Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeuwsch-Vlaanderen,
No. 2380.
Woensdag 7 Maart 1888.
28e Jaargang.
ZONDER NAAM.
Biniienland.
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,Franco per post: Voor
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika l,32f
Men abonneert zich bij alle Boekliandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
ADVERTENTIEN:
Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elken regel meer 0,10. Grootere letters
worden naar plaatsruimte berekend.
Men kan zich abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per
jaar, tot veel verminderden prijs.
Bit bind verscliijjnt Dinsdas- en Vrl|dngnvond bij den nltecvep P. J. VAN D E SANDE te Tep Neuzen.
,E»olitieli Overzicht.
De ffFrausche schoonzoon" is tot tweejaren ge-
vangenisstraf, 3000 francs boete en 5 jaar verlies
van burgerrechteu veroordeeld. In de Fransche
kamer is algemeen de meeniug geuit, dat dit vonnis
veel te streng is. De overige beschuldigdeu, waar-
van "Wilson alleen de medeplichtige heette, kwamen
er dan ook veel genadiger af: Ri bandeau kreeg 8
maanden, Dubreuil 4 maanden en Hebert een maand
gevangems en madame Ratazzi werd gebeel vnjge-
sproken. De rechtbank heeft zich alleen bepaald
tot het geval van Crespin de la Jeanniere en aau-
genomen dat aan hem door of van wege W ilson
eerst 200,000 francs voor een decoratie gevraaga
was; daarna sloeg men af tot 25000 francs en
eindelijk 20000 francs, welke som Crespin wel
geven wilde; bij gaf zelfs 5000 francs vooruit,
waarop Wilson hem, ofschoon zonder succes, aan
generaal Faidherbe, groot kauselier van het legioen
van eer, aanbeval. Toen Crespin zag, dat de hem
beloofde benoeming uitbleef, eischte hij zijn geld
terug en hij ontving dit toen ook van Wilson zelf.
De rechtbank overwoog, dat het gedrag van Wilson
onverantwoordelijk was voor ieinand van zijn positie
en fortuin en compromitteerend voor de nationale
eer, vooral daar hij het Elysee bewoonde en daar
zijn handel dreef. Hij zal natuurlijk van dit vonnis
in hooger beroep komen en wij zullen dus nog
wel nader op deze onverkwikkelijke zaak terug
rnoeten komen.
Volgens een Reuter—telegram hebben nu alle
mogendheden op Ruslands voorstellen betrelfende
Bulgarije geantwoord. Rusland had niet aange-
drongen op een collectieven stap der mogendheden
bij de Porte, doch elke mogendheid afzonderlijk
verzocht om zijn wensch te Konstautinopel te onder-
steunen. Engeland heeft daarop geantwoord, dat
het den Sultan niet aanraden kan om iets te doen
wat de verwijdering van prins Ferdinand tengevolge
zal hebben, voordat men voldoende maatregelen
voor de regeling der kwestie na zijn vertrek ge-
nomen had. Enkele bladen zijn geneigd te gelooven
dat Rusland alleen voor den dag gekomen is met
een voorstel dat niet vatbaar is voor aanneming,
om, tegenover de besluiteloosheid van Europa, een
molief te hebben om zelf het initiatief in deze zaak
te nemen. Uit Warschau meldt men dat er voort-
durend nog troepenbewegingen op de grenzen plants
hebben, wier doel niet duidelijk is, doch die meer
aan versterking dan aan verzwakking der grens-
vestingen doen denken.
De expeditie naar Abessinie zal Iialie waarschijn-
lijk nog zware offers kosten. Naar het Berl. Tgbl.
verneemt is het leger van den Negus, volgens
officieuse opgaven 86000 man sterk. Men ver-
wacht dagelijks bericht van de eerste botsingen
tusschen de voorposten. De Minister van Oorlog
deelde den generaal San Marsano, opperbevelhebber
FEUILLETON.
Historisch verhaal van H. H.
