i A lgemeen Nienws- en Advertentieblad voor Zeenwsch-Vlaanderen. No. 3621. Dinsdag 7 Juni 1898. 38e Jaargang. De oorlog tusschen AMERIKA en SPANJE. Binnenland. ABONNEMENT: ADVESTENTIEN: Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,—. Franco per postVoor Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,82$. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven- bushouders. Inzending van advertentien v6or 3 uren op den dag der uitgave. Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer f 0,10. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Het is moeilijk om voor den oorlog tusschen Spanje en de Vereenigde Staten een levendige belangstelling te blijven koesteren. lets belangrijks valt er niet voor, en het onbelangrijke, dat in velerlei vorm wordt overgeseind, blijkt bij nadere berichten gewoonlijk niet gebeurd te zijn. Dat het zeegevecht bij Santiago weinig beduid heeft is al reeds geblekenmaar bovendien wordt nu al wat daarmee in verband was gebracfttde aanwezigheid van Cervera, het bevel hebberschap over de Amerikaansche schepen enz. geheel op losse schroeven gezet door het telegram van den New-Yorkschen correspondent van de //Times." Dit luidt als volgt Het is nog altijd niet zeker, dat een schip van Cervera's eskader in de baai van Santiago ligt, met uitzondering van de //Cristobal Colon" als die een uitzondering maakt. Het is niet zeker, dat een expeditie vertrokken is, of spoedig zal vertrekken, uit Tampa, hetzij naar Santiago, Portorico, of eldersgeen ambtelijk bericht is bekend gemaakt ten aanzien van de verblijfplaats van schout bij nacht Sampson, noch van de schepen, die hij te Santiago onder zijn bevelen heet te hebben. Het bericht, dat hij admiraal Schley opgevolgd is, wordt niet bevestigd. Men oppert het vermoeden dat Schley zijne bevelen te buiten gegaan is. Ook dat is slechts een ver moeden. De verzekering dat admiraal Schley zonder mankeeren vandaag Santiago zal bombar- deeren, heeft geen grond." Waarlijk, hij had wel kunnen seinenhet is nog altijd niet zeker, dat er oorlog is tusschen Spanje en Amerika. Sprak ook niet de Spaansche gezant te Londen van moeilijkheden tusschen Amerika en Spanje, die wellicht spoedig op te lossen waren Een officieel telegram van Schley in den Amerikaanschen ministerraad voorgelezen, meldt echter, dat er geen reden is om aan de aanwezig heid van Cervera's eskader in de haven te twijfelen. Het doel van het bombardement is geweest, den toestaud der Spaansche batterijen nauwkeuriger te leeren kennen. Die uitslag is geheel bevredigend geweest. Geen enkel Amerikaansch schip is ge- troffengeen Amerikaan gekwetst. De admiraal is blijkbaar nogal spoedig tevreden, maar hij troost zich wellicht met zijn toekomst- plannen. De dynamietkruiser //Vesuvius" gaat nu naar Santiago om de mijnen aan den ingang van de baai te vernieleu, en als dat geschied is, zal FEUILLETON. Vrij bewerkt door A MO. 5) „Ja," zeide ze, //je hadt gelijk, toen je dacht, dat ik diep gezonken ben. Zoo diep zelfs, dat ik de slechte behandeling, de slagen van maanden lang zou hebben vergeven. Dat ik ging, waarheen hij verkoos dat ik gaan zou, getuigt ook, dat ik diep gezonken ben. Waarom ik hem de slechte behandeling, die ik maanden lang onder- vond, vergaf? Omdat hij tot dezen morgen mijn echtgenoot was. Lees den brief maar, Willem, haatte je ooit?" Voor ik las, zag ik nog hoe zij ontroerde. Zij sprak met koortsachtige opgewondenheid. Onstuimig snel volgden de woorden elkaar op. z/Lees," zei ze nu smeekend. //Ach, God, ik ben diep gevallen maar zoo diep als gij dacht, toch niet!" Terwijl ik den brief las, bedekte zij het gelaat met de handen. Hij was uit Tilburg gedateerd en luidde als volgt z/Het blijkt mij thans duidelijk, dat we het niet goed met elkander kunnen