Gemengde berichten.
Door de vereeniging van Burgemeesters en
Secretarissen in Zeeuwsch-Ylaanderen (W. D.) is
aan alle gemeentebesturen in dat district een
schrijven gezonden, houdende verzoek om eene
verordening op het venten in het leven te roepen,
ten einde de vermomde bedelarij zooveel mogelijk
tegen te werken.
De gemeenteraad te Oostburg besloot Yrijdag
om in beginsel gevolg te geven aan bovengenoemd
verzoek en eerlang eene dergelijke verordening in
het leven te roepen.
TER NEUZEN, 16 December 1895.
In de op Donderdag 19 Dec. a. s., 's morgens
10 uren, te houden openbare vergadering van den
gemeenteraad alhier, komen de volgende punten in
behandeling benoemen onderwijzer aan school C
verzoek ontslag onderwijzer J. J. van Doeselaar;
voorziening in vacature school Bbenoemen
Commissie van Fabricageidem Commissie regeling
hoofdelijken omslagwijzigen gemeentebegrooting
1895; aanvraagBurgerlijk Armbestuur om verhoogd
subsidie 1895 suppletoir kohier hoofdelijken
omslagingekomen stukken enz.
Na bevorens te Othene, gemeente Zaamslag,
door de Ter Neuzensche Gereformeerde Jongelings-
Yereeniging Jonathan eene vergadering was gehouden
met het doel het streven dier vereenigingen daarbij
uiteen te zetten, is na afloop daarvan besloten
ook te Othene eene dusdanige vereeniging te stichten.
Bij het personeel van de Rijksveldwachters
worden met 1 Januari a. s. verplaatst J. B. de
Wispelaere (jacht-opziener), van Retranchement
naar HeinkenszandJ. de Dreu (jacht-opziener),
van Heinkenszand naar Retranchement.
Nieuwvliet. Bij de Ned. Herv. gemeente
alhier is toezegging van beroep uitgebracht op den
heer G. J. B. Stork, cand. te Amsterdam.
St. Paul (Belgie).
Dezer dagen had alhier een treurig ongeval
plaats. Een krankzinnig meisje, 28 jaren oud, die
thnis bij hare ouders verpleegd werd liep in een
onbewaakt oogenblik in het vuur en bekwam zulke
hevige brandwonden, dat zij aan de gevolgen
daarvan is overleden.
RECHTSZAKEN.
Arrondissements-reclitbank te Middelburg.
Diefstal met braak.
Voor deze zitting werd Zaterdag behandeid de
zaak tegen H. C. S., oud 32 jaren, herbergier,
geboren te Turnhout, wonende te Antwerpen, gedeti-
neerd alhier, ter zake dat hij in den nacht van
31 October op 1 November jl., omstreeks 1 uur,
te Ter Neuzen zich den toegang heeft verschaft
tot de woning, bewoond door B. Koevoets, buiten
diens weten, door een raam op te schuiven en
daardoor in de woning te klimmen en vervolgens
aldaar in eene kamer eene gesloten kast met
geweld heeft opengebroken en in die kast nog
een ander gesloten kastje eveneens met geweld
heeft opengebroken, en uit die kasten, met het
oogmerk van wederrechtelijke toeeigening, heeft
weggenomen 56 franken in Belgische pasmunt,
verpakt in pakjes elk van 2 franken, 250 centen,
verpakt in pakjes, een bedrag van 16 gulden in
guldens en rijksdaalders, een bedrag van 23
franken in franken en halve franken, een gouden
Engelsch muntstuk van een pond en een bedrag
van 6.J shilling in Engelsche zilveren muntstuk-
ken, een zilveren broche, een gouden kettinkje,
een gouden medaillon, een zilveren sigarenpijpje,
gemerkt B. A. K., twee ringetjes van een geld-
beursje, de helft eener knip van een sigarenkoker,
het spel verloren. En wie verliest, moet betalen
dat is overal hetzelfde."
