Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeuwsch- Vlaanderen.
i
I
No. 2406.
YVoensdag 6 Juni 1888.
28e Jaargang.
j i* I
AASBESTED1S& SCHOOLBEHOEFTEN.
THANKFUL BLOSSOM.
Binnenland.
i
uf
s5
i. -
-
s
ABONNEMENT:
Zaterdag den 16 Juni 1888,
de levering van SCHOOLBEHOEF
TEN voor de Openbare Lagere
Scholen in die Gemeente, voor
1888.
FEUILLETON
4)
i
A
i
•Z h
96 4
it
tt
e":
4,30
4,50
TEK VEIZEYSI'HE <01 RUT
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,Eranco per post: Voor
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,32£.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
ADVERTENTIIlN:
Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elken regel meer /0,10. Grootere letters
worden naar plaatsruimte berekend.
Men kan zich abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per
]aartot veel verminderden prijs.
Hit blad verschijnt Klnnilas- en Vrijjdsigavond bij den nitgercr P. J. VAN I»E SANDEtc Ter Neuzcn.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
Gemeente Iloiitenisse, zullen op
des namiddags 3 ure, bij enkele iuschrijving,
in 2 PERCEELEN
r~7h
Bestek en voorwaarden van aanbesteding zullen
tegen betaling van f 0,25 van af den 7 Juni e. k.
verkrijgbaar zijn ter Gemeente-Secretarie.
Hontenisse, 5 Juni 1888.
COLLOT d'ESCURY, Burgemeester.
P. J. van BRABAND, Secretaris.
JPolitielt Overzicht.
De Duitsche Keizer betert, dat is een goed begin
voor ons overzicht. Docter Mackenzie heeft weder
een nieuw buisje in de luchtpijp gebracht, toen
de Keizer van een wandelrid terug kwarn en de
bewerking geschiedde naar wensch.
Zijn collega, de monarch van Brazilie, thans in
Italie om het heerlijke klimaat tot zijn herstel te
genieten, gaat ook vooruit. Z. M. don Pedro voelt
zijne krachten aanwinnen. Op aanraden van ziju.
geneesbeer gebruikt liij een badiurichtiug te Milaan.
Dat gaat daar niet voor een bagatel, tenminste de
eigenaar schrijft raak. De rekening, welke den
kamerheer der Braziliaansche Majesteit werd aange-
bodeu, bevatte drie posten, als volgtDrie douches
met alwrijving fr. 1000, koffie fr. 75 fooien fr. 50.
Z. M. tnag niet over de kleintjes kniezen, goed-
koop zal liij 't in Milaan niet viuden. Als Pedro
echter voor goed baat mag vinden, dan zal hij
zich er niet over beklagen, dat de Milaneezen hem
zoo geschoren hebben.
Eene audere Majesteit, nl. de Koningin regentes
van Spanje, schijnt buitengewoon hupsch te zijn.
Zij reist haar koninkrijk door. Te Barcelona heeft
ze gedaan, wat menig man haar niet nadoen zou.
Dagelijks bezocht zij de tentoonstelling en de vloot,
voorts had zij officieele bezoeken te ontvangen en
te brengen, uitstapjes in de omstreken te maken,
komedies bij te wonen, bezienswaardighcdeu te
bezicbtigen, revues en onthullingen van standbeelden
met hare tegenwoordigheid op te luisteren en
altijd onvermoeid. De internationale vloot-demon-
stratie heeft ook een uitslekendeu iudruk gemaakt,
de duizenden saluutschoteu, die voornamelijk de
Koningin golden, hebben tot verhooging van het
Koninklijk prestige veel bijgedragen.
I"' in ii i
(Naar Bret Harte.)
