2
Algemeen
Nienws- en Advertentiebiad
voor
Zeeuwsch- Vlaanderen.
No. 3086.
Woensdag 5 December 1894.
34e Jaargang.
aanbesteden:
levering van Steenkolen
ST. NICOLAAS.
Vlissingen in 1809.
ABONNEMBNT:
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,Franco per post: Voor
Nederland 1,10. Voor Belgie f 1,40. Voor Amerika 1,32£.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bnshouders.
ADVERTENTlEN:
Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elken regel meer f 0,10. Grootere letters
worden naar plaatsruimte berekend.
Men kan zicb abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per
jaar, tot veel verminderden prijs.
Bij deze courant belioort een bijvoegsel.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN
zullen op Maandag 10 December a. s., des morgens
11 uren, op het gemeentehuis in het openbaar, bij
enkele inschrijving, in 4 afzonderlijke perceelen
het schoonhouden, verwarmen
en verlichten der openbare scholen
(A., 13 en c) in de kom en (o)
op Sluiskil, gedurende 1895.
De voorwaarden liggen van 30 dezer ter inzage
op de geineente—secretarie en in de herberg van
Van Skle te Sluiskil.
De inscbrijviugs-biljetten knnnen ter gemeente-
secretarie in een verzegelde bus tot het oogenblik
der besteding worden ingeleverd.
Nadere inlichtingen zijn te bekomen bij den
Burgemeester.
Ter Neuzen, 26 November 1894.
Burg, en Weth. voornoemd,
J. A. VAN BOVEN, Burgemeeste.
J. DIELEMAN, Secretaris.
Wordt gevraagd uiterlijk Maandag
10 dezcr, des voormiddags 11 uren,
op het gemeentehuis te TER NEUZEN, prijsopgaaf
voor de
ten behoeve der gemeente—secretarie enz. in 1895.
Voorwaarden liggeu aldaar ter lezing.
Ter Neuzen, 1 December 1894.
J. A. VAN BOVEN, Burgemeester.
J. DIELEMAN, Secretaris.
Zeer verschilleud zijn ongetwijfeld de gewaar-
wordingen, die herinneringen bij ons opwekken.
Nu eeus omzweven ze ons als een zoete, liefelijke
droom, dan weer werken ze als een stortvloed,
die ons schrik en vrees aanjaagt. En geeu wonder
het menschenleven is immers rijk aan afwisseling,
FEUILLETON
HISTORISCHE NOVELLE
GEORGE KEPPER.
7)
Wat was haar ontwaken vreemd. Zij bevond
zich, naar zij geloofde, geheel alleen en lag op de
sofa uitgestrekt. Hoelang zij daar gelegen bad,
wist zij nietwat er gebeurd was, kon zij zich
niet te binnen brengen, docb die toestaud duurde
niet lang. Zij gevoelde een stekende pijn aan het
hoofdhaar bewustzijn keerde langzaam terug
zij opeude nu de oogen, welke bij haar ontwaken
zeer onvolkomen aan hun dienst hadden beantwoord
zij drukte de klamme hand tegen bet hoofd,
richtte zicb op, en zag rond. Zij was niet alleen
haar slaap was bespied geworden een man bevond
zich in haar tegenwoordigheid, een man die haar
al het ontzettende, dat in haar toestand gelegen
was, als door een tooverslag in het geheugen riep.
Zij kon haar oogen niet gelooven.
„Gij hier?" stamelde zij eindelijk.
z/Verwondert u dat zoo?" was het antwoord.
,/ls het uw doel, mij in het ongeluk nog te kornen
beleedigen
ffLaat dien toon varen, Jane, en spreek verstandig
ik ben hier in je eigen belang gekomen."
Zij gruwde op het denkbeeld, dat die man ge
durende hare bewusteloosheid daar geweest was;
dat hij haar bespied, dat hij wellicht haar met zijn
adem bezoedeld had.
.Dezen morgen hebt ge mij de deur gewezen,"
vervolgde hij, #een beleedigiug die men niet vergeet
en niemand onzer is er mede onbekend, dat we
nu eeus hoogtijd vieren en op een anderen tijd
reden hebben tot droeve klacht. Zijdie het
onwaardeerbaar voorrecht hebben gesmaakt, een
jeugd gehad en genoten te hebben, zij vooral,
kuunen zich met genoegen verdiepen in de herinne-
ring aan dien gulden tijd.
En nu vooral, nu de goede Heilige weer zijn
intrede heefi gedaan ook binnen onze grijze veste,
nu vooral doemeu weer allerlei beelden op voor
ons geestesoog.
