Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeenwsch-Vlaanderea 3194. Dinsdag 27 Augustus 1895. BEKltNDMAKING. J?5e Jaargang. De llurjemecsler der yemeente Ter Scuzen 1 8 7 0- 1 8 9 5. I)e spoorweg Mechelen-Ter Neuzen. EEN MISDAAD? Binnenland, abonnement Voor Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,—. Franco per post Nederlaud 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amenka 1,82$. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven- bushouders. advertentien Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elken regel meer /0,10. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Men ksn zich abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per jaar, tot veel verminderden prijs. Inzending van. advertentien voor 3 uren op den dag der^uitgave. maakt bekend, dat eene Openbare Vergadering van den Gemeenteraad is belegd tegen Donderdag den 29 Augustus 1895, des voormiddags ten 10 ure. Ter Neuzen, den 26 Augustus 1895. De Burgemeester voornoemd, J. A. VAN BOVEN. Zooals reeds was aangekondigd, werd heden door den Raad van adininistratie van bovengenoemden weg de 25jarige exploitatie herdacht, tot welke 1 feestelijke herdenking bij verschillende hoogge- plaatsten had uitgenoodigd. Daar de oprichting der maatschappij van groote 1 beteekenis is geweest voor geheel dit district, I maar in 't bijzonder voor onze gemeente, acbten I we het niet ondienstig bij deze gelegenheid een I kort overzicht te geven van haar ontstaan om I daarna met een kort woord te wijzen op hare I resultaten. De Belgiselle wet, het gouvernement machtiging verleenende tot bet concedeeren van een ijzeren I weg van Mechelen naar St. Nicolaas, dagteekent reeds van 12 Aug. 1862. Deze machtiging werd bij de wet van 13 Mei 1863 uitgebreid tot eene dergelijke concessie van St. Nicolaas naar de Nederlandsch e grens in de richting van Hulst. De concession werden verleend aan den advocaat v Mr. F. Lancelot ook voor den aanleg en de exploitatie van een ijzeren weg van Ter Neuzen naar de Belgische grens bij concessie van 10 April I 1863. Deze heer vormde te Brussel eene naamlooze i vennootschap, waaraan in 1864 deelnam de baron f S. van Heemstra, oud-Minister en oud-Gouverneur van Zeeland als vice-president en administratenr. I Engelsche ondernemers zouden vooral medewerken en de Luiksche bank voorschotten doen. Het *moclit evenwel niet gelukken de zaak tot stand I te brengen, en daar in 1868 nog geen aanvang was gemaakt werden de consessien vervallen verklaard. Voor eenige moedige kapitalisten evenwel, die ernstig den aanleg eener spoorweg verlangden, althans door bet land van Waes, was het vervallen der concessie eene niet geringe teleurstelling. j FEUILLETON. uit het Fransch van FRANCOIS COP PEE. Alles ging goed tot den winter van 1880; en dikwijls als ik dacht hoe Pascal alles meeliep, zei ik bij me zelf, dat het toch maar een goed idee van hem geweest was de militaire loopbaan er aan te geven en zijn epauletten aan den kapstok te hangen. Maar toen ik den eersten Zondag in December bij hem at, merkte ik op, dat hij stil en afgetrokken was, en van tijd tot tijd met een gewoonte van vroeger als er iets was dat hem hinderde bet uiteinde van zijn langen rossen knevel tusschen de tanden nam om er op te bijten. ,/Wat lieeft hij tocli dacht ik bij het weggaan. Zijn kinderen zijn gezond en groeien flink, hij ziet zijn vrouw nog altijd even verliefd aan als in de wittebroodsweken Als zijn zaken maar niet in de war loopen Met dat duivelsche geld ben je nooit je leven zeker „Ln dien nacbt sliep ik slechtEclite vriendschap, ziet u, dat's een soort van barometer Den heelen volgenden dag was ik ongerust, t was of ik een voorgevoel van een ongeluk had. vlegen tien uur s avonds, voor ik naar bed ga, steek ik mijn lantaarn aan en begin, zooals lederen dag, mijn ronde over de werf. 