Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeuwsch- Vlaanderen.
No. 2419.
Zaterdag 21 Juli 1888.
28e Jaargang.
THANKFUL BLOSSOM.
feuilleton.
Binnenland.
iBONNEMENT:
Voor
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,Franco per post:
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,82*.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Bneven-
bushouders.
iDVERTENTlflN:
Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elken regel meer 0,10. Grootere letters
worden naar plaatsruimte berekend.
Men kan zich abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per
jaar, tot veel verminderden prijs.
Uit blad ver*chljnt cn Vrljdagavond bij deu ultgever P. J. VAN l> E A M U E te Ter Meusen.
Overzicht.
Op de Oostzee dobbert de jonge Duitsche Keizer
en wordt met geestdrift op Peterhof verwacht. De
Russische Nord is gebeel en al in de wolken met
liet bezoek van Wilhelm II. De triple alliantie
wordt te niet gedaan en de twee machtigste Keizers
der gansehe aarde, de vredelievendste poteutanten
die onze Lieve Heer onder de zou lieeft zeteleu,
zullen nu voortaan zeggeu hoe 't moet en zal;
dat zegt de Nord. Mocbten die beide lui t nu
vooreerst zoo goed maar maken, dat ze bet grootste
deel soldaten naar buis stuurden, daarmee kwamen
we verder dan met de praatjes van de Nord. Die
groote geldverspilling en nog meer dan dat diende
paal en perk gesteld door de volksvertegenwoordigers
of door de despotieke bestuurders. En toch lijkt
het er niet veel naarde oproerige bewegingen in
al de landen spelen den voorstanders van legeraf-
sehaffiug zeer slechte parten. Na dezen zal Wilhelm
een bezoek brengen aan Keizer Franz Joseph en
dan zullen de beereu met elkaar gaan jagen. Het
slot Godolo, in Hongarije, wordt reeds vergroot,
daar de tegenwoordige ruimte voor twee Keizers
te klein is. De minister van financial mag de
goden danken, dat er geen drie Keizers komen jagen.
Floquet heeft getoond, dat zijn degen niet minder
scherp was dan zijne tong, binnen een etmaal heeft
hij den grootsten levenmaker van Frankrijk tweemaal
verslagen. Hij is en door de overwinning in de
Kamer en door de middeleeuwsche vechtparty de
held van den dag. De verwondingen hebben hem
niet belet orn het feest van de onthulhng van
Gambetta's monument bij te wonen en de eerste
rede uit te spreken. Aan toejuichiugen kwam geen
einde en ofschoon de president Carnot ontvangen
werd met den kreet„Leve de RepubliekFloquet
bleef de groote man. Als door een wonder is
Floquets degenspits tusschen de groote halsslagader
en halsader doorgegaan, zonder een dier beide
bloedvaten te kwetseu. Daarentegen werd een
der takken van de zwervende zenuw doorgesneden,
die de bewegingen van het middenrif regelt, en
hierdoor werd de ademhaling aauvankelijk zeer
bemoeielijkt. Clemenceau en Perrin, getuigen van
Floquet, hebben den verslagen kampioen bezoeht,
die boveudien gewond is aan het been, waarmee
hij voor dezen eens verboden terrein hinkende binnen
kwam. Naar 't oordeel van Clemenceau, die zelf
geneesheer is, zal de rebellieman binnen korten
tijd eehter weder hersteld zijn, hoewel volgeus des-
kundigen de wond alles behalve goed staat en men
voor longontsteking vreest.
President Carnot heeft het gastmaal bijgewooud,
dat op den nationalen feestdag, 't Bastilleteest, op
kosten van den staat is aangeboden aan ougeveer
3000 maires uit alle oorden, aan de leden van de
Kamer en den Senaat, tal van hooggeplaatste
ambtenareu en vele journalisten. De president
(Naar Bret Harte.)
