, doch de antwoorden, die uit de provincie aankomen, betreffende de voorgestelde staking onder de spoorwegarbeiders, luiden bijna alle afwijzend. Een deputatie uit de stakers met den president van den Parijschen gemeenteraad, Navarre, aan het hoofd, is ontvangen door de ministers van openbare werken en van handel, doch toezeggingen werden door de regeeringsper- sonen niet gedaan. De aannemers hebben den prefect van de Seine doen weten, dat zij de her- vatting van den arbeid, van heden af, verzekeren op de voorwaarden door den gemeenteraad vast- gesteld. Picquart heeft Maandag in tegenwoordigheid van den diricteur der gevangenis een onderhoud gehad met zijn zwager Gast. In verband met het toe- staan van dit onderhoud heeft Labori aan den minister van justitie een brief geschreven waarin hij zich op de wet beroept, om bij zijn client te worden toegelaten. Volgens bericht uit Petersburg wordt de Russische Minister van buitenlandsche zaken Murawiew, na eerst nog een bezoek gebracht te hebben aan den Franschen Minister van buiten landsche zaken Delcasse, reeds 27 dezer aldaar terugverwacht. De Duitsche keizer en de keizerin zijn op reis naar Venetie te Weenen aangekomen en hebben, na een oponthoud van vijf minuten voor de ver- wisseliug van locomotief, de reis voortgezet. In de nota van antwoord, door de Porte toe- gezonden aan de vertegenwoordigers der vier mogendheden, wordt elke toespeling op het ultimatum vermeden en verklaard, dat de sultan, overeenkomstig de wenschen, het vorig jaar door de mogendheden kenbaar gemaakt, heeft besloten, zijn troepen terug te trekken van Kreta, doch in de versterkte steden garnizoenen wil laten, ter verdediging van zijn souvereine rechten. Aan een reorgauisatie op administratief en rechterlijk ge- bied wil de Porte met de mogendheden samen- werken. Men meent te Belgrado, dat koning Alexander zich zeer ongerust maakt over de door Rusland tegen zijn vader, ex-koning Milan, aangenomen houding en dat hij uit het buitenland geen gunstige rapporten heeft medegebracht over het kabinet-Georgewitsj. President Mac Kinley heeft te Cedar-Rapids, bij de opening der tentoonstelling, eene redevoering gehouden, waarin hij de bevolking er mede geluk wenschte tijdens den oorlog de werken des vredes niet te hebben verwaarloosd. De snel verloopen oorlog had aan Amerika grooter voordeelen aan- gebracht dan verwacht werd, maar ook grooter lasten, die de Amerikanen echter, in het belang der beschaving, zekerlijk gaarne zouden willen dragen. Amerika's succes te land en ter zee was zonder voorbeeld geweest en wierp nieuwen glans op de Amerikaansche dapperheid. Maar de meeste eer was toch behaald door de verkregeu voordeelen voor de menschheid. Voor de zaak der menschheid ging Amerika ten oorlog en geen andere vredes- voorwaarden zullen worden aanvaard dan die in het belang van de menschheid zijn Aldus nederiglijk de president, diet met de ver- klaring besloot, dat hij met vertrouwen de toekomst tegen ging. Het wordt meer en mcer waarschijnhjk geacht, dat de moord op president Mac Kinley's zwager, George Saxton, niet is gepleegd door eene vrouw, maar door een man in vrouwenkleederen. De ver- dachte vroegere geliefde van den vermoorde is ge- bleken hoegenaamd niet met een revolver, het wapen waarmede de daad gepleegd is, te kunnen orngaan. Uit Bergen op Zoom wordt gemeld, dat een gedeelte der voorwerpen, eenige maanden geleden bij den heer Soesman aldaar ontvreemd, te Ant- werpen is teruggevonden. Men is ook de daders op het spoor, behoorende tot een complot van 15 personen, die diefstallen plegen. Onder hen zijn twee vrouwen, die de voorwerpen verkoopen. Van de jongelieden te Gilze (bij Breda), die Dinsdag moesten loten voor de nationale militie. zal naar men ons schrijft geen enkele behoeven te dienen, aangezien zich een genoegzaain vrijwiiligers voor die gemeente heeft aangeboden. De lotelingen hadden reeds te voren geld moeten storten, ieder naar gelang zijner