Weldra verdween iedere gedachte aan Anna uit
mijn geheugen, want een nieuwe hartstocht had
zich van mij meester gemaakt ik beminde een
jonkvrouw, Jakobea van der Tranen, en ik vond
wederliefde. Meer nog, mijn oom zelf wenschte
mijn verbintenis met de spruit van een der rijkste
en edelste geslachten der mark, en om mij den gelijke
te maken met mijn uitverkorene, verklaarde hij mij
tot erfgenaam van zijn bezittingen, en zoodra keizer
en landsheer hun toestemming hadden gegeven,
waaraan niet viel te twijfelen, zou ik tevens zijn
naam erven, wanneer hij zijn zonen zou zijn gevolgd
in het graf.
Wat achter mij lag was dood, zou dood zijn
en onherroepelijk voorbij. Ik vierde mijn verloving
met Jakobeatoen reisden wij samen naar mijn
ouders, daar mijn vader, die aan zijn ziekestoel was
gebonden, de bruid van zijn zoon wenschte te zien
en te zegen
ik kon den
zonder dat een
verduisterde.
De eerstvolgende tijd vloog voorbij in schitterende
Daarna huwde ik de geliefde en
aan haar vinger stekeu,
gedachte aan Anna mijn geluk
trouwnng
der expeditie, mcde, dat er een brigade gereed stond
om naar de Roode Zee te vertrekken, als hij ver-
sterkingen noodig had.
De Duitsche Rijksdag beraadslaagda in tweede
lezing over een voorstel van de afgevaardigden
Hitze en Ackermann tot wijziging der wet, die het
ambachtswezen regelt, en wel over de „Befahi-
gungsnachweis," de bepaling, krachtens welke de
zelfstandige uitoefening van zekere beroepen voortaan
alleen" mag worden toegestaan aan personen, die
bewijfc leveren dat zij de daartoe noodige bekwaamheid
bezitten. Op de lange lijst dezer beroepen staau
onder anderen vermeld die van barbier, bakker,
kuiper, boekbinder, drukker, koek— en banketbakker,
kapper, metaalgieter, goud-, zilver- of juweelwerker,
hoedenmaker, blikslager, passementwerker, zeven-
maker, parapluiemaker, schrijnwerker, kleermaker,
schoenmaker, decorateur, horlogemakerwever,
timmerman, metselaar, werktuigkundige, opticus,
slachter, molenaar, schrijnwerker, stucadoor enz.
de voorgestelde bepalingen werden aangenomen, doch
voor het meerendeel slechts met enkele stemmen
meerderheid.
Prins Wilbelm van Pruisen, de oudste zoon van
den Kroonprins, heeft zich na de begrafenis van
zijn neef, Prins Lodewijk van Baden, naar zijn vader
te San Remo begeven, en men verzekert op nieuw
dat Keizer Wilhelm zelf ook nog derwaarts gaan
wil, zoodra het weder dit maar eenigszins toelaat,
terwijl de Miinchener Allg. Ztg. hetzelfde van
Keizerin Augusta meldt. Naar men algemeen
vreest, zal de troonopvolger het niet lang meer
makcn en heeft men in zijn omgeving alle hoop
op herstel opgegeven. Men zal zich voortaan tot
de ofhcieele bulletins rnoeten bepalen, daar Woensdag
aan alle artsen op hoog bevel verboden werd om
voortaan weer iets omtrent zijn toestand aan de
vele te San Remo vertoevende dagblad-correspondenten
mede te deelen. Ook dit wordt als een zeer slecht
teeken beschouwd.
De Prins en Prinses van Wales vieren 10 Maart
hun zilveren bruiloft. Mag men de gerucliten
gelooven dan zullen bij die gelegenheid de engage-
menten publiek worden van den kroonprins van
Griekenland en Prinses Victoria van Wales en tevens
die van den erfprins van Wales met Prinses Alexandra
van Griekenland, Prins Boudewijn, de oudste zoon
van den graaf van Vlaanderen, lieet voorts de
aanstaande van Prinses Louise de oudste docliter
van den Prins van Wales.