17)
Toen hij weg was liet zij zich in een stoel vallen
en barstte weder hartstochtelijk in tranen uit. Haar
trots was in de laatste vierentwintig uren geweldig
vernederd; haar gevoel van. onafhankelijkheid had
voor het eerst eene nederlaag geleden. Toen zij
hare ontroering over het doodsbericht van den zoo-
genaamden baron had overwonnen, gevoelde zij
waarschijnlijk alleen nog maar een zelfzuchtigeu
spijt over het verlies, in het goede geloof, dat hij,
zoo hij nog in leven was, op de eene of andere
wijze aan de wereld (welke in dit bijzondere geval
voor haar uit het hoofdkwartier en majoor Van
Zaudt bestond) zou hebben bewezen, dat hij haar
werkelijk het hof had gemaakt en haar wellicht
no« altijd in alle eer en deugd lief had, en haar
dan nog in de gelegenheid zou hebben gesteld, zijn
aanzoek° af te wijzen. Maar nu was hij dood, en
zij ging in 'toog der wereld door voor het be-
drogen,°ijdele speelpopje, waarmede zich een groot
heer eene aardigheid had veroorloofd. Ook twijfelde
zij in hare verbittering geen oogenblik, of haar
vaders hebzucht en eerzucht hadden hem bewogen
het bedrog in de hand te werken. liet was ver
lield eene toespraak, waarin hij de nationale eenheid
herdacht, Gambetta verheerlijkte, de aanstaande
tentoonstelling roemde en zinspeelde op de heillooze
woelingeu door Boulanger veroorzaakt. In den
avond van den feestdag was het te Parijs tainelijk
onrustig, tengevolge van botsingen tusschen Bou-
langisten en anti's. Van tijd tot tijd hoorde men
het„Vive Boulanger maar de politie had weimg
moeite de manifestanten uiteen te jagen. t Gaat
er vreemd toe in Frankrijk en boveu Frankrijk
ook, want er viel dezer dagen nog sneeuw.
Een andere levenmaker, maar dan iemand van
de schoone sexe, de Servische bannelinge, liet in
den laatsten tijd eveuzeer veel van zich hooren op
Duitsch grondgebied. Zij is na de ontvoering
haars zoons naar Weenen vertrokken, wijl men
haar te Wiesbaden over had. Koning Milan is zijn
zoon tegemoet gereisd tot even voorbij Buda-I est,
waar eene hartelijke ontmoeting plaats had. Te
Buda-Pest, waar het maal gebruikt werd, kwam
een telegram van Nathalie aan haar zoon, dat
echter den Koning gegeven werd, waarin zij haar
leedwezen van de verwijdering van haar kind te
kennen gaf. Aan het station te Belgrado werden
de Koning en de Prins opgewacht door de geeste-
lijkheid, den generalen staf, de ministers en een
zeer groote menigte. Van de buitenlandsche ver-
tegenwoordigers waren slechts die van Duitsehland
en Oostenrijk-Hongarije verschenen. De vlaggen
wapperden en 's avonds was de gansehe stad ge-
illumineerd. Een fakkeloptocht besloot de blijde
komst. Mama zal wel spoedig het Russisch
grondgebied betreden, daar is voor haar heul en
troost en vrij zeker ook wel een knap generaal.
Uit de Balkanstaten valt overigens niet veel
mede te deelen, alleen vermelden wij dat iemand,
die zijn geld wil kwijt zijn, daarvoor eene geschikte
gelegenheid wordt aangeboden door den Grooten
Heer, resideerende aan de Dardanellen. Hij wil
anderhalf millioen pond leenen om Krupp te betalen
voor de levering van geweren en kanonnen, tegen
eene rente van enfin dat kan ook minder
schelen. De Czaar schijnt eene goede bui te
hebben, daar hij zijn zaakwaarnemer te Byzantium
tegeuwoordig heel niet laat mauen om de achter-
stallige schatting. Of die 't noodig zal hebben
zijn schatkist te voorzien, dat zeker. De roebels
komen te St. Petersburg nooit van onpas, al is
't ook voor de rebellen in en buiten de Balkan
staten voor zekeren Nicolas, in de zwarte bergen
huizendevoor de bekende schoone zwervende
vorstin en voor het staande leger, dat nog steeds
wordt versterkt. Het recruten—contingent is voor
dit jaar in plaats van op 235000 op 250000 man
bepaald.
