Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeenwsch- Vlaanderen.
AANBESTEB1KG.
No. 3005.
Zaterdag 24 Februari 1894.
34e Jaargang.
Binnenland.
aanbesteden:
ABONNEMENT-
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,Franco per postVoor
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,32£.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushonders.
ADVERTENTlEN:
Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elken regel meer /0,10. Grootere letters
worden naar plaatsruimte berekend.
Men kan zicb abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per
jaar, tot veel verminderden prijs.
Burgemeester en Wethouders van GRAAUW,
zullen op Donderdag 1 Maart 1834, des voor-
middags te 10 ure, ten gemeentehuize, bij enkele
inschrijving, volgens 2 der bij de A. V. behoo-
reude administratieve bepalingen
het maken van steenglooiing aan-
en het uitbreiden van de haven
te Paal.
Aanwijziug wordt gegeven op 28 Februari, des
namiddags van 2 tot 4 ure, lerwijl iulichtingen
te bekomen zijn bij de Besteders en bij den
provincialen opzichter EIJKh te ier Neuzen.
Het bestek is tegen betaliug van 0,50 ver-
krijgbaar bij den secretaris.
VB. Gelijktijdig wordt nog aanbesteed de
herstelling van den BKSCIiOEIIXGSMlJUR, met
bijlevering van te kort komende materialen.
Graauw, den 15 Februari 1894.
P. VERHAEGEN, Burgemeester.
P. A. BAART, Secretaris.
Jr*olitieli Overztcht.
In de Franscke Kamer is bet groote vraagstuk
der graanrechten nog aan de orde. De algemeene
beraadslajjing is ten einde gebracht en daarop is
het tegen-ontwerp van den socialist Jaures in
behaudeliug gebracht. Dit tegenontwerp wil den
invoer van graan en meel inakeu tot een monopohe
van den slaat, welke beide producten dan verkocht
zouden worden tegen een jaarlijks bij de wet vast
te stellen prijs. Het zal echter wel een droom-
beeld blijven, al zeide de voorsteller, dat zijn
denkbeeld logisch voortvloeide uit de grondstel-
liugen der protectionisten. De gewezen haudels-
minister Jules Roche heeft het onhoudbare van het
voorstel-Jaures aangetoond, en Leon Say zeide,
dat het protectiouisme de voorrede had geschreveu
voor de leer van het socialisme. De socialist
Guesde verweet Meline, den vader van het be-
schermend stelsel in Frankrijk, alles te wijjsn
beschermen, uitgezonderd den arbeider. Meline
hield staande dat zonder beschermende rechten
Frankrijk ten ondergaug was gedoemd. Aan ver-
schillende gezichtspunten ontbreekt het dus hier
niet. Maandaguacht is wederom een ontploffings-
werktuig gesprongeu in een hotel in de Saint—
Jaques—straat te Parijs. De vrouw van den hotel-
houder en een reiziger zijn gewond. De dader had
eene kamer gehuurd, inaar was, na even boven te
zijn geweest, uitgegaan met de boodschap terug
te zullen komen. Waarschijnlijk is bij gemis aan
betere gelegenheid dit kleiu—burgerlijk logement
uitgekozen men zou tenmiuste denken, dat een
logement als dit door zijn bescheiden omgeving
gevrijwaard zou zijn tegen bommen. Dinsdag-
inorgen is ook een bom gevonden voor bet Hotel
de la Renaissance aan den Fauburg Saint—Martin.
Zij is niet gesprongen en van gelijke soort als die
van de Saiut-Jaques-straat. De politie meeut dat
deze bommen afkoinstig zijn van anarchisten, die
er zich van willen ontdoen, aangezien zij ze niet
langer voor de ouderzoekingen der politie kunnen
verbergen. Het kan zijn, dat de auarchisten ze
willen opruimen, inaar ze doen dat toch nog zoo,
dat de bommen niet geheel voor de propaganda
door de daad verloren gaan.
Dat de Sultan van Marokko het met Spanje op
een accoordje wilde gooien, was reeds lang duidelijk.
Muley Hassan heeft aan Spanje eene schadevergoe-
diug van 15 mill, pesatas aangeboden, Spanje vroeg
er 25 mill. De Sultan wil een gedeelte dadelijk
ep de rest in termijneu voldoen, maar van de
ckmanen opbrengst als waarborg der betaling wil
hij niets weten. Deze veraudaring in de gezindheid
des Sultans moet toegeschreven worden aan de
tusschenkomst der Europeesche mogendheden, die
Spanjes eisc'n ondersteuuden. Iu Marokko moet de
eisch van Spanje kwaad bloed gezet hebben, zoo
wordt althans van Engelsche zijde gemeld. Bij
let Marokkaansche geschil staat nog een ministe-
rieele crisis voor de deur. De ministers van
financien, oorlog en kolonien kunnen het met
Sagasta niet langer vinden. De bijeenkomst der
Kamers is uitgesteld en zoodra het geschil met
Muley Hassan uit deu weg geruimd is, zal over
een kabinets-veraudering worden gedacht.
