mi?
1
Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeuwsch- Vlaanderen.
korporaal dapper.
No. 2676.
Zaterdag 3 Januari 1891.
31e Jaargang
Binnenland.
ABONKEMENT:
FEUILLETON
2)
RAVI
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,—. Franco per postVoor
Nederland f 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,32^
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
ADVEBTENTISN.
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0,10. Grootere letters
worden naar plaatsruimte berekend.
Men kan zicb abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per
jaar, tot veel verminderden prijs.
Oil
bind ver»chi|nt Ulnsdag- en Vrljdagravond blj den uitgever P. X. TAW E SANDE te Ter Neuzen.
JPolitieLt Overzicht.
Dezer dagen kwam een deputatie uit Straatsburg
prins Bismarck een bezoek brengeu en werd door
den gewezen rijkskanselier zeer hartelijk ontvangeu.
Bij deze gelegenheid liet de prins zich, naar een
correspondent van de Times meciedeelt, op belang-
wekkeude wijze uit over de provincieu, die bij het
Duitsche rijk zijn ingelijfd.
Toeu prins Bismarck in 1842 een bezoek bracht
aan Straatsburg zeide hij eens in een gesprek met
een Franschmau »Dit heeft ons eeumaal behoord
en moest ons weder toebebooren." De Franschman
autwoordde ,/Dau zullen we de bajonet moeten
kruiseu." »Wel," autwoordde prius Bismarck,
#nous la croiserons."
Duitschland, merkte de gewezen kanselier in den
verderen loop van het gesprek op, kou alleen zulke
landen annexeeren welke geheel noodzakelijk waren
voor de veiligheid zijner grenzeu of die uit den
aard zoo Duitsch zijn dat zij Duitsch zouden blijven
zelfs, nadat de geheele militaire bezetting was
terutcgetrokken. In de jareu 18K6 tot 1890 had
men^ hem herhaaldelijk beschuldigd van een plan
om Nederland bij Duitschland in te lijven. Hij
had steeds geautwoord, dat iudien alle 4,000,00U
Nederlauders hem op hunue knieeu kwamen smeeken
hen in te lijven, hij dit niet kon of wilde doen,
maar hun liever zelven zou overlaten het met hunne
kolonien klaar te spelen.
Wat Elzas Lotharingen betreft, alles gaat daar
naar wensch, dank aan het wijs en staatkundig
beleid van den tegenwoordigen stadhouder, wicus
voorganger veldmaarschalk Von Mauteutfel ook
wel zijn deugden had, maar toch vele aangelegen-
heden niet goed verzorgde, als o. a. de opvoeding
van meisjes, die voor toekomstige geslachten
van zooveel belang is.
Bismarck verklaarde dat hij nog altijd den
zenuwachtig makeudeu invloed gevoelde van het
overwerk, dat de leiding der hoogere politiek hem
had bezorgd. Zelfs thans kan hij nu en dan niet
slapen, als hij denkt hoe veel dingen anders hadden
kunnen gedaan zijn. Toch was zijn tegenwoordige
toestand nu hij niet meer als een vuurpijl door
de kracht van braudend kruit werd opgestuwd en
ter aarde vallen moestnu hij te lang van de
landbouwzaken verwijderd was geweest om er nog
belang in te stellen en niettemin tot het rustige
landleven gedwongen werd niet te benijden.
Prins Bismarck sprak verder over de moeilijk-
heden die het verduitschen der heroverde provincieu
had opgeleverd en vergeleek den nationalen aard
der Franschen met dien der Duitschers. Voor de
eerste had hij nooit afkeer, veeleer vriendschap en
achting gevoeld, wegens hun beminnenswaardige
Hij besloot, om dan maar liever zoo te blijven
doorsukkelen, totdat zijn diensttijd verstreken
zou zijn Kon hij voor dien tijd trouwen, dan
zou hij in dienst blijven, maar was dat niet het
geval, dan was zijn onherroeppelijk besluit, zijn
geluk in den burgerstand te beproeven.
Brrr. de burgerstand Hij kon er wel van
rillen, als hij er aan dacht. Van zijn prilste jeugc
heeft hij niet anders gekend, den het kazerneleven
en dat zou hij dan dan moeten vaarwel zeggen.
Wel zeer zwaar zou T hem vallen, den militairen
stand te verlaten, doch zoo 't lot hem niet guustig
was zou 't moeten gebeuren.