Het laatste nieuws gaan we in deze woorden
samenvattenGelijk te denken viel, Nathalie
vindt bescherming in Rusland, zij is de belee-
schrikkelijk Haar minnaar, haar vriend, haar
vader, alien waren valsch jegens haar geweest, en
de eenige welwillendheid ondervond zij van een
man, dien zij moedwillig had beleedigdArme
kleine Blossom! Zij was een vroeg gerijpte, en
naar ik vrees, zeer ondankbare bloesem en nu
zat zij te sidderen bij de eerste windvlaag van het
ongeluk. Zij had den schoot van haar kort katoeuen
rokje over hare schouders gelrokken, hare kleine
voeten in de schoenen met gespen en kousen met
klinken pathetisch voor zich uitgestrekt en schom-
melde nu in pijnlijk onbehagen heen en weer.
Doch gezonde jeugd kenmerkt zich door een veer-
krachtig reactie-vermogen, en een paar uurtjes later
was Thankful beneden in den koestal, sloeg hare
armen om den hals van haar geliefkoosde vaars,
aan welke zij een deel van haar harteleed toever-
trouwde en die haar op gevoelvol likkende wijze
eene soort van sympathie betuigd. Daarop beknorde
zij Cesar, zonder eenige reden, en keerde een oogen
blik later in buis terug met het voorkomen van een
diepgekrenkte engel, die in een of ander hemelsch
denkbeeld van wereldverbetering was teleurgesteld,
maar toch niet geheel ongezind tot vergiffenis, -
een schouwspel, dat den majoor Van Zandt in de
duistere diepte der gewetenswroering deed verzinken
en hem ten slotte bewoog, uit te gaan en bij zijne
manschappeu in t bivouac aan den straatweg eene
pijp Virginia-tabak te rooken. 'loen Thankful dit
Blossom is bloesem.
digde en verongelijkte vorstin, en de Fransche
pers, die gaarne in Russische wateren zeilt, zegt
precies hetzeifde. De schoone vertrekt spoedig
uit Weenen, waar men geen notitie van haar neemt
en heeft kamers besteld te Parijs, omdat hare
tegenwoordigheid in Rusland thans minder ge-
wenscht wordt geacht. De procureur der Russische
heilige synode was haar raadsman te Wiesbaden.
In de kamerzitting van Dinsdag, waarvan wij
in ons vorig nummer eenige telegrafische berichten
hadden, heeft de heer Doraela Nieuwenhuis een reeks
van hatelijkheden gedebiteerd aan zijne medeleden,
die tevens aandeelhouders in de Nederl. bank zijn.
Zoo veronderstelde hij eerst, dat de heer Gleichman
was afgetreden als commissaris van de Bank, omdat
hij deze beide betrekkingen onvereenigbaar achtte
en vroeg hij of de heer Gleichman nog aandeelhouder
was. Toen deze ontkennend antwoordde, zeide de heer
Nieuwenhuis, dat misschien de aandeelen van den
heer G. wellicht op eens anders naam waren over-
geschreven.
Toen hij een oogenblik later bemerkte, dat de
leden onder elkander praatten zonder naar hem te
luisteren, verzocht hij hun die gesprekken in de
koffiekamer te houden, waar zelfs „vergunning" is.
Ten slotte wenschte spreker dat alle leden, in
handen des Voorzitters, voor de stemming de plech-
tige verklaring afleggen, dat zij geen aandeelhouders
zijn in de Bank. Hij begon met voor zich die
verklaring te doen.
