Buitenland. Gemengde berichten. Telegrafische berichten. TEH NEUZEN, 30 Augustus 1889. REGHTSZAKEN. brengen. Den luitenant Walpot gelukte het echter, den man met een revolverschot verder onschadelijk te maken. Het aantal dooden en gewonden aan 's vijands zijde is niet bepaald op te geven, maar behalve de zeven hiervoren bedoelde dooden, moet hij meerdere verliezen geleden hebben. Het schitterend succes dezer excursie is voor het grootste gedeelte te danken aan den moed, het beleid en de groote mate van bedaardheid, door den luitenant Walpot daarbij aan den dag gelegd. zeven koeien en een varken verbrand. Naar men ons meldt, was alles tegen brandschade verzekerd en de oorzaak van den brand als naar gewoonte onbekend. In de op Dinsdag 3 September, des voormiddags te 10 uren, alhier te houden vergadering van den gemeenteraad, komen de volgende punten ter be- handeling voor: Beeediging van raadsleden; be- noeming wethouder; idem ambtenaar burgerlijken stand; idem lid comraissie grindweg Ter Neuzen— Hoekidem leden commissie toezicht lager onder- wijsverordening op de verdeeling der gemeente in wijken ingekomen stukken. De op a. s. Zondag door het muziekgezel- schap /Apollo5'' in den ,/Theetuin" uit te voeren stukken zullen zijn 1°. Marche des Petits Troupiers, L. Moeremans 2°. Ouverture de l'opera l'Elizire d'Amore de Doni zetti, Denbach3°. Potpourri de l'opera Romeo et Juliette de Bellini, Werih4°. Pantaisie de l'opera La Favorite de Donizetti, Wairfort5°. Jeunes Coeurs, Valse, L. Moeremans6°. Potpourri de l'opera Le voyage en Chine de F. Bazin, A. Croisez 7°. La serenade de Schubert, Melodiz,Steenebrugen; 8°. Bouquet de Melodies de l'opera Le Petit Due de Ch. Lecocq, T. Booden; 9°. A la montagne de Sl. Pierre, Valse, J. L. Battman. De heer Eijke heeft zijne benoeming tot lid der plaatselijke school-commissie niet aange- nomen. Ook alhier laat zich de werkstaking der werklieden aan den Theems gevoelen, daar de laatst afgevaren stoomboot River Derwent nog te Londen met inhebbende lading ligt en ook de hier liggende boot River Lagan vooreerst niet afvaart. Thans liggen mede te Londen nog met voile lading vier stoombooten, van Gent gekomen. Op 27 Augustus lagen te Londen niet minder dan 300 stoomschepen in de doks te wachten om gelost te worden. Jl. Woensdag werd alhier, bij enkele in- schrijving, in het openbaar aanbesteed, de jaarlijksche onderhoudswerken aan de waterkeeriug van den Piersenspolder, raming f 485. Ingeschreven werd door de heeren J. Jansen alhier, voor f 519; A. van der Beek te Zaamslag, voor f 449 D. Tholens alhier, voor f 430 J. de Bree Fz. te Hoek, voor f 423 en A. de Keuning aldaar, voor f 372. De heer J. M. Mulder, candidaat te Kampen, heeft het beroep als predikant naar de Christelijk Gereformeerde gemeente te Aalten, in Gelderland, aangenomen. Kocwacht, 29 Aug. Gisteren nacht zijn hier uit een hok negen konijnen ontvreemd. Ze behoorden toe aan zeer arme menschen, die zich gevleid hadden deze diertjes tegen den winter voor een goede som te verkoopen om daarvoor eenige noodzakelijke kleedingstukken aan te schaffen. 't Is te hopen, dat de brutale dief, die zelfs het eigendom van zulke geringe lieden niet ontziet, zijne straf niet ontgaat. De politie doet onderzoek. Cliuge. Door de verschillende betrokken besturen is thans definitief besloten tot den aanleg van den keiweg Zeegat—de Kauter, welk werk men hoopt, met Rijkssubsidie en renteloos voorschot der Provin ce, in 1890 tot stand te brengen, waardoor in eene zeer lang gevoelde behoefte zal worden voorzien. Stoppeldijk, 29 Aug. Gisterenavond brak alhier bij den landbouwer J. Fruijtier een hevige brand uit. In korten tijd stond de schuur met den geheelen voorraad graan in brand. Gelukkig be- vonden de paarden zich in de weidetoch zijn Aanvankelijk had de handelsraad met onverholen afschuw en geheimen angst opgezien tegen het samenwonen met den niet beminden halfbroeder, dien hij nog nooit van zijn leven gezien had. Arthur White toonde zich echter zeer beminnelijk en scheen de geheime gevoclens van den handelsraad wel te