St. Nicolaasavond Wat tal van liefelijke en
aaugrijpeude herinneriDgen roept hij ons voor den
geest. De gedachte daaraan verplaatst ons als met
een tooverslag in de gelukkige, onbezorgde dagen
onzer kindsheid, toen de ontluikende fantasie, nog
niet door het koel redeneerend verstand gebreideld,
zich vrij spel gaf, en de wereld bevolkte met allerlei
denkbeeldige wezens
Wat konden we luisteren naar de verhaleD, die
ons van den ouden Bisschop gedaan werdeu
luisteren met kloppende harteu, wijd geopende
oogen en een gezieht, zoo erustig alsof eerbied-
waardige geheimeuissen ons werden ontsluierd.
Wat mengeling van hoop en vrees, van angst
en moed, van geloof en twijfel als de weldoeuer
ons werd voorgesteld rijdende over het dak, klop
pende aan het venster, vrageu doende, die met een
groote angstvalligheid werden beantwoord.
Het is aangenaam, ook nu nog, als we ons een
meuigte bijzonderheden te binnen brengen uit ons
eigen jeugd, waarvan wij in onze kindereu een
afschaduwing zien.
We zijn het immers niet vergeten al de kleine
zorgen, die onze ouders voor ons namen, oin dien
dag voor ons tot een feestdag te raaken, waarop
wij volop genoten, en waarop onze juichtonen
klonken, soms door onze tranen been. Waarlijk,
die herinneringen zijn ons nu nog dierbaar en met
een gevoel van inuige dankbaarheid doen ze ons
denken aan de dagen, toen het hemel was in de
ziel en alles even blijd.
En als vdor jaren is ook nu de goede Siut
weergekeerd en strooit zijn gaven uit, en de harteu
der kleinen kloppen en hunne oogen schitteren bij
de gedachte aan al het schoone en heerlijke, dat
zij te zien krijgen Zie, daar zien zij in hunne
verbeeldiug de milde hand geopend daar zien zij
zich toebedacht, hetgeen zij al zoo lang met bran-
dende begeerte hadden verbeid. AVelk een geluk
Niet gaarne zouden wij hen uit die schoone
tooverwereld wegrukkeuhet koude, kille leven
welnu, ik zal die vergeten, ik zal hulp bieden,
maar beantwoord mij n oprecbte toegeuegenbeid niet
langer met verachting."
//Van u hulp verwachten Ik weet hoe daur ik
die zou moeten betaleu."
z,Ben ik dan z66 afschuwelijk in uw oogen?"
Zij verwaardigde hem met geen antwoord, doch
zij mat zoo vernederend, zo6 verpletlerend, hem van
het hoofd tot de voeten, dat hij gramstorig vervolgde
»Dus ge blijft me hoonen ge hebt er niets voor
over, om uw man te redden
Henri zou niet willen bevrijd worden op een
wijze, zooals dit door u bedoeld wordt."
Weet wel, wat je doet, Jane; je levert hem
aan de guillotine over, en dat werktuig spot er
niet mede."
„Ik weet, dat de wonden door de guillotine onge-
neeslijk zijn 1" sprak zij, treurig bet hoofd schud-
dende.
Met een enkel woord kunt gij hem bet leven
schenken
,Er zijn menschen, van wie men geen geschenken,
zelfs niet het leven aanneemt. Doch ik bid u,
verlaat mijvermeerder mijne smart niet door uw
bijzijn. Ik wil alle leed trachten te vergeven, dat
gij ons hebt aangedaan maar laat mij ten rninste met
mijn wanhoop alleen."
»Ge denkt er zeker weer aan, mij de deur te
laten uitwerpen."
//Hoe moet ik u toch smeeken, mij van uw
verfoeilijk bijzijn te ontslaan
„Roep uw bediende, dien trouwen Pierre maar
weerVreemd soort gehechtheid," vervolgde hij,
als in zich zelven sprekende //de trouwe dieuaar
laat als een dolkop zich door het volk verscheuren,
letterlijk doelloos."
zal ook hen de verdrietige wijsheid niet onthouden,
cfat er veel, o zoo veel teleurstellingen zijn daarom
willen we hen laten leven en genieten, zoolang zij
kinderen zijn.
Het zou onverstandig zijn, om ze vroeg zoo
verstandig te willen maken, dat zij niet een heel
onkiuderlijke redeneering zouden gaan beweren,
dat er geen St. Nicolaas isdat dit alles slechts
sprookjes zijn en meer van dien aard, dat we niet
gaarne uit kindermonden hooren.