Volgens mededeeling van het socialistisch blad
le Peuple zullen er in den loop van dit jaar twee
internationale arbeiderscongressen gehouden worden.
Een daarvan wordt georganiseerd door de Londensche
trade—unions;" daarop zal geen politieke discussie
worden toegelaten, doch zal men zich bepalen tot
bespreking van een internationale regeling van den
arbeid. Het tweede gaat uit van de Duitsche
feesten ver in het ronde prees men rniju geluk.
Ondersteund door de rijke giften van mijn oom,
gelukte het mijn ouders, ons oud vervallen slot tot
het middelpunt van een gezellig verkeer te maken
en het schitterende verleden te doen herleven.
Op zekeren dag keerden wij van een xijtoer
terugop een vurig ros, aan de zijde van mijn
schoone, trotsche gemalin, omgeven door een stoet
van ridders en jonkvrouwen, reed ik daar heen
door de heerlijke, geurige morgenlucht zonne-
licht, glans, vreugde, waarheen mijn oog dwaalde,
daarboven in het wolkelooze blauw van den hemel,
in het lachen van den jeugdigen kring roudom mij,
in Jakobea's gelaat het hart zwol mij van geluk
en gejubel, zoo wijd, zoo hoog.
Op een mijlpaal aan den weg zat een vrouw met
een teeder kind in den schoot. Een eenvoudig,
bruin wollen gewaad omgaf haar slanke gestalte
een zwarte aluier bedekte hoofd en gelaat. In
gebogen houding zat zij daar, onbewegelijk, als uit
steen gehouwen een sprekend beeld van zwaren
diepen rouw. Zij zag niet op tot het schitterende
gezelschap, waarnaar het kind juichend de armpjes
uitstrekte, niet eerder, voor mijn echtgenoote Jakobea
in een overmoedige goedhartige luim de welgevulde
beurs uit den gordel trok, en haar in den schoot
wierp van de vrouw, wier uiterlijk geen spoor van
armoede verreid. Toen blikte zij op en zag de
dame op het sneeuwwitte ros, wier rijkleed haar
rakelings voorbijstreek, en mij aan hare zijde, en
afbeiders en wordt in Belgie of in Zwitserland
gehouden. Dit zal zich bezig houdeu met het
politieke arbeidersprogramma. De Belgische arbei-
derspartij zal aan beide congressen deelnemen.
Het hoofdbestuur van Volksonderwijs publiceert
een wetsontwerp op den leerplicht, bewerkt door
de heeren H. P. de Kanter, L. Michiels en C. M.
J. Willeumier. Volgens dit ontwerp wordt als
regel aangenomen, dat kinderen van 6 tot 12 jaar
lager onderwijs rnoeten ontvangen en van 12 tot
16 jaar (14 jaar voor meisjes), als zij gpen andere
inrichting van onderwijs bezoeken, herhalings-
onderwijs. Het genie.ten van huisonderwijs wordt
met schoolgaan gelijkgesteld. Het ontwerp stelt
straffen op herhaald verzuimen en wijst aan in welke
gevallen verzuimen niet strafbaar zijn, o. a. wegens
het gebrek aan voldoende ruimte op de openbare
school, wegens waarnemen van godsdienstplichten,
wegens het verder dan op een half uur afstands wo-
nen van een school voor kinderen van 6 tot 9 jaren.
Aan het slot van de Memorie van Toelichting
verklaart de Commissie, dat zij er ernstig aan
gedacht heeft, ook vrijstelling toe te staan bij een
beroep op geraoedsbezwaren, maar dat zij dat niet
heeft gedaan uit vrees voor mogelijke ontduikingen.
