Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. No. 3645. Dinsdag 2 Augustus 1898. De oorlog tusschen AMER1KA en SPANJE. WffiLBUBIBSTYPEI. 38e "iaara-ans:. Binnenland. ABONNEMENT: Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,—Franco per postVoor Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amenka 1,32£. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven- bus'nouders. ADVERTENT!®^ Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0,10. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Inzending van advertentien v6or 3 uren op den dag der uitgave. Men zou de berichten in twee groepen kunnen verdeelen vredestelegrammen en oorlogsdepeches. Van den eenen kant word gemeld welke vorde- ringen de onderhandelingen en besprekingen te Washington makenvan den anderen kant ver- neemt men het succes der Amerikaansche wapeneu. Om met het laatste te beginnen zij vermeld dat Ponce, een stad op Portorico, zich aan de Amerikanen heeft overgegeven. De Spaansche troepen ontruimden de stad met zoo n groote haast, dat zij geweren en ammumtie in de barakken en 50 zieken in't hospitaal achterlielen. Mag men generaal Miles gelooven, dan geraakte de bevolking in wilde geestdrift voor de vlag der Vereenigde Staten. Zij waren zoo blij met de komst der Amerikanen, datde ingezetenen er een vacantiedag van namen. Dat is nog eens een idyllische oorlog Het klimaat schijnt mee te werken om ieder in de beste stemming te btengen het weer is heerlijk en de gezondheidstoestand zoo best mogelijk. De oorlogsschepen hebben verscheiden zeil- schepen en een aantal lichters buitgemaakt. De telegrafische en spoorweggemeenschap zullen de Amerikanen spoedig herstellen en dan trekt het leger de bergstreek in. Generaal Brooke is met de Massachusetts" en een aantal transportschepen naar Portorico vertrokken de expeditie telt ll9 officieren en 5119 manschappen. San Juan zal dus, de wijze waarop de Spanjaarden hun vestingen verdedigen in aanmerking genomen, ook wel spoedig in handen der Amerikanen zijn. Misschien mag als verontschuldiging voor Spanje worden aangevoerd, dat de zg. vrijwilligers weigeren om tegen de Amerikanen op te trekken. Er is ook getelegrafeerd, dat Manilla zich aan Dewy zou hebben overgegeven. Dit is echter nog niet bevestigd wel is er nog een schip met troepen uit San-Francisco naar de Filippijnen vertrokken. Cervera heeft door tusschenkomst van Cambon een rapport naar Madrid gezonden over den zeeslag bij Santiago. Het zeer lange stuk is aan het departement van Marine voorgelegd, maar het schijnt dat geen vergunning gegeven is om het openbaar te maken. Wat nu de vredesonderhandelingen betreft, zij zullen vermoedelijk te Londen gevoerd worden, hetzij door Moret of door Polo de Bernaba, waar- schijnlijk door den eerstgenoemde. Het kabinet te Washington heeft besloten de volgende vredes- F EUILLBTON. voorwaarden te stellen afstand van 1 ortorico erkenning van de onafhankelijkheid van Cuba afstand van een der Ladronen afstand van ininstens een kolenstation op de Filippijnen. Het antwoord op de nota van Spanje gewaagt niet van een krijgsschatting en er zal geen wapenstilstand wezen. De kwestie van de Filippijnen zal waarschijnlijk geregeld worden door een Spaansch-Amerikaansche commissie. Het kabinet was eenstemmig tegen inlijving van de Filippijnen door de Vereenigde Staten, maar het besloot, dat het Spaansche gezag in West-Indie en de Caribische Zee geheel moet eindigen. De schulden van Cuba en Portorico worden niet door de Unie overgenomen. De handelsverdragen tusschen Cuba, Portorico en andere deelen van het Spaansche rijk worden ver- nietigd, aangezien het kabinet besloten heeft ze niet te erkennen. De regeeriug moet van zin zijn op de Filippijnen een kolenstation te vestigen met genoeg grond er om heen, om er een Amerikaansche stad op te bouwen, misschien wel te Manilla zelf. Het ant woord der Amerikaansche regeering zou reeds naar Spanje verzonden zijn. Te New-Tork