Hij dacht er over na, hoe 't geluk hem zoo op
eenmaal den rug had toegekeerd, want in neteliger
omstandigheid dan nu, was hij uimmer geweest
Wel kon hij nu z'n beurt laten voorbijgaan, maar
dan zouden er waarschijnlijk jaren verloopen, voordat
hij trouwen kon,want indien hij zich nu aan
den voet der trouwlijst zetten liet,maar dat
was immers onmogelijkmen kan dat niet
doen als men geen meisje heeften nog langer
zich te laten bespotten dat nooit!'' zei van
Speyk. Niettegenstaande al die gedachten hem door
het hoofd gaan, is zijn hand toch onophoudelijk
eigenschappen en hun kunst om zich aangenaam
te maken. Wegens de grensverandering waren de
ranschen voor Duitschland lastige buren geworden,
maar vereenigd zouden beide landen eene onweer-
bare macht vormen.
Dinsdag heeft te Boulogne de saraenkomst plaats
gehad van Parnell en O'Brien, vergezeld van enkele
andere vertegenwoordigers van Ierland. Het onder-
houd heeft zeer lang, bijna den geheelen dag,
geduurd en het wordt vermoed, dat geene overeen-
stemming kon worden bereikt. Over een paar
dagen zou het ouderhoud worden hervat.
Het onderwerp van de onderhandeling was volgens
de Daily News niet de politieke positie van Parnell
maar alleen een geldkwestie Bij de firms Monroe
te Parijs is een som van 44,000 p. st. gedeponeerd
ten behoeve van de Iersche partij, welk geld zonder
de haudteekening van Parnell en een ander niet
kan worden gelicht.
Het is evenwel haast niet denkbaar, dat depolitieke
<westie niet is ter sprake gekomendaar nu
O'Brien, naar het heet, het aftreden van Parnell
als partijleider noodzakelijk acht, zal het wel
onmogelijk zijn eene schikking te treffen.
Want Parnell wil niet aftreden. Nog pas heeft
hij in een manifest herhaald, dat de Ieren niet
moesten gehoorzamen aan bevelen van Gladstone.
„De nederlaag van Kilkenny," zeide Parnell verder,
„is een trompet-siguaal om de gelederen te sluiten
en den laatsten, grooten, uitersten strijd voor de
zaak des vaderlands te wagen. De zaak van ierland
wordt thans bedreigd door een ramp, die grooter
is dais duizend dwangwetten, namelijk het strijkeu
van de vlag der Iersche onafhankelijkheid voor vage
beloften van Eugelsche staatslieden."
Dat de scheuring in de Iersche partij en het-
geen tot die scheuring heeft aanleiding gegeven,
in Engeland de sympathie voor het streven naar
home rule heeft getemperd, is o. a. geblcken bij
de onlangs plaats gehad hebbende parlementsver-
kiezing te Bassetlaw.
Er moet nu weder eene vacature in het Parle-
meut worden aangevuld en wel de plaats van een
liberaal unionist, die Hartlepool vertegenwoordigde
en plotseling is overleden.
De liberalen hebben reeds een candidaat gesteld.
De tegenwoordige eerste minister van Griekenland,
Delyanms heeft de noodzakelijkheid ingezien zijn
Heileenschen ijver te temperen, zoo zelfs, dat hij
maatregelen heeft verordeud om een gewapenden
terugkeer der Kretenser ballingen op hun eiland
te verhinderen. Aan de bij kaap Sunion en kaap
Matapan kruiseude Grieksche oorlogsschepen is
bevolen, alle vaartuigen met wapenen en ammunitie,
voor Greta bestemd, in beslag te nemen.
Of midden in den winter aan een opstand in de
met het schoonmaken der verschillende onderdeelen
van het geweer bezig gebleven en ziet hij nu met
tevredenheid op de blankheid van zijn wapen neder,
dat in staat is om een geemploieerde der wapen -
kamer ijverzuchtig te maken. Nu het leergoed
een fliuke beurt gegeven en zijn kleeding nagezien.
Nadat hij alles in orde gebracht heeft, staat hij
in beraad om naar de cantine te gaan, maar hij
schrikt er van terug en besluit op de chambree
te blijven.
Kamerwacht
Present korporaal
Kom eens hier en haal op deze snee brood
een cent boter en een cent kaas, en het deksel
van z'n menagie-keteltje nemende, zegt hij en
hierin een cent koffie.
Als hij de behoefte van zijn inaag bevredigd
heeft, gaat hij naar zijn kistje, neemt een boek
en zet zich onder de gaspit op een bank neder,
Hij schijut te lezen, maar daar hij reeds vijf minu-
ten op een bladzijde zit te stareu, is het vermoe-
den gegrond, dat zijne gedachten elders zijn
Onrust is op zijn gelaat te lezen en driftig opstaande
het boek in het kastje werpende, trekt hij de kapot-
jas aan, gordt den koppel om en verlaat de kamer.
