Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeenwsch- Vlaanderea
No. 3197.
Dinsdag 3 September 1895.
35e Jaargang.
Ill I11I0BEI1.
abonnement
Binnenland,
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,Pranco per postVoor
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,324.
Men abonneert zich bij alle Boekhaudelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
ADVEKTENTIEN:
Van 1 tot 4 regeis f 0,40. Voor elken regel meer f 0,10. Grootere letters
worden naar plaatsruimte berekend.
Men kan zich abonneeren tot het plaatsen van 500 regeis en meer per
jaar, tot veel verminderden prijs.
Inzending van advertentien voor 3 uren op den dag der uitgave.
folitieli Overzicht.
De Belgische senaat heeft thans ook de school-
wet aangenomen. Het scheen wel of er geen einde
zou komen aan de breed opgezette en languitge-
sponneu redevoeringeu, waarin de senatoren hunne
meening over het ontwerp-Schollaert uiteenzetten.
Onder deze redevoeringeu treft die van den oud-
Minister van justitie Le Jeune door een zekere
kortheid en door de magistrale wijze waarop de
bestrijding is aangevat. De Minister beroept zich
daarbij op de beginselen, waarvan de opstellers der
wet uitgingen.
De heer Le Jeune zegt groote waarde te hechten
aan den invloed van den godsdienst op het onderwijs
maar juist daarom wil hij het vrijstellen.
Van de vrijheid verwacht hij veel; niets van
de wettelijke regeling. Dit heeft de heer Le Jeune
uiteengezet op eene wijze, die beslissend zou zijn
geweest voor het lot van het ontwerp indien
niet de regeering van de aanneming een kabinets-
kwestie had gemaakt. De Ind. Beige wijst er
op, dat onder de voorstemmers in den Senaat
menigeen was die het zeker zijn stem niet zou
gegeven hebben, indien niet de onvermijdelijke
ministerieele crisis als een dreigend spookbeeld
achter de verwerping verschenen ware.
Nu werd de wet met 56 tegen 31 stemmen
aangenomen.
Het schijut dat de Belgische troepenbeweging
in de kampen hier en daar aanleiding geeft tot
vechtpartijen, die juist niet in het programma
staan. Zoo verhaalt men, dat er in het kamp
van Beverloo een gevecht had plaats gehad,
waaraan verscheidene honderden soldaten hadden
deelgenomen. 't Zijn de oneenigheden tusschen
de linie-soldaten en de karabiniers, die aanleiding
gegeven hebben tot de botsing. De patrouille
is herhaalde malen moeten tusschenkomen en
eenige vechters werden gekwetst. Zulke gevechten
hebben bijna alle jaren plaats. Hit Overpelt
schrijft men In een gevecht, dat hier op 't ge-
hucht Lindel, tusschen soldaten en burgers heeft
plaats gehad, is een schot gelost, waardoor de
soldaat Van den Plassche een kogel in de zij
kreeg. De gewonde is 's anderendaags naar het
hospitaal te Leopoldsburg gebracht en verkeert in
gevaarlijken toestand.
Het wordt bevestigd, dat de poging der Porte
om verdeeldheid te zaaien tusschen de drie mogend-
heden, die zich het lot van Armenie aantrekken
die poging wasover Engeland te gaan klagen
bij Prankrijk en Itusland door de drie mogend-
heden is beantwoord met eene geineenschappelijke,
FEUILLETON.
Door HELLMUTH M1ELKE.
2)
De vreemdeling had de beide ringen in de hand
genomen en bekeek ze. Zij hadden inderdaad
weinig waarde, verbogen en versleten als zij waren.
Vluchtig ging zijn oog over den binnenkant, de
eene was een trouwring en ook de andere scheen
dit te zijn. Er was althans een datum in ge-
graveerd 13 Maart 1864.
In het volgende oogenblik viel de ring op den
grond, en terwijl alien zich bukten om hem op
te nemen, ontwaarde niemand, dat de Engelschman
want de menigte hield hem voor een zoon van Groot-
Brittanie bleek geworden was.
//Ik koop den ring," zeide hij haastig tot den
afslager, ,/vijftig Mark.
Het was eene som, die algemeene verwondering
verwekte. Men mompelde, dat de Engelschen
altemaal een weinig gek waren. Met schelle stem
lierhaalde de afslager snel driemaal het bod en
liet daarop den liamer vallen. De verkooping was
afgeloopen, en de menigte verspreidde zich, om
hare voorwerpen naar liuis te brengen en onderweg
nog over den vreemdeling te babbelen. Een zoo
fabelaclitig bod was alleen bij een lord mogelijk.
