A igemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeenwsch-Vlaanderen. No. 3560. Dinsdag 11 Januari 1898. 38e Jaargang. DE &EITENHQED ER. en I) e W a t e r 1 e i (1 i n g. n. ABONNEMENT: Per drie maanden binnen Ter Neuzen f 1,Franco per postYoor Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Yoor Amerika 1,32$. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven- bushouders. ADVERTENTIilN: Inzending van advertentien voor 3 uren op den dag der uitgave. Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0,10. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts t w e e m a a 1 berekend. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Waterleidingen in bet algemeen worden onder- scheiden in rivier-, duin-, beek- en bron-water- leidingen, en danken haar naam aan den aard van de /prise d'eau" of wat hetzelfde is, de plaats, vanwaar het water opgepompt of ingenomen wordt. Rivier- of beekwaterleidingen zijn het minst kostbaar oindat het water in groote hoeveelheid aanwezig is, en slechts behoeft ingenomen te worden om, na het zuiveringsproces te hebben ondergaan, door de buizen zijne bestemming te volgen. Het ligt voor de hand, dat het water uit bevaarbare rivieren en stroomen, waaraan groote en kleiue steden en tallooze dorpen gelegen zijn, zeer verontreinigd wordt, en dus als verbruiks- middel niet akijd kan voldoen aan de hooge eischen, die. deskundigen aan water stellen, zoodat in vele, althans de ineeste gevallen het beste filtreer- en zuiverings-systeem niet in staat blijkt, de verbruikers voor gevaren te behoeden. Heeft men daareutegen water uit heldere beken of kleine bergstroomen, die niet bevaren worden, en behoorlijk zijn verwijderd van de gewone samen- leving, dan is het duidelijk, dat het, na zorg- vuldige fitratie en zuivering, aan strenge eischen zal voldoen, en dat dus gevaren, aan het verbruik verbonden, tot de hoogste uitzonderingen zullen behooren. Kostbaarder ondernemingen zijn de zoogenaamde duin- en bronwaterleidingen, omdat de onder- aardsche watermassa naar de opvlakte moet worden gebracht of aangevoerd, door middel van gegraven open- of ondergrondsche kanalen, diepboringen, putten en dergelijke. Bij deze soorten van waterleidingen fungeert de aardbodem als natuuriijke filter en de onder- FiSUILLETOJS i) Vrij bewcrkt door A MO. 1. Het was een van die wonderschoone voorjaars- dagen, zooals onze zuidelijke naburen die slechts kennen. De amandelboomen stonden in vollen bloei, teederwitte en bleekroode bloemen bedekten in menigte de dalen, een zoele, geurige wind streek over de met ruischende boomen bedekte hoogten. Nieuwsgierig en toch vreesachtig schuchter, als genoot zij eene lang ontbeerde vrij- heid, trad een jonge dame nog bijna een kind door den stillen slottuin. Haar gang was sierlijk en ietwat huppelend. De kleine voeten staken in hooggehakte schoenen, haar kleeding was naar verhouding kort, doch naar de toenmalige mode buitengewoon opgevuld. Het haar was kunstig gefriseerd en wit gepoederd, het gelaat bloeiend frisch en van een jeugdige volheid, de oogen levenslustig en schitterend. Twee groote jacht- honden liepen luid blaffend om haar heen, waar- van de een telkens tegen haar opsprong. //O, Castor," riep zij verschrikt, ,/wat ben je toch wild Daarbij sloeg zij lachend naar den hond en liep, hem steeds plagende, door de buitenste slotpoort in de richting van het dorpje Leuronsac. Niemand scheen haar heengaan op te merken. Immer lachend en luid sprekende met hare honden, liep zoekingen der laatste jaren hebben aangetoond, dat vooral zand-klei- oer- en leilagen filters zijn bij uitnemendheid en het water, uit deze diepe bronnen afkomstig, bijna zonder uitzondering het allerbeste is, dat men kan krijgen. Toch is voorzichtigheid ook bij het beste stelse zeer gewenscht. De ervaring toch leert, dat water uit onder aardsche bronnen afkomstig, in Nederdland veelal ijzer bevat dat de