maatschappelijke positie. Deze geldsommen varieerden van f 30 tot f 450. Een, die 450 offerde, trok een vrij lot De sterfte aan kanker neemt ook hier te lande geregeld toe. Op iedere 100,000 inwoners stierven er in 1877 vijftig aan kanker. Langzaam maar zeker vermeerderde dit ieder jaar, tot het sterfte- cijfer het vorig jaar reeds gestegen was tot 90. De oorzaak dezer steeds ongunstiger wordende sterfteverhouding weten de geleerden niet met zekerheid op te geven. Dr. Roger Williams meent de oorzaak te moeten toeschrijven aan overmatige vleeschvoeding, die thans per jaar en per hoofd meer dan het dubbele bedraagt van een halve eeuw geleden. Bij een broodbakker te Utrecht kwam een paar dagen geleden een jongmensch zijn diensten aanbieden als knecht, daar hij, zooals hij zeide, vernomen had dat de meester den vorigen dag een knecht had ontslagen. Daar de bakker werkelijk om een knecht verlegen was en het jongmensch, dat zich goed voordeed, geen te hooge eischen stelde, was men het weldra eens en werd bepaald dat hij den volgenden morgen in dienst zou komen. Op het bepaalde uur was de nieuwe knecht present en toog terstond aan den arbeid, tot des middags, toen hij verlof vroeg om zijn goed te mogen halen, dat nog te Hilversum bij zijn vorigen meester stond. Wei betwijfelde hij het, dat deze het goed zou willen afgeven, omdat hij dezeu nog 12 schuldig was, doch hij zou in ieder [geval kunnen probeeren®of een schikking kon worden getroffen. Nog lang werd over een en ander beraadslaagd tot dat ten slotte de bakker zich liet bepraten om hem f 12 op zijn te ver- dienen loon voor te schieten. Sedert is hij echter niet teruggekomen, terwijl bij onderzoek is gc- bleken, dat hij dat zelfde kunstje reeds meer heeft vertcond. De zaak is thans in handen der politie. Te Ool (gemeente Herten, L.) is aan den oever der Maas gevonden het lijkje van een pas- geboren kind. Armen en beenen waren door een touw aan elkaar gebonden. Nadere bijzonderheden omtrent de herkomst ontbreken. De politie doet onderzoek. Dit is de zevende moord in drie maanden tijd in het arrondissement Roermond. Een bruidspaar te Stolwijk bracht Dinsdag een bezoek aan familie te Langeruiweide. Voor den spoorweg aldaar gekomen, waren de slagboomen neergelaten voor een naderenden trein. De bruigom, ziende dat het paard onrustig werd, sprong uit de tilbury en kwam in een sloot terecht. Het jonge paard vloog vooruit. en verbrijzelde den eersten slagboom. De bruid waagde toen ook den sprong, doch bleef aan het voetijzer haken, en zoo ging het den spoorweg over, gelukkig langs den laatsten wagen van den voorbijsnellenden trein. De tweede slagboom vloog nu uit den haak en verder ging het, terwijl het meisje achter- aan sleepte. Toen het dier een eind verder gegrepen werd, bleek het, wonder boven wonder, dat de bruid er met ontvelde handen en lichte beenwonden was afgekomen, hoewel de kleeren haar aan harden langs het iiif hingen. De bruigom kwam met den schrik en een nat pak vrij. Op de Mariaplaats te Utrecht ontstond Woensdagochtend ongeveer twaalf uur een groote oploop van volk, grootendeels schoolkinderen, door een vrouw die in beschonken toestand ver- keerde. Een politieagent, die in den omtrek surveilleerde, trachtte haar mede te nemen, doch dat ging niet zoo gemakkelijk een voorbijganger kwam hem te hulp, doch nog kon men er niet in slagen de vrouw, die als een dier op de straat zich in de modder wentelde, en zich voort liet sleepen, mede te krijgen. Ten slotte werd een handwagen gehaald, en met veel moeite slaagde men er nu in, haar op den wagen te hijschen, en op die wijze naar het bureau van politie te vervoeren. Omtrent den Indianen-opstand geeft een Hamburgsch blad de volgende toelichtingen. Sedert lange jaren, heet het, hebben wij geen zoo ernstigen Indianen-opstand gehad als die, welke thans is uitgebroken. De zoo plotseling in verzet gekomen stam, bekend onder den naam Pillegos (plunder-Indianen), omvat 4000 vrije weerbare