vermoeden, maar ze toch te eerbiedigen Met eene openliartigheid, die men weinig bij Arne- rikanen aantreft, gaf hij inlichtingen omtrent zijn zaken en betrekkingen. Hij was getrouwd geweest reeds spoedig weduwnaar geworden en had een zoon gehad, die korten tijd geleden door een ver- schrikkelijk ongeluk het leven hadverloren. Zoo stond hij dus geheel alleen op de wereld, het verlangen naar bloedverwanten en de wensch van zijn overleden moeder hadden hem tot het besluit gebracht, den Oceaan over te steken. Zijn han delszaak te Chicago was aan goede hander, toever trouwd en hij dacht er vooreerst niet over, den terugtocht te ondernemen. Was ook de vrees voor den half breeder eeniger- mate bij den handelsraad verdwenen, toch bleef bij hem zorg bestaan voor de verklaring, waartoe het noodwendig tusschen hen moest komen. Uit eenige bedekte toespelingen van zijn halfbroeder maakte hij op, dat deze den inhoud van het vader lijke testament zeer goed kende. Zoodra Waldmann echter over deze netelige zaak wilde beginnen wist Arthur White dit punt op zoo'n vriendelijk manier te ontwijken, dat hij geen enkele maa Het Openbaar Ministerie bij het hof te's Hage eischte bevestiging der vonnissen van de Middel- Durgsche rechtbank, veroordeeleude een schipper tot twee maanden gev. straf wegens diefstal uit een schuit te Ter Neuzen, en een peeenkoopman te Sluiskil tot drie maanden, wegens vervalsching van een vrachtbrief. Uitspraak 5 September. 's Gruvenhage, 30 Aug. Tweede Kamer. Met 81 tegen 9 stemmen is artikel 2 der schoolwet aangenomen met opneming van de eerste oefeningen in het handteekenen in piaats van vormleer als verplicht leervak en met behoud der door de Regee- g voorgestelde vrije en orde-oefeningen in de gymnastiek. Bij art. 8 is bepaald, dat de toelating van kweekelingen drie dagen vooraf aan het school- toezicht moet worden medegedeeld. Voorts zijn onderwijzers met acte a toegelaten als kweekelin gen. Uitvoerig werd gedebatteerd over art. 12 (opleiding onderwijzers) en over het voorgestelde premie-stelsel. Dinsdag voortzetting. Riddel burg, 30 Augustus, bouw van het Provinciaal bestuur aanbesteed het le veren en storten van steen en het maken eener laagwaterbezetling tot voortzetting van de oeverver- dediging voor Ter Neuzen. Raming 17,800. Hiervoor werd het minst ingeschreven door den heer A. Tholens Dz. alhier, voor f 15,767. Heden is aan het ge- Omtrent de werkstaking te Londen luiden de berichten als volgt Daar het gerucht in omloop was, dat de dokbesturen onderhandelingen hadden aangeknoopt over het zenden van Belgische werklieden, seinde de heer John Burns aan de hoofden der werkliedenvereeni- gingen, om een beroep te doen op den geest van broederschap en het zenden van Belgische werk lieden te beletten. Een deputatie van de eigenaars der loskadeu aan de Theems, en eene van de eigenaars der graanpak- huizen hadden gisterenochtend een samenkomst met de dokbesturen om de eischen der werkstakers te ondersteunen. De dokbesturen zouden later ant- woorden. Zij hebben daarop hun directeur-gerant en secretaris opgedragen, denzelfden middag eene conference te houden met de vertegenwoordigers van de eigenaars der loskaden en met de gedele- geerden der werkstakers, ten einde te trachlen tot eene schikking te geraken. De steenkoleDhandelaars hebben aan de dragers en karvoerders eene loonsverhooging toegestaan, bijna ter hoogte van hetgeen deze lieden vroegen, onder voorwaarde, dat zij morgen den arbeid her- vatten. Men gelooft, dat de werkstakers hierin zullen toestemmen. Intusschen slaagden de onderhandelingen met de dokbesturen niet. Deze verklaarden, dat, wanneer de eisch van 6 pence per uur door de werkstakers werd ingetrokken, de andere vorderingen zouden worden toegestaan. De heer John Burns antwoordde uit naam der werkstakers, dat deze hunne oor- spronkelijke eischen zouden handhaven en anders in geene schikking wilden treden. Later werd eene hervatting der onderhandelingen verwacht. Do werkstaking breidt zich tot de meest ver schillende vakken uitook onder de werklieden der groote drukkerijen