Het Hoofdbestuur betreurt het, dat de Commissie,
waar zij zelf erkent dat het rekening houden moet met
mogelijke gemoedsbezwaren een punt van ernstige
ove^weging moest uitmaken, tot negatieve beslissing
is gekomen. Het is van meening, dat bij goede
formuleering vrees voor ontduiking niet te zeer mag
wegen en dat het opnemen van de bovengenoemde
vrijstelling de bij veleu bestaande bezwaren tegen
de invoering van leerplicht zal wegnemeu."
Zoowel de redacteur van het Sociaal Weekblad,
mr. A. Kerkdijk uit Amsterdam, als de heer J.
C. van Marken uit Delft, doen een beroep op de
beurs van alien, wie het lot der arbeiders ter liarte
gaat, ten behoeve der werkstakers te Almeloo. De
heer Van Marken zegt„diep doordrongen te zijn
van het goed recht der werkstakers tegenover de
halsstarrigheid van onverzettelijke patroons," en
belooft van die meening nader rekenschap te zullen
geven. „Men vreeze niet" zegt hij verder
„het verzet door luiheid aan te kweeken. De
geldelijke ondersteuning is en blijft zoo geregeld,
dat slechts de uiterste ellende wordt voorkomen,
terwijl pogingen zullen worden aangewend, om
aan de werkeloozen elders arbeid te verschaffen."
De rivier voor Rotterdam is voor een groot
deel bedekt met lichter wordend drijfijs, alleen
voor zeilschepen hinderlijk.
De vaart van Rotterdam naar boven is grooten-
deels heropend.
De reederij Fop Smit Co. heeft gisteren haar
ik" Von Randnitz' stem dreigde den dienst te
weigeren „ik zag haar, wel slechts een oogenblik
en door de opstuivende stofwolken, maar ik herkende
met ontzetting het bleeke, kommervolle gelaat van
haar, die ik eens mijn goede engel had genoemd
Ik zag de doodgewaande Anna, zag het kind op
haar arm, van wiens bestaan ik niets vermoedde,
dat zij thans ophief, als een zwijgend vreeselijk
verwijt voor mijn schuldToen omhulde een
stofwolk moeder en kind, en alle ellende, alle
schande, en verder ging het in vroolijken draf."
Diep geroerd had George naar het v<erhaal van
den zieken man geluisterd. „Gij spraakt haar
weer?" vroeg hij zacht, terwijl de verhaler als
uitgeput een oogenblik zweeg. Mijnheer Von
Randnitz schudde het hoofd.
„Nooit," antwoordde hij. Zoodra ik gelegenheid
had, zond ik een vertrouwden knaap uit, om haar
op te zoeken, en naar een veilige plaats te geleiden
ik zelf snelde intusschen naar mijn vriend, naar
Rankenfels mijn boozen genius. Ik dacht hem
door de mededeeling van Anna's aanwezigheid te
verpletteren en vond hem triumfeerend; hij wenschte
mij geluk, dat hij door zijn beleid mij den vrede
efi de ongestoorde rust mijner toekomst had verzekerd,
dat hij, naar hij zei, mij een waren vriendendienst
had bewezen. Hij had, zooals hij mij thans
koelbloedig bekende, om mijn „domme streek" weer
goed te maken, mijn brieven aan Anna onderslagen
en valsche daarvoor geschreven valsch waren ook
volledigen dienst hervat, zonder noemenswaardige
stoornis te ondervinden; alleen tusschen Slikkerveer
en Rotterdam bevindt zich nog veel drijfijs.
De booten van Arnhem, 's Hertogenbosch, Tiel,
Kuilenburg en Lekkerkerk hebben gisteren met
succes een reis naar Rotterdam gemaakt.
De stoomboot „Stad Zierikzee I" was ook dit-
maal weer de eerste boot, die den dienst van
Zeeland op Holland hervatte. Gisterenmorgen ver-
trok zij te half acht van Zierikzee en bereikte even
voor 2 uur Rotterdam, na alleen in het Hellegat
tusschen Ooltgensplaat en Willemstad veel last van
buitengewoon veel en zwaar drijfijs te hebben gehad.