Toen men hem doorzocht en behalve zijn horloge,
geldbeurs en brieventasch, ook zijn zakmes in be
waring nam, lachte hij weder en zei//Wees niet
bevreesd, dat ik -mij zal dooden Ik gevoel mij
jong genoeg om ondanks alles nog iets van het
leven te hopen."
ZESTIENDE HOOEDSTUK.
Wankelend verliet Gertrude de zaal tusschen
Bauer en SerafLne. Mijnheer Dorn volgde hen
met snelle schreden en riep //Ik zal dadelijk een
rijtuig halen."
z/Waarvoor vroeg Bauer. //Het Victoria-hotel
is dicht bij daar breng ik mijn pupil heen."
Doch op vasten toon antwoordde Gertrude
,/Neen, ik wil naar Segefeld, daar zal ik weer
gezond worden. Ik wil niet naar Hannover, waar
waar men mij begraven heeft," voegde
zij er huiverend bij.
Daar kwam Dorn reeds met een rijtuig. //Ga
maar met de jonkvrouw vooruit, Serafine," zeide
hij en maakte reeds aanstalten om de dames te
helpen instappen. Ik zal wel op uw moeder
wachtenik denk, die zal wel niet heengaan,
voordat George met haar meekomt."
Mijnheer Bauer stond wel een beetje bedremmeld
te kijken, toen die schikkingen zoo maar buiten
hem om genomen werden. Hij begreep echter,
dat het best zou zijn zich daarin te schikken.
z/Als ge mijn pupil naar Segefeld zendt moet ge
mij op den koop toe nemen, mijnheer Dorn Ik
zal haar nu niet zoo gemakkelijk weer uit het oog
werliezen zeide hij.
Dorn antwoordde lachend //Zeer gaarne, mijn-
alles toebehoorende aan voormelden Koevoets,'
althans niet aan hem, beklaagde.
Aan den beklaagde was de heer Mr. C de Witt
Hamer JGz., advocaat te Middelburg, ambtshalve
als verdediger toegevoegd.
Er waren vier getuigen gedagvaard.
De beklaagde bekende in hoofdzaak het hem
ten laste gelegde.
Als eerste getuige werd gehoord de herbergier
Koevoets te Ter Neuzen. Hij heeft niet gemerkt
dat in den bovenbedoelden nacht iemand in zijn
woning is geweest, doch 's morgens van 1 Novem
ber ontdekte hij dat in zijn huis braak en dief
stal waren gepleegd. Een kast, gewoonlijk
gesloten, was opengebroken en een deel van den
inhoud ervan verdwenen. Het slot van de kast
was geforceerddit was ook het geval met een
kastje dat zich binnen het meubelstuk bevond.
Verschillende ontvreemde zaken, aan den getuige
vertoond, werden door dezen als de zijne herkend.
De bekl. erkende een schuifraam aan de voor-
zijde van het huis van Koevoets opengeschoven
en in de woning de commode geopend te hebben
met een beiteltje, dat hij tusschen de voegen van
de val stak. Daarna had hij de verschillende boven-
genoemde zaken en geldstukken ontvreemd.
E. Banier, de vrouw van getuige Koevoets,
verklaarde in denzelfden geest als haar man.
P. Brugmans, brigadier bij de marechaussee te
Ter Neuzen, de volgende getuige, verklaarde dat
in den nacht van 31 Oct. op 1 Nov. in Ter
Neuzen een pogiug tot diefstal beproefd is, waarvan
de dader onbekend was.
In den morgen van 1 Nov. is getuige Koevoets
bij hem gekomen, die hem in kennis stelde met
den gepleegden diefstal te zijnen huize. Getuige
heeft dadelijk een onderzoek ingesteld. Toen hij
alles had opgenomen, heeft de politie beklaagde
opgespoord en bij fouilleering op hem de genoemde
voorwerpen en het geld gevonden.
