A lgemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeuwsch-Vlaanderen.
No. 2439.
Zaterdag 29 September 1888.
28e Jaargang.
DE BLINDE EN ZIJN KIND.
Binnenland.
abonnemen t
Voor
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,Erauco per post:
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,32$.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
ADVERTENTIEN:
Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elken regel meer /0,10. Grootere letters
word en naar plaatsruimte berekend.
Men kan zicb abonneeren tot het plaatsen ran 500 regels en meer per
jaar, tot veel verminderden prijs.
It it blad verschljnt Dinsdag- eu Vrijdagavond blj den nltgever P. J. VAN DE 8 A N E te Ter Neuzen.
folitieli Overzicht.
De kwestie met Erankrijk is nog altijd haugende.
Geueraal Clemente Corte zegt in een brief, dat de
Italianen geen oorlog met de Eranscben willen,
zicb bewust zijnde tot welken prijs zij hunue on-
afbankelijkheid bebben gekocht en wat zij aan
Erankrijk deswege te danken bebben. Ilet doet
den generaal leed, dat Erankrijk zoo geisoleerd is
en hij wijt de schuld van dit isolement aan de
mannen, die vol zitteu van revancbe—plannen. In
een bondgenootschap met llusland ziet hij alle
kwaad en waarschuwt er voor. Rusland mag ziju
voet niet in Konstantinopel zetten, zegt hij, de
jonge natien moeten hare levenskracht putten uit
het°verral van bet Turkscbe rijk. De vriendschap
met Engeland is Erankrijk meer waard, beweert
de generaal. Voorts verwijt hij EVankrijk, dat bet
verkeerd heeft gedaan met zicb zoo sterk te wa-
penen, waardoor het Bismarck noodzaakte zich van
top tot teen te wapenen en daardoor andere natien
insgelijks tot versterking barer legermachten te
dwingen. Geen nieuwe Mexicaansche expedities,
geen vanatien op bet thema, dat badowa eene
Fransche nederlaag was, kunnen bet democratisch
regime bevestigen en nog veel minder bet zenden
van troepen naar Tongkin, van troepen, die uit-
sluiteud moeten bestemd zijn voor de verdediging
des lauds. Crispi's bezoek te Friedrichsruhe behoeft
geen onrust te bareu nocb de Koning, noch bet
volk van Italie wil eene avontuurlijke politiek. De
verhouding met Oostenrijk en Duitschland is op-
recbt en innig eu heeft slechis vrede en zelfver-
dediging ten doel. „Wij hebben geen lust u te
bevechten of u moeilijkheden in den weg te leggen,
want wij hebben de diensten niet vergeten, die gij
ons hebt bewezen." Op deze woorden van den
invloedrijken generaal geeft de Liberte een antwoord.
Het blad zegt dat Frankrijk groote offers brengt
voor leger en vloot, maar alleen uit vrees voor
oorlog, ter zelfverdediging, geenszins om vijande-
lijkheden uit te lokken. Frankrijk is niet begonnen
met deze overmatige wapening, maar heeft alleen
de voetstappen gedrukt zijner naburen. Duitsch
land is begonnen eu heeft Oostenrijk en Italie er
toe gedrongen en omdat Erankrijk zich ingcsloteu
zac door millioenen bajonetten en duizenden ka-
nonnen en eene alliantie van drie, misschien van
vier staten, kon bet niet anders handelen, zonder
landverraad te plegen. Zoo neemt de Liberte den
toegeworpen handschoen namens Frankrijk op.
Bazaine is dood. Op 77jarigeu leeftijd is bij
te Madrid gestorven. Van gewoon soldaat was hij
opgeklommen tot den rang van maarschalk van
Frankrijk. In Afrika werd hij luitenant en kreeg
het Legioen van Eerin 1835 behoorde hij tot
de militaire macht, die Louis Filippe aan Koningin
Christina van Spanje te hulp zond tegen de Carlisten
in 1854 diende hij aan het hoofd eencr brigade
FEUILLETON.
Uit de mededeelingen van een Londenschen
politie-beanibte.
15)
;/0, spreek toch!" sprak ik. //Niet om mijn
leveu smeek ik u, maar om het uwe. Uw geluk,
uw liefde, uw toekomst toch is het, waarvoor ik
bereid ben elk offer te brengen. O, zeg mij, wat
moet ik doen?"
,/Niets Alberto," hernam zij, terwijl ze mij met
onuitsprekelijke liefde aanzag; //niets moet gij doen
dan terugkeeren naar dien verschrikkelijken Blaff
Zij zweeg, terwijl zij bevig schrikte en angstig
luisterend het oor leende.
,/0 God, Alberto!" fluisterde zij. //Ik geloof,
dat mijn vader daar is
Inderdaad hoorde ook ik gerucht aan de buiten-
ste deur en even daarna werd er geklopt, Zij
vatte krampachtig mijn arm en zag stokstijf naar
de deur.