worden op aanstichting van Whitelaw Reid en Ds. Lyman Abott stappen gedaan in den geest van het Anglo-Amerikaansche verbond. Er is een uitvoerend comit6 benoemd. Sedert de wielersport tot een schier algemeen vermaak is geworden, zijn de beoefenaars in ver- schillende categorien te verdeelen. Zonder aan- spraak op volkomenheid te maken, noemen wij er hieronder de volgende De Kilometervreter. Wie zou met hem geen medelijden hebben? Zoodra de lente komt, als links en rechts van de wegen haar wonderen ver- schijnen, de bosschen groen worden, de tuinen in bloei staan, hij ziet het niet. Daarvoor heeft hij geen tijd. Naar rechts noch links zienaltijd vooruit, is zijn devies. Waar wil hij, waar moet hij heen? Jagen donkere machten achter hem aan, die hij te ont- vlieden tracht? Hoe kou hij zich in dit aardsche leven schikken, toen hij nog in den ouden tijd zich van gewone trams en omnibussen moest bedienen Een vreeselijke straf in de Engelsche gevangenissen bestaat in het door voortdurend treden in beweging houden van een groote kruk, wat de volksmond //tredmolen" noemt. Zal het voor den EDgelschen gevangene niet een troost zijn, te vernemen, dat, wat zijn rechters een middel tot straf achten, voor een geheele klasse van andere menschen voor een zoo groot vermaak geldt, dat zij lian vrije uren en hun Zondag daarmede doorbrengen Op een oud schilderij van Henndberg is een over afgronden en lijken heensnelleude ruiter te zien, die zijn hand uitstrekt naar een doel, zonder De Indische prinsen zullen vermoedelijk in hunne Oostersche kleeding te paard deel uitmaken van den stoet, waarmede H. M. de Koningin te Amsterdam en te 's Gravenhage haren intocht zal doen. Zooals bekend is, zal in September de wapenschouwing gehouden worden op de Renkurn- scheheide tusschen de stations Eede en Wolf hezen. Men is thans bezig om rechts van den weg, aan den publieken weg, aan den publieken overweg bij wachtpost 20 een tijdelijk perron te maken van 60 meter lengte. Het perron en de weg naar de heide zullen door de spoorwegmaatschappij fraai met groen en vlaggen worden versierd. Naar de N. R. Ct. verneemt, heeft de regeering aan de spoorwegbesturen in overweging gegeven het daarheen te leiden, dat aau het personeel, bij een maximum arbeidstijd van veertien uren daags minstens 52 vrije dagen per jaar, en da?-"5n 20 Zondagen kunnen worden toegestaan. het echter ooit te bereiken. Als de directie van het museum, waar dit schilderij hangt, acht geeft op den polsslag van den tijd, zal zij op het doek de figuur van den ruiter laten vervangen door dat van den kilometervreter. De Jongleur. Vreesachtige sportliefhebbers ver- oorzaakt hij, waar hij optreedt, kippenvel. In het meest dichte straatgewoel, waar rijtuigen, omnibus- sen, trams, post-, puin-, meubel-, verhuis- en handwagens, ruiters, troepen en voetgangers zich opeen dringen, komt hij als door een toovermantel gedragen te voorschijn als een wezen uit een andere wereld. Niet zelden is hij bediende van een rijwielhandel. Dan trekt hij een tweede rijwiel met zich voort, een derde heeft hij om het bovenlichaam hangen en slechts het beperkte aantal menschelijke lede- maten is oorzaak, dat hij niet nog ergens een vierde rijwiel draagt. Komt hij op een tocht ergens een bord tegen met het opschrift//Helling, afstijgen zoo is hij de man, die juist het tegen- deel doet. Hij ueemt de voeten van de pedalen en snelt in razende vaart de helling af, meermalen tot de getuigen ter zijde van den weg uitroepend z/Waar is dan toch de helling, ik zien geen helling Zijn geliefkoosde houding is zoo bekend, dat het banaal is, die hier te noemen. Zij bestaat daarin, dat hij zijn handen overal plaatst, behalve aan de stuurstang. En om deze positie niet voor 't een of andere bravourstuk te laten doorgaan, maar als iets, dat van zelf spreekt, doet hij het voorkomen, alsof hij met beide handen juist wat gewichtigers had te doen hij snuit zijn neus of trekt zijn kleeren