't Was nat, smerig weer. Geen enkel sterretje aan den hemel. Op eens wordt er aan bet liek gebeld. Dat verbaast me. Wie kan daar nog zoo laat Toen werd de zaak opgevat door 4 heeren uit Belgie en dezen verkregen een nieuwe concessie in Belgie en Nederland, terwijl bij Kon. besluit van 7 Jan. 1869 de statuten werden goedgekeurd van de Naamlooze vennootschap te St. Nicolaas, tot daarstelling en exploitatie van den ijzeren weg van Mechelen naar Ter Neuzen. Door de geineenten St. Nicolaas, Temsche, Bornhem, Puers en Willebroek werd samen voor 500,000 fr. deelgenomen. 19 aandeelhouders woonden in Belgie en 2 (ieder voor 100,000 fr.) te Hulst. Met Drie Koningen van 'tjaar 1869 werd de eerste spade in den grond gestoken om het grootsche werk aan te vangen en een jaar daarna was het werk niettegenstaande de societeit met vele administratieve moeilijkheden te kampen had een heel eind gevorderd. Van de kolossale en kostbare brug over de bij Temsche vrij breede Schelde stonden toen (in Jan. 1870) reeds 5 van de 6 pijlers. De nummers van dit blad uit dien tijd ua- speurende vinden we nu en dan berichten omtrent den verderen voortgang van 't werk ook op 't Nederlandsch gedeelte, hoewel men daar naar uit de berichten blijkt bet werk niet zoo kracbtig scbijnt te hebben voortgezet als op 't Belgische gedt elte. In't najaar van 1870 begon men evenwel flink op te schieten. Dat niettegenstaande de beroering waarin Europa toen verkeerde de werkzaamheden werden doorgezet zonder dat de administrateurs een obligatie hadden uitgegeven, pleit wel voor den ijver en de soliditeit van de 21 oprichters der vennootschap, terwijl er ook uit blijkt, dat men goede verwach- tingen van den spoorweg had. In Augustus 1870 was men zoover gevorderd dat de sectie MechelenTemsche voor het publiek kon worden in gebruik gesteld, en deze in gebruik name is het, die heden herdacht wordt. Zooals we hiervoren aanstipten blijkt uit de berichten dat men in 't najaar van 1870 eerst met 't werk is gaan opschieten op 't Hollandsch gedeelte en verder vinden we vermeld dat 20 Maart 1871 door Dr. Vogelvanger de eerste steen werd gelegd van 't station te Hulst, in de week van 410 Juni de liju tot St. Nicolaas was in verbinding gebracht en dat ze behoudens eenige uit te voeren metselwerken 17 Juni d. a. v. geheel voltooid was Den 18 Aug. werd het Nederlandsch gedeelte van de lijn door den Raad van toezicht op de spoorwegen opgenomen en goedgekeurd. zijn Ik doe open, en bij 't schijnsel van mijn lantaarn herken ik mijn luitenant, dicht in zijn pels gewikkeldO, ik begreep wel dat er iets ernstigs aan de hand was. Hij zag bleek, en daar tusschen zijn wenkbrauwen zag ik dien rimpel in den vorm van een V, dien bij vroeger placht te hebben, als het beet toeging in den slag. ,/Toen zij hij kortaf „Masson, ik lieb je noodig, oude vriend Kan je met me meegaan dadelijk „Stellig, luitenantpresentantwoordde ik zonder aarzelen." „Kan je uitgaan en een paar uur later thuis komen, zeg, zonder dat het gemerkt wordt, zonder dat er een liaan naar kraait „Met alle gemak. Ik ben 's nachts heel alleen bier Niemand die zich met me bemoeit Een doodsche buurt. Geen sterveling op straat, zoodra het donker is." „Kom dan mee," zegt mijn luitenant met een doffe stem, die me niets goeds voorspelde. „Doe je lantaarn uit, sluit het hek, steek den sleutel in je zak en volg me." „Ik gehoorzaairrde natuurlijk. Ik was heelemaa klaar om uit te gaan; ik had mijn pet op en mijn duffel aan. We gingen dus op weg. Hij liep zoo bard, dat ik hem haast niet bij kon houden We loopen de kaai af, tot bij de brug van Austerlitz. Zonder een woord te spreken. Af en toe keek ik hem tersluiks