Ook had men vernomen, dat hij in den //Prins
van Pruisen" logeerde, en eenige Oedenberger
mannen lieten, toeu zij van hunne vrouwen de
geschiedenis van deze verkooping gehoord hadden,
onmiddelijk bun werk in den steek, om naar het
logement te gaan en van den waard bij een glas
aan duidelijkheid niets te wenschen overlateude
verklariug. En daarin wordt met name met den
meesten nadruk gehandhaafd de eisch, dat eene
internationale commissie van zes leden, waarvan
drie door de Porte en de drie andere door de
mogendheden zullen benoemd worden, de tenuit-
voerlegging der toegezegde hervormingen in Klein-
Azie zal controleeren.
De mogendheden hebben op deze wijze dus
getuigenis afgelegd van hare volkomen eensge-
zindheid.
De Sultan, die in het instellen dezer commissie
een inbreuk ziet op zijne souvereine rechten, blijtt
voor en na ongezind dezen eisch in te willigen
en zal zekerlijk niets onbeproefd laten om alsnog
daaraan te ontkomen. Laatstelijk zou hij besloten
hebben zich tot Oostenrijk te wenden met een
verzoek om bemiddeling. Maar hoe meer mogend
heden de Saltan in deze zaak betrekt, des te
meer kans heeft hij, dat de gezamenlijke onder-
teekenaars van het Berlijnsch verdrag hem artikel
6 daarvan onder den neus duwen of zich tot een
nieuw congres vereenigen.
De in Armenie gepleegde gruwelen, daarover
is ieder in Europa het eens, schreeuwen zoo niet
om wrake, dan toch zeer zeker om krachtige
maatregelen tot voorkoming van herhaling. Het
roofziek Kurden-volk, dat daar jaar op jaar de
Christen-bevolking brandschat, als gold het de
rechtmatige inhaling van een gezaaiden oogst,
dient onder bedwang te komen, en dat zullen, nu
eenmaal A gezegd is, de mogendheden zich niet
laten afpraten.
In het Britsche huis der gemeenten werd door
den Vice-Minister van Buitenlandsche Zaken, den
heer Curzon, de meededeeling gedaan, dat de Re
geering nu besloten heeft een spoorweg te doen
aanleggen van Mombassa naar Uganda, om de hulp-
bronnen van laatstgenoemde Oost-Afrikaansche
vestiging, den Opper-Nijl en het district van het
Victoria-meer, tot grootere ontwikkeling te brengen.
De Regeering had eerst overwogen de lijn maar
aan te ieggen voor de helft, in welk geval die
door Duitschland zou zijn doorgetrokken tot het
meer maar bij nader inzien werd tot den geheelen
aanleg besloten.
In het Huis der Lords verklaarde de premier,
de Markies van Salisbury, dat zoowel in China
als in Prankrijk de neiging bestaat om de eischen
en rechten van Engeland, wat betreft de beide
Mekong-oevers (in Siam), te onderschatten. Al
onderhandelend evenwel in vriendscliappelijken geest,
kan men verwachten, dat tusschen beide Regee-
bier nog meer over den merkwaardigen vreemdeling
te hooren
Deze had zich tot het meisje gewend. Waar
is uwe moeder?" vroeg hij.
z/Moeder is binnen," antwoordde zij en geleidde
hem, terwijl de afslager bij zijne tafel de rekeningen
afsloot, in het huisje. Eene ledige, kale kamer
werd voor hem geopend daar zag hij op eenen
houten stoel de schamel gekleede vrouw zitten
weenen. Hij bleef hij de deur staan en wenkte
het meisje.
z/Hier meisje, stel uwe moeder de beide ringen
weer ter hand."
i,0 mijnheer, u is wel goed
z/Stilviel de vreemdeling liaar bijna heftig
in de rede. //Niets daarvan, en ik zou uwe moeder
nog wel iets willen vragen."
z/Moeder," wendde het meisje zich tot de
vrouw, //een heer heeft uwe ringen gekocht en
geeft ze u terug. Hier zijn ze."
z/Mijne ringen, mijne ringenmurmelde de
vrouw, //God zegene den edelen heer Waar is
hij, opdat ik hem de hand kan drukken En
zij hief het hoofd op.
z/Hij is hier in de kamer moeder. Kom nader,
mijnheer. Mijne moeder kan u niet zien, zij is
blind."
//Blind herhaalde de vreemdeling met eenen
uitroep van sclirik.
Ja, het is de staar. Mijne moeder heeft het
gekregen van het vele werken en schreien."
z/En hoe heet uwe moeder
z/Lina Markoff, mijnheer."
z/Maar liaar meisjesnaam
//Mijn meisjesnaam mengde de blinde vrouw
ringen eene bevredigende schikking zal kunnen
getroffen worden.
