Alg emeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch- Vlaanderen. No. 3009. Zaterdag 10 Maart 1894. 34e Jaargang. Binnenland. bij 3,25 3,45 1,50 2,10 ABONNEMENT: Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,—Franco per post: Voor Nederland 1,10. "Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,82£. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven- busboaders. ADVERTENTlEN: Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer /0,10. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Men kan zich abonneeren tot het plaatseu van 500 regels en meer per jaar, tot veel verminderden prijs. Bij deze coixrant behoort een bijvoegsel. folitieli Overziclit. De kansen op aanneming van het handelsverdrag met Rusland door Dnitschlands Rijksdag, worden steeds grooter, de commissie heeft, na met 15 tegen 10 stemmen het voorstel der conservatieven ter vaststelling van den duur op 66n jaar, te hebben verworpen, met 14 tegen 10 stemmen artikel 20 aangenomen, hetwelk den duur bepaalt op tien jaar. Het bezoek van den khedive van Egypte aan koningin Victoria van Bngeland, aangekoudigd tegen den aanstaanden zomer, gaat niet door en dus blijft een hoogst belangrijke manifestatie van onderdanigheid en gehoorzaamheid aan Engelands voogdij achterwegen, wat in de gegeven omstandig- heden nogal erustig is. Het jonge meusch heeft zich nogal eens veroorloofd er een eigen wil op na te houden en dat kan John Bull met dulden. Er zijn zekere symptomen, waaruit men moet afleiden, dat het groepje radicalen in het Britsche Lagerhuis, die aanvankelijk verklaarden niets te willen weten van het optreden van een lord als eerste-minister en aldus met een scheuring dreigden, '.ot andere inzichten is gekomen, nu eenmaal de benoeming van lord Rosebery onvermijdelijk is ge- bleken. Het laat zich aauzien, dat zij zullen eiudi<*en met op le gaan met de massa ten gunste van °het liberale program van New-Castle, en de vooruitzichten zijn dus niet zoo onguustig voor de liberale partij als eerst met reden moest worden vermoed. Integendeel, scheiden die radicalen zich niet af, dan zal het hervormiugswerk, door lord Rosebery van Gladstone overgenomen, meer kans dan ooit hebben, aangezieu de liberale unionisten slechts eene geinatigde oppositie tegen den tegen- woordigen eerste-mioister zullen voeren. llet is door hun aanvoerder, den hertog van Devonshire, die te Yeovil het woord voerde, verklaard. Alleen op het stuk van home rule zal hunne oppositie onverzettelijk zijn. Overigens zullen de unionisten lord Rosebery steunen bij financieele maatregelen en tot versterking der marine. Nu, voor home rule is er eene meerderheid in het Lagerhuis, wanneer althans de verschillende groepen der liberale partij aaueengesloten blijven In elk geval zal men over eenige dagen meer weten omtrent de vooruitzichten. Tegen Maaudag toch is eene vergadering belegd van de hoofdeu der liberale partij. Een bijeenkomst van het bestuur van de liberale en radicale unie had reeds Maandagavond plaats, FEUILLETON. 12) De troep hield voor de herberg stil. De mede- minuaars stouden nu tegenover elkander. Voor den fieren blik van den gevangene sloeg Hageu de oogen neder. #Nu triomfeert gij," zei Kasper, „mogelijk hebt gij nu alles bereikt, wat gij bereiken wildet; maar het uur der vergelding zal toch eenmaal voor u slaan. „Zou het spotte de molenaar. //En weet gij, met hoeveel jaren tuchthuisstraf brandstichting ge straft wordt //Zoo waar er een God boven ons is, ik heb het niet gedaan. Word ik toch veroordeeld, dan komt er een onschuldige in de gevangenis." Deze verklaring deed de woede der boeren ont vlammen die ze voor eene schandelijke leugen hidden. Zij wilden zich op den gevangene werpen maar de gendarmen sloten een kring om hem heen en dreigden van hunne wapenen gebruik te maken wanneer de aanvallers Diet op behoorlijken afstanc bleven. Alleen de molenaar mocht binnen den kring komen. „Dat zegt iedereen, als hij gesnapt wordt," schimpte Hagen. //Toch zal het u niet helpen, ot gij onze Lieven Heer al tot getuige