Onder de bevolking van Navarre heerscht groote
gisting tengevolge der financieele maatregelen van
het Spaansche ministerie. De Navarreezeu weigeron
eene grootere som bij te dragen tot de algemeene
lasten en beroepen zich op de voorrechten, welke
zij tot dusver genoten. De reis der zeven alge-
vaardigden naar Madrid heeft geen resultaat opge-
leverd, daar de Minister van financien van die
voorrechten niet langer wilde weten. De regeering,
die voor betoogingen in de provincie Navarre vreest,
heeft de garnizoenen van Victoria, Burgos en
Saragossa gelast zich gereed te houden, ten einde
eventueele manifestaties terstond den kop in te
drukken. Het besluit om het belastingontwerp ten
uitvoer te brengen, blijft onveranderd.
Frankrijk heeft zijn gezant uit Lissabon terug-
geroepen. Dit staat in verband met de regeling
der buitenlandsche schuld. Waarschijnlijk is een
ultimatum van Fransche zijde in 't verschiet. De
Fransche regeering rekent in dezen op den steun
der andere mogendheden, en is het bericht uit Berlijn
volkomen vertrouwbaar, dat zou ook Duit3chland
reeds voornemens wezen zijn gezant te Lissabon
naar Berlijn terug te roepeu. Voor de eendrachtige
sameuwerking der andere mogendheden zullen de
onwillige Portugeezen dan ook wel spoedig het
hoofd in den schoot moeten leggen.
FiGUILLETON.
8)
wHij heeft het zelf gezegd riep de Stem weder,
toen de herder den beschuldigde iu bescherming
nam. ,/Hoe kan hij hem nu verdedigen
„Waar is Kasper Waar is de schobbejak
Gij hebt hem bij u genomen, gij moet het weten
Zoo drongen alien op den herbergier toe, die
hun geene iulichtingen kon geven.
,,Wij moeten hem hebben 1" riep dezelfde man
van zoo even. Hij had het gesprek tusschen den
herder en den kastelein afgeluisterd en daarop Kasper
aaugeklaagd. //Wij moeten hem hebben, en dan
smijten wij hem in de vlammen
Dat was de tweede vonk in het kruit. Allen
juichten den voorslag toe.
Op dat oogenblik verscheen Dorothea onder de
woedende boeren. Ook in hare ziel was een bang
vermoeden opgerezeu, toen men zeide, dat de molen
in brand stond. Zij had geene rust meer, zij inoest
weten, of er grond was voor dat vermoeden. Reeds
uit de verte klonk de naam van haar vroegeren
minnaar haar tegen, en plotseling kwam de gedachte
in haar op, dat zij hem beschermen moest.
Zij kon niet gelooven, dat hij de misdaad begaan
hadin hare oogen was hij onschuldig, ook toen
alien hem beschuldigden en men met barsche
woorden haar duidelijk maakte, dat niemand anders
de brandstichter wezen kon dan Kasper, den dood-
vijand van Hagen. Zij geloofde het niet, zij ver-
dedigde hemzij wilde de manneu tegenhouden,
die uitgezonden werden om hem te zoekenzi
Het uitstel waartoe na de intrekking van het
amendement-Mackay (toekenuing van kiesrecht aan
gezinshoofden) werd besloten, heeft, zooals gisteren
in de zitting der Tweede Kamer al dadelijk door
den heer Reekers werd medegedeeld, niet geleia
tot de indiening van eeu amendement op artikel 3.
Hij kondigde een poging aan om art. 4 te ver-
beteren, maar betuigde zijn leedwezen over de
iutTekkiug van het amendement-Mackay, wat dit
laatste betreft tegen den zin des voorzitters, die
deze heropeuing van het debat buiten de orde achtte.
Overigens wilde hij geen stemming over het
regeeringsartikel, waarin hij thans slechts een
formule zag.
Nog beter vond de heer Haffmans't het gansche
art. uit de wet te nemen en te vereenigen met
art. 4. De Minister Tak bleef art. 3 voorstellen
als het beginsel der wet dat uitgewerkt wordt in
art. 4.
Nadat de beraadslaging over art. 3 was gesloten,
ontspon zich een discussie over een voorstel van
den heer Haffmans om de stemming aan te houden
tot na behandeling van art. 4 ten einde niet in
botsing te komen met het beginsel van art. 3.