wordt zij algemeen. Twee duizend personen hebben den arbeid gestaakt en vragen verhoogiug van loon. De laatste berichten luiden Behoudens de hervatting van den arbeid door de kolendragers, blijft de toestand feitelijk onver- anderd. De samenkomst van de vertegenwoordigers ernstig daarover spreken kon. Waldmann stelde deze kiescbe hindelwijze van zijn halfbroeder op prijs, hij dacht echter, dat White wel heel anders zou handelen, als hij den waren stand van zaken kende. Ook tegenover de talrijke bezoekers van Wald- maDn's huis toonde Arthur zich een echte gentleman Dit deed den handelsraad natuurlijk veel genoegen, doch eene andere omstandigheid verschafte hem veel zorg. Arthur White sloot zich nauw aan bij den minnaar zijner dochter, ja, bijna met hartelijke toegenegenheid. De heer Waldmann had opgemerkt, dat de fraaie, edele figuur van Eugenie een diepen indruk op zijn halfbroeder had gemaakt en deze in hare tegenwoordigheid beschroorad en stil was De handelsraad had een scherpen blik in zulke zaken en meende te mogen gelooven, dat de Ame rikaan reeds bij de eerste ontmoeting tot over de ooren op haar verliefd was. Deze omstandigheid kwam hem bij zijn plannen goed te stade, doch nu verdroot het hem des te meer, dat White door alle mogelijke beminnelijkheid zich bij den jongen officier zocht op te dringen. Arthur White was twee dagen bij den handelsraac in huis gevestigd, toen hij zich, na den middag, door den jongen officier naar het postkantoor liet brengen een gebouw in de oude stad, dat hij moeielijk zou hebben kunnen vinden. (Wordt vervolgd.) der werklieden en het bestuur der dokken is vruchteloos gebleven. Van weerszijden was men sereid tot inschikkelijkheid, maar het bestuur wilde de zes pence per uur niet toestaan. Toch blijft men verwachten, dat de werkstaking spoedig zal eindigen, daar het niet waarschijnlijk wordt geacht, dat het bestuur langer zal weigeren aan de openbare meening gehoor te geven. De kaaiwerkers hebben een beroep gedaan op de andere werkstakers, met uitzondering van de dokwerklieden, om den arbeid te hervatten, daar lun werkgevers bereid zijn de gestelde voorwaarden aan te nemen, en het dus ongegrond zou zijn de werkstaking voort te zetten. Vermoedelijk zullen alle andere gilden hieraan gehoor geven, met uit zondering van de werklieden in de dokken, die willen volhouden. Behoort de handel in //blanke slavinnen", dus schrijft men uit Londen aan de N. R. Ct., die eenmaal met al zijne gedrochtelijkheden en, zij het ook door een misplaatst sentimentalisme overdreven gruwelen, zulk een rumoer en eene bizondere wetgeving in het leven riep, tot het verleden Nu en dan worden wij uit onze rustige rust wakker geschud door eene tijding, welke die vraag in ontkennenden zin zou doen beantwoorden. Dat bericht nopens de gewelddadige oplichting eener jonge dame nabij het stationsgebouw te Victoria lijkt eene greep uit de maatschappelijke toestanden van Marokko, Tunis of Aziatisch Turkije, maar heir beschrijft eene treurige gebeurtenis in ons eigen midden, die eerst thans aan het licht schijnt te zijn gekomen, als een gevolg van de begrijpelijke achterhoudendheid onzer politie, of van hareonkunde. Het geval bespreek ik natuurlijk gelijk het ons wordt voorgezet, zonder te willen instaan voor de juistheid der bijomstandigheden. Met het oog op zekere ervaringen in het verleden, is dit voorbehoud niet overbodig, maar overigens is het voorgevallene in de gegeven omstandigheden volstrekt niet ou- mogelijk Eerder zou men verbaasd moeten staan, dat dergelijke schandalen niet meer gebeuren, zoo gemakkelijk worden zij gemaakt door de puritein- sche stelselloosheid welke hier op dit punt heerscht. Eenigen tijd geleden, dus luidt het verhaal, ging eene jon^a dame uit eene der Londensche voorste- den eene kranke vriendin bezoeken in het West-End. Om zes uur werd zij terugverwacht voor het mid- dagmaal, maar zij kwam niet. Hare verwanten bleven te vergeefs den geheelen avond en nacht opzitten het uaeisje was en bleef weg. Een beroep op de politie en een onderzoek in de gasthuizen (men