Bekl. was ook in het bezit van eenige lucifers
van een soort, dat in de woning van K. niet
gebruikt wordt en van welk soort er een is gevonden
in de kamer waar was ingebroken.
G. G. Andriessen, agent van politie te Ter
Neuzen, was in den nacht van 31 Oct. op 1
Nov. uitgegaan om een poging tot inbraak te
onderzoeken. Per velocipede is hij naar Sluiskil
gegaau, waar hij iemand in eene herberg zag binnen
gaan. Hij sprak dien persoon aan. Omstreeks
half zes wilde die man, beklaagde, een kaartje
nemen naar Belgie, waarop getuige hem raadde
uit Ter Neuzen te vertrekken van waar hij goed-
kooper de reis kon maken. Bekl. zeide dat het
er niet op aankwam. Daarop heeft getuige den
persoon, die hem verdacht voorkwam, gearresteerd.
Toen kwam de politie uit Ter Neuzen, die in
bekl. den persoon herkende welke voor de politie
gevlucht was. Hij werd toen gefouilleerd en het
ontvreemde bij hem gevonden.
Bekl. erkende uit Belgie gekomen te zijn met
het plan om te Ter Neuzen diefstal te plegen, wijl
hij geld noodig had -om schulden te voldoen.
Omstreeks een uur of twee heeft bekl., die van
het begin van den avond tot dien tijd buiten
Ter Neuzen had rondgezworven, de inbraak ge
pleegd. Daarna is hij naar de statie te Sluiskil
gegaan om met den trein weder naar Belgie terug
te keeren.
Bekl. verklaarde te Antwerpen eene vrouw te
hebben, waarmede hij tijdens den diefstal nog slechts
tieu dagen was getrouwd. Hij was in Belgie
meermalen veroordeeld.
De ambtenaar van het openbaar ministerie
begon met er op te wijzen dat men hier te doen
heeft niet met een dilettant maar met een dief,
die op zijn vak reist. Hij herinnerde er verder
aan dat bekl. herhaaldelijk wegens diefstal was
veroordeeld en vroeger behoorde tot een beruchte
dievenbende in Belgie.
Het is dezelfde persoon, die ook te Tholen
heer Bauer; de houtvesters woning is ruim genoeg,
er is plaats voor nog meer gasten."
Het volgende oogenblik zat Bauer in het rijtuig
tegenover de beide meisjes, enluisterde metgenoegen
naar Serafine's vroolijk gesnap, terwijl Gertrude
in een hoek geleund zat en haar blikken liet
weiden over het bosch en de glinsterende water-
vlakte, die bijna haar graf was geworden. Sedert
dien middag in Juli, toen zij de villa op den
Godeberg had verlaten om een wandeling te doen,
waren nog pas weinige weken verloopen, en welk
een menigte van gebeurtenissen had in dien korten
tijd plaats gegrepen.
Op Segefeld angekomen zijnde, droeg Serafine
de grootste zorg voor de gasten, die zij rreebracht,
en trof teveus maatregelen voor de goede ontvangst
van hen, die nog komen moesten. Gertrude werd
verkwikt met een weinig spijs en een glas wijn,
en daarna zorgvuldig te bed gebracht in een koele
stille kamer. Vervolgens toog Serafine met de
meid aan het werk om een smakelijk middagmaal
te bereidengedurende dien tijd moest mijnheer
Bauer maar zien terecht te komen. Dit viel
den ouden plantenliefhebber niet inoeilijk. De
rozen van juffrouw Eltester, die in den tweeden
bloei stonden, haar schoone anjelieren en eereprijs
namen zijn aandacht geheel in beslag. Toen de
voortreffelijke vrouw thuis kwam, bekende hij
haar dan ook vol bewondering, gemengd met een
beetje nijd, dat hij in haar zijn ineesteres had
gevonden.
(Wordt vervolgd.)
diefstal gepleegd heeft, waarover hij zich later
zal hebben te verantwoorden.