//Alice, slaapt gij? klonk thans Brunsworth's
ruwe en driftige stem.
Zij liet mij los en ijlde naar de deur.
z/Neen vader," antwoordde zij, #ik slaap niet,
of liever ik ben weder wakker geworden."
in den Krimoorlog en generaal Canrobert bevorderde
hem tot divisie-generaal en coinmandeur van het
Legioen van Eerin den oorlog tegen de Oosten-
rijkers in Italie onderscheidde hij zich en in 1862
had hij een hoog commando in den Mexicaanschen
oorlog, bracht de troepen terug, kreeg het grootkruis
van het Legioen van Eer en werd aangesteld tot
bevelhebber over het 3d* armee—corps, te Nancy
liggende. In 1870 stond hij in het front tegen
de Pruisen met 200000 man in de plaats van
Leboeuf, wien 't opperbevel door Napoleon was
ontnomen. Niet genoeg door den staf geholpen,
moest hij zich op Metz terugtrekken en werd door
den vijand omsiugeld. Hier was het eiude van
zijue roemrijke loopbaan. Een vreeselijk geval voor
de Frauschen. Bazaine gaf zich over aan prins
Friedrich met 173000 man, waaronder 6000 offi-
cieren en drie maarschalken. Ongekende vernedering
voor een krijgsman. Een krijgsraad veroordeelde
hem tot verlies van rang en eereteekens en
tot den dood op groud van plichtverzuim en het
niet vernietigen van 53 vaandels, die in 's vijands
handen vielen. Later ontdekte de zelfde krijgsraad
verzachtende omstandigheden in de moeielijke om-
standigheden, onder welke hij het commando van
het Rijnleger overnam, in den dapperen tegenstand
bij Bong, Mars-la-Tour en Gravelotte, in zijue
talrijke veldtochteu, zijne schitterende persoonlijke
daden en zijue wonden. De raad pleitte voor
hem en President Mac-Mahon spaarde hem het
leven, veranderde de doodstraf in 20 jaar de-
tentie en stelde hem van de plechtige degradatie
vrij. Hij werd naar het eiland St. Margudrite
verbannen, in de nabijheid van Cannes, maar hij
wist naar Genua en van daar naar Madrid te
koraen, waar de banneling zijn einde vond, nadat een
onverlaat nog al eens gepoogd had hem het licht
uit te blazen. Verbannen, maar toch niet geheel
vergeten, dat zullen de Fransche bladen uu weer
getuigen.
Men zegt dat de persoon, aan wien de openbaar-
making van het dagboek van wijien Keizer Friedrich
van Duitscheland is te danken, of hertog Ernst
van Coburg is, of een lid van den Rijksdag, Dr.
Delbriick, de vroegere gouverneur van prins Walde-
mar, jongste zoon van wijien Keizer Frederik.
Bismarck houdt het boek voor „niet echt." Uit
dit boek blijkt, dat Friedrich de oprichter is van
het Duitsche Keizerrijk, dat hij in opinie tegenover
Von Bismarck stond, dat hij tegenover de over-
wonnelingen hoogst humaan was, dat hij het was
die den gevallen vorst Wilhelmshohe tot verblijf
beschikte en dat hij toen al beweerde, dat de
resultaten der groote overwinning niet zouden be
aut woorden aan de verwachting. Delbriick heeft echter
openlijk verklaard, dat hij de man niet is. Intusschen
denken de progressisten bij de aanstaaude verkiezingen
een ruim gebruik van het dagboek te maken.
tfIk hoorde u overluid spreken."
z/Dat was ook het geval, lieve vader. Ik had
een naren droom, en sprak in den slaap. Maar
zijt gij nog niet te bed. vader?" Dat is laat van
nacht!"
w Het gaat mij even als u. Ik sliep reeds, doch
een booze droom heeft mij doen opschrikken, ik
vreesde, dat u iets was overkomen."
„Niets, lieve vader. Zal ik mij aankleeden?
Zal ik bij u komen?"
z/Neen, Alice; leg u neder. Wij zullen beide
hoop ik weer iuslapen."
ffZij deed, als ging zij te bed. Eenige bange
oogenblikken verliepen; toen trad ze zacht op mij
toe en legde den viuger op den mond. Daarop
verliet zij de kamer, naar 't mij toescheen, om
haar vader te volgen.