mannen, die met hunne gezinnen de Chippewas Indianen-Reservation bewonen en voor de helft uit voortdurend rondtrekkende, nog geheel wilde stammen en voor de kleinste helft uit eenigszins beschaafde Indianen bestaan, die zich langzamerhand nederzetten en zelfs den landbouw beoefenen. Na- tuurlijk heeft de opstand zijn oorzaak en deze ligt gelijk bijna altijd, in het brutale optreden der concessionarissen, die door de regeering beschermd en gesteund worden. Men had in den laatsten tijd gevonden, dat het aan de Cippewas verleende terrein voor betere doeleinden kon gebruikt worden, en de zooge- naamde Roode Aarde-Agentuur had zich te Was hington zekere rechten laten verzekeren. Zoodra dit geschied was, eischte zij van den kommandant van fort Walker, de Indianen van hun pacht- gronden te verdrijven. Deze laatsten weigerden natuurlijk en verklaarden, hun gebied eerst te zullen verlaten, wanneer hun behoorlijk vergoeding gegeven werd. De autoriteiten bedankten hiervoor en zochten een voorwendsel tot geweld in het feit, dat het opperhoofd (wat bij de Indianen steeds gebeurt) zonder drankconcessie sterke-drank had ontvangen. De tolbeambten trachtten het opper hoofd der Pillegos, Bushear, gevangen te nemen dit werd door de manschappen van zijn gevolg verhinderd, en de vcasus belli" was gereed. De bevelhebber zond generaal Bacon, die pas met lauweren van Santiago teruggekeerd was, met 200 man naar het Bear-Island, om eerbied voor de wetten te vorderen. De Indianen werden gesommeerd, de schuldigen uit te leveren. Dit geschiedde niet, en de Indianen verklaarden in hun antwoord, dat zij liever tot den laatsten man zouden sterven, dan hun landerijen verlaten zonder dat zij daarvoor andere in de plaats kregen. Daarop werd met geweerschoten geantwoord en de opstand was begonnen. Maandagmorgen 8 uur legden twee stoombootjes met de eerste honderd man onder kapitein Wilkinson aan Bear-Island aan. De manschappen werden aan land gezet en zochten het lndianenkamp. De Indianen hadden zich echter op het oorlogspad begeven, het kamp opgebroken en zich in de dichte bosschen ver- borgen. Tevergeefs zochten de Amerikaansche soldaten den vijand. Toen zij zich daarmede een paar uren vermoeid hadder, knalden plotseling uit de boschjes rondom schoten, en een deel der manschappen waren gedood of gewond, eer men eigenlijk den toestand begreep. Men droeg de dooden en gewonden naar de stoombootjes en zocht zoo goed en kwaad het ging bedekking onder de boomen. De strijd duurde drie uren, tot de Indianen zich schijnbaar terugtrokken, door de Amerikanen op de hielen gevolgd. Verder ontbreken vertrouwbare berichten. De persboot, die het expeditiekorps begeleidde, had zwaar te lijden gehad. De journalisten hadden zich gehaast, aan wal te gaan om de soldaten te helpen. Twee van hen maakten weer, dat ze op de boot terug kwamen. De boot was door kogels doorboord, de stuurman was dood en de kapelaan, die de expeditie vergezelde, had het roer gegrepen en hield moedig stand, ofschoon de kogels om hem heen floten. De boot trachtte nog, de expeditie te volgen. Langzamerhand stierf echter het geweervuur weg daarop hoorde men woeste vreugde-kreten en zag de Indianen een krijgsdans uitvoeren. Dan werd alles stil. Van de Amerikaansche soldaten was trots alle zoeken geen spoor meer te vinden. Intusscheu was een hevige sneeuwstorm losgebarsten, die de boot noodzaakte, naar den vasten wal terug te keeren. Zoo ontstond het gerucht, dat de expeditie geheel door de Indianen was vermoord. Sedert heeft men vernomen, dat door de later nagezonden versterkingen de opstand geheel is onderdrukt. Groote opwinding veroorzaakte dezer dagen een os aan het spoorwegstation te Bazel. Bij de inlading van een aantal slachtossen gelukte het een dezer dieren zich los te rukken. Nadat het woest geworden beest eenigen tijd tusschen de rails hald rondgehold zonder dat men het machtig had kunnen worden, liep het naar het stations- plein. Een kruier die niet