Bekl. is een gevaarlijk persoon en het is
alleen aan de flinke wijze van optreden van politie
en justitie te danken, dat het gelukte hem te
snappen en te arresteeren.
De ambtenaar achtte de ten laste gelegde
feiten wettig en overtuigend bewezen en vorderde,
wegens diefstal bij nacht en door middel van
braak, de veroordeeling van beklaagde tot eene
gevangenisstraf van vier jaar, met mindering van
den in voorloopige hechtenis doorgebrachten tijd.
De verdediger, wien het ook voorkwam dat het
ten laste gelegde wettig en overtuigend is bewezen,
meende te kunnen volstaan met zich te refereeren
aan het oordeel der rechtbank.
Daarna werd het onderzoek in deze zaak gesloten
en de uitspraak bepaald op 20 dezer. M. Ct.
De verhalen, die men omtrent den Rotter-
damschen moord doet, stemmen in zooverre samen,
dat de privaat-detectieve van de //Tel." toch inder-
daad niet zou hebben gefantaseerd met zijne mede-
deelingen over den wagenverhuurder aan de
Slaakkade. Er zou werkelijk op die wijze zijn
ontdekt, dat het kind den 23sten dus vijf dagen
nadat het was verdwenen 's avonds tegen 10
uur in de woning van Yan Berkel is vermoord
en daarna door twee mannen op een handkar naar
buiten de stad gereden.
En nochthans hebben wij reden om aan de
juistheid dier eenstemmige berichten te twijfelen.
Wij ontvingen nl. heden een bezoek van
mejuffrouw van Berkel, die ons aldus het bewijs
kwam leveren van de onwaarheid van het gister
gepubliceerde bericht, dat zij gearresteerd was.
Zij deed ons verschillende mededeelingen, o. a.
dat er inderdaad in een bovenkamer van hare
woning omstreeks den 238ten een kind klagend
geschreeuwd had, maar, zooals bleek toen zij met
eene andere bewoonster ging kijken, omdat de
moeder 't alleen had achtergelaten, dat er werke
lijk een handwagen voor hare deur is geweest,
waarop iets geladen werd, doch geen kinderlijk,
maar een verhuisboel, en dat de haat tusschen
haren man en H. zoo hevig was, dat zij den 19dea,
toen een huiszoeking bij haar had plaats gehad,
samen met den rechercheur een glas cognac hadden
gedronken, elkaar bij 't afscheid nemen de hand
hadden gegeven en v. B. aan H. had verzocht, hem
bericht te zenden als het kind zou zijn gevonden.
Uit een en ander schijnt wel afdoende te blijken,
dat de berichtgevers heelwat verzonnen hebben en
men verstandig zal doen, kalm de berichten der
politie af te wachten.
Wij althans willen ons, met 't oog op hetgeen
wij nu omtrent de geloofwaardigheid der praatjes
weer vernamen, voorshands liever onthouden van
het oververtellen van wat de correspondenten
verder fantaseerden over verband tusschen den
moord en eenige diefstallen, fantasien, die
reeds zelven het kenmerk van hare onjuistheid
dragen door de lijnrechte tegenspraak op sommige
hoofdpunten.
Dit toch is een feitden 23'ten was juffrouw
v. B. nog te Rotterdam. Ware er in hare woning
toen een kind vermoord, dan zou zij er waarschijnlijk
van weten. Maar de justitie laat haar vrij rond-
loopen. Dus ieder kan de gevolgtrekking maken.