Een teederminnende blik uit hare bruine oogen
vergezelde deze woorden; hare wenkbrauwen sid-
derden in bekoorlijk schuchtere ontroering, en in
haar blik lag zulk een hartelijk smeekende, angstig
vragende uitdrukking, dat de kapitein haar terstond
recht innig kuste. Daarop volgde, als finale, de
laatste omhelzing, welke door den kapitein op ta-
melijk onverschillige wijze werd behaudeld, niet zon-
der bezorgdheid wegens de breekbaarheid van een
gedeelte van zijn mondproviand. Na zich door een
voorzichtig fasten in den rokzak overtuigd te heb
ben, dat de gekookte eieren geen letsel hadden ge-
kregen, groette hij Miss Thankful met de andere
hand op militaire wijze en verdween in de duis-
ternis van het smalle voetpad. Weinige minuten
later klonk de hoefslag van zijn paard scherp en
regelmatig van de bevroren heuvelhelling.
Nauwehjks had hij den top bereikt, of plotseling
zwenkten twee ruiters hem op den straatweg van
uit de schaduw tegemoet en riepen „halt
//Kapitein Brewster zoo de maan mij niet
bedriegt?" vroeg de voorste met stijve beleefdheid.
Een andere Koningin-moeder, Prinses Clementine
is van hare reis door het rijk haars zoons, in Sofia
teruggekeerd. Yorst Ferdinand was haar met zijne
ministers te gemoet gereisd. Aangezien de oude
dame eene goede reis gemaakt heeft, mag men
veronderstellen, dat de gemoederen in Bulgarije tot
rust ziju gekomen. Spbedig gaat zij naar het
buitenland. Waar heen P Naar Petersburg zeker
niet, want Czaar Alexander mag't oude mensch niet,
dat spreekt.
z/Hij is zelf den duivel te slim af." Wie? Wei,
wie auders dan de man uit Yarzin. Zijne wegen
zijn duister en wonderbaar. Weerwraak voor de
kleine onaangenaamheden, die enkele Duitschers in
de laatste weken in Frausche grensplaatseu onder-
vouden, dat is het, waarom de pasmaatregelen voor de
grenzen van Elzas-Lotharingen zijn genomen; zoo
zei men. Men is mis. De bedoeling van Von
Bismarck is eene gansche andere. De Franzosen-
fresser wil een scheidsmuur oprichten tusschen
Fraukrijk en de Rijkslanden, en de bewoners der
geannexeerde provincien dwingen, de oogen naar
bet Oosten inplaats van naar het Westen te richten.
Hij weet, dat de zeventien jaren, die sedert den vrede
van Frankfort zijn verloopen, de Franschen niet
hebben geleerd te berusten in hun lot, rnaar hen meer
hebben verbitterd. Hij zal dus tracht.en het verkeer
tusschen de beide landen te beperken. Yolgt
Fraukrijk hem nu na met //leer om leer", wat de
passenhistorie betreft, dan komt hij juist waar hij
wezen wil. Die leepertEn hoe past hij de
nieuwe bepalingen toe? 't Is geen bloote formaliteit,
rnaar hij maakt het den Franschman zoo lastig
inogelijk. Ziehier! Het //visum" van de Duitsche
ambassade te Parijs aan buitenlanders, dat is, aan
niet-Franschen, wordt onmiddellijk gegeven rnaar
meldt zich een Franschman aan, dan outvangt deze
beleefd verzoek, altijd ,/gansch hoflich", om over
acht dagen terug te komen, daar men eerst bij de
autoriteiten in Elzas—Lotharingen inlichtingen om-
trent hem en zijne betrekkingen in de Rijkslanden
moet inwinnen. Natuurlijk zijn slechts weinigen
geneigd hiermede genoegen te nemen, en zoo wordt
het reisplan gewijzigd of geheel opgegeven. De
Compagnie de 1* Est heeft dan ook reeds voor
reizigers, die zich uit Fraukrijk naar Oostenrijk of
Duitschland willen begeven, treinen georganiseerd,
die de rechtstreeksche route over het gebied van
de Rijkslanden vermijden en een omweg maken.