Daar kan ik 't niet uithouden, ik moet er maar
uit, want 't is me binnen te benauwd, zegt hij in
zich zelf en richt zijne schreden naar de wallen
der slad. De wallen van weleer zijn in mooie
wandelwegen herschapen dank zij de voortdurende
zorgen van 't gemeentebestuur en den flinkeu steun
van de goede gemeentenaren.
woeste bergen van Creta wordt gedacht, wordt
door sommigen betwijfeldanderen meeuen, dat
let voor de enkele Grieksche oorlogsschepen zeer
moeilijk zou zijn de kleine, vlugge vaartuigen te
nemen, die wapenen overbrengen. Zoo zou 's mi
nisters bevel niets anders zijn dan eene formaliteit
om zijne verantwoordelijkheid te dekken.
In de Woensdag gehouden zitting der Eerste
Kamer werden de hoofdstukkeu der Indische be-
grooting zonder beraadslaging of hoofdelijke stem-
ng aangenomen.
Bij de behandeling van Hoofdstuk I der Staats-
begrooting zeide de heer Melvill van Lijnden, dat
hij er in toestemt de algemeene beschouwingen over
het Regeeringsbeleid tot in Januari uit te stellen.
Hij vroeg alleen inlichtingen over het gebruik der
benaming Koning of Koniugin naar aanleiding van
den titel van hoofdstuk I Iluis des Konings.
Minister Mackay deelde mede, dat bij de Re-
geering in voorbereiding is een wetsontwerp, om in
die gevalleu, waar dit wenschelijk of noodig is, den
titel „Koning," in „Kouingin" te veranderen.
Het hoofdstuk wordt daarua goedgekeurd evenals
hoofdstuk Vila (Nationale schuld) en de aangeboden
kleinere wetsontwerpen.
De Nederlandsche Minister, geaccrediteerd
bij Zijn Majesteit den Koning van Belgie heeft
zijn handteekening geplaatst onder de congo-akte
van 2 Juli.
Naar wij nader vernemen, heeft de onderteeke-
ning Dinsdag tniddag te 4 uren plaats gehad
in het salon van het Ministerie van Buitenlandsche
Zaken, waar het anti-slavernij-cougres is gehouden,
en in tegenwoordigheid van Prins de Chimag,
Minister van Buitenlandsche Zaken, baron de Lam-
bermont, en het bureau der conferentie.
Tengevolge van de strenge vorst is het sedert
eenige weken niet meer mogelijk geweest oesters
te visschen op de perceelen in de Schelde, zoodat
de voorraad oesters op 't oogenblik zoo goed als
uitverkocht is. Te vergeefs bebben stoomschepen
getracht de perceelen te bereiken, zoodat binnen
enkele dagen geen oesters meer uit Zeeland zijn
te verkrijgen.
Het Leger des Heils te Amsterdam is voor-
nemens, zoolang deze strenge winter aanhoudt zijn
lokaal op het Rapenburg des nachts van 10 tot 7,
goed verwarmd, open te stellen voor hen, die
anders zonder dak zouden zijn. Men berekent,
dat ongeveer tweehonderd personen aldaar een
onderkomeu zullen kunnen vinden. Mocht het
noodig blijken, zoo zullen ook de andere lokalen
Schoone singels met opgaand geboomte, bleken
den wandelaar, die een open oog heeft voor natuur-
schoon, een waar genot. De boomen hebben voor
grootste deel hun loof verloren en't zachte windje
suist door 't dor gebladerte als eene waarschuwing,
dat alles op aarde vergankelijk is. Dapper gaat
langzaam voorwaarts en beschrijft als 't ware door
zijn marsch een grooten cirkel rondom de stad.
Het is een schoone avond. De sterren staan helder
aan het uitspansel en verkondigen de onbeschrijfe-
lijke grootheid van het heelal. De maan, die
trouwe wachter onzer aarde, weerkaatst haar voile
maans gezicht in de stadsgracht't schijut of
zij Dapper op zijne waudeling vergezelt, want steeds
ziet hij ter zijde van zich dat afbeeldsel van een
Edamskaasje met hem gelijken tred houden, en
eerst als de singel een bocht maakt neemt maan-
lief van gem afscheid. Nu en dan gaat hem een
kozend paar voorbij, dat hier naar rozengeur en
maneschijn komt zoeken. Van al dat schoone
merkt Dapper niets. Het is of zijn brein op 't
oogenblik gesloten is voor alles wat den mensch
te genieten gegeven is.
Juist als hij de stad aan de noorderpoort weder
binnen treedt, slaat de torenklok half negen en
berekent hij, hoeveel tijd hem nog rest voor het
avondappel Maar wat zal hij nog op straat
doen Hij loopt toch met z'n ziel onder z'n
arm en daarom slaat hij den weg in, die recht-
streeks naar de kazerne leidt, het besluit nemende,
maar naar de kooi te gaan. Bij de kazerne den
hoek eener straat omslaande, wordt hij eensklaps
in de Gerard Doustraat en op de Lijnbaansgracht
voor hetzelfde doel opengesteld worden.