H. Ct.
Omtrent den moord op A. E. Hoogsteden,
meldt de N. R. Ct. het volgende:
De rechtbank te Rotterdam verleende Zaterdag
rechtsingang met last tot instructie en bevel tot
gevangenhouding tegen Willem van Berkel en
hetzelfde met gevangenneming van Catharina Wil-
helmina Hoogsteden, (zuster van A. F. Hoogsteden,
den vader van den vermoorden knaap, en schoon-
zuster van Willem van Berkel), beiden verdacht
van moord met voorbedachten rade op den scholier
A. F. Hoogsteden.
Catharina Wilhelmina Hoogsteden werd te 9£
uren Zondagvoormiddag, ten huize van haren broe-
der Johan Hoogsteden in de St. Mariastraat, door
de politie gearresteerd en naar de strafgevangenis
aan den Noordsingel overgebracht, nadat door den
rechter van instructie Mr. J. H. van Meurs en
den substituut-officier van justitie Mr. H. J. K.
Dijckmeester, bijgestaan door de inspecteurs van
politie H. A. Teunisse en M. B. van der Hoeven
eene huiszoeking in hare woning was gedaan.
Naar wij vernemen is van de vermiste kleeding
nog geen stuk gevonden.
Catharina Wilhelmina Hoogsteden, eene onge-
huwde vrouw, woonde met haar kind bij haren
broeder Johan in. Dit kind, van zeer jeugdigen
leeftijd, is niet met de moeder naar de strafgevan
genis overgebracht. De huiszoeking bracht niets
ter zake aan het licht.
Overeenkomstig een daartoe strekkend requi-
sitoir van den officier van justitie heeft de recht
bank te Haarlem de invrijheidstelling van mevrouw
Van Wermeskerken gelast.
De rechtbank heeft daarbij overwegen, dat blijkens
het op 11 Dec. door de deskundigen uitgebrachte
rapport de hoeveelheden in het bier en in de je-
never gevonden //antipyrinum" betrekkelijk gering
zijn, zoodat, hoewel overigens de tegen de beklaagde
gerezen bezwaren door de instructie, voor zoover
die thans is gevorderd, niet zijn ontzenuwd, daar
door toch aan de ten laste gelegde feiten, dat
zeer ernstig karakter is ontnomen, hetwelk tot
toepassing der preventieve hechtenis had geleid.
De voortzetting der instructie is tevens bevolen.
De rechtbank te Zutphen heeft in de zaak
der zeven meineedigen, waarvan vroeger melding
is gemaakt, uitspraak gedaan. Zij werden ver
oordeeld van I jaar en 3 maanden tot 3 jaar
gevangenisstraf. De oude man en vrouw werden
veroordeeld tot twee jaar ieder.
Sedert Donderdag wordt te's Hertogenbosch
vermist het 20jarig meisje A. Men vermoedt, dat
haar een ongeluk is overkomen.
Aan de Haarl. Ct. werd bericht, dat het vermiste
meisje, de dochter van een koopman te 's Herto
genbosch, //van opvallende schoonheid" is.
Van andere zijde wordt gemeld, dat de bij de
rijschool te Amersfoort gedetacheerde le luitenant
der cavalerie V. Q. naar het huis van bewa
ring te 's Hertogenbosch is overgebracht, en voor
den krijgsraad aldaar moet terecht staan wegens
z/schaking."
Er bestaat grond tot het vermoeden, dat tusschen
het eerste en het laatste bericht verband bestaat.
De polder Hongerland onder Spijkenisse
(eiland Putten) is Vrijdagmiddag ondergeloopen.
Door den hevigen storm uit het westen, kon
de Yrijdag namiddag van Rotterdam komende
stoomboot //Stad Zierikzee" de haven van Zierik-
zee niet binnenloopen en moest zij naaar het
Keeten terugkeeren, om eene ankerplaats te
vinden.
Aanhoudend blijven de berichten hoogst
treurig aangaande de zeerampen, door de laatste
stormen veroorzaakt. De kusten onzes vaderlands,
voornamelijk in het Noorden, zijn als het ware
bezaaid met wrakstukken van schepen of ladings-
goederen, door het stukslaan der schepen aan de
zee prijs gegeven. Niet alleen is het zoo hier,
doch op de kusten der aangrenzende rijken is het
nog droeviger gesteld. Nog voortdurend blijven
tal van schepen als vermist waarvan wel nimmer
iets zal worden vernomen, zoo min als van de
daarbij omgekomenen.
