Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeenwsch-Vlaanderen. SCHUTTERIJ. Aanbesteding. No. 3024. Woensdag 2 Mei 1894. 34e Jaargang. BEKENDMAK1NG. 2)® Binnenland. De Burgemeester der gemeente Ter Neuzen aan te besteden ABONNEMENT: Per drie maandeD binnen Ter Neuzen f 1,Franco per postYoor Nederland 1,10. Yoor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,32£. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven- bushouders. ADVERTENTlEN: Yan 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elken regel meer /"0,10. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Men kan zich abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per jaar, tot veel verminderden prijs. maakt bekend, dat eene Openbare Vergadenng van den GemeeDteraad is belegd tegen Vrijdag den 4 Mei 1894, des voormiddags ten 10 ure. Ter Neuzen, den 1 Mei 1894. De Burgemeester voornoemd, J. A. VAN BOVEN. Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN herinueren belanghebbeuden, dat zij zich ter in- schrijving voor de schutterij moeten vervoegen op de gemeente-secretarie tusscheD 14 dezer en 1 Juni a. s. en dat zij, die in gebreke blijven dit te doen, ambtshalve iugeschreven, zonder loting ingelijfd en bovendien tot geldboete moeten ver- wezen worden. Ter Neuzen, 1 Mei 1894. Burgemeester en Wethouders aldaar, J. A. YAN BOVEN, Burgemeester. J. DIELEMAN, Secretaris. Burgemeester en Wethouders van CLINGE zullen op Woensdag den 16 Mei 1894, des ua- middags te 3 ure, in de gemeenteschool te Nieuw Namen, gemeente Clinge, trachten Het verbouwen der openbare school aldaar met bijlevering der bouw- stoffen. Aanwijzing in loco op den dag der besteding des middags te 12 ure. Bestek met teekening van af 2 Mei a. s. tegen toezending van f 1,verkrijgbaar ter gemeente- secretarie van Clinge. Nadere inlichtingen verkrijgbaar bij den architect J. WISSE Jz. te Z a a m s 1 a g. Clinge, den 25 April 1894. D. VERCAUTEREN, Burgemeester. K. DE LOZANNE, Secretaris. FEXJILLETOlSr De herder en de kastelein schudden bedenkelijk 't hoofd en wierpen elkaar veelbeteekenende blikken toe, maar Dorothea begreep zijue woorden en gruwde van den man, aan wien zij verbonden was door eene keten, welke slechts de dood kon verbreken. Eiudelijk kwam de dokter. Dorothea verzocht hem, haar de waarheid te zeggen. Hij keek haar ernstig aan, en in zijn oog kon zij wel reeds lezen, dat hij geene hoop koesterde. Zij herhaalde hare vraag, en toen antwoordde hij dat de wonden bepaald doodelijk waren. Nadat hij een en ander had voorgeschreven, vertrok hij. Dorothea nam opuieuw plaats aan de legerstede van haar man, lerwijl de scbaapherder onophoudelijk als een barmhartige Samaritaan bezig was. ,De dokters vergissen zich dikwijls," dus poogde hij de jonge vrouw te troosten, „zij geven soms een zieke op7 die daarna begint op te leven, wanneer zij hem met hunne medicijnen in rust laten. Hagen heeft een gezond en krachtig gestel, hij zal het wel te boven komen." #Gij hebt gelijk," sprak de kastelein, die bij de tafel zat en onvermoeid pleisters klaarmaakte, mij heeft ook eens een dokter opgegeven, toen ik in een heete koorts lag. Nu ligt die dokter al sinds jaar en dag onder de zoden, en ik denk nog menig jaartje te leven." Dorothea sehudde het hoofd en gaf zich geheel over aan hare droeve gedachten. De dag begon aan te brekeu en deed in zijn Jr*olitieli O vnrzielit. Zaterdag heeft de begrootingscommissie uit Frank- rijks kamer een aanvang gemaakt met de alge- meene beraadslagingen over de begrooting en dadelijk is reeds gebleken, wat eigenlijk in verband met de samenstelling en de pesidentsvurkiezing niet twijfel- achtig wasde oppositie van een zeer aanzienlijk deel der gekozenen tegen de financieele hervormiugs- planuen der regeeriug. Een aantaal leden der commissie voerdeu het woord en de algemeene discussie is voortgezet en beeindigd met een votum over een