Alg emeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. No. 2746. Zaterdag 5 September 1891. 31e Jaargang. 93 a&032^ Onze Kamer van Koophandel. ABONNEMENT: Bij deze courant belioort een bijvoegsel. FEUILLETQN. i) TER NEMSHE COHAN! Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,Franco per postYoor Nederland 1,10. Yoor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,32£. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven- bushonders. ADVERTENTIEN. Yan 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0,10. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Men kan zich abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per jaar, tot veel verminderden prijs. Kit blad versehljut Dlnidat- en Vrijdagavond bij den nltgever P. J. VAN DE SANDE te Ter Nenzen. De Middelburgsche Ct. van heden wijdt, naar aanleiding van de verkiezingen voor de Kamer van Koophandel te dezer stede, eene merkwaardige be- schouwing aan het nut van dit college. Wij zijn er zeker van, dat elk rechtgeaard Ter Neuzenaar, de geschiedenis op bet verloop dier verkiezingen in de Middelb. Ct. lezende, in zijne stadsburgerlijke gevoelens pijnelijk zal worden aan- gedaan. Maar bet is hier wel degelijk la verite qui blesse. De 176 stemgerechtigden voor de Kamer van Koophandel, beweert de Middelb. Ct., zouden onze gemeente de rise van Nederland kun- nen doen worden, indien deze instelling hare ge- boorte niet overleven mocht en de reeds gekozene leden ook nog hun ontslag gingen nemen. Laat ons eerlijk erkennen, dat die 176, door de wijze waarop zij hun stemrecht aangewend of niet aange- wend hebben, zich en onze gemeeute reeds hebben belachelijk gemaakt. De geschiedenis dier verkie zingen staat nu in het Middelburgsch orgaan en zal de ronde doen in de pers van ons land. Jammer! Men zal ons bespotten om die verkiezingen, en het is verdiend. Maar hebben wij in deze geleerd met schande, laten wij ons hoeden tegen schade. Want eene Kamer van Koophandel is hier noodig. Terecht antwoordt de Middelb. Ct. op de bewe- ring van sommigen, dat er minder behoefte aan is, omdat het in hoofdzaak slechts doorvoerhandel is, waarvan Ter Neuzen bestaat. ^Aangenomen dat dit waar is, dan nog vragen wij heeft die doorvoerhandel geen belangen om te behartigen Is er geen scheepvaart aan wier welzijn en bloei zulk een Kamer van Koophandel zich gelegen kan laten liggen Is Ter Neuzen niet een plaats die toeneemt in welvaart juist door dien bandel en die scheepvaart? En valt vooruit te zeggen hoever die uitbreiding zich zal uitstrekkenen of niet eenmaal buiten den doorvoerhandel een andere handel kan ontstaan, die steun en voorlichting van zulk een Kamer driugend noodig heeft Kan juist een dergelijk college niet bevorderlijk zijn aan het opwekken van den lust en de ambitie voor meerderen handel Ter Neuzen heeft eene toekomstmaar in den afgeloopen winter is nog bewezen dat men zich voor zijne handelsbelaugeu moet in de bres stellen, wil men den vooruitgang en den bloei in de hand werken. Wat toen particuliere personen deden ligt meer op den weg van een Kamer van Koop handel, wier stem grooter gewicht in de schaal kan en zal leggen. De schilder maakte zich zelf beschouwingen, hoe het mogelijk was, dat een wezen, dat zoo langen tijd in de kleingeestige omgeving van een Duitsch provinciestadje had geleefd, zich zoo eigenaardig kon ontwikkelen en zoo volkomen op Murillo's vrouwenbeelden kon gelijkeu. En waar zijt ge vroeger geweest In het land van Polen. Miju moeder was een Poolsche, de dochter van een verarmd edel- man, en mijn vader bleef uit liefde voor haar in die streek. Zij was zeer schoon. Is uw moeder dood vervolgde de schilder. Ik weet het niet. Het kan zijn. Mijn vader spreekt nooit met mij over mijn moeder en mijn herinneringen uit dien tijd zijn onduidelijk en verward. Ik weet dat zij een vroolijke levenslus- tige vrouw was en dat er meer gasten bij ons kwamen, dan mijn vader lief was. Er was een man, die in der tijd bijna dagelijks kwam. Ik herinner hem mij niet goed meer. Ik geloof, dat het een