De heer Gleichman nam daarop het woord en
zeide, dat het de eerste maal en ook de laatste
maal is, dat hij aanleiding vindt in 't door den
heer Domela Nieuwenhuis gesprokene, om in debat
te treden.
Deze constateerde dat spr. zijn ontslag had ge-
nomen als commissaris der Bank wat volkomen
waar is maar hij voegde daaraan een onderstel-
ling bij, omtreut de motieven voor dat besluit,
waarmee noch de Kamer, noch de heer Doraela
Nieuwenhuis heeft te maken. Spr. verklaart, dat
het niet de overtuiging die de heer D. N. hem
toedicht, omtrent het niet gelijktijdig kunnen be-
hartigen van de landsbelangen en die der Bank
geweest is, die spr. heeft bewogen zijn ontslag te
nemen.
Nadat spr. verklaard had, dat hij geen aandeel
houder was, meende de heer Nieuwenhuis te mogen
onaerstellen dat hij zijn aandeelen wel tijdelijk aan
anderen kon hebben overgedragen. Tegen zulke
en latere insinuatien van gelijk allooi op te komen
acht hij beneden zich. Hij verlaagt zich niet om
ze op te rapen, veel minder ze te beautwoorden.
(Bravo's der kamerleden)
De heer Schaepman wenschte ook zijuerzijds den
zag ging zij vroeg naar bed en schreide zich in
slaap. En het scbeen wel, dat de natuur haar
voorbeeld had gevolgd, want met zondsondergang viel
een sterke dooi in en tegen middernacht kabbelden
en ruischten de van ijs bevrijde rivieren en beekjes
zeer melodisch, en boom en struik en heg waren
vochtig en druipend.
Met moeite drong het morgenrond eindelijk door
den nevel, die de geheele streek bedekte. Daarop
had eene dier tooverachtige, aan het klimaat dier
landstreek eenige veranderingen plaats, welke juist
in dien voor de geschiedenis zoo gedenkwaardigen
winter en lente bijzonder opmerkelijk waren. Op
dien 3 Mei, tegen tien uren, had eene gloeiende
Junizon den mistigen sluier verscheurd en wierp
hare felle stralen over de wilde, ruwe bergruggen
van Jersey. De bevroren grond beantwoordde dezen
warmen kus slechts flauw; alleen eenige wilgen,
die een gelen zoom langs den oever der rivier vorm-
den, namen wellicht een donkeren tint aan. Doch
de landlieden waren overtuigd dat de lente eindelijk
was aangebroken, en zelfs de deftige, afgemeten
majoor Van Zandt kwam toesnellen om miss Thank
ful te berichten, dat een zijner mansehappen op de
weide een viooltje had gezien. In een oogenblik
had Thankful haar manteltje omgedaan en haar
houten klompjes aangetrokken om den eersteling
van den draleude zomer te bezichtigen. Het sprak
van zelf dat majoor Van Zandt haar vergezelde en
zoo snelden zij, zonder aan huune vroegere oneenig-
heer D. Nieuwenhuis een woord toe te voegen om
hem te zeggen hoe de vrijheid van 't woord in de
Nederl. Volksvertegenwoordiging wordt verstaan.
Men heeft te zorgen dat die vrijheid niet hierin
ontaarde, dat ons Bij blad worde een Bijblad van
Recht voor Allen. Maar de spreker heeft ook
ontdekt, dat hier zijn onwaarheden worden ach-
terhaald.
De heer Gleichman gaf hem reeds een les, die
voor de ,kenschetsing van zijn karakter voor zijn
medeleden niet noodig was, maar die tevens den
heer Nieuwenhuis heeft kunnen leeren 't karakter
zijner medeleden te eerbiedigen. De onderstelling
omtrent de overdracht van aandeelen van den heer
D. N. doet twijfel outstaan aan de geloofwaardigheid
van de verklaring van dien spr., dat hij geen
aandeelhouder der Bank is. Overigens is 't beter
met den heer N. niet in discussie te treden, omdat
hij een taal spreekt, dien velen hier nog niet ver
staan hij spreekt toch van roof, waar anderen van
winst spreken hij heeft vreemde begrippen omtrent
eigendom en alles wat daarmee in verband staat.