Hedenochtend te lOf uur vertrekt de „Stad Zie
rikzee II" van Rotterdam naar Zierikzee.
Het ijs in Kil en Noord, evenals voor Dord
recht, levert der stoomvaart niet veel moeielijk-
heden meer op.
Den lLen Febr. jl. ontving men te Zwijn-
drecht bericht, dat Ds. J. W. H. Kalkman te
Monster het beroep naar Zwijndrecht had aange
nomen, wat den volgenden dag van den kansel
werd afgekondigd.
Iedereen was verheugd, dat men weder spoedig
een eigen predikant zou krijgen.
Doch die vreugde was van korten duur.
Maandag daarop verspreidde zich het gerucht
dat de domine weder bedankt had.
Hoewel dit gerucht niet geheel waar was, steunde
het toch op waarheid.
Wat was er geschied?
De kerkeraad te Monster had ZEerw. Vrijdagavond
10 Februari nog weten te bewegen voor het beroep
naar Zwijndrecht te bedanken. De brief, waarbij
hij het beroep aannam, was echter reeds verzonden
en moest Zaterdagmorgen te Zwijndrecht aankomen.
Doch, wat nood 1
De telegraaf is vlugger dan de post. Een telegram
naar het postkantoor te Zwijndrecht en de brief
werd niet bezorgd.
Doch „de mensch wikt, God beschikt." Daar
het telegraafkanloor te Zwijndrecht gesloten was,
werd naar Rotterdam getelegrafeerd, verder moest
het telegram per bode bezorgd worden. Deze echter
gaf het aan den brievengaarder te Rijsoord af, en
het telegram bleef daar liggen.
Toen Maandag, 13 Februari Ds. Kalkman met
een ouderling van Monster de gemeente Zwijndrecht
bezocht, werd de zaak opgehelderd en ZEerw. zou
die gemeente niet teleurstellen. Zondag 19 Febr.
en ook den 26 Febr. kon men dat ook van den
kansel vernemen. En nu?
Dinsdag jl. ontving de kerkeraad te Zwijndrecht
een schrijven van den heer Kalkman, dat hij voor
het beroep bedankte.
Dat de kerkeraad te Zwijndrecht met deze dubbel-
zinnige en onwaardige handelwijze geen genoegen
neemt, is te begrijpen.
de regelen, die als de hare voor mij zouden gelden.
Hij had het voor mij verzwegen, dat de hemel mij
een zoon had geschonken, en zijn verhaal van den
dood van Anna en haar moeder was slechts een
verzinsel gejveest.
„Het kwam tot een vreeselijke scene tusschen
ons, doch toen ik mij in mijn woede op den ellen-
delling wilde storten, dreigde hij, dat hij alles aan
de mijnen zou verradenIk stond versteend van
schrik maar al te goed herkende ik thans het
ware karakter van den schurk, dien ik in mijn
verblinding mijn vriend had genoemd. Doch ik
moest mijn toorn bedwingen, want hij had het in
zijn macht, door zijn onthulling schande en smaad
te brengen over mij en de mijnen.
Zoo moest ik dus schijnbaar voor zijn motieven
buigen en ook in 't vervolg den ellendigen tafel-
schuimer om mij dulden, die mij, gebruik makend
van mijn zwakheid, zoo ongelukkig had gemaakt.
Mijn arme Anna echter, waarvan ik geen spoor meer
kon ontdekken, hoeveel pogingen ik daartoe ook
aanwendde, scheen de streek dadelijk weer verlaten
te hebben zeker, zij moest immers hem
verachten, die zich had bezondigd aan haar en
haar kind.
Ik heb haar nooit weer gezien opnieuw stortte
ik mij in den maalstroom van feesten en vermaken
om rust en vergetenheid te vinden, maar tevergeefs
van nu af aan knaagde onophoudelijk het berouw
aan mijn ziel.
TER \EI ZEYS( BE EOURMT