aanvoerbuizen aantast en lang- zamerhand doet dichtgroeien. Dit kan men ook waarnemen bij het water, dat uit de vele northonpompen wordt verkregen. Eerst nadat het ontijzerd en aan de werking der lucht is blootgesteld, behoorlijk is gezuiverd en gefiltreerd, kan men het water voor het gebruik als geschikt beschouwen de taak is het dus van den ondernemer eener waterleiding die aan billijke eischen voldoet, hierin tijdig te voorzien. Het behoeft waarlijk geen betoog, dat het water uit regenbakken en putten in de stad onzer inwoning aan strenge eischen niet kan voldoen. Deze waterreservoirs liggen in een sedert vele eeuwen vervuilden bodem mestvaalten, beerputten, slachterijen, oude begraafplaatsen, leerlooierijen en fabrieken droegen dagelijks bij tot verontreiniging van den bodem, en met het bloote oog kan men dikwijls den verderfelijken invloed waarnemen, die allerlei onzuiverheden op ons put- of regen- water uitoefenen. Een eenigszins ontwikkelde schoolknaap zal ons mededeelen, dat rottende bladeren in dakgoten zuren onfwikkelen, die lood en zink aantasten en minder goede, dikweif gevaarlijke eigenschappen aan het regenwater geven, afgescheiden nog van de vele onreinheden, die door levende en doode vogels in verschillenden vorm en hoeveelheid aan het water worden toegevoegd. Men zal moeten erkennen, dat een beroep op lOOjarige grootvaders de kwaliteit van zulk water weinig verbetert. Northonpompjes op geringe diepte geslagen zijn evenzeer onvoldoende en dus als halve maat- regelen af te keuren op grootere diepte geslagen leveren zij water, dat sterk ijzerhoudend is, en om de boveuontwikkelde redenen, kunnen wij ons dus ook met deze waterverscliaffing niet ver- eenigen. Hoe geheel anders is het met eene waterleiding. Van overheidswege wordt de eisch gesteld, dat er zuiver water wordt geleverd, dat wil zeggen het moet kleurloos, reukloos en smaakloos zijn, vrij van schadelijke bestanddeelen, terwijl voortdurend zij langs harde rotswegen bergopwaarts. De zon schoot hare brandende stralen naar beneden, die haar echter niet schenen te hinderen. De onge- wone beweging in de vrije lucht was haar zeer aangenaam, en slechts van lijd tot tijd bleef zij staan om adem te scheppen. Dan zag zij tevens verbaasd en bewonderend om zich heen. Van hier toch had men een veel ruimer gezichtsveld dan van het slot zelf. Vrij en onbelemmerd rustte hier de blik op de schoone, indrukwekkende bergen in het noorden en oosten, waarvan de toppen scherp tegen den helderen horizon afstaken. i/O, hoe schoon sprak de jonge dame tot zich zelve. Nu nog eenige haastige sprongen en zij stond boven bij een ouden, rervallen toren, waar het het uitzicht volkomen vrij was en door de zich rondom bevindende olijfboomen niet meer belem- merd werd. Diep ademhalend bleef zij hier staan. Nu eerst zag zij, wat zij zoo lange jaren had moeten ontberen, toen men haar zoo zorgvuldig behoed had, dat zij niet buiten de slotmuren had mogen komen. Thans bemerkte zij eerst, hoe heerlijk de lente, hoe schoon de aarde, hoe liefe- lijk hare geboortestreek was. En die streek be- hoorde, haar in den meest volstrekten zin des woordsZij was haar eigendom, althans hare erfenis. Als eenige dochter van den burggraaf Etienne en Leuronsac, behoorde haar, na den dood haars vaders, alles wat haar omgaf. In droomend peinzen en genieten verzonken, stond burggravin Madeleine de Leuronsac daar angen tijd en bemerkte niet, dat achter haar, uit den ouden, verweerden toren een man te voorschijn trad, die een rechtstreeksch afstammeling der de aandacht der autoriteiten op de kwaliteit van het water blijft gevestigd. Men sluit aan de hoofdbuizen zijne perceelen aan en voor den kostenden prijs, volgens een zeer billijk vast tarief, kan men zooveel water gebruiken als uoodig blijkt te zijn, zonder dat op de hoeveel heid wordt acht geslagenalleen is waterverspilling streng verboden. Dag en nacht, ieder