kleine, tengere man was met een onaangenaam gezicht, maar het is mogelijk, dat mijn verbeelding zich hem zoo voorstelt. Het heette, dat hij zaken had met mijn vader, maar liij zag mijn schoone moeder altijd zoo vreemd aan. Ziedaar waarom naar ons gevoelen zulk eene instelling nuttig wezen kan. Maar zij, die dat gevoelen niet deelen zij, die nog in twijfel verkeeren over dat nut, doen toch onzes inziens geen goed werk, wauneer zij zich ontrekken aan den plicht om zulk een college te helpen samenstellen. Want zij beletten daardoor het nemen van een proef, die uitspraak kan doen orer de juislheid van hunne eigen meening. Dat men eerst zulk eene Kamer eens aan het werk late vooral thans nu men op weg is haar tot stand te brengendan kan men een billijk oordeel uitspreken. Want zij, die vol ambitie en illusie het nut van zulk een Kamer bepleiten, zouden nu met recht het verwijt kunnen doen hooren dat men hen belet heeft de proef op de som te leveren, dat zij gelijk hadden toen zij aandrongen op het tot stand komen van zulk eene instelling, omdat zij dit een krachtig middel acbtten lot ver- hooging van het prestige en den bloei van Ter Neuzen's handel. Om dit doel te bereiken is echter noodig dat men gerake uit den vrij lastigen toestand, waarin men zich thans bevindt." Om tot eene uitkomst te geraken, wordt door de Middelb. Ct. de volgende raad gegeven „lateo zij, die tot heden het mandaat voor die kamer aan- namen, liever dan te bedanken, een oproeping richten tot al de 176 kiezers, wier taak het is zulk een kamer samen te stellen. Laten zij die kiezers bijeen trachten te krijgen op eene verga- dering, waarin door hen, die het vurigst voor deze zaak zich inspannen en die het meest overtuigd zijn van het nut van zulk een kamer en van de wenschelijkheid om haar in Ter Neuzen op te richten, de toestand van het oogenblik wordt uit- eengezeten gewezen op het onverantwoordelijke om hen feitelijk machteloos te maken in het verwezenlijken van het idee, dat reeds zoo goed op den weg der uitvoering is gevorderd. Dat dan verder op die vergaaering men zich vrijelijk uite over de personen, door wie men het liefst de ze'vende plaats zag ingenomenen daarna bij stemming worde uitgemaakt wie het meest daartoe in aan- merking komt. In het belang der goede zaak dient dan die persoon zich eene keuze te laten welgevallenmaar dan moeten de kiezers, zich neerleggend bij het gevoelen der meerderheid op die vergadering, ook hunnerzijds over allerlei persoonlijke kwesties heen stappen en zich beijveren om dien candidaat een behoorlijk aantal stemmen te verschaffen. De eer en de goede naam van hunne woonplaats dwingt hen daartoe." De grond, waarop wij aan de bruikbaarheid van het aangeprezen redmiddel meenen te mogen twijfelen, is het feit dat dergelijke voorloopige ver gadering voor de eerste verkiezing gehouden is, Zij was zeer beleefd en vriendelijk tegen hem en kleedde zich altijd bijzonder mooi als hij werd verwacht. Goede God, ik geloof niet dat die armzalige opschik indruk kon maken op een man, die zooals hij zeer rijk was, maar zij was altijd schoon, wat zij ook droeg. En toen kwam er een dag waarop miju vader handenwringend, met een wanhopig gezicht bij mij zat. Moeder was in de vroegte uitgegaan en kwam niet weer thuis. Wij wachtten den geheelen dag en nacht en weer den volgenden dag. De tijd ging voorbij, maar zij was verdwenen. Aan de be- zoeken van dien man was ook eensklaps een einde gekomen. Van dien tijd af was vader geheel veranderd, in zichzelf gekeerd en norsch. Hij was dikwijls weken lang weg en als hij terugkwam was hij somber en terneergeslagen. Ik durfde niet met hem spreken en het scheen alsof hij een afkeer van mij had. Hij vermeed het mij aan te zien, want ik geleek op mijn moeder, zonder zoo schoon te zijn als zij en mijn gezicht wekte zeker pijnlijke herinneringen bij hem op. Toen wij na een half- jaar hierheeu trokken liet hij de zorg voor mij geheel over aan onze oude, halfdoove meid en ik zag hem alleen op school en aan de maaltijden. Arm kind Het is hard, zonder moeder op te