spoedig genoeg uit den weg kon komen, werd op de horens genomen en eenige meters hoog de lucht ingeslingerd. Daarna stormde het razende dier op een anderen man los, die het wilde grijpen en wierp hem tegen den grond. Een derde werd eveneens door den os opgenomen en in de hoogte gegooid. Een vierde kwam er met een bloedende wonde af. Toen eindelijk de opwinding en verwarring haar toppunt bereikt hadden, kwam een zekere Dr. Zapf met een geweer aandragen. De eerste kogel drong den os in de borst, zonder hem echter te dooden, zoodat hij nog in staat was een voor een wagen gespannen paard een hoornstoot in den buik toe te brengen, welke echter niet veel uit- werking had, daar Dr. Zapf het woedende dier op dat oogenblik een slag met de kolf van het geweer toebracht. Daarna schoot de moedige dokter voor de tweede rnaal, de kogel trof den os in het hart, zoodat hij dood neerstorte. De herrie had onge veer een uur geduurd. Van de slachtoffers zijn twee zwaar en twee licht gewond. Gemeenteraad van Ter Neuzen. VAN DE VAN Vergadering van Donderdag 13 October 1898. Voorzitter de heer J. A. van Boven. Aanwezig de heeren Harte, Van IJsselsteijn, De Feijter, Moes, Wieland, Van der Hooft, De Koeijer, Grenu en Van den Hoek. Na opening der vergadering worden gelezen de notulen der vergaderingen van 25 en 30 Aug., die zonder aanmer- kingen worden goedgekeurd. Daarna deelt de Voorzitter mede, mondelinge mededeeling te hebben ontvangen van den heer Visssr, dat hij de ver gadering niet kan bijwonen. Door den heer Dees is schriftelijk te kennen gegeven dat hij door bijzondere omstandigheden verhinderd is, terwijl voorts van den heer Van der Moer het volgende schrijven is ontvangen Aon den Gemeenteraad. Ik heb de eer u mede te deelen, dat ik, tot mijn spijt, de vergadering van heden niet kan bijwonen. Het zal zeker niet onbekend zijn, dat ik dezen middag eene veiling te Zaamslag heb. Er niet op rekenende dat heden eene vergadering zon zijn belegd, heb ik ook in den voormiddag ambtsbezigheden op mij genomen, welke mij verhinderen tegenwoordig te zijn. Ik wenschte aan deze mededeelingen het volgende toe te voegen Wanneer er ooit reden is geweest om eene begrooting ernstig en degelijk te ouderzoeken, dan is het zeker wel deze maal, al ware het slechts alleen omdat de wethouder Van IJsselsteijn heeft verklaard de verantwoordelijk daarvoor niet op zich te nemen. En nu hebben wij voor dat onderzoek niet meer dan vier dagen gehad, hetgeen voor vele leden, ook voor mij, zeker veel te kort is. Kon ik tegenwoordig zijn, dan zou ik zeer stellig voorstellen de behandeling der begrooting uit te stellen, Er is vroeger besloten dat zoowel voor hoofdelijken omslag als voor de begrooting eene afzonderlijke zitting zou worden gehouden. Het schijnt dat hn hierop en op het overladen van het rooster van werkzaamheden telkens moet worden gewezen. En even noodig schijnt het er telkens op te wijzen dat, voornamelijk om de raadsvergaderingen te bekorten, het zeer wenschelijk is meer vergadering te houden. Ook hiertoe heeft de gemeenteraad, meen ik, onlangs besloten. De heer Moes verklaart zich met die beschouwingen te kunnen vereenigen en zal voorstellen de behandeling der begrooting aan te houden. Ook andere leden stemmen daarmee in. Daarna komt aan de orde 1. Beeediging lid van den Road. Wordt lezing gegeven van het Kon. besluit van 19 Sept. 1898 no. 16, waarbij wordt gegrond verklaart het hooger beroep ingesteld door den heer P. A. van de Velde, tegen de beslissing van Gedep. Staten van Zeeland, waarbij hij niet als lid van den Raad werd toegelaten, en waarbij wordt bevolen dat hij als lid van den Raad zal worden toegelaten. De heer Van de Velde wordt hierna door den secretaris binnengeleid, legt in handen van den Voorzitter de vereischte eeden af en neemt zitting. De VoorzitterMijnheer Van de Velde, bij uw optreden wordt n een vriendelijke begroeting aangeboden. Het spijt mij dat u zoo lang hebt moeten wachten, doch