Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen No. 2542. Woensdag 25 September 1889. 29e Jaargang. Avondschool en Herlialingsklasse TE TER NEUZEN. Binnenland. ABONNEMENT: Per drie maanden binnen Ter Neuzen J 1,Franco per postYoor Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika f 1,32£. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven- bushoaders. ADVERTENTIEN: Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer f 0,10. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Men kan zich abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per jaar, tot veel verminderden prijs. Dit blad versehijnt DinRdas- en Vrijdagavond bij den ultgever P. Jl. VAN DE SANDE te Ter Neuzen. Zij, die wenschen toegelaten te worden tot de Avondschool en de Herluilingsklns.se aan school A, beginnende op Ilinsdag, 1 October a. s.. kunneu zich in den loop dezer maand aanmelden bij het hoofd dier school, den heer VOOREN. In het belang der kinderen wordt het getrouw bezoek dezer zeer nuttige inrichtingen ten zeerste aanbevolen. Ter Neuzen, 10 September 1889. Burgemeester en Wethouders, J. A. VAN BOVEN, Voorzitter. J. DIELEMAN, Secretaris. folitieli Overzicht. De buren over de Pyreneen zijn onrustig en dreigen met kogels. Het geldt de Marokkanen, die een Spaansche boot hebben geplunderd. Men meent in Spanje, dat de Sultan van Marokko niet bij machte is de Mooren te tuchtigen en daarom zal de regeeriug te Madrid het zaakje onder handen nemen. Zoo heel broederlijk leven Spanjaard en Moor aan wederzijden van de straat van Gilbraltar nooitalsof het den eerste niet vergeten is dat Tarik hun land is binnen gedrongen en Abdur Rahman te Cordova zijn rijk stichtte, en den laatste niet, dat Ferdinand en Isabella de Mooren weer over de straat van den Gibel-al-Tarik joegen. Zoo iets is eigenlijk woud-zeer." De Spaansche minister- raad heeft besloten aan Marokko de volgende eischen te stellen 1°. terugzending der gevaugenen, die nog in de raacht der Mooren zijn2°. betaling door de Marokkaansche regeering van eene vergoeding voor de schade aan de Spanjaarden berokkend; 3°. voldoening aan de Spaansche vlag 4°. strenge bestraffiug der lieden, die het Spaansche schip aan- hielden en plunderden. Indien de Marokkaansche regeering zich hieraan niet spoedig onderwerpt, zal Spanje krachtige maatregelen nemen. Hedeu zullen zich reeds vier oorlogsbodems te Tanger be- vinden, om aan de eischen klem bij te zetten. 't Is gemeend dus. Van het resultaat der pogingen van de Zwitsersche regeering, om eene conference bijeen te roepen tot internationale vaststelling van enkele maatregelen tot bescherming der arbeiders, moet men zich voorshands niet te veel voorstellen. In Duitschland vindt dat plan geen weerklank, men beweert er, dat het onmogelijk is de besiuiten eener meerder- heid van zulk eene conferentie ten uitvoer te leggen, d. w. z., om de minderheid te dwingen naar den zin der meerderheid te handelen. Bij den Dnitschen Rijksdag wordt aangedrongen op het tot stand brengen eener duurzame wet tegen de socialisten, FEUILLETON. De Dochter van den Handelsraad. AMO. 16) Met gespannen aandacht keek zijn mama hem aan, terwijl hij vluchtig den brief las. Hij zette groote oogen op, werd rood en bleek, begon te beven, liet eindelijk met een gil den brief op den grond vallen, sprong van zijn stoel en verliet als een wanhopige de kamer. Verwonderd wilde de oude dame haar zoon volgen toen haar oog viel op den brief, die haar zoon zoo ontsteld had. Zij raapte het papier op en las het haastig. De brief luidde Hooggeboren Heer Mijne dochter Eugenie verzoekt mij U mede te deelen, dat zij, na rijpe overweging, voor haar eigen welzijn en het uwe noodig acht, geen over riden stap te doen, die moeielijk ongedaanzoukunnen gemaakt worden. Zij verzoekt u daarom, haar te willen ontslaan van haar in overijling gegeven ja-woord, waaruit rechtstreeks volgt het ophouden van alle liefdesbetrekking tusschen u en haar Met oprechte hoogachting blijf ik De