van terzijde aan. Zijn gezicht, half door zijn bonten kraag bedekt, was verwrongenbet inaakte me bang. En telkens nam hij met een zenuwachtige beweging zijn kneve in den mond om er op te bijten. Ik had hem Zaterdag 26 Augustus werd de toen van Mechelen tot Ter Neuzen doorgetrokken lijn feestelijk geopend en Zondag 27 Aug. voor bet publiek verkeer in dienst gesteld. Als administrateur trad toen o. a. op de heer Vogelvanger, doctor in de geneeskunde te Hulst. InderdaadTer Neuzen had geen reden tot klagen. Door bare ligging aan het den 18 Nov. 1827 geopende kanaal van Gent, kwain hier handel en scheepvaart en daardoor welvaart. De spoorweg Gent—Ter Neuzen, den 1 April 1869 geopend, deed een en ander verlevendigen en in 1870 was een gedeelte voltooid van de spoorlijn die deze gemeente en het district zou verbinden met een nijver en dicht bevolkt gedeelte van Belgie, waardoor voor de voortbrengselen uit deze kantons nieuwe wegen zouden worden geopend. En dat alles zonder dat van de gemeente een enkele waarborg, subsidie of wat ook was verlangd. Waar nog in dezen tijd overal waar spoor- of tramlijnen worden aangelegd van betrokken ge- meenten enz. bijdragen worden gevraagd, was deze streek zonder eenige kosten harerzijds door twee spoorwegen met Belgie verbonden. Voorzeker was dit een groot voorrecht. De voordeelen konden worden geplukt zonder dat een enkele last behoefde te worden gedragen. De opening van den spoorweg alhier op 26 Aug. 1871, was dan ook voor de bevolking een ware feestdag. Van de eerste exploitatie tot heden is het thaus 25, van de geheele voltooiing juist 24 jaar. Hebben in die kwart-eeuw de resultaten aan de verwachtingen beantwoord Wellicht niet ten voile, maar ge- deeltelijk toch zeker Tn de allereerste plaats nam het vreemdelingen verkeer zeer toe, daar in den eersten tijd na de opening verschillende Belgische muziekkorpsen met hun aanhang deze plaats bezochten, wat oorzaak was dat Ter Neuzen meer en meer bekend raakte, en, getuigde een Belgisch blad uit die dagen, om haar ligging als anderzins een gunstigen indruk op onze zuiderbroeders maakte. Verder werden handelsbetrekkingen met Belgie aangeknoopt, tengevolge waarvan vele landbouw- producten daarheen bun weg vonden. De scheepvaart, die voor deze plaats zelf sedert de opening van 't kanaal tot de binnenscheepvaart beperkt bleef, heeft zich na bet aanleggen der spoorwegen uitgebreid tot de zeevaart, daar het nu mogelijk was om de alhier geloste goederen graag wat gevraagd, ook waar we met zoo'n vaart naar toe gingenmaar ik durfde niet. „Toen we de Halle aux Vins voorbij gingen vervolgde Vulkaan vroeg hij me tusschen de tanden „Ben je niet moe? Kan je 'tzoo volhouden tot aan de Esplanade des Invalides Daar moeten we zijn." /lot waar u maar wil, luitenant." i,0, ik zal nooit dien tocbt vergeten Een, twee Een, twee Altijd in den pas Kaden en nog eens kaden, met den weerschijn van de gasvlammen in de donkere rivier Bijna niemand buiten met bet slechte weerHier en daar een rijtuigEnkele voorbijgangers, die haastig doorliepen En dan soms een om nibus, die zwaar, slaperig, voorbij reedIk zeg u nog eens, als iemand waar je zoo zielsveel van houdt als ik van Louis Pascal, een ongeluk boven 't hoofd hangt, dan heb je daar een voor gevoel vanEn ik kon mijn hart hooren bonzen. „Eindelijk zijn we er, op dat plein. 