dit vond zijn oorzaak in zeer bijzondere omstandigheden. Aan die vriende lijke begroeting worden tevens bijgevoegd de beste wenschen voor uw geluk. De heer Van de Velde dankt voor de tot hem geuite hartelijke woorden en wordt ook door de andere leden geluk gewenscht. S. Begrooting Burgerlijk Armbestuur voor 1899. De heer Moes stelt voor om de behandeling dezer en die der gemeentebegrooting met daarmee in verband staande stukken, het adres van den heer Jurrij en dat van de wed. De Vos aan te houden. De heer Van den Hoek is het daarmee eens voor wat de begrootingen en het adres van den heer Jurrij betreft, maar wil het adres van de wed. De Vos afhandelen, daar dit de vorige maal reeds is aangehouden. De heer Moes kan zich daarmee vereenigen en het adres van de wed. De Vos uit zijn voorstel laten vervallen vooral nu hem de meening van het Dag. Best, daaromtrent bekend is. Z. h. s. wordt alsnu overeenkomstig het voorstel van den heer Moes besloten. 3. Adres wed. P. de Vos om pensioen. Aan den Raad der gemeente Ter Neuzen. Geeft met verschuldigden eerbied te kennen Catharina de Smidt, weduwe van Pieter de Vos, in leven gemeente- werkbaas dat haar echtgenoot op den 5 Maart is overleden, waardoor zij bijna alle steun moet missen dat hij meer dan 40 jaren de befrekking van werkbaas alhier heeft vervuld en de jaarwedde daaraan verbonden hem niet in staat stelde iets noemenswaardig na te laten: dat hem nimmer, ofschoon anderen meermalen, eenig gel- deiijk blijk van tevredenheid mocht te beurt vallen dat zij thans meer en meer het verlies van die steun moet ondervinden; redenen waarom zij zich tot uw college wendt met de bede dat het u moge behagen om haar, uithoofde van de lang- durige dienst van haren echtgenoot, eenig pensioen of gelde- lijken steun te verle men. De Voorzitter deelt mede dat het Dag. Best, geen termen aanwezig acht om het verzoek in te willigen. Hij voegt er aan toe dat ook andere zulke verzoeken zijn afgevvezen. De heer Van IJsselsteijn Afgewezen nu bepaald niet. De heer WielandZouden we niet wat kunnen geven voor ednmaal, zooals vroeger ook gebeurd is, even vodr het overlijden van den secretaris daarop zal ze toch ook wel in haar adres doelen. De heer Van den Hoek vraagt of het Dag. Best, er niet mee zou kunnen instemmen om eene gratificatie te verleenen. De heer Van IJsselsteijn weet niet meer juist waarvoor die gratificatie van f 200 aan den vorigen secretaris is ver- leend. De heer Wieland Dat was bij gelegenheid van zijn 40jarig j ubile. De heer Van IJsselsteijnIk meen dat De Vos ook veertig dienstjaren had, doch bij die gelegenheid niets ont vangen heeft. We zouden op grond daarvan wat kunnen geven. Stelt u dan maar voor. De heeren Wieland en Van den Hoek zagen liever een voorstel uitgaande van het Dag. Best. De heer Van IJsselsteijn Nu, vinden de heeren honderd gulden dan goed. De heer Wieland kan daar dadelijk mede meegaan. Met algemeene stemmen wordt besloten aan de wed. P. de Vos eene gratificatie te verleenen van f 100. 4. Rapport commissie onderzoek straten. Ingekomen is het volgende schrijven Aan den Raad der gemeente Ter Neuzen. De ondergeteekenden in de vergadering van den Raad der gemeente Ter Neuzen van den 18 Aug. 1.1. benoemd als commissie voor de opneming van nog niet door de gemeente overgenomen straten, hebben aan die opdracht voldaan en hebben de eer u het navolgende verslag aan te bieden. Ten eerste. De straten in eigendom behoorende aan de heeren R. Walraven c. s. Zooals op bijgaande schets is aangeduid zijn er twee vakken onbestraat, het eene ter lengte van 14 M1., het andere ter oppervlakte van pi. m. 30 Ma. In die straat is geen riool, toch behoort er een te zijn en daarop minstens 4 syphons. In de straat uitkomende aan het Laantje ligt ook geen riool, maar daar zijn 2 syphons, met Eng. ijzeraarden buizen, ter verbinding van een achterliggend riool ter wijdte van 0,50 M.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1898 | | pagina 1