De verjaardag van H. M. onze geliefde Koningin
is op vele plaatsen luisterrijk gevierd en overal
bleek de grootste opgewektheid, de grootste inge-
nomenheid met het feest te bestaan.
Het middelpunt van het feest is uit den aard
der zaak Apeldoorn, nu H.H. M.M. op het Loo
vertoeven.
Reeds in den morgenstond werden ten paleize
een aantal ruikers van elders ontvangen en van
alle kanten komen telegrammen ter gelukwensching,
ook van buitenlandsche lioven. In het register
ten paleize werd druk geteekend.
Van elke woning wappert de driekleur, en het
was druk op de straten door de vele vreemdelingen.
Het vastgestelde programma werd, begunstigd
door schoon weder, ten uitvoer gebracht. De
optochten der feestcommissie en van de kinderen
maakten een goeden indruk.
Aan den wedstrijd van versierde sportkarren en
velocipedes namen 20 mededingers deel.
De concerten en muziekuitvoeringen gaven veel
genoegen, en voor het vuurwerk, dat des avonds
het feest zou beslniten, had men de beste ver-
wachtingen.
Omstreeks 3 uur verschenen H.H. M.M. met
gevolg op het feestterrein. De Koninginnen zaten
in een a la Daumont bespannen, rijk versierd
rijtuig met een voorrijder.
De eere-voorzitter richtte eene toespraak tot
H.H. M.M., terwijl de voorzitter en de secretaris
H.D. ruikers aanhoden. Weldra was het rijtuig
met bloemen gevuld. De Yorstinnen reden, voor-
gelicht door burgemeester en feestcommissie, lang-
zaam over het feestterrein en maakten daarna een
rit door het vroolijk versierde dorp.
Des namiddags was er een diner ten paleize.
Een extra trein bracht de aan het diner ten hove
genoodigden van den Haag, Haarlem, Amsterdam
en Hilversum naar Het Loo, vanwaar zij gister-
avond weder huiswaarts keerden. Ongeveer een
50tal genoodigden namen aan dit diner deel.
Te Amsterdam waren de hoofdstraten met vlaggen
getooid, en vele winkels wegens het feest gesloten.
De Duivelshoek, eene buurt welke ligt tusschen
de Reguliersbreestraat en Reguliersdwarsstraat,
geheel en al getooid met eerebogen, guirlandes,
vlaggen en lampions, de draaiorgels versierd met
zich nu in het gesprek. //Ach, mijnheer, als
meisje was ik nog gelukkig. Dat waren schoone,
heerlijke dagen Nu ben ik eene oude, zwakke
vrouw7, mijnheer, en ik ben vele jaren ongelnkkig
en mijne dochter is ongelukkig, en wij beiden
zullen in ellende sterven. De armen hebben geen
geluk op de wereld."
z/En hoe luidde uw meisjesnaam Zijt gij niet
tweemaal getrouwd geweest
//Neen, ik ben niet tweemaal getrouwd geweest.
Mijn man was een goede man, maar hij had geen
geluk. Wij hadden zooveel schulden. Hij was
boekhouder in de fabriek en heeft gewerkt en
gezwoegd, om de schulden af te betalen, en toen
zij afbetaald waren, kw7amen zieklen en met liaar
nieuwe schulden. Toen ging hij liggen en stierf
en de nood steeg hooger, en ten slotte werd ik
blind, mijnheer. Nu kan ik alleen nog spinnen."
z/Arme vrouwzeide de vreemdeling zacht.
z/Maar de eene ring, die alleen een datum draagt?"
z/Moeder spreekt er niet gaarne over, mijnheer,"
vermaande het meisje.
z/Geloof Anna niet ik heb er nog gisteren
over gesproken alle dagen zal ik er tot haar
over spreken. Zij moet het gevoelen, wat het. is,
iemaed te verliezen, dien men lief heeft. Dien
mag men niet verstooten, ook wanneer hij dwaalde,
dien moet men vasthouden
z/Eerlijk zijn, moeder, is de hoofdzaak," antwoord
de het meisje. //Zonder achting geene liefde."
z/Achting achting zuchtte de blinde vrouw,
z/wie heeft ons in het leven geacht, wie acht ons
Maar wien zullen wij liefhebben, zoo zij het niet
zijn, die ons wederliefde schenken Anna, Anna,
je hebt je Johan van je gestooten kind, kind,
vlaggen en muurbloemen, en bovendien eene talrijke
menigte, waaronder vele vreemdelingen, zich be-
wegende langs de straten, dat is het tooneel,
hetwelk het centrum van de stad te twaalf uur
aanbood.