O, ik weet 't wel en 't is al meer dan eens
gezegd, dat er meer en meer moet gewerkt worden
op de ontwikkeliug van practischen zindat de
kunst van juist en scherp redeneeren en denken
het hoogste, het eenig goede en eene noodige is.
Maar de vrees is niet ongeweltigd, dat we zoo-
doende kinderen zullen kweeken met opgevulde
hoofden en ledige harten, jageude alleen naar zicht-
bare en stoffelijke resultaten en levende zonder
poezie, zonder fantasie, zonder dien idealen zin,
die hoogere aandrift, waardoor de geest zich boveu
de aarde verheft'en leert, en ouder de nijpende
zorgen in staat is de uitwendige omstandigheden
te beheerschen.
En dat zou toch jammer zijn, om zoo te handelen,
daarvoor hebben we te veel eerbied voor onze
kinderen. Laat ons er niet te vroeg groote menschen
van willen maken; en er ons voor wachten ze al
te vroeg ,,o zoo knap" te willen heeten.
En omdat het kinderen zijn en we hen als
Zoodanig zoo gaarne beschouwen, is ons ook bij
de komst van den ouden heilige ook weer een
plicht op de schouders gelegd.
Telkens als het St. Nicolaasfeest komt, zijn we
in drukte om het onzen kinderen aangenaam te
maken. We hebben het alien ondervonden, hoe
wij trachten uit te vorschen, wat wel het liefst
hun zou zijn, waarmede we hen't meeste genoegen
verschaffen kunueu. De keuze is zoo groot en rijk,
en och met weiuig zijn ze tevreden de geheim-
zinnigheid van den ouden Siut schenkt als't ware
wijding aan de gave.
We zullen dan onzen kinderen een St. Nicolaas
feest bereidenwe zullen de zoete herinnering
smaken aan onze eigen jeugd we zullen ons trouwe
gezichteu voor den geest roepen, die straalde van
vreugde, omdat wij blijde waren we zullen de
vrieudelijke handdruk gevoelen van hem en haar,
die ons leidden door 't leven en wat het hoogste
is we zullen onze kinderen gelukkig maken.
En als we ons den milden Sint voorstellen, die
roudgiug in straten, die glinsterden van licht en
#Is ook Pierre een ongeluk overkomen riep
zij onthutst uit.
Ja, het groolste ongeluk, dat iemand kan over
komen zij hebben hem doodgeslagen en,"
ging hij voort, als ware hem niets gevraagd als
zag hij niet, hoe zij onder dien nienwen slag
duizelde, //en de liefhebbende vrouw laat haar
echtgenoot naar het schavot sleepeu, alleen uit
deugdzaamheid zeker voor hem
Fier rees zij op bij die beleedigende woorden.
z/De getrouwheid van den armen knecht is
misschien doelloos, maar verheven het pad der
deugd is voor de ongelukkige vrouw dikwerf doornig
doch uw laagheid is even nutteloos als tergend.
Gij zult geen voordeel hebben van uw misdaad
uw doel zal niet bereikt worden en zelfs al wildet
gij ook mij door een valsche aanklacht aan uw
rechtbank overleveren, mijn laatste woord zou nog
zijn ik veracht u I" De gloed der veroutwaar-
diging kleurde haar wangenhij wilde spreken,
dofh zij stond hem dit niet toe.
//Mijn brave man zal mij er voor zegeuen, dat
ik niet ten koste van zijn schande hem aan zijn
lot onttrek, en geloof mij, Durand, het is voor
een vrouw schooner naast haar echtgenoot te sterven,
dan te rusten naast den man, dien zij verafschuwt."
Met doorborenden blik zag hij haar aan in den
zin van die woorden kon men zich niet bedriegen.
Nog bedwong hij de hevige spijt, die de uitslag
van zijn laaghartige pogingen hem berokkende en
met gedwongen onverschilligheid sprak hij
z/lk zal u van mijn //verafschuwden" persoon
ontslaan ik zou die gunst knnnen weigeren, maar
ik wil dat niet. Ik zie, dat gij alles overwogen
hebt, en dat Henri voor dien dwazen vrouwelijken
trots zal moeten boeten."
in stegen waar 't duister was die binnentrad in de
rijk versierde kamer, en niet vergat aan te kloppen
aan de hutten in de achterbuurten van groote
steden en kleine dorpen dan gevoelen we, dat ons
nog een andere plicht is opgelegd, dien we evenmin
willen verzuimen.