jaargetijde en onder alle ongunstige of eigenaardige omstandigheden en weersinvloeden staat de waterleiding ons met koud, helder, voortreffelijk water ten dienstehet wordt getapt zonder krachtsinspanuing, op elke verdieping, in ieder vertrek. Op iedere plaats in het huis kan men zich van water voorzien, en de ondervinding heeft ge- leerd dat zij, die eenmaal het nut en gemak eener waterleiding hebben leeren kennen, een huts zonder waterleiding een onding noemen: Weinige weken na de aansluiting veranderen de meest hardnekkige vereerders van pompjes en putjes in vrienden van de waterleiding, en het verdient opmerking, dat zij die eenmaal zijn aange- sloten, zelfs voor het dubbel van den kostenden prijs de leiding niet zouden willen missen. Be- halve voor huiselijk gebruik biedt ook in ruimeren kring de waterleiding groote voordeelen aan, boven iedere andere watervoorziening. oor fabrieken, bleekerijen, wasscherijen, gevel- en slraatbesproeiing, brandweer, doorspoeling van riolen en goten, fonteinen als anderszins is de waterleiding een onmisbare factor, een onuitputte- lijke oron van uitnemeud water, dat aan de hoogste eischen voldoet. Vooral bij brand in den nacht springt het voordeel dezer nuttige inrichting duidelijk in het oog. Twee kloeke mannen kunnen den felsten brand zoo niet bedwingen, toch zeer beperken. Zonder eenige inspanning te vorderen van de bediening, werpt de leiding eene overstelpende massa water per minuut in den brand, onmiddellijk na het in werking brengen der brandkranen, binnen enkele minuten na de ontdekking van het ouheil. Wanneer men daarenboven bedenkt dat het water voor brandblussching gratis wordt verstrekt, komt het ons voor, dat men zich geen brandweer kan voorstellen, die zoo goed aan het doel be- antwoordt. Doch er is meer. Zoodra de zomer onze straten en pleinen stoffig en warm doet worden en ieder reikhalzend uitziet holbewoners scheen te zijn. Hij had trotsche, donkere gelaatstrekken, stoppelig haar en baard, bloote voeten en een dierenhuid achteloos om de schouders geworpen. Verbaasd en bewonderend aanschouwde hij de jonge dame, die hem nog altijd niet bemerkte. Hij kon ongeveer drie of vier en twintig jaar zijn; zijne gelaatstrekken, ofschoon somber en niet bijzonder vertrouwen- wekkend, waren evenwel niet bepaald leelijk. Zijne oogen verrieden eene buitengewone dapperheid, eene aan doodsverachting grenzende vermetelheid. z/Komaan, burgeres," zei hij na een oogenblik wachtens met scherpe, snijdende stem en op hoonen- den toon, „ziet men u eindelijk ook weder Madeleine wendde zich, haastig uit hare droome- rijen oprijzende, naar den spreker om en werd doodsbleek. Er was dan ook nauwelijks grooter tegenstelling denkbaar, dan deze verwaarloosde, blijkbaar in ellende levende man, en de in weelde opgegroeide burggravin, die slechts door een ver- zuim harer kamenier aan de zorg haars vaders ontsnapt was. ffEr zijn echter verscheiden jaren voorbijgegaan, dat ik u niet gezien heb, burgeres," voer de man grijnzend voort, „en gij zijt in dien tijd een hupsch persoontje geworden. Te drommel, de tijden moeten op het slot toch niet zoo slecht geworden zijn, als men beweerde „Wiewie zijt gij?" stotterde Made leine. De man lachte. //Ha, ha Ik wil we] gelooven, dat gij mij niet meer kent. Men verandert nogal in vier jaren, vooral als alles verandert. En hoe heeft in deze vier jaar alles een andere gedaante aangenomen Het is een nicuwe wereld, waarin naar een verfrisschende regenbui, komt de water leiding ons daarin weldadig te hulp. Voor geringen prijs beschikt het gemeentebestuur over leidingwater, tot het besproeien van straten en pleinen, terwijl van tijd tot tijd het beproeven der brandkranen aan de gemeente ten goede komt, tot het vochtig houden van onze stoffige wegen en het doorspoelen van goten en riolen. Hoort men hier en daar de klacht uiten, dat over het algemeen niet genoeg werk gemaakt wordt