aanroept. Er zijn overtuigende bewijzen tegen u." Kasper keerde hem den rug toe en zweeg. z/Mij hebt gij intusschen niet benadeeld," ging de molenaar voort. ,/Wat ik door den brand verloren heb, wordt mij door de assurantie-maatschappij vergoed." onder voorzitterschap van den afgevaardigde Causton. Ecu resolutie werd aangenomen, waarin leedwezen wordt uitgedrukt over Gladstone's aftreden en het vertrouwen te kennen wordt gegeven, dat zijn opvolger al het mogelijke zal doen om het program van New-Castle ten uitvoer te leggen en de oorlogsverklaring aan het Hoogerhuis, vervat in Gladstone's laatste rede, effeciief te maken. Wat de National Liberal Federation betreft, zij vaardigde een manifest uit, waarin zij haar leed wezen betuigt, dat Gladstone het werk van home rule, zoo schilterend begonnen, niet heeft voltooid maar overigens alle liberale vereenigingen in den ande aanspoort om de diensten, door Gladstone aan het land bewezen, te erkennen door voort- durende eendracht en aaneensluiting. Lord Rosebery heeft bezit genomen van zijn post. Hij bracht een bezoek aan sir W. Harcourt en aan Gladstone die hem zeer hartelijk ontviug. Ver- volgens heeft de nieuwe eerste-Minister zich naar de Koningin begeven, teueinde H. M. den ge- bruikelijken handkus te brengeu. Het heeft moeite gekost den sultan van Marokko tot zijn plicht te brengeu, maar eindelijk is het dan toch geluktde overeeukomst tot beeindiging van het geschil tusschen hem en de Spaansche regeering is geteekend. De Matin publiceert de eischen, waarin de zwarte Majesteit bewilligd heefttuchtiging van de opstan- delingen en overbrengiog van verscheidene kust- stammen naar het binnenland j een neutrale strook gronds ter afscheiding van het ^Spaansche grondge- bied een schadeloosstelling van 20 millioeu pesetas, gedeeltelijk coutant te betalentijdelijke afstand aan Spanje van vier douane-kantoren, indien de betaling der schadeloosstelling vertragingondervindt vestiging van Spaansche consulaten te Fez en te Marakesch vestiging van een garnizoen, door den sultan te onderhouden, van 400 Askaris op de greDS van Melilla, en aanstelling van een pacha voor het grondgebied tusschen Melilla en Albuceraes. Zoo is dus nu de taak van maarschalk Martinez Campos, die namens Spanje met den sultan onder- handelde, afgeloopen. Woensdag moet dan ook de maarschalk reeds naar Magazan vertrokken zijn, waar hij Zaterdag zal aankomen. Eenige Spaansche oorlogfischepeu gaan hem aldaar afhalen. Te Madrid en elders in Spanje heeft de oplossing van het geschil op de gestelde voorwaarden een uitstekenden indruk gemaakt. De bijeenkomst van het Parlement, hetwelk de overeeukomst moet goedkeuren, is bepaald op 26 dezer. De gedachte, dat zijn medeminnaar arm was geworden was de eenige troost, dien Kasper mede- nam naar de gevangenis en die hem zelfs met het denkbeeld van eene lange gevangenschap ver- zoende, omdat hij nu de hoop mocht koesteren, dat Dorothea niet met den molenaar zou huwen. En die troost werd hem nu ook ontnomen Het was hem onmogelijk den kreet van woede te smoren, die hem onlsnapte. ,/Daar hoort gij het nu," aldus wende zich Hagen tot de omstanders. „Ziet hij er niet uit, alsof hij mij zou willen vermoorden P Dat komt, omdat het hem niet gelukt is mij te ruiueeren. De gendarmen bestegen hunnepaarden.dedreigende hooding der boeren deed het ergste vreezen. „Voorwaarts beval de aanvoerder, en voor de steigende paarden weken de boeren verschrikt terug Op hetzelfde oogenblik reed een lichte jacht wageu door de groepen, die zich voor de herberg verzameld hadden. Een net gekleed heer sproug uit den wagen en trad, na een onderzoekenden blik op de boeren, naar den molenaar toe. ,/Wilt gij zoo vriendelijk wezen, mijn koetsier den weg naar den molen te wijzen P" vroeg hij beleefd. z,Wat moet gij daar doen zeide de molenaar, den vreemdeling wantrouwig aanziende. //De molen is afgebrand." z/Juist daarom moet ik er wezen. Ik ben agent der assurantie-maatschappij." Haastig nam Hagen den hoed af en de rimpels verdwenen van zijn voorhoofd, een vriendelijk