Er zijn er zoovelen, die ook kinderen zijn, ook
wachten en hopen, misschien ook vreezen, maar
die niet zullen kunnen deelen in de blijdschap en
vreugde, die voor de meerbedeelden is weggelegd.
Voor hen uwe hand en uw hart geopeud. Zij
ook, zij hebben recht op wat een kind toekomt
en toch staau zij vaak van verre, omdat de ijzeren
noodzakelijkheid hen er toe dwingt. De strijd om
't bestaan is vaak zoo hard, wie weet het niet
't is soms zoo moeilijk in de eerste en meest nood-
zakelijke levensbehoeften te voorzien, dan dat de
ouders er ook maar in de verte aan kunnen denken
hun kleinen dien avond gelukkig te maken.
Rijk gezegenden onder u, neemt gij die taak van
hen over. Aan u is de macht dit te doen. Een
geringe gave, een kleine versnapering, een klee-
dingstuk, o 't zal zoo welkom zijn. Zeker, toont
gij het dien kleinen, dat het niet altijd en overal
treurig is en duister op aarde dat ook hier beneden
engelen des lichts wandelen. Open uw hart en
laat barmhartigheid een nachtegalenlied zingen voor
die ongelukkigen.
Uw loon is de ervaring, hoe heerlijk het is wel
te doengij zult eens ondervinden, wat genot er
gelegen is in kinderoogen te zien schitteren van
vreugde en dankbaarheid.
Wilt ge T uw kinderen laten geven, gij bereikt
nog schooner doel. Gij strooit dan in de harten
uwer telgen het zaad, dat vruchten zal dragen voor
't volgend leven, vruchten, die blijvend zijn.
Laten wij nog eenmaal aansporen de proef er van
te netneu, en wij verzekeren u, gij bereidt u en uwen
kinderen een heerlijk St. Nicolaasfeest.
Zie, de tijd breekt aan, dat de oude heilige zijn
tocht gaat beginnen.
Hier een verrassing, daar een geschenk, vreugde
en blijdschap overal.
Overal Moge het waar zijn. Moge menig
hart zich gedrougen gevoelen, gehoor te geven aan
de uitnoodiging, zoo even tot onze vriendelijke
lezers en belangstellende lezeressen gericht
Dan nog eens dan viert ge in alle op-
zichten een heerlijk St. Nicolaasfeest.
,/Spreek dien naam niet meer nitgij hebt hem
reeds te lang in gehuichelde vriendschap misbruikt."
„Hebt ge soms nog iets aan hem te zeggen P"
z/Zoudt ge hem nog onder de oogeu durven
komeu Die woorden behelsdeu een nieuwe be-
dreiginghij zou Henri opzoekenook dit kon
hij niet zonder oogmerk doen. Zij had hem tot
een onverzoenlijken vijaud gemaaktzijn wraak-
zuchtig karakter was haar bekend 1
z/Ik moet toch afscheid van mijn vriend nemen."
sprak hij, met een glimlach, waariu een houderd-
voudige uitdrukking lag opgesloten.
Daarna zeide hij op gemaakt deftige wijze
,/Vaarwel dan, mevrouw, daar gij het wilt.
Waar zullen wij elkander weerzien
z/De Hemel geve, dat dit de laatste maal zij 1"
//Gij vergeet het plein der Revolutie."
De deur viel achter hem dichtnu was zij dan
toch alleen.
Een oogenblik bleef zij gebogen onder den schok
dien zij zoowel zedelijk als lichamelijk ondervonden
had een oogenblik was zij verplet, en wist niet
wat te beginnen. Zij was toch vrouw
Lang duurde die toestand niethaar moed keerde
spoedig terug. Zij gevoelde geen pijn, geen angst
meer thans moest zij handelen.
Een middel tot redding van haar man had zij
verworpenwant hij zou tot zulk een prijs de
vrijheid niet gewenscht hebben. Doch daardoor
had zij de dubbele verantwoordelijkheid op zich
geladen, geen poging onbeproefd te laten, om hem
langs anderen weg zoo mogelijk te redden. Voor
geen vermoeienis of gevaar zou zij terugdeinzen,
en wilde het noodlot, dat alles haar zou mis-
lukken ook dhn wist zij nog, wat haar te doen
stond.
COIIRMT
fllit blml verscliijnt IS in ml ny- en Vrijda^avonil bij den uUgever 1". J. t A M OE S A D E te Ter 1'enzen.
TMMpT
DOOE,