recht. Een aardig en verblijdend voorbeeld van de oplomst eener kleine gemeente tot vroeger onge- kenden bloei, tengevolge van haar gunstige ligging en van de energie der bevolking om hiervan ge- bruik te maken, biedt Landsmeer, op anderhalf uur afstands van Amsterdam. Het is de eieren- handel met de in omvang steeds toenemede hoofd- stad, waaraan deze opkomst 1e wijten is. Hoe die handel allengs in beteekeuis gestegen is, blijkt uit het feit, dat terwijl in 1833 de gemeente omstreeks 6000 eenden en kippen telde, met een eieren-vervoer van ongeveer anderhalf millioen stuks 'sjaars er in 1897 30,000 eenden en kippen waren, en dat meer dan 12 millioen eieren naar het binnen- en buitenland verzonden werden. In het voorjaar van 1898 zijn alleen naar Engeland pi. m. 5 millioen stuks vervoerd. Verband daarmede hield natuurlijk het personen verkeer naar Amsterdam. Betrekkelijk weinige jaren geleden geschiedde dit verkeer per schuit of kleine stoomboot. Thans zijn twee groote stoom- booten tusschen Landsmeer en de hoofdstad in de vaart. In 1897 hebben zij vervoerl 104,961 personen, 22,915 emmers melk en 9474 hand- karren, beladen met eieren, gevogelte, boter en visch. Terwijl de bevolking sedert 1883 met 400 zielen is vermeerderd, zoodat er op 1 Jan. 11. 1958 inwoners waren, eischt de armenzorg thans geen gelden uit gemeentekas, ofschoon daarvoor eenige jaren geleden nog f 500 h 600 noodig was. Groote uitgaven deed de gemeente voor het aanleggen of verbeteren van wegen en het be- schoeien der wegkanten dientengevolge heeft zij thans f 32,000 aan rente en aflossing te betalen. Was echter de financieele druk vroeger zwaar te noemen, thans wordt deze verdeeld over de vele personen, die in de hoofdelijken omslag kunnen worden aangeslagen. Enkele jaren nog, en de geldelijke druk zal zijn weggevallen. Sedert 1886 zijn meer dan 100 nieuwe wonin- gen gebouwd, die aau de eischen eener verscherpte bouwverordening beantwoorden. Zoodra een som van 500 a f 600 met den handel in eieren, enz. verdient is, wordt een stuk grond gekocht de kosten van het bouwen der woning worden als hypotheek op het geheel genomenjaarlijks wordt 50 of meer afgelost, en na verloop van 20 h 25 jaren zullen de menschen onbezwaarde eigenaars zijn. Nog gaat men met bouwen voort, zoodat de ambachtslieden winter en zomer volop werk hebben, en zelfs hulpkrachten van buiten moeten worden gehaald. Armoede wordt er dan ook zoo goed als niet meer gekend. Aldus is Landsmeer binnen een kort tijdsbestek een der welvarendste plaatsen van Noord-Holland geworden. TER NEUZEN, 1 Augustus 1898. Naar wij vernemen zal morgen avond, op de estrade op het marktplein alhier, ter gelegenheid van den jaardag van H. M. de Koningin-Regentes, door het fanfaren gezelschap //Apollo", eene muziekuitvoeriug worden gegeven. Gisteren was het de laatste dag dat F. J. Oostdijk als brieven- en telegrambesteller in dienst was, en heeft hij thans met recht op pensioen en eervol ontslag den dienst verlaten. Des namiddags waren op het post- en telegraafkantoor alle ambtenaren en beambten aanwezig, en werd in een hartelijke toespraak door den waarn. directeur den heer Willemsen, aan Oostdijk namens alien een zetel ten geschenke aangeboden, waarbij hij de hoop uitsprak dat Oostdijk lang van zijne welverdiende rust moge geuieten. Meende de politie Vrijdag reeds een spoor te hebben van het bij den landbouwer P. de Feijter alhier gestolen paard, dit bleek Zaterdag juist te zijn, daar men het ontdekte te Bassevelde. En dat was hoog tijd ook want de dief had het daar verkocht aan den paardenslachter X. van de V. voor 150 fr. Door de zorgen van de rijks- en gemeentepolitie alhier, en met medewerking van den brigade-commandant te Bassevelde, ontving De Feijter Zaterdagavond zijn paard terug. Het onderzoek naar den dader wordt nog steeds voorgezet. Gisteren hield de duivensocieteit //Ark van Noach" alhier haren eersten wedstrijd. De duiven werden om half tien te