lachje speelde om zijn mond. z/Ik ben de molenaar/' sprak hij. //Het doet mij zeer veel genoegen, dat gij zoo spoedig komt. De sedert de vorige vergadering der Tweede Kamer ingediende amendementen werden Woensdag door de voorstellers toegelicht; eerst het amendement van den heer Sanders, die getracht heeft het begrip van woning te omschrijven. Hij stelt als eisch dat men van 15 November tot 15 Januari in zijn woning gehuisvest is geweest en in de vorige maanden van het jaar hoogstens eenmaal verhuisd Als woningen zijn niet te beschouwen leemen autjes. Voor woningveranderingen nam hij het amendement Van der Feltz over, met dit onderscheid dat hij verplaatsing in particulieren dienst gelijk stelt met verplaatsing in openbaren dienst, welke vaak gelijk staat met promotie waardoor de kiezer nog geschikter wordt. Zijn amendement sluit aan bij 's Ministers stelsel, dat niet gegrond is op belastingceDsus zooals het voorstel De Meijier, uit dien hoofde voor spr. onaannemelijk. Tegenover het voorstel Roell verzoekt Mr. Levy de Kamer geneeskundigen onderstand slechts voor tien jaar in aanmerking te brengen. De heer v. d. Feltz, zijn amendement tot ver sterking van den woningeisch verdedigende, wilde voor woningen ten platte lande niet te zware eischen stellen en verklaarde dat een vast verblijf in een logement kiesrecht gaf. De heer Gerritsen deed nog eens uitkomen hoe de Grondwet toelaat met uitbreiding van kiesrecht zoover mogelijk te gaan en bestreed 's Ministers stelling, dat men uit onwil en niet uit onvermogen, zijn belasting niet betaalt. Van waar dan zoovele oninbare posten, die nog zullen toenemen bij in- voering der bedrijfsbelasting, zoodat de ambtenaren naar willekeur al of niet kiezers kunnen maken. Hij ontkende tegenover den heer Mees wel te hebben gezegd dat hij zelfs kiesrecht wilde voor de bedeelden en vraagt alleen dat recht voor de ecouomisch zwakken, tegenover de geringe belang- stelling, die de wetgever tegenover die klasse van burgers betoont. De heer De Meijier verdedigde zijn amendement om te eischen voor niet-belastingplichtigen bewoning van ten minste twee vertrekkeu of een vertrek met keukeu. Het zal eenige beperking geven maar de wet veel aannemelijker maken, terwijl de regeering haar beginsel Diet prijsgeeft. De Minister van binnenlandsche zaken beant- woordde daarop nader de sprekers. Hij verzocht den heer Roell zijn amendement belreffende genees- kuudigen bijstand over te brengen naar het tweede Gij weet misschien, dat de brand aangestoken is z/De politie heeft er ons van verwittigd." ,/De brandstichter is in hechtenis genomen." ,/Dat dacht ik al, toen ik de geudarmen en den gevangene zag." Hagen uoodigde den agent uit, in de herberg te komen, maar deze weigerde, daar het al te laat werd en hij de plaats van den brand in oogen- schouw moest nemen. „Ik zal u begeleiden," zei de molenaar. //Hoe eer de zaak in orde wordt gemaakt hoe beter het ook voor de maatschappij is. De goede menschen hier willen maar niet gelooven, dat het in hun belang is, wanneer zij hunne have verzekeren. Nu gaan zij er mogelijk anders over denken." vHebt gij uwe schade reeds berekend?" z/Nog niet nauwkeurig. De gebouwen zijn tot den grond toe afgebrand, mijn vee is verongelukt, van de meubelen is niets gered, en duizend mud tarwe zijn in de lucht gevlogen." ,/Maak uwe berekening zoo spoedig en zoo nauwkeurig, als het mogelijk is" hernam de agent. ,/Zoodra zij is goedgekeurd, kunt gij beschikken over het bedrag." De molenaar keek met triomfantelijken blik om zich heen en volgde toen de heer, die weder in zijn rijtuig was gestapt. De verbaasde boeren keken den wagen* na en gingen vervolgens de herberg binnen, om te praten over de voordeelen van eene verzekering tegen brandschade. V. Peter Hagen was altijd een zeer gezien man ge> weestmaar zijn aanzien en het geloof aan zijne slimheid namen ontzaglijk toe, toen hij op zekeren ontwerp en verklaarde zich alsdau bereid tot nader gemeen overleg. De Minister bestreed stellig het amendement- De Meijer wat den belastingaanslag