Toen Alice eindelijk terugkeerde, was zij als een
geknakte bloem.
n Alberto," sprak zij, terwijl zij mijn hand vatte,
z/mijn arme vader schijnt ziek te ziju. God weet
wat hij daar beneden uit voorzorg voor mij nog
geordend en geschreven heeftwant ofschoon hij
blind is, kan hij toch zeer leesbaar schrijven. Keer
gij nu tot Blaff terug. Wellicht heeft hij uw af-
wezigheid niet bemerkt. En ware dit niet zoo
vrees niets; Blaff zal u zonder toestemming mijns
vaders geen haar krenken. Doe, wat men van u
verlangt, in zoover ge dit voor uw geweteu ver-
antwoorden kunt; maar inaak u niet te schande
De koning der Hellenen heeft Berlijn verlaten en
is reeds te Weenen aangekomen.
De Duitsche socialist Liebknecht zou te Arau
in Zwitserland eene voordracht houden, maar de
gemeenteraad wilde de feestzaal voor de bijeenkomst
niet afstaan. Wij zien, dat de reactie tegen de
vrije uiting der gedachte ook in Zwitserland
veld wint.
Uit de Balkanlanden komt thans niet veel bij-
zonders; een gerucht zegt, dat de groote mogendheden
erkend hebben dat de Bulgaarsche kwestie niet
op te lossen is, eer vorst Ferdinand zich uit het
land heeft verwijderd.
Uit Zanzibar bericht men, dat de agitatie tegen
de Duitschers te Liudi Kilima voortduurt en de
toestand dreigend wordt. De stammen langs de
kust en de agenten der Duitsche Maatschappij zijn
te Bagamajo in conflict. De equipage van de
,»Leipzig" is ontscheept en heeft 150 inboorlingen
gedood. De dood van Jameson te Bangola laat
geene hoop meer over, dat Stanley zich weldra
geheel aan zich zelven zal zijn overgelaten, zoo
hij al nog in leven is, zegt The Standard. Het
blad meent, dat eene expeditie tot punt van uitgang
moet verkiezen de Oostkust van het donkere wereld-
deel, in plaats van de operatic's aan de Congo te
beginnen, om te Wadelai te komen, waar Emin
Pacha verblijf houdt.
Zijne Majesteit de Koning heeft eergisteren
can langdurig onderhoud gehad met den heer Stout,
fabrikant van landbouw-werktuigen te Tiel. Het
bleek bij die gelegenheid opnieuw, dat de gezond-
heidstoestand van Zijne Majesteit zeer bevredigend
kan genoemd worden.
In de Tweede Kamer is gisteren .na een
uitvoerig debat over het voorstel tot wijziging van
het reglement van orde, verworpen met 51 tegen 40
st. een amendement van de comm. van rapporteurs
om eenvoudige ontwerpen niet naar de afdeelingen
te verzenden. Met verwerping van een amendement
is aangenomen met 45 tegen 42 stemmen het voorstel
tot instelling van commission van voorbereiding
met invloed van de leden op de benoeming der
rapporteurs.
Aangezien het gebleken is, dat de in dit jaar
noodige paarden voor de veldartillerie niet uit de
inlandsche paarden verkregen kunnen worderi, heeft
de Minister van Oorlog bevelen gegeven om het
ontbrekende aantal in Duitschland aan te koopen.
Tot hoofd van school A te Middelburg, is
benoemd de heer J. Hogerland (no. 5 der voordracht)
te St. Laurens, met 10 stemmen. Op den heer
K. Beversluis uit Rozenburg (no. 1 der voordracht,)
waren 5 stemmen uitgebracht.
er kome wat er wil." Zij nam het licht, en
ik volgde haar. Aan de trap gekomen, fluisterde
zij, terwijl zij mij het licht in de hand gaf en mij
vooruit liet gaan
»Hier is mijn rijk ten einde. Breng mij nu
naar die ijzeren deur, waarvan gij den sleutel hebt."
Zwijgend gehoorzaamde ik.
Wij stonden voor de geheimzinnige deur, en
toen ik die geopend had en de deur in hare ver-
roeste hengsels knerste, sidderde zij hevig. Ik
zag haar aanzij duwde mij zacht vooruit maar
daarna, als door haar gevoel overweldigd, breidde
zij de armen naar mij uit, en wij bezegelden den
bond onzer liefde met een langen, innigen kus.
//Alberto," fluisterde zij, zich uit mijne armen
losmakende, ,/Zwijg en vertrouw op mij
z/En wanneer zal ik u wederzien?" vroeg ik.
z/Ik weet het niet, Alberto. Maar hoe lang
het moge duren, beloof mij, niets te doen, om mij
eerder weder te zien, voor gij bericht van mij
ontvangt!"
Hoe zwaar die belofte mij ook viel, ik gaf ze
haar.
Nog eenmaal sloot ik haar in mijne armen, out-
ving den kus van hare kuische, engelreine lippen;
toen zweefde zij voort als op engelenvleugelen.