Selzaete opgelaten, en de prijzen werden behaald als volgtle prijs W. Riemens, aankomst 9,47,55 uur; 2e prijs K. van Tatenhove, aankomst 9,50,45 uur; 3" prijs I. Kegels aankomst 9,55,10 uur; 4e prijs D. Faas, aankomst 9,55,12 uur; 5e prijs J. Schepens, aan komst 9,55,44 uur. Philippine. De heer C. A. de Kousemaeker, Rijks ambtenaar 4de klasse, gestationeerd te Groes- beek, heeft te Nijmegen met gunstig gevolg examen gedaan in de roei- en peilkunde. De officieele Uiterlijk is de officieele te her- kennen aan zijn club-costuum en club-insigne. Hij verschijnt zelden alleen, gewoonlijk in gezelschap van clubgenooten. De officieele noemen wij hem, wijl hij in den grond zichzelf slechts als de be- voegde beoefenaar en vertegenwoordiger van de wielersport beschouwt, dat wil zeggen zijn club en in 't algemeen de clubs, terwijl alle anderen indi- viduen, die ook toevallig van het rijwiel gebruik maken en buiten het clubleven staan, niet voor vol zijn te beschouwen. Zij zijn maar dillettanten. Of beter gezegd, het zijn slechts profaneu, en hij is de priester. Hij staat geheel in dienst van den cultus. Zooals hij zijn uitstapjes nooit alleen, maar altijd met zijn kameraden maakt, zoo bestaat voor hem ook nooit, wat toeren, weg en doel betreft, een persoonlijke smaak, doch alleen het clubbesluit. De Janatilcus. Hier heeft men onderscheid te maken tusschen den acuten en den chronischen fanatikus. De acute vorm is tot op de eerste weken na den leertijd beperkt. Hij komt het meeste voor en is bij schier alle menschen, zonder onderscheid, opgemerkt. De chronische komt uitsluitend voor bij individuen, bij wie lichaams- oefening en beweging in de vrije natuur vroeger iets volkomen onbekends waren, zooals geleerden, docenten, redacteuren, ambtenaren, zoodat bij hen ten slotte het aanbevelen van de wielersport in een soort monomanie ontaardt. De fanatikus verwaarloost zijn beroep en zijn broodwinning. Als hij gehuwd is, zegt hij met den grenadier uit Frankrijk „Wat deert mij vrouw, wat deert mij kind Hij laat ze beiden thuis en er ontstaan familie-catastrophen. Staat hij 's morgens op, hij wenscht zijn rijwiel bij de hand te hebben, om daarmee naar zijn waschtafel te rijden. Ouder zijn niet-wielrijdeude vrienden doet hij niets dan trachten nieuwe wielrijzielen te vinden. Ieder lezer heeft hem reeds ontmoet daarom zijn verdere opmerkingen overbodig. De sportman. Hij is de bewuste en overtuigde tegenvoeter van den Toerrijder. Voor hem is de fietssport een sport. Menschen, die meene™ dat de fiets voor toeren en tochtjes gemaakt is, zijn voor hem van geen belang. Onder sport verstaat hij alleen het rijden op de renbaan, waarvan hij abonuent of aandeelhou- der is, terwijl hij het vermaak van den weg voor anderen en overlaat. Alleen in 't voorjaar, als de wielrenners den weg nog wel eens voor training gebruiken, heeft de weg eenig recht van bestaan naar zijn meening. Het middelpunt van zijn deuken, dat wat al het andere beheerscht, is het record. Op de straat kent men hem daardoor dat zijn pedalen, juist als op de racekarren, haken voor de neuzen van den voet hebben, dat zijn neus, als hij op de fiets zit, de stuurstang aauraakt. Aan zijn viuger draagt hij een gouden ring, van binnen gegraveerd met een datum prijs behaald bij een race in zijn jeugd of in de provincie. Zijn ideaal is Cordang. De mechanicus. Men ziet hem slechts zelden op de fiets, maar des te vaker aan den rand van den weg of in een tuinhuis, waar hij altijd met repareeren bezig is. Of hij laat de lucht uit de banden ontsnappen om naar een vermeend lek te zoeken, of hij schroeft //iets uit elkaar", vooral graag de pedalen. In dezen tak van mechanika, in het uit-elkander-nemen verricht hij ware rnees- IE11ZENSCHE mum. JI,ii rten nitifever I*. J. VAN OK HIDE te Ter Neuzen Oit verschijnt a»anJ»K-, Wnensdug- en Vrijdugavond, »i,,e»oude,d t e^en, b.J rten u»g

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1898 | | pagina 1