voorstel van Doumer, bedoelend de invoering van een algemeene inkomstenbelasting, ter vervanging van de voorgestelde woningbelasting en over Lockroy's voorstel orn de begrooting in haar geheel terug te zendeu aan de regeering ter invoering van bezuinigingen. Doumer's voorstel bedoelt een progressieve inkomstenbelasting, rekening hoadend met de familielasten van den belasting- plicktige door het globale iukomen te deelen door het aantal van hen, die er van moeten leven en dezelfde woning deelen. Elk op zichzelven levende, die minder dan 2000 frcs. iukomen heeft, zou worden vrijgesteld van belasting, en dit zou ook het geval zijn voor huisgezinnen van twee personen, die 2000 frcs. of minder iukomen hebben, voor huisgezinnen van drie personen met een iukomen tot 2500 frcs., van vier personen tot 3000, van vijf personen tot 3500, van zes personen tot 4000, van zeveu personen tot 4500, van acht personen tot 5000, van negsn personen tot 5500 en van tien personen tot 6000 frcs. Het belastbaar inkomen der beter gefortuneerden zou worden verkregeu door het totaal-iukomen te verminderen met de bovengenoemde sommen, welke gelden als uood- zakelijk minimum om van te bestaan. Komt de Regeeriug tot een fiasco tegenover de begrootingscommissie, dan kan zij altijd nog appel teekenen bij de Kamer en bet zou niet voor de eerste maal zijn, als de Kamer zich dan uitsprak in strijd met de commissie. Ernstiger is dan ook eigenlijk de samenstelling der commissie uit 17 Regeerings- gezinden en 16 radicalen, terwijl de rechterzijde zoowel als de sociaal—democratische niet eens een vertegenwoordiger hebben in die commissie. In verband met de mogelijkheid, dat de Minister Burdeau T warm zal krijgeu en zelfs eenige kaus heeft te sneven op bet veld van eer is 't wel eigenaardig op te merken, hoe ganseh anders't in Duitschland toegaat. Daar heeft Minister Miquel, de Pruisische titularis van financien, den Rijksdag rustig lateu verklaren, dat nieuwe indirecte be- lastingen niet zullen worden aangenomen, daar de directe belastingen reeds zoo zwaar drukken op flauw 6chemerlicht het gelaat der jonge vrouw nog bleeker schijnen. De kastelein lag met het hoofd op de tafel en sliep, de herder stond in een hoek der kamer en keek bezorgd naar buiten. Hagen opende de oogen, zijn blik was kalm. Hij keek zijue vrouw lang aan, zijne lippen trokken krampachtig sameu, en op zijn voorhoofd parelden zweetdruppels. ,/Ik ga sterven," zei hij zacht, ,/ik heb u willen redden en daarbij mij zelven den dood op den hals gehaald." Dorothea kuikte, het was haar niet mogelijk hem een vriendelijk woord toe te voegen. „Waart gij niet meer in het brandende huis?" vroeg hij. „Neen ik was bier." Dat hadt gij tegen de meid moeten zeggen." „Ja, als ik gekunnen had." Hij zag haar uitvorschend aan, zij sloeg de oogen niet neder voor zijn doordringendeu blik. /Peter, ik was in den rnoleu, toen de brand uitbrak," sprak zij. ,/Ik heb een licht uitgedaau misschien zou ik ook de andere gevonden en uit gedaau hebben, als de schrik mij niet verdreven had." De molenaar kromp ineen, zijn blik werd nog strakker, zijn bleeke lippen|beefden, en krampachtig klemdeu zijne vingers zich in de dekens. #Wat hebt gij gezien vroeg hij, naar adem hijgende. z/Een lijk." Een kreet ontsnapte aan de lippen van den stervendede kastelein hief, wakker wordende het hoofd opde herder kwam bezorgd naderbij. z/Gij hebt mij verraden," fluisterde Hagen met, een woesten blik, //gij hebt het volk en hij heeft nu, naar luid de berichten, geheel van de verdediging van zijn hervormings- plannen afgezien, zoodat Posadowski, de Minister van financien van Duitschland, zich met dat karweitje moet belasten. In de begrootingscommissie uit Italie's Kamer heeft de Minister van oorlog Mocenni, Zaterdag verklaard, dat er alleen op de administrate nog te bezuinigen viel en dan meende hij nog, dat 't geen daarop bespaard