groeien. Misschien heb ik het nooit zoo diep gevoeld. Ik geloof niet dat mijn moeder zich ooit veel om en men weet met welken uitslag op hoe weinig succes. Voorloopige vergaderingen te Ter Neuzen schijnen wel dit eigenaardige te hebben, van tot verrassende resultaten te leiden. Het is bekend, dat burgemeester en wethouders met de reeds gekozeu zes leden in overleg zijn getreden, of dit zullen doen om de zaak tot een goed einde te brengen, en daarom ook mogen wij vertrouwen op een goeden uitslag hunner poging, die wel niet anders zijn kan dan dat door het bezit van eene Kamer van Koophandel aan eene onmis- kenbare behoefte onzer stad wordt voorzien. Jr*olitieli Overzicht. Maandag heeft de Koning van Belgie, in tegenwoor- digheid van den Minister De Bruijn, te Ostende, een drietal afgevaardigden ontvaugen van het Vlaamsch nationaal verbond, die de grieven der Ylamingen onder de aandacht van Z. M. kwamen brengen, vooral ten aanzien van het rangschikken van Vlaamsche onder de Waalsche gemeenten, voor de toepassing van verschillende wetsbepalingen. De eerste van het drietal sprak in het Ylaamschde Koning luisterde met de grootste aandacht. Toen de derde evenals de tweede gedaan had, in het Fransch het woord nam, verzocht hem Z. M. de Vlaamsche taal te gebruiken. Een en ander duurde drie kwartier en daarop verzocht Z. M. den Minister in de ter sprake gebrachte aangelegenheid de noodige stappen te doen om de bezwaren der Ylamingen weg te nemen. Eenige Brusselsche heeren willen te Antwerpen een gedenkteeken oprichten, ter herinnering aan de belegering en verovering van de citadel in 1832 door de Franschen. De Antwerpenaars zijn met die vereeniging der Franschen volstrekt niet ingenomen. Antwerpen zegt de Koophandel, heeft geen reden om de Franschen te huldigen, die waarlijk niet voor de Belgen maar met baatzuchtige nevenbe- doelingen tusschenbeide kwamen. Indien men het plan wil doorzetten, loopen de heeren Brusselaars groot gevaar eene anti-Fransche betooging uit te lokken, waarvoor een Antwerpenaar, die zich G. teekent, reeds het plan aangeeft, nl. om dan liever een gedenkteeken te stichtcn voor denHollandschen stadhouder Willem III, Koning van Engeland, die met zijn veldheerstalent heeft belet dat Ath, Auden* aarde, Charleroi, Bergen, Kortrijk, Yperen en Dinant in 1697 door Koning Lodewijk XlV, van Frank- rijk, van het Belgische grondgebied zijn losgescheurd gelijk met Rijssel, Duinkerken, Atrecht en geheel Fransch-Vlaanderen geschied is. De Times verneemt uit Weenen, dat het Oosten- rijksche departement van buitenlandsche zaken nog geen kennis heeft gekregen van een overeenkomst tusschen Rusland en Turkije over de doorvaart door de Dardanellenmaar het was bekend, dat Rusland mij heeft bekommerd. Ik herinner mij niet, dat zij mij liefkoosde. In dat opzicht ben ik dus niet verwend zooals ge hoort. Ge hebt een treurige jeugd gehad. Ik beklaag u, want niets geeft ons in ons later leven zulk een onvermengd genot als de herinnering aan som- mige gelukkige kinderjaren, aan dien zorgeloozen tijd, waarin wij droomen van een gouden toekomst. Ach wat zei ik Sprak ik niet van onver mengd geluk? Ik sprak onwaarheid. De bittere vert wij feling, waarmee men naar het onherroepelijk verloren paradijs terug verlangt, is de grootste kwelling. Ik zou u er bijna om benijden, dat ge niet kunt smachten naar die zoete herinneringen, Hebt ge nog een moeder Er kwam een uitdrukking van smart op zijn gelaat. Ja, zij leeft, om de schande van haar eenigen zoon te zien. Haar haar is vergrijsd van zorg en kommer. Ik heb haar boven alles lief en ben toch de oorzaak, dat zij zich moest schamen onzen naam te dragen, en toch, God is mijn getuige, ik ben onschuldig. Niet waar, Auiela Gij gelooft ten minste, dat ik den moord niet heb begaan Het meisje wendde zich toevallig om en streek zich over het haar; hij kon haar gezicht niet zien. Anielaherhaalde hij ongeduldig, zeg mij de waarheid, kunt ge mij voor schuldig houden Neen, zei zij toonloos, alsof zij slechts met moeite sprak. Ik weet het, ge zijt