vinden. Daarom is het beter aan de klucht een eiude te maken. De eenvoudigste weg is, je te zeggen, dat, toen ik je huwde, mijn vrouw nog in leven was Nu weet je mijne meening duidelijk. Sinds dien tijd is mijn vrouw echter gestorven. Indien wij het beter met elkaar hadden kunnen vinden, durf ik Schley met zijn schepen de baai invaren, vermoede- lijk om Cervera's eskader te vernietigen als dit er is. Want de geruchten, dat Cervera niet te Santiago ligt, houden aan. Er zou alleen een gedeelte van de Spaansche vloot zijn binnengeloopen en Cervera zou om de Kaap de Goede Hoop naar Manilla zijn gegaan. Het gevecht bij Santiago is volgens berichten uit Port-au-Prince weer begonnen. Is het doel werkelijk om de stad te bombardeeren, dan zal de strijd zeer hevig mceten zijn, want de Spaansche forten hebben kanonnen van groot kaliber en rookloos kruit. Op Cuba is dus de toestand nog onveranderd. Want de aandoenlijke staaltjes van opstandelingen- trouw aan de Spanjaarden zal men wel met eenige ongeloovigheid mogen betrachten. Zoo bemerkten eenige kanonneerbooten, die koopvaardijschepen naar Cienfuegos brachten, aan de kust eenige opstandelingen, die witte vlaggen heschen. Er werd een parlementair heengezonden, en toen zeiden de insurgenten het klinkt als uit een roman wij zijn Cubanen en wij zullen ons niet onderwerpenmaar wij zullen geen vijande- lijkheden meer tegen Spanjaarden ondernemen." Hetzelfde telegram, dat deze historische woorden overbrengt, vermeldt z/Bij een aanval op het fort Lomacruz bij Holguin zijn de opstandelingen met achterlating van 68 dooden afgeslagen." Men kan daaruit de betrouwbaarheid der be richten opmaken. In de Cubaansche kamer heeft Giberga een motie voorgesteld, waarbij de regeer- ing wordt uitgenoodigd, de opstandelingen de autonomie aan te bieden, daar het land nog niet verkeert in de omstandigheden, noodzakelijk voor onafhankelijkheid. De president weigerde echter deze motie in behandeling te nemen. Tn Amerikaansche regeeringskringen houdt men zich erg boos, dat de plannen om 40.000 man troepen naar Cuba te zenden zijn uitgelekt. Alsof niet van den aanvang af een groote expeditie naar het eiland op het program heeft gestaan. Er zijn nu 30 trausportschepen beschikbaar en daarmee zouden 30.000 man zijn over te brengen. Het laatst ontvangen telegram uit Santiago d.d. Jejuni luidt als volgt: De Spaansche vloot is geheel machteloos ge maakt en in de haven geblokkeerd, doordien de Merrimac dwars in het vaarwater gezonken is. Het is onmogelijk de haven binnen te stoomen of te verlaten. Het besluit om de Merrimac te doen zinken zeggen, dat ik je zou gevraagd hebben, de huwe- lijksceremonien nog eens te laten overdoeu. Zooals de zaken nu echter staan, is het beter, dat aan de zaak een eiude komt. z/Je hebt de voldoening, te weten, dat ge zedelijk zonder blaam zijt. Indien ge als een gevoelig meisje den toestand wilt aanvaarden, ben ik bereid edelmoedig te handel n en, wat het geldelijke be- treft, het goed met u te maken. Ik heb een hekel aan onafgedane zaken, en daar ik een derde deze kiesche zaak niet wil toevertrouwen, zal ik naar Holland reizen om u te ontmoeten. Ik zal Dinsdagavond te Bussum zijn. Ge moet mij niemand te gemoet zenden, ik wandel liever alleen. Om acht uur ongeveer ben ik bij u." De brief was ongeteekend. Ik was woedend, toen ik hem gelezen had. Hier was een man, die een gemeenen, laaghartigen slag toebracht aan een vrouw een slag, die haar ter aarde moest vellen, aan een vrouw, die hij eens lief had. Zijn eigen woorden stempelden hem tot een lagen schnrk. Koelbloedig kon hij spreken over geldelijke schikkingen. Hij kon zelfs over zijn- aanstaand bezoek in bijzonderheden treden. Hij moest een volkomen gewetenlooze schurk zijn. Ik wilde den brief behouden. Ik vouwde