De heer Nieuwenhuis schijnt ook een bijzondere
opvatting te hebben van den normalen arbeidsdag
der leden van de Kamer, daar hij nog bijna geen
enkele sectie-vergadering heeft bijgewoond.
De heer D. N. meende een motie te moeten
voorstellen, omdat't zoo gemakkelijk is een rijksbank
in te stellen. Welnu, laat hij zijn werk dan vol-
tooien en daartoe een voorstel indienen.
Eindelijk nog ditde heer D. N. dreigde met
't ougeduld des volks. Spr. wenscht hem op te
merken, dat die spreker en zijn volgelingen reeds
menigmaal door de steeds met 't ongedula des
volks bedreigde autoriteiten zijn in bescherming
genomen, niet tegen het ongeduld, maar tegen de
veroutwaardiging des volks. (Luide bravo's).
In de Donderdag gehouden zitting der Tweede
Kamer is het algemeen debat over de bankwet
voortgezet. De heer Van Baar drong bij de
regeering aan om precies aan te geven tot hoever
wijzigingen in het ontwerp konden worden aan-
gebracht. De motie-Domela Nieuwenhuis achtte
hij onaannemelijk.
De heer Rutgers was niet tegen verlenging van
het contract maar zag geen reden tot vrees. Indien
de bank weigerde de gewijzigde voorwaarden aan
te nemen, dan zou men of met een ander con-
tracteeren of een staatsbank oprichten. Sterk
kantte hij zich tegen het geven van landbouwkrediet
door de bank, als nadeelig voor landbouwers.
De heer Van Houten bestreed den heer Domela
Nieuwenhuis en wees erop dat deze geheel voor-
bijzag de diensten door de bank bewezen en de
voordeelen door haar aan de nationale productie
bezorgd. Hij ontkende dat men in 1863 roof
bedoelde, en deed uitkomen dat eene staatsbank
zeer nadeelig zou kunnen zijn voor het crediet
heden te denken, als een paar kinderen de vochtige,
steenachtige helling op, welke naar de moerassige
weide voerde, zoo machtig was de invloed der
heerlijke lentelucht. Doch de viooltjes waren diep
verborgen. Zonder zich om het natte gras en haar
nieuw kleed te bekommeren, zocht Thankful met
hare vingers in het spichtige gras, terwijl de majoor
Van Zandt tegen een rotsblok leunde en haar met
bewonderende blikken aanzag.
vOp die manier zult. gij nooit bloemen vinden,"
zei Thankful eindelijk, terwijl zij hem met een on-
geduldigen blik aanzag. ,Ga op uwe knieen liggen,
als een eerlijk man. Er zijn nog eenige dingen in
deze wereld, die waard zijn, dat men zich er voor
bukt
De majoor knielde terstond naast haar, doch op
dit oogenblik vond juffer Thankful hare bloemen
en sprong weer op hare voeten. #Blijf waar gij
zijt!" zeide zij schelmsch, boog zich over hem en
stak hem een bloem in het knoopsgat van zijn rok.
„Hiermee wil ik mijne onbeleefdheid weer goed ma
ken. Zoo! en sta nu op."
Maar de majoor stond niet op. Hij greep de beide
kleine handjes, die als vogeltjes om zijne borst had
den gefladderd, zag in een lachend gelaat boven
hem en zeide: ,/Mijn beste miss Thankful, vergun
mij, u aan uwe eigen woorden te herinneren, dat
er nog enkele dingen bestaan, die waard zijn, dat
men er voor bukt. Beschouw mijne liefde als een
bloempje, dat u misschien niet zoo lieftallig voor-
TER MZENSCHE C01IRA1ET.