Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. UMimillJHi. No. 2002. Woensdag 23 Juli 1884. 24e Jaargang. 1,I L 1 A. aan te besteden: Binnenland. ABONNEMENT: Per drie maanden binnen Ter Neuzen f 1,Franco per post: Voor Nederland" f 1,10. Voor Belgie f 1,40. Voor Amerika f 1,82£. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven- busbouders. ADVEtyTENTlEN: Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elke regel meer f 0,10. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Men kan zicb abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per jaar, tot veel verminderden prijs. Dit bind verschijnt Dlnsdag- en Vrijdngavond bij den nltgever P. J. VAN DE 8 A N D E te Ter Nenzen. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van STOPPELD1JK, zullen op Vrijdag den 8 Augus tus 1884, des namiddags ten een ure, ten raad- huize, onder nadere goedkeuring, in twee perceelen trachten 1°. Het verbouwen en vergrooten van het bestaande Schoolgebouw aan de Veerstraat met de ver- nieuwing van het ameublement en met andere aanverwante werk- zaamheden en het bouwen eener nieuwe ONHERWIJZERSWO- NING met bijlevering van de daartoe benoodigde materialen. 2°. Het verrichten van eenige ver- beteringen aan en de vernieuwing van het ameublement in de school te Pauluspolder. De plaatselijke aanwijzing zal geschieden op Zaterdag 2 Augustus ten 12 ure. Bestek en teekeningen liggen ten raadhuize ter inzageafdrukken daarvan zijn aldaar verkrijgbaar, die voor de school aan de Veerstraat tegen be- taling van f 1,50, die voor de school te Paulus polder tegen f 0,50. Burgemeester en Wethouders voornoemd, K. J. A. G. COLLOT d'ESCURY, Burgemeester. D. IJSEBAERTSecretaris. IPolitieli Overzicht. De troebelen in Egypte zijn weer met een nieuw incident vermeerderd. De Gouverneur van Engeland te Aden heeft het noodig geacht met een tweetal kanonneerbooten naar Berbera te ve r- trekken en dat te bezetten. Berbera ligt op de zuidkust van de golf van Aden en behoort tot het grondgebied van Egypte. Het klinkt zonder- ling, dat Engeland het noodig zou achten een gedeelte van Egypte, voor welks integriteit het met zoo veel ijver optreedt, in bezit te nemen en buitenlandsche bladen spreken dan ook van //an- nexeeren." De Engelsche regeering heeft zich thans gehaast te verklaren, dat de bezetting alleen geschied is tot herstel van het gezag van den Khedive aan die kuststreek en deze plaats, evenals Suakin en Marfoeach aan de Roode zee, voor den FEUILLETON. i) i. Wanneer men tegenwoordig uit den doolhof van straten onzer grootere steden naar buiten stapt, dan vindt men, als het terreiu ten minste den aanleg van tuinen begunstigt, op zijn weg tql van villa's, die door smaakvulle bloemperken omgeven, door boomgroepen beschaduwd en door fonteinen en beelden versierd worden. Vroeger dienden zulke villa's alleen tot zomerverblijf voor de rijken, die er een toevlucht zochten voor de drukte, het stof en de verpeste lucht van de stadlater werden zij woningen voor het geheele jaar, een voortzet- tiug van de stad, waarbij het eerste doel geheel verloren ging. Dertig jaren geleden was het heel anders. Toen dacht men aan geen elegante villa's en wanneer men voor zijn gezondheid frissche lucht noodig had, dan huurde men een klein, afgelegen zomer verblijf, waarbij men op geen elegantie lette, om- dat men juist de allereenvoudigste landelijkheid zocht. Wij willen den lezer binnenvoeren in zulk een landelijke woning uit dien tijd. Op ongeveer een half uur afstands van een groote residentie lag op den hoogen oever van een rivier een nietig huisje, dat oorspronkelijk voor een tuiniersgezin bestemd was geweest, want achter het huisje lag beheerder van Egypte te zullen bewaren tot zoo- lang deze in staat is weder voor zichzelf te zorgen. Natuurlijk wordt die verzekering dadelijk voor goed en gaaf aangenomen, en is de geheele wereld overtuigd van de groote belangeloosheid, die in Engelands doen en handelen algemeen op den voorgrond treedtDe tweede bijeenkomst der conferentie wordt intusschen van dag tot dag uit- gesteld. Gladstone heeft Donderdag in het Lager- huis verklaard, dat de financieele commissie wel spoedig met haar arbeid gereed zou zijn en dat de beraadslagingen wel niet veel tijd meer zouden vorderen. Yrijdag heeft hij die verklaring aan- gevuld met de mededeeling, dat de conferentie heden hare zittingen zal aanvangen, maar de hoop, dat zij inderdaad iets tot stand zal brengen is reeds zoo goed als opgegeven. In dezelfde zitting van het Lagerhuis deelde lord Fitzmaurice mede, dat de Nederlandsche regeeriDg zich vereenigd had met de voorstelleu van het Britsche