betreft. Over de amendementen Van der Feltz en Farcombe Sanders liet de Minister de beslissing aan de Kamer over. De derde en vierde alinea's van het amendement Mackay, betretfende opneming van werkinrichting en redactie-veranderingen, nam de Minister over. Ten slotte herhaalde hij zijne bereidverklaring tot gemeen overleg, mits op den grondslag van ret beginsel van het ontwerp, niet in den zin van den heer Van Houten, waardoor het regeeringsartikel voor een nieuw zou plaats maken. Men ontving per telegraaf ongunstige be- richten uit Atjeh. Te Melaboeh heeft een treffen plaats gehad, waarbij wij 7 dooden en 17 gewonden hadden, onder welke 2 offieieren, die zwaar gewond werden. Melaboeh, op de Westkust van Sumatra, in het gouvernement Atjeh en onderhoorigheden, is sinds geruimen tijd een gevaarlijke post. In den loop van het vorige jaar kregen wij telkens berichten, dat onze versterking, de schepen in de baai en sloepen, die langs de kust voeren, beschoten werden. Een waar rooversnest mag het heeten. In het verslag omtrent de voornaamste gebeurtenissen in het gouvernement Atjeh en onderhoorigheden, loo- pende van 3 tot en met 15 Januari, lezen wij Zoowel te Melaboeh als te Poela Raja zijn de toe- standen zeer bevredigend. Elders ter Westkust valt op politiek gebied meer en meer toenadering van de zij de der hoofden op te merken." In de streek van Japara, waar in het district Bandjaran de suikerfabriek van dien naam ligt, moet het wemelen van koningstijgers, die in den laatsten tijd hoe langer hoe brutaler worden, en zulk een schrik onder de bevolking verspreideu, dat het hier en daar zelfs moeielijk wordt, de menschen in de tuinen te krijgen. Het onge- looflijk aantal van 17 inlanders is daar sedert October jl. door tijgers overvallen en verscheurd. Onlangs is op het perceel Pandarsili des Dachts een paard uit den stal weggehaald en het bosch inge- sleept. Door den administrateur van Bandjaran is een premie gesteld van zeventig gulden op het vangen of dooden van een koningstijgeren het gouvernement betaalt er nog dertig gulden, zoodat er aan elken tijger honderd gulden is te verdienen. De administrateur van Bandjaran zal zeker bereid zijn eventueele liefhebbers voor die jacht met raad en daad bij te staan. dag uit de stad terugkeerde en den boeren het bankpapier tooude, dat men hem op het kantoor der assurantie-maatschappij had uitbetaald. Den volgende dag kwam de agent in het dorp en deed prachtige zaken en aan den avond van dien dag legde menige boer zich ter ruste met den stillen wensch, dat hij gewekt zou worden door het branden van zijn eigen huis. Op de plaats van den brand was men reeds druk aan het opbouwen, en het was duidelijk te zien, dat de nieuwe gebouwen ruimer en fraaier zouden worden, dan de afgebrande geweest waren. Trouwens, Hagen had gezegd, dat hij zich een huis zou bouwen, zooals er op tien mijleD in den omtrek geen te vinden was. Hij reed dikwijls naar de stad. Wat hij er eigenlijk uitvoerde, wist niemand. Maar hij was immers een rijk man en mocht doen, wat hij wilde Ook moest hij er nu en dan heen, om getuigeuis af te leggen in het proces tegen den brandstichter. Dorothea, de kastelein, de herder en een aantal boeren waren als getuigen opgeroepen, en bebalve de eerste was er niemand in het dorp, die aan Kaspers onschuld geloofde. Merkwaardig, dat Doortjes vertrouwen door niets aan het wankelen werd gebrachtZij had ook tegen den rechter van instructie volgehouden, dat Kasper aan den brand zoo onschuldig was als een pasgeboren kinden zelfs de opmerking van den rechter, dat zij alleen stellig spreken mocht, wanneer zij den dader kon aanwijzen, bracht haar niet in verlegenheid. Het geloof aan Kaspers onschuld had zich zoo vast in hare ziel geworteld, dat ook de hevigste stormen bet niet konden doen wankelen. En het ontbrak niet aan stormen, die vernietigend nm. \El mum. ■lit blad -verscliijnt l.insdntt- en Vrljdagavond hij den nitjyever p. J. V A IV n K V 1 V I) K te Ter leuiea.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1894 | | pagina 1