hem op en borg hem in den zak van mijn jas. Ik wilde hem behouden, om hem de volgende vier en twintig uur te lezen en te herlezen. Anna maakte geene aanmerking op mijne daad. Roerloos, droefgeestig in het vuur starende, zat zij daar. z/Weet je den waren naam en titel van dien man vroeg ik. werd door admiraal Sampson voor eenige dagen genomen, daar het bleek onmogelijk te zijn om de Spaansche vloot te nemen. Hij vroeg daarom vrij willigers. Luitenant Hobson en zeven manschappen boden hunne diensten aan en Donderdag ging de Merrimac, die dusdauig door torpedo's was omringd, dat men die ieder oogenblik van af de commandobrug kon laten springen, naast de New-York liggen en om drie uur in den morgen van Yrijdag begon zij langzaam landwaarts te stoomen, totdat zij verdween. Een schot van het fort Morro bewees den Amerikanen, dat de Merrimac door de Spanjaarden was opgemerkt. Andere batterijen begonnen eveneens te vuren, maar de Amerikanen konden niet antwoorden uit vrees de bemanning der Merrimac te treffen. Het schip werd met voordacht tot zinken gebracht, dicht bij de batterij Estrella door luitenant Hobson zelf, niet door de Spanjaarden. Het plan slaagde volkomen de vaargeul is geheel gesloten. Het is onmogelijk voor de Spanjaarden het wrak in de lucht te laten springen of het te verwijderen onder de oogen der Amerikaansche schepen. Men weet, dat de Cristobal Colon, Mariateres a Yizcaya, Almirante en de Oqeundo in de haven zijn en gelooft, dat er andere schepen zijn, mis- schien torpedo's. De equipage was van plan zich te redden in een reddingsboot, die de Merrimac op sleeptouw had. Het is niet zeker of zij er gebruik van maakten. Geen der mannen kwam om, maar alien zijn gevangen genomen door de Spanjaarden. Staatsblad no. 118 bevat een besluit, houdende wijziging van het reglement voor den dienst der rijkstelegraaf. Het eenig artikel luidt Het eerste en tweede lid van artikel 15 van het reglement voor den dienst der rijkstelegraaf, goedgekeurd bij koninklijk besluit van 24 Mei 1897 (Stbl. no. 157), worden vervangen door de volgende bepalingen z/De seinkosten voor telegrammen tusschen twee Nederlandsche kantoren in verschillende plaatsen bedragen 25 cent voor de eerste 10 woorden of minder, 5 cent voor elke volgende 5 woorden of minder, van 11 tot en met 50 woorden en 5 cent voor elke volgende 10 woorden of minder voor de woorden boven 50. De seinkosten voor telegrammen tusschen een rijkskantoor en de binnen den bestellingskring z/Voor het eerst, ja. Ik heb mij zelve het onrecht aangedaan, Willem. Misschien verleidden zijn rang en rijkdom mij en toen beminde ik hem." Ik knarste op de tanden en sprak tot me zelf z/Morgen zullen die man en ik elkaar ontmoe ten." ,/Maar sprak je niet van een kind vroeg ik, mij weer tot haar wendende. ,/Dood is het dood 1" riep zij met een wil- den lach. //Het stierf veertien dagen geleden. Toen smartte mij zijn dood, thans ben ik er blij om. Ik ben nu in den rouw, doch morgen leg ik dien af. Over een gelukkige gebeurtenis treur ik niet. Na morgen geen zwart meer." Zij was erg opgewonden en sprak deze woorden met koortsachtige drift. Ik nam hare brandende handen in de mijne. z/Wees kalm, Anna. Dien man wilt ge nooit meer zien z/Nooit wil ik hem weerzien, daarom ben ik tot u gekomen. Ik weet, dat ik weinig recht heb bij u om hulp aan te kloppen. Maar in mijn nood kwamen je woorden mij in de gedachte. Ik had een vriend, tot wien ik mij wenden kon. Ik kom tot je, als een zuster komt tot een broe- derhelp mij dus, Willem ,/Als een zuster tot een broeder," herhaalde ik. z/Ik aanvaard dat bondgenootschap," vervolgde ik, eerbiedig met mijne lippen haar blank vooor- hoofd aanrakende. z/Wilt ge hier blijven vroeg ik. vNeen, ik moet teruggaan. Morgen zal ik echter komen. Zult