kabinet ter bevrijding der gevangen equipage van de Nisero. Men zal beginnen met den Radjah van Tenom te doen weten dat, als de bemanning van bedoeld schip niet op een bepaaldeu dag uitgeleverd is, Engeland en Nederland hem en zijn volk daarvoor verantwoordelijk stellen en gemeenschappelijk straffen zullen. Levert hij zijn gevangenen echter uit, dan zullen zijn havens weder geopend worden voor den handel en wordt hem daareuboven een zekere som gelds toegekend. Hoe groot die som zijn zou, daar- over liet de Minister zich niet uit. Dit is trouwens meer Nederland's dan Engeland's zaak, voegde hij er slechts bij. Er worden terstond maatregelen genomen om deze schikking uit te voeren, doch daaromtrent konden de bizonderheden nog niet openbaar worden gemaakt. Een depeche aan de Times meldt, dat het door Frankrijk gestelde ultimatum door het Chineesche departement van buitenlandsche zaken van de hand gewezen is. Niet alleen weigert China de gevraagde schadevergoeding in geld, doch zelfs is dit rijk ongeneigd om de bepalingen van den vrede van Tien-Tsin na te komen, en het noor- delijk gedeelte van Tongkin te ontruimen. Ware dit bericht bevestigd, dan zou een onverwijlde oorlogsverklaring daarop zeker het gevolg ge weest zijn. Gelukkig echter bevatte de Times in een volgende editie een tweede depeche, mede uit Shangai, waarin het alarmeerend bericht van de eerste geheel werd tegengesproken. Het Mi- nisterie van buitenlandsche zaken te Peking, aid us luidt het nu, heeft niet alleen de voor- stellen van den Franschen gezant Patenotre nog niet verworpen, doch het is zelfs zeer waarschijn- lijk dat een bevredigende schikking volgen zal. De Poolsche bladen deelen bizonderheden mede omtrent de ontdekking van een beraamdeu aauval tegen het leven van den Czaar tijdens zijn bezoek, op een zachte helling een groote moestuin met boomgaard. Maar waarschijnlijk was de zaak voor- uitgegaan. Broeikassen en broeibakken waren noodig geworden en toen had de flinke eigenaar verderop, aan het andere eind van den tuin, langs den rijweg een nieuw huis gebouwd, waar de klanten en be- zoekers met hun voertuigen gemakkelijker konden komen en waar men de voortbrengselen ook ge makkelijker kon verzenden. Het huisje had toen jaren lang leeg gestaan en diende op zijn hoogst als bewaarplaats van ooft bij zeer rijke oogsten. Daarna had men het als zomerverblijf verhuurd en langzamerhand was het daartoe ingericht ge worden. Voor het huisje, langs de rivier, was een tuintje gelaten, waar weelderige heesters en een oude notenboom een groot prieel van ruw verweerde latten beschaduwden. De boom had er reeds ge staan voor de tuin aangelegd werd en men had het huisje schuin gebouwd om den boom te sparen. Een keine gevlochten heining scheidde het tuintje van het breede voetpad, dat langs de rivier voerde. Het huisje bestond uit een souterrein met ruime kelders en uit een verdieping. Aan weerszijden van de huisdeur telde men maar twee vensters. In het hooge dak was aan den rivierkant nog een groot dakvenster, dat er nog niet lang geweest was, omdat er vroeger geen zolderkamer was. In- wendig was de gewezen huiskamer een soort van tuinkamer geworden, die aan weerszijden nog een kamer met een raam had. Een smalle gang deelde dat hij omstreeks half Augustus aan Warschau denkt te brengen. Terwijl de vrederechter Bar- dowski eene zitting hield, kwam een kolonel der gendarmerie de zaal binnen en verschool zich achter het publiek. Toen de zitting afgeloopen was, vervolgde de kolonel, een revolver in de hand, den heer Bardowski tot aan zijn woning en nam hem daar gevangen. Bardowski wilde zich van het leven berooven, maar hij werd daarin verhinderd. In zijne woning werd een jonge Russische vrouw gevonden, die insgelijks in ver- zekerde bewaring werd genomen. Voorts vond men er eeue hoeveelheid dynamiet, genoeg om eene geheele wijk in de lucht te doen vliegen. Het doel van het complot was het paleis, waarin de Czaar verblijf houden zou, in de lucht te laten springen. Men heeft verder nog gevangen genomen twee beambten van Bardowski, een jour nalist, een koopman, acht studenten en verschei- dene beambten van het huis Lilpop en Rau. Het dynamiet was bezorgd door eeu Rus, die voorzien was van een in het buitenland door een hoogge- plaatst Russischen ambtenaar afgegeven vrijbrief. Naar het D. van 's Hage verneemt, bestaat bij Z. M. den Koning het plan, om in het aanstaande najaar een reis naar het zuiden te ondernemen. Reeds vroeger is gemeld, dat Z. K. H. de Prins van Oranje geen uiterste wilsbeschikkingen heeft nagelatenalleen zijn er enkele aanwijzingen gevonden van jaren lierwaarts, die