geheime handelsraad Waldmann. en wel nog voor de verkiezingen, dat is iets geheel anders. Op het Balkan-schiereiland schijnt men niet gerust te zijn over de wapening in Servie. In 1855 werd Bulgarije ook al onverhoeds door Servie op 't lijf gevallen, zegt men. Toch verzekeren de Serviers geen oorlog in den zin te hebben. De Bulgaren schijnen evenwel voor eenige dreigementen niet vervaard te zijn, daar zij verzekeren bij een eventueelen oorlog audermaal de overwinning te zullen behalen. Alles goed en welmaar van dat tarten en uitdagen is wel eens eene ernstige botsing voortgekomen, dat heeft de historie geleerd. De zaak der Bulgaren staat overigens schoon, spijt Rusland's tegenwerking. De Porte heeft eene circulaire gereed, in welke zij de aandacht der groote mogend- heden' wil vestigen op den toestand van Bulgarije. De Porte ziet, dat de Bulgaren zich onafhankelijk willen maken en om bloedvergieten te voorkomen en tevens te zorgen dat Rusland de klauwen er niet achter zet, stelt zij voor of den prins van Coburg als vorst van Bulgarije te erkennen, of tot de verkiezing van een ander vorst over te gaan. Jammer, dat Stojanoff, de president der Sobrauja, geen getuige heeft kunnen zijn van dit feit. De ijverige voorvechter van Bulgarije's vrijheid, de vriend van den Battenberger en evenzeer van den Coburger, de man die den Turkschen gouverneur- generaal uit Philippopel zond en Oost-Rumelie aan Bulgarije hechtte, die Zankoff weg joeg en den Czaar op zij zette, de man die elk Bulgaar voor de vrijheid wist te bezielen, trots Turk en Rus en Russophiel eu roebel, die man is, helaasniet meer. Diepe rouw wordt over hem gedragen in 't Bulgaarsche land en door alien, die het Turksche juk niet dragen willen en het beschermheerschap van Rusland verfoeien. Een ernstig geval heeft zich op Servisch grond- gebied voorgedaan. De Engelsche cousul te Belgrado eu zijne echtgeuoote zijn op eene jachtpartij bij Nisch door boeren aaugehouden eu naar de ge- vangenis gebracht, waar zij mishandeld werden. De consul werd echter weldra bevrijd door den prefect van het district, die vijftien boeren deed gevangen nemen. De regent Protitch deed den consul zijne verontschuldiging aanbieden, doch de consul wilde zich daarmede niet tevreden stellen. Later echter kwam uit, dat de consul een paar dagen geleden bij ongeluk eene Servische vrouw had gewond, en dat de boeren hem niet in zijne kwaliteit kenden. Hij heeft zich tevreden gesteld met verontschuldigingen, zoodat het incident is afgeloopen. De Engelsche bladen heffen dikke klaagliederen aan over de mishandelingen, welke de Armeniers van de Muzelmannen hebben te lijden. Een Fransch blad beweert integendeel, dat dit zoo erg niet is en dat de Armeniers in Konstantinopel Dat is schandelijkriep de gravin uit. O, die nietswaardige koketteOch, mijn arme Richard, mijn arme zoon Zij suelde nu naar de deur van het zijvertrek en klopte aan. Richard, ik bid je, doe open ik ben het, je moederriep zij vleiend, maar zij hoorde niets dan een zacht, kermend geween. Het duurde vrij lang voor de deur open ging en zij haar zoon weer zag. Deze had nu ook den langen brief van Eugenie gelezen. Wel was haar brief anders opgesteld dan het koopmansbriefje van haar vader, doch de inhoud kwam op hetzelfde neer. Eugenie schreef, dat zij onder den drang van om- staudigheden haar gegeven woord ontrouw moest worden. Zij wist, dat zij haar ontrouw zou moeten betalen met haar eigen levensgeluk, maar God alleen wist, dat zij niet anders handelen kon. Zij hoopte, dat Richard niet boos op haar zou zijn, maar haar vergiffenis zou schenken voor het leed, dat zij hem aandeed. Zij gevoelde zichzelve ongelukkig en hoopte, dat de dood haar spoedig zou verlossen. Met duizend innige wenscben voor het welvaren van den teergeliefden minnaar besloot zij haar brief. Richard begreep er niets van, zoo iets was hem een raadsel Hij reikte zijn moeder den brief over met de woordenDaar, leesOnmiddelijk daarop kleedde hij zich aan om uit