en badinrichtingen speciaal voor minder bedeelde natuurgenooten, zoodra men eene water leiding heeft, kan met weinig kosten aan dit be- zwaar te gernoet gekomen, en voor enkele centen gelegenheid gegeven worden, een verfrisschend bad te gebruilren. Gelden bovenstaande opmerking voor verreweg de meeste grootere en kleinere gemeenten in Nederland van hoeveel meer belang is het bezit eener goede waterleiding voor Ter Neuzen. Binnen enkele jaren zal het kanaal Ter Neuzen Gent de voorgestelde verbetering hebben onder gaan, en daarmede de gelegenheid geopend zijn het handelsverkeer en de scheepvaartbeweging krachtig in onze gemeente tot ontwikkeling te brengen. Ieder comfort, dat men hier vertoefende of passeerende schepen kan aanbieden, komt aan de gemeente ten goede, en het voordeel eener uit- muntende waterleiding kan in een streek waar goed water tot de groote zeldzaamheden behoort niet genoeg worden gewaardeerd. Hebben wij in bovenstaande regelen aangetoond, dat eene goede waterleiding voor deze gemeente van ernstig belang is, wij steldeu ons slechts ten doel de zaak meer bekend te maken en door een korte bespreking toe te lichten, alvorens zij een onderwerp van beraadslaging zal uitmaken. V ij vernemen uit goede bron dat de voorwaarden waarop de gemeente eene aan de eischen destijds beautwoordende waterleiding zal kunnen verkrijgen billijk en aannemelijk zullen zijn, doch kunnen op de zaak zelve niet vooruitloopen. V aar intusschen zooveel belangen op het spel staan, mngen wij vertrouwen, dat onze autoriteiten een open oog zullen hebben voor onze behoeften en niet zullen terugdeinzen voor maatregelen, die in zoo nauw verband staan tot een" der eerste eischen eener goede gezondheid, n.l. goed driuk- water. we thans leven. Thans kent men geen heeren meer en geen dienaren, geen graven en boeren, geen vorsten en knechtenthans zijn er slechts burgers en burgeressen. ,/Vrijheid en gelijkheid," klinkt het overal, en de burggravin de Leuronsac is heden net zoo wel een gewone burgeres, als ik, Jacques Beauchene, de vroegere geitenhoeder van den burggraaf de Leuronsac, een burger ben." //Jacques Beauchene?" antwoordde Madeleine, nog steeds bevreesd en angstig. „Ik ken u niet." z/Nu, zooveel te beter zal burger Etienne de Leuronsac mij kennen of zijn rentmeester, Maurice Grandsoif, indien deze nog leefde. Ik draag zijn wapen op den rug. Wilt ge de litteekens°zien, burgeres, die ik van zijne geeselingen gehouden heb Madeleine trad ontzet eenige schreden teru<*, doch bleef weder staan, wijl Jacques Beauchene haar snel en dreigend naderde en met geweld bij de hand vasthield. z/Ontwijk mij niet, burgeres; roep ook uwe londen bij u, wanneer zij u lief zijn," sprak hij dreigend. ,/Ik wil u niets doen, gij behoeft mij dus niet te vreezenmaar aanhooren zult ge mij, nu het noodlot u eenmaal in mijn handen heeft gevoerd. Blijf staan, burgeres, of..." //Mijn God, Jacques Beauchene, wat wilt ge van mij riep het jonge meisje sidderend, dat daar als een hulpelooze stond. In haar stralende, vroolijke oogen welden tranen op van angst en schrik, en de man voelde, hoe de kleine, donzige rand in de zijne beefde. Ietwat verlegen lachende, lie! hij haar los. z/Roep uwe honden terug, burgeres, zij schijnen al te levendigen trek naar mijne beenen te hebben,. ('01RAV e" bij <1«-II ..ilg.-x-r I'. J. VAI UK |j](BE te Ter leuien. Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN brengen ter openbare kennis, dat de in hunne gedane openbare aan kondiging van 13 December 19!)?, aangegeven termijn voor het ter inzage liggen ten gemeentehuize van een Ligger der wegen en voetpaden in de gemeente Ter Neuzen metde kaart, is verlengd tot en met 14 Januari 1898. Ter Neuzen, 10 Januari 1898. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. A. VAN BOVEN, Burgemeester. J. WISKERKE, Secretaris.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1898 | | pagina 1