Toen ik weder bij Blaff binnenkwam, scheen
het mij toe, als lag hij wakker; maar hij had de
oogen gesloten en hield zich alsof hij sliep. Stellig
had hij mijne afwezigheid opgemerkt en spaarde
Door verveners, die onlangs aan den afge-
vaardigde van Schoterland inzage in hun boeken
hebben aangeboden, zijn thans openbaar gemaakt
de kosten van uitvoering tot het bekomen van
turf voor verkoop, alsmede de opbrengst. Volgens
deze opgaaf waren de kosten der turf per veenroe
in het vorige jaar f 3,31|, terwijl de verkoops-
prijs slechts 3,35 bedroeg.
Door velen is met groote ingenoraenheid de
mededeeling ontvangen, dat de Koning bijzonder
de zaak der heideontginning wilde ter harte nemen.
Ongeveer 22 pCt. der oppervlakte van ons land
(33000 K. M2.) bestaat nog uit woeste gronden,
die niets of bijna niets voortbrengen. Niet al die
gronden zijn geschikt in bosch, bouwland, weide of
hooiland veranderd te worden, maar ongetwijfeld
kan dat met meer dan de helft geschieden.
Zeer zeker is op dit oogenblik het tijdstip niet
gnnstig, nu bij de lage prijzen der granen de be-
werking der oude gronden ten deele zelfs niet meer
door de opbrengst vergoed wordt, maar toch zijn
er onder de vele nog woest liggende gronden uit-
gebreide plekken, die zeer geschikt zijn van lieide
in wei- of hooiland veranderd te worden, en wat
vooral van belang is, zal dat kunnen geschieden
(in den regel) zonder dat daaraan afschrikwekkende
geldsommen behoeven besteed te worden, en er
gevaar bestaat voor raislukking der onderneming.
De overige woeste gronden kunnen bijna zonder
uitzondering tot bosch gemaakt worden. Yoor
deze worden meer kosten vereischt en zal men
langer moeten wachten op renten der uitgeschoten
gelden, maar, als de keuze der houtsoorten en de
bewerking met kennis van zaken geschiedt, kan
men ook daar zeker zijn, dat mettertijd de veran-
dering van die gronden in rentegevende landerijen
welvaart en zegen zal verspreiden.
Hoe dit zij, het plan zelf, ontginning van woeste
gronden, op welke wijze die ook tot stand mocht
komen, kan niet anders dan aanbevelenswaardig
zijn. Al dadelijk zullen daardoor tal van iuge-
zetenen arbeid kunnen vinden, en zij zullen dien
blijven behouden, want gecultiveerde gronden hebben
voortdurend behoefte aan mensc'nelijke werkkrachten,
maar ook zal de nationale rijkdom door die ont-
ginningen belangrijk toenemen, en dat wel uit eene
bron, die nu en dan wel eens minder ruim zal
vloeien, maar nooit geheel opdrogen."
Het bericht, dat Dr. Mezger zich nu toch
heeft laten overreden, ora zich metterwoon te Wies
baden te vestigen, geeft de Tijd aanleiding tot
het uitspreken van de hoop, dat men, hoe jammer
het ook zij, dat de vermaarde wrijfdokter Amster
dam gaat verlaten, niet opnieuw hemel en aarde
zal bewegen, om hem van besluit te doen veran-
deren. //Men ziet het, 't baat maar voor een oogen
blik het Wiesbadensch consortium laat zich door
hij zijne vragen en navorschingen voor den tijd
zijner genezing.
Aan de beweging zijner oogleden bemerkte ik,
dat hij mij gadesloeg. Ik wierp mij, zooals ik
ging en stond, op mijn leger. Van slapen kon
natuurlijk ook dezen nacht geen sprake zijn, en
des morgens verliet ik hem, om, gelijk men het
noemde, aan 't werk te gaan. Ik kreeg mijn aaudeel
banknoten, en verwisselde die, als vroeger, voor
mijn eigen geld.
Zoo hield ik het nog drie dagen vol. Blaff,
die nu weer zonder pijn kon opstaan, wilde den
volgenden dag zijn voet van het verband bevrijden,
en ik had er mij wel voor gewacht, des nachts
van zijne zijde te wijken. Ik wist echter dat
achter zijn schijnbare gelijkmoedigheid wraakzuch-
tige gevoelens loerden.
Mijn beurs was bijna uitgeput, want ik kreeg
iederen dag een grooter pak banknoten. Heden
morgen, toen gij mij, ik hoop tot Alice's en mijn
geluk, toevallig ontmoettet, was het werkelijk slechts
toeval dat een valsche onder mijne echte banknoten
verdwaald. was. Nimmer is de gedachte in mij opge-
komen, deze valsche papieren uit te geven, en ik ben
in dezen even rein en onschuldig als de arme Alice."
Lista zweeg.
De groote gemoedsbewegingen der laatste dagen,
de slapelooze nachten, de zware wijn misten hare
uitwerking niet op het overigens sterke gestel van
den jongen man.
SCHE COIIRAIT.