werd, 't nuttigst zou zijn besteed, als men het voor de bewapening dienen deed, de schalkist zou er dus niets bij winnen. Na de mededeeliug van den Minister, dat hij de voortzetting van den aanmaak van nieuwe geweren volstrekt noodzakelijk acht, werd ziju begrooting door de commissie aangenomen. In den Senaat beautwoordde de Minister van financien, Sonnio, een interpellate over de plannen der Regeering ten aanzien van de Latrjnsche munt-conventie, welke overeenkomst, volgens de meeuing van den interpellant, moest worden opgezegd. Sonnio zeide zich door bijzondere omstandigheden niet vrij te kunnen uitlaten, doch hij verklaarde zich toch tegen de opzegging om velerlei redenen, waarvan wel de voornaamste was, de wenschelijkheid om met een aangrenzenden staat (Frankrijk) goede buurschap te onderhouden. 't Heeft wel iets van Von Miinchhausen's door groote fantasie uilmuntende reisverhalen, als men leest, dat de werkloozen, die onder leidiug of op initiatief van Coxey op weg zijn naar Washington, de stad waar het Parlement der Vereenigde Staten zetelt, zich meester maken van de spoortreinen, die hun onderweg passeeren en er dan mee van doorgaan, achtervolgd soms door andere treinen en onderweg bedreigd door de politie en de militaire macht, doch in den grond is er toch wel reden tot eenige ongerustheid. Het optreden der werk loozen is over het geheel buitengewoon brutaal toen zij aangehouden waren door de Bondstroepen weigerden zij den trein te verlaten en eerst toen de mitrailleuses waren opgesteld, gaven zij zich over. ZooaU 't is gegaan in Montana, zoo gaat 't ook iD Oregon, in 't Westen, in Maryland en in Ohio. In 't geheel zijn er nu een 8U00 man op weg naar Washington, de sterkste troep telt 1000 man, die onder Coxey zelven 300. Coxey is nu dicht bij Washington en men hoopt, dat de min gunstige ontvangst der voorhoede de na- komenden zal afschrikken. De voorgenomeu mamfestatie, bedoelende een uitkeering van 500 millioen dollars en inhouding der rente van de openbare scliuld, zal men verhinderen, als er maar een wetsbepaling is te vinden, die er reclit toe geeft. z/Peter, er is geen woord over mijne lippen ge- komen," viel Doortje hem in de rede, ik heb niet kunnen gelooven, dat gij het gedaan hebt. Maar gij hebt u zelven verraden, toen gij aan het ijlen waart. Bedenkt, dat gij spoedig voor den hoogsten Rechter zult staan en ga niet tot Hem met eene schuld, welke gij nog kunt uitwisschen." De molenaar zweeg, hij klemde de lippen op elkander, als vreesde hij, dat hem tegen zijn wil eene bekentenis zou ontglippeu. Zeg de waarheid is Kasper schuldig vroeg Dorothea op dringenden toon. Hagen bleef zwijgeneindelijk vroeg hij, wie er nog meer in de kamer was. z/Stamm en de herder," antwoordde zij. ffLaten zij hier komen. Ik wil goedmaken wat ik goedmaken kan, opdat God genadig voor mij zij. En gij moet ook getuigen hebben bij mijne bekentenis, anders wil niemand u gelooven en zou het Kasper niet helpen. Ja, ik heb ook toen den molen in brand gestoken, ik heb het gedaan uit winzucht, omdat ik snel rijk wilde worden." //Groote goedheid riep de kastelein ontsteld. z/En Kasper heeft tot nu toe voor uwe schuld in de gevangenis gezeteu En de boeren zouden hem vermoord hebben, als hij toen in hunne handen was gevallen I" ,/Dat kon ik niet vooruit weten en zoover heb ik ook niet nagedacht," zei Hagen. //Ik wist dat hij zou terugkomen en dat dan op hem het eerste vermoeden zou vallenwant een mensch, die zijne eer verloren heeft, wordt in staat geacht tot al wat slechts is." ,/Afschuwelijk riep Dorothea. Wat had hij u dan misdaau P" Hare Majesteit de Regentes heeft, na reeds met de voorzitters van de Tweede en de Eerste Kamer te hebben geconfereerd, Zaterdag den vice-president van den Raad van State geraadpleegd naar aan- leiding van het door het Ministerie genomen ontslag. Naar van bevoegde zijde wordt verzekerd, heeft Hare Majesteit de Regentes den heer Pijnacker Hordijk, oud-gouverneur-generaal van Ned.