Het werd verworpen met 63 tegen 31 stemmen,
Art. 3 werd hierop aangenomeu met 80 tegen
17 stemmen.
Art. 4, omschrijvende de gevallen waarin het
bezit van het kenteeken aauwezig wordt geacht,
kwam nu in behandeling. Eerst werd gelegenheid
gegeven tot toelichting van amendementen, als van
1°. den heer Levy om de bedeelden over de drie
laatste jaren uit te sluiten van kiesrecht en ook die
bedeelden, die onderstand ontvangen van instellingen
tot voorkoming van armoede.
smeekte, dat men toch niet zou veroordeelen zonder
overtuigende bewijzen. De herbergier en de herder
spraken op dezelfde wijze.
Maar het was alles vergeefsch, de opgewonden
gemoederen waren niet tot bedaren te krijgen. De
storm was losgebroken en niemand kon zijn woede
doen ophouden.
Een der uitgezonden maonen bracht het bericht,
dat er aan den anderen kant van deu molen in
den boomgaard een man stond, in wien bij Kasper
meende te herkennen. Toen hij hem had geroepen
was een spottend gelach het antwoord geweest.
Dadelijk gingeu de boeren dien kant op. Dorothea
ijlde hen na, vergezeld van Stamm en den herder.
„Als hij het is, kunnen wij hem niet redden,"
zei de laatste, „zij hebben hem den dood gezworen."
„Twijfelt gij nog, of hij het gedaau heeft vroeg
Stamm. }J
#Neen, ik kan niet meer twijfelen.
„M»ar ik zeg u, dat hij onschuldig is," riep
het meisje in koortsachlige opgewondenheid.
vAch, Doortje, dat gelooft niemand," zei de
de herder droevig. »Gij waart erbij, toen de
molenaar hem beleedigdeKasper heeft tegen mij
gezegd, dat hij wraak wilde nemen hij wist, dat
Hagen van huis wasen dat de brand aangestoken
is, kan ieder kind zien."
„Dan heeft een ander het gedaan
/Heeft de molenaar dan vijanden Is hij niet
een zeer geacht man Wie zou het wageu zulk
een misdaad te begaan Immers niemand, behalve
een wanhopige, een gesarde, die geen ander middel
weet om zich te wreken."
,/Gij hebt gelijk," sprak de herbergier, „hier is geen
twijfel mogelij k, alleen Kasper kan het gedaan hebben.
Dorothea zweeg, er viel niets te zeggen tegen
de gronden, welke de schaapherder aanvoerde,
„Maar dat is nog geen reden om hem als een
dollen hond dood te slaan," ging Stamm voort.
ffHij moet aan de justitie overgeleverd worden.'
„Opdat hij weer in het tuchthuis kome riep
het meisje.
,/Dat zal hij moeilijk ontgaan. Hij heeft het
geweten, toen hij de misdaad heging waarom heeft
hij de gevolgen niet bedacht Ik heb hem
gewaarschuwd, hij had naar mijn raad moeten
luisteren," zei de oude herder.
Een woest geschreeuw deed hen hunne schreden
verhaasten. Toen zij in hun boomgaard kwamen, von-
den zij Kasper daar omringd door zijn tegenstauders.
Deze drongen op hem aan, hij zwaaide als een
razende met ziju stok en week langzaam achteruit.
De vlammen wierpen een rood schijnsel over de
groephet geschreeuw der aanvnllers klonk boven
het kuetteren der vlammen uit.
ffWeg met hem riep de beschuldiger. //Weg met
den satan, die ons alien in het ongeluk zal storten,
als we hem niet onschadelijk maken Nu treft
het den molenaar, morgen is het een ander, die
brandstichter zal het geheele dorp doen afbrauden."
z/Terug 1" schreeuwde Kasper, onophoudelijk met
zijn stok zwaaiende. ,,'t Is uwe eigene schuld, als
ik iemand de hersens insla. Laat mij met vrede,
ik ben onschuldig Zoekt dengene, die het gedaan
heeft
Met den moed en de kracht der wanhoop brak
Dorothea door den kring heen, om den man, dien
zij nog altijd liefhad, te beschermen.
#Hij is onschuldig!" riep zij, terwijl zij voor
hem ging staan en de armen afwerend ophief tegen
De heer Van der Feltz lichtte kortelijk zijn
amendement toe om de beweegbare en verplaatsbare
woningen en kleine schepen niet als woningen
aan te merken.