te gaan en vertrok met de woorden Ik moet zekerheid heb ben. Er moet iets gebeurd zijn, maar Eugenie is mij rekenschap schuldig. zeer geac'at worden en in alle hooge betrekkingen geplaatst. Engeland wil het vuurtje aanzetten. De artikelen uit Engeland vinden in Armenie, waarvan een deel onder Rusland staat, veel sym- pathie, dat weet John Bull en kon er nu een conflict worden uitgelokt met Rusland dan zou de Brit er zijn voordeel mee doen in T oosten, zoo gaat het Fransche blad voort. Het zal niemand verwonderen, dat er zulke zwarte gedachten uit Frankrijk opkomen, want het belang der Fransche republiek brengt mede, dat Rusland zooveel moge- lijk de handen vrij houdt. Naar men verneemt heeft Z. M. de Koninghet verlaugen te kennen gegeven, dat in alle garnizoenen waar militaire muziekcorpsen verblijf houden, door die korpsen een weldadigheidsuitvoering ten behoeve van Antwerpen zal worden gegeven. Door de Minister van Oorlog is alsnog eenige uitbreiding gegeven aan de vrijwillige oefeuingeD in den wapenhandel. In gemeenten, waar voor de oefeningen der schutterijen instructeurs van het leger beschikbaar worden gesteld, zullen ook de jougelingen van 17 iaren tot aan den militieplichtigen leeftijd van deze instructeurs onderwijs kunnen ontvangen, mits een genoegzaam aantal jongelingen zich tot deelneming aanmeldt, en het onderwijs kan gegeven worden op dezelfde dagen als daarvoor voor de schutterij zijn bestemd. Den 19 Augustus jl. werden op de onder- nerning Soengei Kriau van de Arendsburg-Maat- schappij, te Deli, een aantal koelies door den bliksem getroffen. 's Avonds te negen uur zaten zij in de woning van een opzichter het loon uit te rekenen, toen een houten paal in het midden van de groep door den bliksem geraakt en tot op een afstand van 1 meter van den grond versplinterd werd Zes personen waren onmiddelijk dood. Een zevende stierf spoedig daarna. De adsistent der afdeeling en daarna de dokter der Arendsburg-Maatschappij zorgden voor de ver- pleging der nog levenden, ten getale van elf. Deze waren als versuft en voelden hier en daar zware pijnen, vooral in den buik. De meeste stations van de Hollandsch IJzeren Spoorweg-Maatschappij waren Vrijdag feestelijk ver- sierd, en overal werd het vijftigjarig bestaan door de beambten herdacht. De herinneringsmedaille, hun bij deze gelegenheid door de Maatschappij geschonken, is van brons. Zij heeft aan de eene zijde een lauwerkrans met de provinciale wapens en de jaartallen 18391889 in het midden. Op de keerzijde is eene locomotief. Deze gedenkpeuning is, in goud, zilver en brons vervaardigd, door den fc Met haastige schreden begaf hij zich naar het paleis van den handelsraad. Een uur later keerde hij echter nog veel meer terneergeslageu bij zijne moeder terug. Wel, hoe is het vroeg zijn mama bezorgd. De jonkman lachte luid, als een waanzinnige. Zij heeft mij niet eens te woord willen staan. Ik moest als een bedelaar aan de deur blijven wachten. Zij liet mij zeggen, dat zij mij nooit weer zien wildeen och, och, ik heb haar toch zoo lief gehad Vloek over haarkreet de oude dame, met de gebalde vuist dreigend. De jonkman legde zijn hand op haar mond. Neen, mama, neen, vloek haar niet, fluisterde hij. Het is niet mogul ijk, dat dit alles waarheid is Ik moet haar zien, ik moet haar sprekenik gevoel, dat ik zonder haar niet leven kan. O, moederik zou krankzinnig worden, als ik haar moest missen, schreide hij en viel zijn moeder om den hals. Ik heb haar zoo liefik kan geen geluk meer denken zonder haar. Eu zoo waar God leeft, zij mag met mijn hart niet spelen, zij mag haar eeden en beloften niet luchthartig ver- brekenzij zal en moet de mijne zijn Mijn arme Richardtroostte de gravin diep geroerd. Herhaalde malen ging Richard nog naar het paleis van den handelsraad, waar hij zoovele ge- lukkige uren had doorgebracht. Het gelukte hem raad van administratie der maatschappij aan het rijk ten geschenke aangeboden en in het Koninklijk Penning-kabinet te 's Gravenhage