-Indie, met de samenstelling van een nieuw kabinet belast. Aldus zou deze taak opgedragen zijn aan een staatsman, die in zake het kiesrecht buiten den strijd der partijen heeft gestaan. De heer Mr. H. Goeman Borgesius, zoowel te Sneek als te Zutfen tot lid der Tweede Kamer gekozen, heeft voor Zutfen aangenomen. De heer Van Limburg Stirum heeft voor Schiedam geopteerd, zoodat te Katwijk eene verkiezing plaats moet hebben. Van zeer bevoegde zijde verneemt De Tijd, dat zeer waarschijnlijk de heer Reekers, die in Haar- lemmermeer niet herkozen werd, door de katholieken in het district Katwijk zal candidaat gesteld worden. Deze candidatuur zou door vele invloed- rijke conservatieve liberalen gesteuud worden. De Tijd deelt een ander bezwaar tegen de geldigheid van de verkiezing van den heer De Meester in het district Elst mede. Yolgens het stembureau zouden op den heer De Meester en op Mr. Yan Basteu Batenburg ieder 1361 steuimen zijn uitge- braeht, terwijl 53 biljetten van onwaarde waren Te zamen zouden dus 2775 stemmen zijn uitge- bracht. Maar volgens de lijsten der verschillende stembureaux zouden 2776 kiezers aan de stemming hebben deelgenomen. Volgens de Post is gebleken, dat men te Elst wel degelijk met eene onderteekening te doen had, want de kiezer S. J. van Gelder heeft zelf bekend zijn stembriefje onderteekend te hebben. De Noordbr. weet mee te deelen, dat de Katho- lieke Kamerleden De Ras, Van Vlijmen en Bahl- mann aan eenige invloedrijke kiezers in het district Elst telegrammen hebben gezonden om de ver kiezing van Mr. Yan Basten Batenburg, die verklaard heeft tegenstander te zijn, te ontraden, omdat zij hem beschouwden als Schaepmanniaan Het blad voegt er bij dat zij die nadere inlich tingen omtrent die telegrammen verlangen, zich kunnen adresseeren aan de directie van 't cafe z/Riche" te Amsterdam, alwaar het driemanschap onder een diner het telegram opstelde, doch bij het heengaan de minuut ervan op tafel liet liggen. „Ik beminde u en gij wildet hem niet opgeven, ik was jaloersch op hem, ja, ik haatte hem met een gloeieuden haatIk giug hem dien middag juist opzoeken, ten einde twist met hem te krijgeu opdat naderhand iedereen zou zeggen, dat hij den brand had gesticht. Op die wijze zou niemand mij verdeuken en hij was uit den weg." z/Iu de gevangenis zeide Dorothea met tril- lende stem. ,/Ik dacht bij mij zelven, dat hij in het dorp niet licht werk zou vinden en dat hij in de gevangenis van al het noodige werd voorzien. Naderhand wilde ik hem dan geld geven, om naar Amerika te gaan. Weg moest hij, want ik vreesde dat gij, als hij bleef, uw woord aan mij niet zou houden. Het ging alles veel gemakkelijker, dan ik had kunnen deuken. De assurantie-maatschappij betaalde mij het geld uit voor duizend mud tarwe, zonder te vragen, of die er werkelijk geweest waren. Met dat geld heb ik gespeculeerd. Het bracht mij geen zegen aan al wat ik bezat, heb ik verloren Hoe Roode Hendrik te weten is gekomen, dat Kasper onschuldig is, begreep ik eerst niet. Hij begon er over op mijn trouwdag, en later liet hij zich meermalen dreigende woorden ontvallen. Ik dacht iutusschen, dat het maar losse vermoedens van hem waren, eD lette er niet op, bovendien namen mijne verliezen al mijne gedachten in beslag. Eenige dagen geleden trad hij bepaald vijandig tegen mij op en dreigde, dat hij mij bij het gerecht zou aangeven, als ik hem den molen niet overgaf. Nu kon ik er niet meer aan twijfelen, dat hij alles wist. Den dag voor den brand was hij in den molen gekomen en had alles ontdekt. Hij had het vuur kunnen blusschen, maar hij deed TER \EI/iEVS('HE COIIRANT Hit bind verscliijnt Uinsilag- en Vrijda^avnort bij den uitgever I". J. V A S IS K I A I D G te Ter Kenien.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1894 | | pagina 1