De heer Mackay lichtte zijne amendementen toe
om te eischen dat een jaar lang een woning door
niet belasting betalers zij bewoondom kiesrecht
ook te weigeren aan hen wier vrouw of minder-
jarige kinderen, in de laatste drie jaar zijn veroor-
deeld wegens bedelarij en landlooperij en eindelijk
om de schrijfproef te laten vervallen.
De heer Gerritsen heeft voorgesteld om te doen
vervallen den eisch van betaling van den aanslag
in de Rijksbelastiug, daar dit ongrondwettig zou
wezen en onnoodig 80000 kiezers zou uitsluiten.
De Minister van marine brengt ter kennis
van zeevareuden, dat in het Krammer, Volkerak
en Hellegat, behalve de reeds aanwezige, spoedig
meerdere lichtboeien zullen worden gelegd. Het
voornemen bestaat deze boeien ook des winters
met ijsgang te laten liggen, zoodat de mogelijkheid
niet is uitgesloten dat zij uit hunne merken
verdrijven of van hunne verankering losraken.
Mededeeling van alles wat deze boeien betreft aan
den inspecteur over het Loodswezen te Rotterdam
of aan de tonnenleggers te Bruinisse en Noordschans
word beleefd verzochtechter wordt nu reeds bericht
dat alle werkzaamheden aan die boeien te verrichten,
zullen geschieden door de zorg van het Departement
van marine en dat daar voor geene visch- en aan-
brenggelden zullen worden toegestaan.
Het verslag van de commissie van onderzoek
in zake Neerbosch is verschenen. Ons bestek laat
niet toe ook maar een gedeelte hiervan over te
nemen. Wij volstaan met mede te deelen dat het
oordeel op de meeste punten gunstig is voor Van
't Lindeuhout en geven hieronder de eindconclusie
z/De commissie verklaart dat, haar bij haar
onderzoek geen enkel bewijs is voorgekomen, dat
de directeur van Neerbosch het oogmerk zou hebben
gehad om zich zelven of ziju gezin ten koste der
iustelling te verrijken en evenmin dat door hem
eeuige onzedelijke handeling zoude zijn gepleegd.
(,Zij spreekt ten slotte als hare meening uit,
dat in het belang van Neerbosch niet langer ge-
draald mag worden met eene wijziging van de
statuten der vereeeniging, waardoor deze op veel
breederen grondslag gevestigd wordt en een bestuur
optreedt, dat als raad van toezicht voortdurend
controle uitoefent op de handelingen der directie."
Naar uit Rotterdam wordt bericht, moet de
stoomboot-maatschappij Ocean (Holt-lijn) aan den
Minister van kolonien hebben aangeboden, in dit
zijne vijanden. //Als hij het gedaan had, zou hij
niet meer hier zijn
z/Wat moet Doortje hier schreeuwde een boer.
//Hoe durft de bruid van Hagen den booswicht
verdedigen Duwt haar op zijde, wij moeten den
schurk hebben.'1
z/Luister naar mij, mannen 1" zei de schaapherder
die nu ook in den kring was gekomen. ,/Gij wilt
een misdaad begaan, om eene misdaad te straffen.
Weet gij niet dat het een moord zou zijn, welke
u alien in de gevangenis zou brengen Wie den
molen in brand heeft gestoken, weet nog niemand.
Deze jonge man wordt verdachtmaar niemand kan
nog bewijzen, dat hij het gedaan heeft. Wilt gij
dan zonder bewijs iemand veroordeelen
,/De oude heeft hem geholpen riep de beschul
diger, om den indruk weg te nemen, dien de
ernstige waarschuwing van den herder op de verhitte
gemoederen had gemaakt. ,/Beiden zijn kort te
voren bij elkander geweest, en de oude is gebeten
op den molenaar, siuds hij twist met hem gehad
heeft."
//Is dat niet Matthias, de zoon van de oude Lena
riep Kasper op minachtenden toon, „Laat gij
liedeu u door dien ruziemaker en twiststoker bij
den neus nemen P"
Die woorden dedeD den storm weer aanwakkeren.
De boeren drongen op hem aan, Dorothea en de
herder poogden hem tegen te houden. Terwijl de
aanvallers met dezen bezig waren, vond Kasper
gelegenheid te ontkomen. Achter deu boomgaard,
slechts door eene heg daarvan gescheiden, lag een
dicht bosch. Kasper vluchtte in dat bosch, baaude zich
een weg door de struiken en snelde voort, altijd voort
tot hij geen geschreeuw meer achter zich hoorde.
TER NE11ZEISCHE COIIRANT
Uit Itlatl verscliijnt lliiisilas- en Vrijdagavonil bij den uitjjever 1". J-
V A JS II I. !i ,1 I) K te Ter leuzen.