ge mij ver, erg ver wegvoe- ren, Willem, mij a broeder (artikel 38) van dat kantoor gelegen bijkantoren (locaaltelegrammen) bedragen 15 cent voor de eerste 10 woorden of minder; doch worden voor de woorden boven 10 berekend als in het eerste lid van dit artikel voor de gewone telegrammen is bepaald. De bijzondere commissie voor groep XVI der wereldtentoonstelling te Parijs in 1900 heeft heeft zich tot de burgemeesters in Nederland gewend, met verzoek een negental vragen te willen beant woorden, betrekking hebbende op pensioneering van gemeentewege. Bij het Departement van Kolonien is ont vangen het volgende van 3 dezer, dus Vrij dag, gedagteekende telegram van den Gouverneur- Generaal van Nederl.-Indie, betreffende de expeditie naar de Pedir-streek z/Eergisteren van Segli uitgerukt. Eerste object Garoet genomen. Vijand vuurde veel, maar hield geen stand. Toekoe Oemar teruggetrokkenwaarheen on- bekend. Onzerzijds geneuveld 3, zwaar gewond 3 en licht gewond 12 militairen beneden den rang van officier." Volgens particuliere berichten zouden de ver- liezen onzerzijds grooter zijn geweest. Van zijn correspondent te Medan ontving het Handelsblad Vrijdagnamiddaghet volgend telegram z/De Pedir-expeditie is op 1 Juni voorwaarts ge- trokken en heeft Garoet Aree bemachtigd en bezet gehouden. Oemar had zich uit de voeten gemaakt. Onzerzijds zijn 10 gesneuveld en 19 gewond. De verliezen der Atjehers zijn onbekend. De expeditie trekt verder." De correspondent van hetzelfde blad te Batavia, seinde het volgende ffDe colonne-Van Heutsz heeft te Garoet haar bivak opgeslagen. Tot gisteren waren onze verliezen 10 dooden en 19 gewonden, alien beneden den rang van officier. Den volgenden morgen werden de gewonden naar Sigli vervoerd. De pretendent-sultan is te Kampong Langga, Panglima Polim te Padang Tidji. Toekoe Oemar is teruggetrokken, men weet niet waarheen. De gezondheidstoestand is goed, weersgesteldheid gunstig." Voor het te Middelburg te houden examen voor hoefsmid, uitgaande van de Maatschappij tot //Waarheen ge maar wenscht. Mij is elk land hetzelfdeik geef aan geen enkel de voorkeur." Zij stond op en zei//Ik moet gaan." Ik wilde haar iets doen nuttigen, doch zij wei gerde standvastig. Op mijn plan, haar naar huis te vergezellen, maakte zij geen aanmerking. Langs denzelfden weg die zij was binnengekomen, verlieten wij het huis. Wij traden samen naar buiten op den sneeuwwitten weg. Zij nam mijn arm en wij wandelde zoo naar hare woning. Ik vroeg haar, bij wie zij woonde. Zij vertelde mij, dat zij bij eene dame woonde, die Herder heette. Het was eene weduwe met twee kinderen. Op bevel van Tellings was zij daarheen gegaan. Hij vertelde haar, dat mevrouw Herder een verre bloedverwante van hem was en dat hij met deze schikkingen had getroffen om haar gedurende hare ziekte te verzorgen. z/Zij kent je onder welken naam z/Ik moest den valschen naam opgeven, dien hij om persoonlijke redenen had aangenomen. Ik rekende mij echter van mijne belofte tot geheim- houding ontslagen. In een vreemd huis, bij vreemde menschen, moest ik op verlangen van Theodoor Tellings verblijf houden, zonder dat ik de noodzakelijkheid daarvan inzag. Ik vertelde mevrouw Herder daarom alles." z/Geloofde zij je z/Zij was verplicht mij te gelooven. Ik wilde niet, dat zij twijfelde aan mijne woordendaarom toonde ik haar mijne huwelijksakte, Wat zij eerst gedacht moge hebben, zij zag toen, dat ik zijn vrouw was. Bniten haar weet niemand het. Ik ben voor haar mevrouw Tellings. Zij had even- min als ik ooit gedroomd, dat de slechtheid van SCHE Dl« blad vericfayat il muni»mWoensilag- en Vrijdayavond, nitgegonderd «p FeesMagen, bij den nltgever P. J. VAI BB HIDE te Ter lenxen

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1898 | | pagina 1