Ten alien tijde was een feest, aan de kinderen
bereid, een der hoofdnummers van het feestprogram.
De vereeniging tot veredeling van volksvermaken,
zorgde daarvoor steeds op uitstekeude wijze, maar
daar nu de museum-terreinen, waar het feest in
den regel plaats had, door de tentoonstelling was
in beslag genomen, besloot men de kinderen de
wrereldmis zelf te laten zien, en daartoe waren
uitgenoodigd 5000 kinderen der openbare en
bijzondere scholen.
De residentie had reeds vroeg haar gewoon
feestelijk aanzien door de vele vlaggen en de fees-
telijk gestemde volksmassa in de straten, steeds
aangroeiende met van buiten de stad komende
feestgangers. Zeer velen togen met Oranje-insignes,
de feestelijk getooide straten door, waar ook vele
kinderoptochten tot eene vroolijke stemming mede-
werkten. Het weder was fraai. Even als altijd
hadden vele winkeliers toepasselijke versieringen
voor hun ramen aangebracht. Te 12 ure werd
in de Maliebaan groote parade gehoudenin het
Voorhout had men de miniatuur-kermisvoorts
waren er op verschillende plaatsen muziekuitvoe
ringen dan ook nog volksspelen, terwijl men in
den avond illuminatie en groot vuurwerk te aan-
schouwen kreeg, genoegzaam verscheidenheid dus
voor de lieden buiten Den Haag om een dag in
de residentie te komen doorbrengen.
In de synagogen der beide Israelitische ge
meenten werd voor Koningin's verjaardag een
buitengewone dienst gehouden.
De groote markt te Vlissingen gaf Zaterdag-
middag een eigenaardigen optocht te zien ruim 100
sportkarren, aardig versierd, begonnen van daaruit
een tocht door de stad. De jury had bij het toe-
kennen der prijzen een moeilijke taak.
Ook te Utrecht hielden parade, muziekuitvoe
ringen en vuurwerk de feestelijke stemming gaande.
De volksspelen aldaar mislukten. Bij het turf-
rapen o. a. begon een waar bombardement met die
turven eerst van de jongens op elkaar, daarna op
het publiek dat evenwel deze //Ltfmbok-voorstelling"
nog al van de gunstigste zijde wilde opnemen.
Aangezien in het algemeen de gevraagde
koopprijs voor de benoodigde perceelen voor eene
uilbreiding der fabriek der Koninklijke maatschappij
z/De Schelde" te Vlissingen veel te hoog is, heeft
de directie besloten, voorloopig althans, van die
kom tot inkeer. Het leven is zoo kort en eindigt
met eenzaamheid en ellende."
De vreemdeling begreep, dat er tusschen moeder
en dochter een verschil van meening bestond, ook
begreep hij, dat het den bruidegom van het jonge
meisje gold, den opgewonden jongen man, dien
hij des avonds te voren in de gelagkamer gezien
had. Maar dat alles interesseerde hem voor
loopig niet.
z/Wilt gij mij zeggen, goede vrouw", vroeg hij
met eene stem, die onmerkbaar beefde, vvan wien
gij dezen ring hebt, hoe gij er aan gekomen zijt?"
z/Dat is lang geleden, mijnheer, vele, vele jaren
is het geleden. Eer ik mijnen man trouwde, be-
minde ik een ander. En daar we beiden jong
waren, werden wij verloofd, en hij gaf mij den
ring."
z/En toen vroeg de vreemdeling en de woorden
schenen als een zucht door de kamer te gaan.
//Toen is hij in slecht gezelschap geraakt, men
heeft hem dronken gemaakt en tot het spel ver-
leid. Hij heeft alles verspeeld, wat hij bezat,
ook het geld dat hem niet toebehoorde, het waren
duizend thaler, mijnheer, veel, zeer veel geld, en
van vert wij feling is hij in het water gesprongen
en verdronken
z/Verdronken, werkelijk verdronken?"
z/Hij heeft het zijne moeder en mij geschreven,
in eenen afscheidsbrief, dat hij het wilde doen, en
hij heeft het gedaan. De menschen in de groote
stad hebben gezien, hoe hij in het water gesprongen
is zij hebben hem willen redden, maar het was te
laat. Hij was een goed, braaf mensch, mijnheer.
Maar zij hebben hem verleid. Doch ik lie'b niet
gerust, tot alles betaald was."
NEIIZENSCflE (OIKtVr
B»lt blad verscliijnt m
Woensdas- eo Vrijdftgavond bij .ten ..itgever 1». J. V A M I> K S A IF K te Ter