Zoo helpen de Franschen Von Bismarck mee om
te komen waar hij wezen wil.
Geen woord vindt op dit oogenblik meer aan-
dacht dan de rede van den Hongaarschen premier.
Zelfs tot in 't kleine Zwitserland is het woord ge-
hoord. De verklariugen van Tisza zijn ernstig, de
meest verontrustende, die sedert langen tijd zijn
gehoord, zegt het Journal de Geneve. Indien een
zoo ervaren staatsman het noodig heeft geoordeeld,
zulke waarschuwingen te doen in voor Fraukrijk
z/Dezelfde; Majoor Van Zaudt, vermoed ik?" ant-
woordde Brewster op otigerusten toon.
//Het vermoeden is juist. Het spijt mij,kapitein
Brewster, rnaar het is mijn plicht, u mede te deelen
dat gij mijn gevangene zijt."
nWie heeft daartoe bevel gegeven?"
z/De generaal en chef."
»Om welke reden?"
z/Oproerig gedrag, vergrijp tegen den eerbied je-
gens uwe meerderen.
De sabel, die kapitein Brewster hij de onver-
wachte verschijning der beide nachtelijke ruiters
uit de schede had getrokken, beefde een oogenblik
onheilspellend in zijn gespierde vuist. Daarop stiet
hij hem eensklaps heftig dwars door den zadelknop
heen, boog hem tot hij brak, en wierp de stukken
voor de voeten van den ander.
Voorwaarts dan," riep hij met verbeten woede.
//Kapitein Brester," sprak majoor Van Zaudt
met waardigen ernst, „ik behoef u niet te wijzen
op het gevaarlijke van zulk eene onverbloemde
opgewondenheidvan den praktischen kant bezien
zou ik u hoogstens opmerkzaam kunuen maken op
de uitwerking, welke zij moet hebben op de mond-
behoeften in uw zak. Als ik mij niet bedrieg
hebben deze hezelfde lot ondergaau als uw kling.
Voorwaarts marsch!"
Kapitein Brewster sloeg den blik naar beneden
en liet zijn paard wat langzamer draven, toen hij
bemerkte dat de van hun beschermend liulsel be-
zoo kwetsende terrnen, dan moet hij ernstige redenen
hebben en dingen zien, die wij niet zien, zegt
het blad. De uiterste linkerzijde der Hongaar-
sche Kamer gaf in eene motie te kennen, dat zij
de uitlatingen van den minister met verontwaar-
diging had vernomen. Zij meent, dat het niet te pas
komt voor een minister van een constitutioneelen
staat om eene bevriende natie zoo te beleedigen.
Zij wenscht aan de Parijsche tentoonstelling het
meeste succes en meent dat geheel llongarije hare
meening volkomen deelt.
Het schrijven uit Tilburg aan 't Hbl., waarin
werd verzekerd, dat de gedwongen winkelnering,
waarover in den laatsten tijd zoo druk is geklaagd,
wat de veenstreken betreft, ook in Tilburg nog
steeds aan de orde is, heeft het Sociaal Weekblad
aanleiding gegeven tot het instellen van een onder-
zoek. Daaruit blijkt, dat werkelijk ook te Tilburg
en in de omstreken aldaar het stelsel nog bestaat,
doch niet anders voorkomt dan op kleine fabrieken.
Ook heeft hier en daar de meesterknecht een
wiukel. Tot zekere hoogte wordt door het S. W.
bevestigd wat aan het Hbl. geschreven is, maar
er wordt bijgevoegd, dat de voorstelling in dat
blad niet geheel juist is geweest en niet vrij was
van overdrijving.