dacht dat haar misschien een ongeluk op straat overkomen was) voerden ook tot geene uit- komst, en de vastelandsche politie kon evenmin licht of raad schaffen als de Londensche. Beiden opperden de meening, dat de jonge dame met geweld ontvoerd was door eenen schelm, doch oom en tante, bij wie zij in huis wooude, in afwachting van haar aanstaande huwelijk, konden nut die meening geen vrede hebben. Het meisje was, zeiden zij, zoo verstandig, ontwikkeld en welopge- voed, dat zij niet aannemen konden, dat zij zich zoo maar zou laten schaken door eenen boef. Toch blijkt dit de ware toedracht van zaken te zijn geweest, want, na ettelijke weken in angstige spanning te hebben doorgebracht, kregen oom en tante nu dezer dagen eenen brief uit een Duitsch stadje, met het bericht, dat zij daar verpleegd werd in een godsdienstig gesticht. Naar Duitschland en het aangegeven adres te ijlen, was het werk van een paar dagen. Nu hoorden zij de droevige waar- heid uit den mond van het slachtoffer zelf. Zij was, op den avond dat zij spoorloos verdween, in het portaal van een huis nabij het station te Victoria gaan schuilen tegen den plotseling neer- kletterenden regen. Daar kwam een ,/heer," die haar iets voorhield, dat haar bewusteloos maakte. Toen zij haar bewustzijn herkreeg, bevond zij dat men haar buitenslands in een slecht huis gebracht had, waar zij gevangen gehouden werd en de gruwelijkste bejegingen moest ondergaan. Eindelijk liet men haar los, en nu kwam zij, na andere avonturen, bij eenen geestelijke te land, die haar in de inrichting voornoemd liefderijk liet verplegen tot zij door oom .en tante kon worden teruggebracht naar Londen. Zonder twijfel zullen velen, na het hooren eener dergelijke geschiedenisongeloovig het hoofd schudden en de meening uiten, dat de jonge dame niet met geweld, doch met behulp van zekere verlokkingen, haar voorgespiegeld door een //elegant jong mensch naar het buiteuland ontvoerd is geworden. Zeker is dat reeds voorgekomen zeker ook zijn er //ontvoerden" geweest, die zeer wbl wisten wat zij deden, om later te „poseeren" als ,/slachtoffers en de giften van medelijdende ijveraars, gelijk Dyer en Josephine Butler, te oogsten. Toch houd ik het gebeurde niet voor onmogelijk, en het relaas behoeft geen verdichtsel te wezeD Is dit eene ware geschiedenis en misschien slechts eene bekend gewordene uit vele onbekend geblevene, dan werpt zij stellig een eigenaardig licht op Londensche toestanden, anno 1889. In Engeland kwam dezer dagen het stoom schip Balmur aan, waarvan de geheele lading, uit graan bestaande, tengevolge van het binnendringen van zeewater was bedorven, 't geen een schade van een kwart millioen guldens tengevolge had. Uit een onderzoek bleek, dat te Odessa uit de machinekamer van het stoomschip een looden pijp van zes voet lengte was gestolendeze diefsta werd niet ontdekt en gedurende de reis kwam, juist door het ontbreken van de pijp, zeewater binnen en besehadigde de lading. Het brok lood, dat den dief slechts enkele stui- vers kan hebben opgebracht, heeft het leven van al de manschappen van het schip gevaar doen oopen en den eigenaar er van vermoedelijk tot een bedelaar gem iakt. De verzekering-maatschappij toch zal de verzekerde som waarschijnlijk niet uit- betalen, want de schade is niet veroorzaakt door een zeeramp, mnar door nalatigheid van den kapi- tein. De arme kapitoin kan natuurlijk geen kwart millioen betalen en dus moet de eigenaar van het schip wel voor het verlies opkomen. De Zw. Ct. doet het volgende verhaal In een onzer groote steden vervoegde zich bij een ingenieur eener spoorwegmaatschappij een heer, een gentleman van top tot teen, uit Engeland. Hij had l uitstekend voorwendsel voor zijn bezoek, was zeer onderhoudend, sprak met keunis van zaken over het spoorwezen en luisterde belangstellend naar de door hem gevraagde inlichtingen. Kortom, zijn bezoek bleek welkom, en hij van zijn kant gaf gaarue gehoor aan eene uitnoodiging om langer te blijven. Na een paar dagen vertrekkende, had hij een bezwaarhem ontbrak geld. Toen hem dit welwillend werd