'tWas heelemaal verlaten. In de verte hoorde ik een klok kwart voor elven slaan. Mijn luitenant ging naar een plantsoentje aan den kant van le Gros Caillou. De boomen waren kaal, maar toch was 't er stikdonker. "We liepen bijna tegen een bank aan. Als uitgeput van vermoeienis liet hij er zich op neervallen en zei me met die onheilspellende stem tfGa zitten z/Maar toen ik naast hem zat, greep hij mijn hand, en ik voelde dat de zij lie zoo heet was, dat je er wel een ei in kon koken." per wagon verder te vervoeren, welk vervoer naar enkele streken langs bier voordeelen aanbood boven andere havens, zoodat de transit-handel meer en meer toenam, zoo zelfs, dat, als bekend is, de naijver van andere havens werd opgewekt. Door dien handel vonden velen hier werk en brood en breidde de gemeente zich dermate uit dat sedert het aanleggen der spoorlijnen de bevolking dezer plaats ongeveer verdubbeld is. Moge bet nu al waar zijn dat de gemeente door die toename der arbeidersbevolking niet financieel is vooruitgegaan, men bedenke dat dit het geval is met alle plaatsen waar handel en nijverheid in ruime mate bloeien. Men moet tevens niet vergeten dat het gros der aardbewoners uit werklieden bestaat en deze moeten toch hier of daar werk vinden, want waar werkeloosheid heerscht is de toestand treurig, de ondervinding lieeft dit helaas maar al te zeer geleerd. Het is hier geen tijd en gelegenheid om het uitvoerig te bespreken, maar wij vermeenen dat die financieele achtergang niet alleen aan toename der arbeidersbevolking is toe te schrijven, maar voornamelijk aan den plicht den gemeente- besturen opgelegd tot het uitvoeren van verschillende rijkswetten, die groote uitgaven vereischen, zonder dat daarvoor voldoende vergoeding gegeven wordt. Buitendien, de bier wonende werklieden besteden te dezer plaatse het verdiende geld, dat dus weer aan neringdoenden ten goede komt. Velen zijn hier door den handel en de scheepvaart tot welvaart gekomen, waartoe hier niet de gelegenheid zou zijn geweest zonder bet ontstaan der in dezen tijd van spoed onontbeerlijke hulpmiddelen en een der eerste is de spoorweg. "Wij verheugen ons dus met den Raad van administrate der spoorlijn MechelenTer Neuzen in dit jubile en spreken de lioop uit dat het vervoer moge toeneinen tot voordeel der maatschappij, ons district en deze plaats. Wat te vermelden vail van de feestviering van heden, vinden onze lezets in hetplaatselijk meuwj. De Koninginnen arriveerden Vrijdagmiddag omstreeks 3 uur op het tentoonstellingsterrein te Amsterdam, waar zij door het hoofdeomite, met den burgemeester aan het hoofd, werden ontvangen en Mr. Calisch haar dank zeide voor de eer van haar bezoek, waarna onmiddellijk eene wandeling z/Je houdt van me, niet waar zei hij toen. z/Maar, luitenant, dat boeft u immers niet te vragen ,/t Is omdat ik iets heel ernstigs van je ga verlangen." ,/Spreek op maar z/Nu dan, luister. Ik ben een verloren man." z/En de toon waarop bij me dat zei, o mijnheer de pastoor, ik kreeg er kippevel van. Verloren En zonder eenige kans op redding Acli, waarom ben ik niet de arme officier gebleven, die op 't eind van de maand geen twintig francs op zak had, als hij zijn kamerhuur, zijn kostgeld, zijn schoenmaker en kleermaker bad betaald Eufin, gedane dingen hebben geen keer. Stel je voor, oude kameraad, dat Krielmann, mijn associe, een scliurk is, dat bij misbruik gemaakt heeft van mijn handteekening, dat hij me in een beele hoop smerige zaken gesleept heeft, dat in een maand, twee maanden, de bom zal losbarsten dat we failleeren en hij en ik onteerd zijn ,/t Was om door den grond te zinken, zoo'n bekentenis. Als een bliksemstraal schoot me de herinnering te binnen aan dien kapit inkwartier- metster die de kas had bestolen een oude liistorie, toen ik nog in Mostagenem was dien veteraan met zijn witte knevel, die gedegradeerd was voor 't front van de troepen. En ik zag weer hoe de oudste sergeant hem de epauletten afrukte. (Slot volgt.) ES1SCHE COIIRA Hit blad verscl.ijnt Saandaa-, Woensdas- en ir,Ud.gav»n.l bij den^ni<Beve, JV A M S A K te Ter Neuzeut

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1895 | | pagina 1