onschuldig. poogde het voorrecht der vrije doorvaart voor zijne oorlogsschepen te verkrijgen en dat Frankrijk die pogingen ondersteunde. De Russische regeering beweert, dat de zeeengtec een der voornaamste toegangen tot haar rijk vormen en dat het daarom billijk is, dat hare oorlogsschepen met uitsluiting van die der andere mogendheden, er door mogen varen. Over het samengaan van Frankrijk met Rusland zegt de Times, dat het zeer waarschijnlijk is, dat beide mogendheden zich hebben verbonden om een doel te bereiken, waardoor aan Rusland een onberekenbaar voordeel zou worden verschaft en dat Frankrijk en Turkije vooruitzicht zouden krijgen op de ondersteuning van Rusland, wanneer zij Engeland wilden dwingen, Egjpte te ontruimen. Dat Engeland dit gewillig zal doen is onaan- nemelijk. Hoe meer de Russische voorposten in Azie Britsch Indie naderen, van des te meer belang is het voor Engeland, meester te zijn van het Suez-kanaal. Zoodra de Russische oorlogschepen vrij de Dardanellen kunnen passeeren, kunnen zij het kanaal overrompelen en door het laten zinken van een paar schepen voor langen tijd onbruik- baar maken. Thans beschikt Engeland over het Egyptische leger en behoeft geene troepen van Malta of Cyprus te zenden om eene overrompeling te voorkomen. Nog gemakkelijker dan Egypte zou Kon- stantinopel kunnen worden overrompeld, of de Sultan worden gedwongen blindelings den wil van Rusland te doen daarmede zou de reden van het bestaan van Turkije in Europa zijn verdwenen, want niet om zijnentwil wordt het in stand ge houden, maar omdat zijn hoofdstad de sleutel is van de Middellandsche zee. Komt die sleutel in andere handen, dan hebben de meeste mogend heden geen grond meer, het jammerlijk wanbeheer der Turkeu nog langer in Europa te dulden. De eerste minister van Griekenland, Delyannes heeft tegenover een correspondent der Daily News zich uitgelaten over zijne houding ten opzichte van Creta. Hij geloofde niet, dat Engeland bezit zou kunnen nemen van het eiland, maar hij vreesde, dat als de tegenwoordige toestand voortduurde, zeer ernstige moeielijkheden weldra zouden verrijzen. Hij was overtuigd, dat wanneer de mogendheden hun invloed bij de Porte wilden laten gelden, het eiland tot rust kon worden gebracht. Griekenland verlangt voorloopig niet, het te annexeeren, maar het lot der stam— en geloofsgenooten ligt het na aan het hart. De Minister wees er op, dat onder dergelijke omstandigheden het congres van Berlijn aan Oostenrijk machtiging had gegeven, Bosnie en de Herzegowina te bezetten. Blijkeus een Reuter-telegram uit New-York ont- ving de World aldaar uit Valparaiso het volgende nieuwsDe congressisten hebben hunne overwin- Ge weet het Wat wilt ge daarmee zeggen Moet ik daaruit opmaken, dat ge wanneer ge gewild hadt, licht hadt kunnen brengen in die duistere zaak en het niet hebt gedaan Vermoedt of weet ge soms, wie de misdaad pleegde Zij keerde hem nu weer haar gelaat toe het was kleurloos en ondoorgrondelijk als altijd. Wat zijt ge heftig. Ge moet niet zoo gauw gevolgtrekkingen maken. Ik sprak alleen mijn overtuigingen uit. Hoe zou ik iets van dien noodlottigen dood af kunnen weten Het gebeurde dicht bij uw tuin. Ei, wilt ge misschien dadelijk mij of mijn vader aanklagen Wees verstandig, Aniela. Kunt ge het mij kwalijk nemen, als ik naar elken stroohalm grijp, in de hoop eenige opheldering te krijgen Somtijds lig ik halve nachten wakker en denk er over na wie er belang bij kan gehad hebben, den man, die ook mijn grootste vijand was, om het leven te brengen. Ik haatte hem. God weet het, dat ik er reden toe had, maar ik zou nooit de hand tegen hem hebben opgegeven, en toen ik hem met het verwrongen gelaat vond liggen, gevoelde ik niets dan schrik en medelijden. Hij had misbruik gemaakt van de onervarenheid mijner jfiugd, om mij in zijn net te lokken. Ik was levenslustig, lichtzinnig, hij bood mij geld aan, drong het mij bijna op in het vooruitzicht dat ik een erfenis zou krijgen, die hem zekerheid gaf en

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1891 | | pagina 1