Naar men aan de //N. Gron. Ct." meedeelt,
hebben de loodskotters van Delfzijl Woensdag in
de Noordzee een bark, geladen met hout, gevon
den, over welke raatselachtige vondst men zich
in gissingen verdiept. Er lag geld op de tafel en de
kleeren hingen in de kasten, terwijl van binnen
niets beschadigd was of onraad deed vermoeden
maar er was geen mensch in aanwezig. Het
galjoen was van voren van het vaartuig wegge-
slagen ma'ar overigens is het schip onbe-
schadigd.
Misschien is het door den storm van de laatste
dagen van de kust van Zweden weggeslagen,
terwijl niemand aan boord wasmaar 't kan ook
zijn dat de sleepboot verongelukt is en de opvaren-
den zich op de bark niet veilig waanden en het
hun niet gelukt is, weer op hun vaartuig te
komen.
Uit Delfzijl schrijft men hieromtrent aan het
N. v. d. D.
Het schip, dat door de bemanning van de
loodskotter Eems n°. 3 bij Schiermonnikoog opge-
pikt is, is gebleken te zijn de Zweedsche bark
z/Scandia", kapt. Nilsson, van Sundsval met
battings naar Granton. Uit Hogenass (Zweden),
waar het schip thuis behoort en waarheen men
getelegrafeerd had om inlichtiugen, werd naar
Delfzijl geseind, dat omtrent het lot der bemanning
niets bekend was.
Het schip heeft, behalve dat het lek is, door
den storm betrekkelijk weinig geleden. Het tuig
en de booten zijn nog in beste orde. Het is dan
ook door de loodsen ven Schiermonnikoog zeilende
den Eemsmond binnen gebracht, waarna het door
de Popelau naar Delfzijl gesleept is.
Uit de vele; kleedingstukken en enkele kost-
baarheden, welke op het schip achtergebleven zijn,
maakt men op, dat het verlaten van het schip
in haast geschied is.
De burgemeester van Elst, baron Yan der
Feltz, liet zich onlangs voorhangen voor lid van
eene vereeniging //Nut en vermaak" te Nijmegen
en werd geballoteerd en aangenomen.
Maar daarbij had eene informaliteit plaatsen
waarvoor zou men voorzitter van eene vereeniging
z/Nut en vermaak" zijn, als men eene informaliteit
bij een ballotage niet opnam met al die plechtige
gewichtigheid, welke zulk een feit verdient? De
voorzitter verbood dan ook den penningmeester,
aan den heer v. d. F. de contributie-kwitantie te
doen aanbieden, en toen nu de Elster burgemeester
evenwel dezer dagen met zijne vrouw de zaal
binnenkwam, waar //Nut en vermaak" een uitvoe-
ring gaf, werd hem door den voorzitter gezegd,
dat hij geen toegang had, als zijnde geen lid. De
heer v. d. F. stoorde zich echter aan die weigering
niet en nam toeh in de zaal plaats. Maar in de
pauze werd hij nu verwittigd, dat de brigadier
der rijksveldwacht hem wenschte te spreken, en
deze deelde hem mede, door de voorzitter te zijn
uitgenoodigd, den heer v. d. F. den toegang tot
de zaal te ontzeggen, en bij herhaling van zijne
weigering om heeu te gaan proces-verbaal op te
maken.
De dezer dagen vermelde begrafenis te
Bunschoten, met roeibooten bij het hooge water,
doet nog den tijd herinneren hoe over een halve
eeuw, des winters, in het eiland Schouwen derge
lijke begrafenissen plaats vonden met zoogenaamde
karnemelksbooten, terwijl het niet anders kon, wijl
Schouwen alsdan blank van water stond.