aaugeboden, weigerde hij perti nent het aan te nemen dat zou al den schijn hebben alsof hij de gewone oplichtersmanier volgde, en bovendien, was hij maar te daar zou hij de noodige fondsen voor zijn vurdere reis wel vinden. Maar mijnbeer de ingenieur kon hem op andere manier vau dienst wezen als hij hem vol- macht gaf om de reis tot. en desnoods verder, op de locomotief te doen, dan kon hij meteen de werking, de samenstelling enz. daarvan nagaan die reis zou voor hem, als technicus, veel aardiger wezen, enz. De ingenieur voldeed aan dien wensch en de gast vertrok op de locomotief. Niet lang daarna kreeg de ingenieur bezoek van een politie-inspecteur, die inlichting kwam vragen omtrent den gewezen gast. Ze werden gegeven, maar de Engelschman was weg. Maar hoe was hij dan toch vertrokken Per spoor. Per spoor? en we hebben dien heer, wiens signalement ons bijzonder duidelijk was opgegeven, zoo secuur mogelijk in alle treinen nagegaan, maar daar niets gezien! Ja, nu bleek weldra verder uit mededeelingen van den ingenieur, dat de reis per locomotief gedaan was, en uit die van den inspecteur, dat daarmede de haast, onmogelijke ontkomiug van een zeer gevaarlijk individu bevorderd was, op eene wijze, die slechts in het brein van een slimmerd kon bedacht worden. Met geld was hij niet geholpen, want dit zou hem slechts op de gewone wijze hebben kunnen doen reizen, en hij wist dat hij zou nagespoord worden daarom moest hij eene piaats vinden op de locomo tief, van waar hij triomfantelijk het kon aanzien, dat de politie wagen voor wagen nazag, maar slechts teleurstelling vond, wijl zij niet op het idee kwam den vluchteling bij den machinist te zoeken. En zoo geschiedde het dat een spoorwegingenieur der politie een slechten en een slimmen gauwdief een goeden dienst bewees; den eenigen zelfs, die hem nog voor zijne ontvluchting helpen kon. Ofschoon de visscherij naar zeepaling langs de Tesselsche kust, welke gedurende September en October uitgeoefend wordt bepaald slechts was in de beide voorgaande jaren, zijn de visschers weer met nieuwen raoed aangevangen hun fuiken in zee te plaatsen. Duizenden staan reeds op het daarvoor geschikte terrein. Aan de Friesche kust, waar deze visscherij ook in den herfst wordt uitgeoefend, was de uitkomst voor vele visschers reeds nu goed. Sommigen loch vingen in de afgeloopen week tot 60 pond 's nachts in een fuik. Ongeveer 150 raetselaars, stukadoorsen opper- lieden waren Zondagnamiddag in het Gebouw van den werkenden stand te Amsterdam bijeen om in openbare bijeenkomst van gedachten te wisselen over de hedendaagsche /,Broodvraag" (aldus was op het strooibiljet deze vergadering aangekondigd.) Een blik op de vergadering logenstrafte al dadelijk de bewenngen van de drie eerste sprekers, leden van het comite, waarvan het initiatief dezer bijeen komst was uitgegaan, dat thans reeds, in het hartje van den zomer, in Amsterdam alweder duizenden zonder werk en zonder brood zouden zijn. Nage- noeg alien, ter vergadering aanwezig, waren toch recht op hun Zondagsch gckleed, met zwarte jas, hoogen hoed, en niet weinige met dikke gouden vestkettingen aan waarschijnlijke dito horloges. De redevoeringen, die voor en na de pauze ge houden werden, kwamen vrij wel alle op hetzelfde neer. Alle hielden in opvekkingen en opsporingen om zich krachtig aaneen te sluiten, op het voorbeeld der Berlijnsche collega's en zoo doende verhooging van loon van 20 tot 36 centen per uur te erlangen. De legenwoordige toestand, waarin zoovelen ge- awongen werden om het vaderland te verlaten, ten einde in de wildernisseu van Zuid-Amerika het treurig bestaan te eindigen mocht niet langer bestendigd. Eendracbtige samenwerking, veerkrach- tig optreden met den eisch van hooger loon, moest verbetering brengen. Al de bezwaren tegen ver- eeniging, als daar zijn de bewering dat het toch niet baat, dat de vrouw er op tegen heeft, dat de baas het werkvolk zal gedaan geven, werden overwogen en te licht bevonden bij het groote belang van vereeniging.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1889 | | pagina 2