geplaatst, terwijl aan den schenker de dank der regeering is over- gebracht. Aan alle beambten, meer dan 2000 in getal, is in overeenstemming met hunne ancienniteit, eene feestgave uitgekeerd tot een gezamenlijk bedrag van f 50,000 Bovendien is hun een exemplaar uit- gereikt van het naar aanleiding van de gebeurtenis verschenen gedenkboek. Dit gedenkboek is met veel smaak en groote zorg, ook wat het typografische betreft, samengesteld. Het bevat een overzicht van de geschiedenis der Maatschappij, eu vele ook zeer fraaie afbeeldingen, waaruit men het verschil in toestanden kan zien. De eerste stations, de iurichticg der wagens, het krommelijntje bij Delft, enz. wekken zeker niet het minst de belangstelling. Onwillekeurig glimlacht men over de naieve, behelpelijke wijze, waarop eene halve eeuw geleden het spoorwegverkeer was ingericht en men bewondert den reusachtigen voor- uitgang op dit gebied. Wat de Maatschappij zelf betreft, kan nog medegedeeld worden, dat zij in 1839 begon met de exploitatie van een lijntje van 16 kilometers nu heeft haar net eene uitgebreidheid van 781,596 kilometers. Zij begon met een kapit.aal van ruim 1 millioen thans bedaaagt het kapitaal in de onderneming gestoken f 56,000,000. Bij den aanvang kon de dienst worden gedaan met 4 locomotieveu en 36 rijtuigen thans zijn daarvoor noodig 235 locomotieveu en 2500 rijtuigen en wagens. De snelheid van ket vervoer bedroeg in 1839 38 K. M. per uur thans 75 h 90 K. M. De getalsterkte van het personeel klom van 100 tot 4400 man. De Indische begrooting is bij de Kamer in- gediend. De Minister deelt daarin mede, dat 1887 een overschot oplevert van ruim 25 millioen het tekort over 1888 wordt daardoor verminderd tot 7l/4 millioen en de dienst 1889 zal een batig slot aanbieden van 8 a 9 millioen. Voor 1890 zijn de uitgaven in Nederland geraaind op 26 millioen, in Indie op 114 millioen, te zamen 140^ milli oen de middelen in Nederland op bijna 33 millioen en in Indie op ruim 95 millioen, te zamen 128 millioen. De begrooting sluit met een tekort van 12,375,389. Voor het aanleggen van spoorwegen en voor eene telegrafische verbinding tusschen Makassar en Bandjermassin is respectievelijk uitgetrokken, 8,385,000 en 908,000 Op de afdeeling Oorlog der Indische begrooting is thans 1 ton uitgetrokken voor oprichting en instandhouding van een korps ter opneming van de wegens tijdelijke ongeschiktheid uit Indie terug- keerende militairen. De bestaande kazerne-ge- echter niet, Eugenie te spreken. Zelfs had hij de kamenier van Eugenie willen omkoopen, maar zonder goed gevolg. Op zijn aanhoudeud smeeken was het meisje met eene boodschap van hem naar Euge nie gegaan. Spoedig was zij echter teruggekeerd met het antwoordMejuffrouw Eugenie laat u verzoeken, niet langer aan te dringen en haar verder leed te bespareu. Zij kan u niet spreken, voordat zij zelve wat tot kalmte is gekomen. Mijn God, riep de jonge officier uit, zij denkt alleen aan zichzelve. Laat zij ook eens aan mij denken, die zooveel te lijden heb, door hetgeen zij mij aandoet. O, ik smeek u, breng mij bij haar! Maar de kamenier bleef standvastig en was door een groote som gelds zelfs niet te bewegen. Ik mag het niet doen, zei ze, het zou de dood voor mijne meesteres zijn. Wees barmhartig en zie van uw voornemen af Met een zucht keerde de officier zich om en verliet het huis, zonder Eugenie gezien te hebben. Als een slaapwandelaar Hep hij de straten door, hij bemerkte niet, dat het reeds nacht was geworden en de sneeuw hem in het aangezicht woei. Zijn hart scheen dood hij gevoelde iets ledigs, dat niet te beschrijven is, alles scheen hem koud als het graf. Een ding gevoelde hij, hij zou krankzinnig worden als de toestand zoo moest blijven. Er waren slechts weinige weken verloopen sedert de komst van Arthur White, of daar werd druk over gesproken in de kringen, waarin Waldmann A TER NEIIZENSOHE (OIRAIVT NAAR HET DtTITSCH DOOR

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1889 | | pagina 1