De Tilb. Ct. schrijft van deze zaak
z/Er zal wellicht nog een enkele werkgever in
Tilburg zijn, die de gedwongen winkelnering direct
of indirect exploiteert, doch wanneer een handelaar
om schurkenstreken de Amsterdamsche beurs wordt
afgedrongeu, zijn daarom de meeste beursbezoekers
aldaar schurken Wanneer een fabrikant geen
eer aan zijn zaak doet, zijn vele anderen daarom
onsolide? Kortom waar tocli is koren zonder kaf?
De zeer enkele fabrikanten, wier meesterkuechts
er eene gedwongen winkelnering op na houden en
met briefjes werken, ziju aan een ieder bekeud,
terwijl hun handelingen in 't publiek, zelfs in hun
bijzijn scherp worden afgekeurd, doch,'t is bespotte-
lijk, om, waar slechts zeer weinigen zulke schrome-
lijke misbruiken in stand houden, hiervoor velen, ja
geheel Tilburg aansprakelijk te stellen."
Bij eenige regimenten infanterie zullen als
proef de recruten in de derde afdeeling recruten-
school geoefend worden door de officieren der com
pagnie en niet meer door den bataljous-adjudant.
Ten einde een goed railitie-kader te verkrijgen,
zal eenige miliciens der lichting 1888, die daarvoor
goeden aanleg hebben, een examen worden afgenomen
in het rekenen, schrijven en lezen. Daarna zullen
zij theoretisch en praktisch onderwezen worden in
al hetgene zij voor den graad van sergeant en
korporaal-milicien noodig hebben, zoodat velen
hunner bij het naar huis keeren gegradueerd zullen
roofde dooiers van Miss Thankful's kostelijk geschenk
langs de zijden van zijn paard afdropeu.
II.
Miss Thankful bleef zoo lang bij den muur staan,
tot haar minnaar verdwenen was. Daarop keerde
zij zich om, snelde als een schaduw over het door
de bleeke maan slechts half verlichte plein, gleed
langs den muur onder beschutting van het voor-
uitspringende dak, sloop door den boomgaard, tel-
kens van den eenen boom naar den anderen sprin-
gende en onder elken een poos stilstaande, evenals
eene forel, die over de ondiepten in eene rivier
glijdt en telkens in de schaduw van den oever
ophoudt. Eindelijk bereikte zij de woning en trad
door de keukendeur binnen. Zij sloop de achtertrap
op naar haar dakkaraertje, uit welks venster zij
een half uur vroeger het als siguaal dienende licht
had weggenomen. Thans stak zij het weer aan
en plaatste het op eene latafel, nam haar kap af,
wierp den mantel zonder armen over een stoel,
ging voor den spiegel staan en begon de wanorde,
door des kapiteins armen in haar kapsel gesticht,
te herstellen en, naar den aard barer sekse, ook alle
overige sporen van de onstuimigheid des minnaars
uit haar toilet te verwijderen. Het zij ons vergund,
hier op te merken, dat alleen een man verstrooid
of ontstemd genoeg kan zijn om na een bijeenkomst
met zijne Dulcinea in een gezelschap te komen,
zonder te bemerken dat zijn das scheef zit of dat
aankomen, dat op de vrij willige dienstneming
grooten invloed kan uitoefenen. Een dertigtal
adspiranten bij het bataljon hebben zich hiervoor
reeds opgegeven.
Vrijdagmorgen is in het wisselkantoor der
Nederlandsche bank te Amsterdam een brutale
diefstal gepleegd, Toen de concierge der Handels-
school, naar maandelijksche gewoonte, het mandaat
voor de traktementen der leeraren ad f 2874,93
bij den kassier had ontvangen, deed hij de ontvangen
bankbiljetten in eene bruine enveloppe en bergde
dieu in den zijzak van zijne overjas, terwijl hij een
bankbiljet van f 60 en een van f 40 in een zakje
in de hand hield, met het doel om dit op het
daarnaast gelegen wisselkantoor tegen geld te ver-
wisselen. De dieven want, zooals later uit de
mededeeling van een jongen bleek, schijnen zij met
hun tweeen te zijn geweest hebben vermoedelijk,
terwijl de concierge aan het loket het speciebriefje
invulde, hem de enveloppe met de f 2800 aan
bankpapier uit zijne jas ontstolenalthans toen
hij na ontvangst van het gewisselde het papier
in den linnen zak bij het geld wilde voegen, was
de enveloppe verdwenen. Op zijnen uitroep//Ik
ben bestolen," werd onmiddellijk de bank gesloten,
de politie getelephoneerd en een ernstig onder-
zoek ingesteld, dat echter voor het oogenblik tot
niets leidde.