Indien het Leger daartoe in staat wordt gesteld
door geldelijke hulp van bulten, dan bestaat het
plan den loge's voor een nacht een ontbijt, bestaande
uit brood en koffie, te verstrekken.
Eenige heeren te Amsterdam zijn op het
denkbeeld gekomen om bij deze felle koude in
enkele gedeelten der stad gelegenheden open te
stellen, waar menschen, die zich op straat bevinden
en verkleumd zijn, zich kunnen warmen. Voor-
loopig zijn tot dit doel door den wethouder vau
onderwijs reeds twee openbare scholen gedurende
de Kerstvacantie afgestaan. De gymnastiek—lokalen
in deze scholen zijn verwarmd, zoodat iedere ver-
kleumde daar een warm vertrek vindt. Wellicht
vindt dit goede voorbeeld navolging en kunnen
op dezelfde wijze ook in andere stadsgedeelten
dergelijke verwarmde lokalen gevonden worden.
Aan een particulier schrijven uit Atjeh is door
Gelria het volgende ontleend
In den laten avond van den 18den Nov. werd
de le luit. M. van der Meer Mohr, kommandant
van Kota Pohama, een onzer uiterste posten van
onze vesting op Atjeh, gewekt door een haastig
kloppen van den kommandant der week, die hem
mededeelde, dat de Zuidelijke brug over de laguue,
welke het eiland Pohama met den vasten wal
verbiudt, in brand stond. Onmiddelijk liet genoemde
officier een patrouille aantreden, die, ter sterkte van
17 Europeesche en 9 inlandsche minderen, onder
zijn commando en dat van den 2den luit. J. F.
Wenz, zou beproeven met behulp van een aantal
dwaugarbeiders, alien van kapmessen en brandemmers
voorzien, staande onder toezicht van den Europee-
schen fuselier Leroy, om den brand te blusschen.
Plotseling viel van achter een dijk, die het
eiland doorloopt, een salvo uit geweren en donder-
bussen en de beide officieren die aan het hoofd
der colonne liepen, zich met de hen volgende
fuseliers in de richting van het geluid keerende,
zagen flauwtjes door de diepe duistemis, hoe de
staart der patrouille door Atjeher met den klewang
werd aangevallen. Attakeeren klonk het uit den
mond van den kommandant en, gevolgd door luit.
Wenz, die nog riep Niet schietenMet de
bajonet erop in en een zestal fuseliers, ging het
op den vijand los. Een gevecht van man tegen
man volgde, dat eindigde met de vlucht der
Atjehers. Bij den aanval op den staart waren
de dwaugarbeiders gaan loopen of hadden zich op
den grond laten vallen, maar hun opzichter, de
reeds genoemde fuselier Leroy had, slechts gewapend
met een kapmes stand gehouden, wat waarschijnlijk
mede oorzaak is geweest dat de Javanen, die voor
in zijn loop gestuit en bevindt zich tegenover
iemand van 't zwakke geslacht, die er waarlijk
zoo kwaad niet uitziet.
Neem me niet kwalijk Dapper, zegt zij ter
verontschuldiging, alhoewel het de afgetrokken-
heid van dezen was die de botsing veroorzaakte.
Zoo ben jij het Catowel mensch, ik had je bijna
ondersteboven geloopen. 't Is dan ook mijn plicht
om verontschuldigingen te maken, en daar ik zoo
lomp was en 't reeds zoo laat in den avond is
zal ik je naar huis brengen. Vindt ge dat goed
Welzeker Dapper, met veel pleizier neem ik het
aan en naast hem voortgaande ontwikkelt zich
tusschen beiden een druk gesprek. Dapper begint,
toen hij dicht bij hare woning gekomen is, den
pas te vertragen en er over nadenkende, dat het
wellicht eene beschikking der Voorzienigheid is,
die hem de kazerne heeft uitgejaagd en die vrouw
op zijn weg heeft geplaatst, houdt hij even stil
en zijn vriendiu b'j den arm vattende, zegt hij
Cato, zou je zin hebben om met me te trouwen
Deze staart hem in het gelaat, want ze gelooft dat
Willem er op 't oogenblik een kwijt is, doch toen
ze bemerkte, dat hij haar ernstig aanzag en er geen
zweem van kortswijl op zijn gezicht is te bespeuren,
antwoordt zij Als je dat meende Dapper, dan
zou je het me niet op deze plaats vragen, en
bovendien je kent me zoo weinig.
(Slot volgt.)