Volgens het zeggen van den bedoelden jongen
waren twee kerels haastig het wisselkantoor uitge-
koraen, die hem met een //vooruit" zoo hardhandig
op zij tegen den muur hadden geduwd dat hij
daarbij zijnen arm bez'eerd had.
Naar aanleiding van het verliezen van het
proces tegen Berend Hoitzema Enuma door de
ereeniging tegen de kwakzalverij acht het bestuur
het waarschuwen door middel van het maandblad
verder onmogelijk vol te houden, en heeft het
besloten vanwege het bestuur het voorstel te doen
de Vereeniging op te heffen.
Het bestuur doet het niet om het gering fiuancieel
verlies door het proces geleden, noch omdat de
Vereeniging innerlijk verzwakt is, niet omdat zij
niet nog zeer nuttig zou kunuen werken, maar
alleen omdat de wet, of de uitlegging door eene
rechtbank aan de wet gegeven, haar verhindert
met haren nuttigen arbeid voort te gaan.
Blijkens het jaarverslag der weesinrichting te
Neerbosch is deze stichting over het jaar 1887
weder belangrijk uitgebreid, en wel door aankoop
van twee hectaren grond. Om echter een geschikt
terrein te vinden vpor het bouwen van een nieuw
weeshuis, waarvan het plan reeds het voorgaande
jaar was ontworpen, was het noodig dat de iurichting
eigenares werd van een bosch, voor zoover dit aan de
noordzijde van de inrichting was gelegen.
Door de hulp van een weezenvriend, die hiervoor
f 10,000 schonk, werd men in staat gesteld, 2
er een lang blond haar aan een knoop van zijn jas
is gehecht. Maar met „mademoiselle" is het een
ander geval j wie zou aan het effen gezicht en
de smetteloos reine pootjes van Mimi de poes kun-
nen zien, dat zij pas aan de melkkan heeft gezeten
Zoo voor deu spiegel staande, was Thankful, naar
mij dunkt, volkomen over haar voorkomen tevreden.
En wie zou hebben durven betwijfelen, dat zij daartoe
alle reden had? En toch was haar kleed slechts
van gebloemd katoen, hoog om den hals geplooid,
terwijl een korten grijswollen rok haar kostuum
voltooide. Doch de bouw van het lichaam en de
vorm van elk lid waren zoo vol maakt en sierlijk,
de houding van het hoofd zoo onvergelijkelijk, en
de fijne voetjes, hoewel in dikke schoenen stekende,
zoo prachtig van lijnen, dat het geheel denindruk
maakte van echte, ware schoonheid. Mistress
Thankful opende na eenige oogenblikken de deur
en luisterde. Daarop sloop zij zachtjes de achtertrap
af, naar den donkeren gang, waar de deur der be-
zoekkamer kenbaar was aan een flauwe lichtstreep
boven den drempel. Een oogenblik bleef zij aarzelend
staan, toen plotseling eene hand de hare greep en haar
meetrok naar de woonkamer aan den anderen kant.
Ook hier was het donkereenige oogenblikken gin-
gen verloren in het rondtasten en zoeken naar
zwam en vuurstaal, waarbij de in den weg staande
Inplaats van Miss, was Mistress, evenals het Fransche
Madame, vroeger een gebruikelijke beleefdheidsvorm om ook
ongehuwde dames aan te spreken.