toonen, dat de Prins toen voornemens was een testament te maken. Verder zijn aan de hooge erfgenamen eenige mede- deelingen gedaan van vroeger geuite wenschen, die ongetwijfeld zullen worden vervuld. Z. M. de Koning heeft persoonlijk volledig af- stand gedaan van alle rechten op de nalatenschap van zijn zoon en zulks ten behoeve van Prinses Wilhelmina, mede-erfgename van den Prins. De thesaurier des Konings, de heer W. C. baron Suouckaert van Schauburg, is door Z. M. belast met het overnemen van de nalatenschap. Daar- mede is reeds een begin gemaakt. Na zorgvuldige inventarisatie ten overstaan van den notaris des Konings, den heer Ligtenberg, met getuigen en schatters, zijn het paleis van den vorigen Kroon- prins met alles, wat zich daar bevindt, eu de stallen van den overleden Prins aan den zaakgelastigde van Z. M. overgegeven. In de eerste dagen van de volgende week zal hetzelfde ten aanzien van het paleis van Prins Alexander met den rijken inhoud geschieden. Van het op verscheidene millioenen geschat vermogen van den Prins, grootendeels in inschrij- vingeu op het Grootboek en in buitenlandsche het huis in tweeen en naar den kant van den moestuin lag aan den eenen kant de keuken met toebehooren en aan den anderen kant een meiden- kamer en de trap, die naar boven, naar de ruime zolderkamer voerde. Alles was zonder pronk, maar netjes en zindelijk, al waren ook alle meubels eenvoudig, die in de kamers stonden. In het huisje woonde de weduwe van een hoofdofficier met haar juist volwassen kleindochter en een oude dienstmaagd, een familiestuk De dame was sukkelend en had, omdat zij aan haar dokter ge- hecht was en geen ruim pensioen genoot, de goed- koope zomerwoning gehuurd, die haar de vrije lucht en een gemakkelijk buiten verblijf bood, zoodat zij geen badreis behoefde te ondernemen. Tegen het einde van den zomer was zij evenwel zieker geworden en nu al eenige dagen bedlederig. Zij had haar verblijf in de groote zolderkamer opge- slagen. Het was al middernacht geworden. De kleindochter had de zieke medicijnen gegeven en deze was weer ingeslapen, terwijl het meisje op eenigen afstand in een leunstoel zat. Het nacht- lichtje was met een scherm omgeven en gaf zoo weinig licht, dat men de kamer gerust douker mocht noemen. Daar ging de deur zacht open en de oude meid stak haar hoofd in de kamer, ter wijl zij den voorschoot voor haar licht hield en het jongste meisje wenkte, dat zij bij haar zou komen. Cecilia schudde meer dan eens haar hoofd, terwijl zij haar vinger op haar lippen legdemaar toen de fondsen belegd, is een staat opgemaakt en bereids aan den thesaurier ter hand gesteld. Binnen weinige dagen zal dus de geheele over- dracht kunnen eindigen. Omtrent het personeel van den overleden Prins zijn nog geen defiuitieve besdhikkingen genomen, wel omtrent de roerende goederen. Deze zullen, behalve enkele familiestukken en reliquieen en met uitzondering van de prach- tige collectie diamanten van wijlen Koningin Sophia, ten overstaan van den notaris Ligtenberg worden verkocht. Men is terstond begonnen met de Gothische zaal voor dit doel in gereedheid te brengen. In het begin van Augustus zal de verkoopinj* worden aangekondigd. Door den Minister van Binnenlandsche zaken is, onder dagteekening van 19 Juli, de volgende circulaire aan de Commissarissen des Konings in de provincien gericht: z/Ter afwering der Aziatische cholera en ten einde hare verbreiding tegen te gaan, indien zij zich hier te lande vertoonen mocht, komt het mij raadzaam voor, dat de aandacht der gemeentebe- sturen gevestigd worden op de bepalingen der wet van 4 December 1872 (Staatsblad no. 134), tot voorziening tegen besmettelijke ziekten. Het ver- voer van lijders aan Aziatische cholera, bij art. 9 dier wet verboden, worde zoo krachtdadig moge- lijk tegengegaan en dat artikel streng gehandhaafd. Vooral is het van belang, dat het vervoer van zulke lijders, indien het bij uitzondering moet worden toegestaan, niet in openbare vervoermid- delen plaats hebbe, en dat de gebezigde vervoer- middelen onmiddellijk na het gebruik worden ontsmet." Volgens een bericht van Zaterdag zou de Nederlandsche bark Dordrecht II schipbreuk ge leden hebben bij kaap Aguilhas en geheel ver loren zijn. Bizonderheden ontbreken. Het schip kwam van Java, met bestemming naar Amsterdam. Volgens het programma voor de Rijks-land- bouwschool (leerjaar 1884/85) is het aantal leer- lingen gedurende den laatsten cursus weer niet onbelangrijk toegenomenhet getal zoons van landbouwers neemt echter niet in die mate toe als in het belang van den Nederlandschen land- bouw mocht verwacht worden. Van de 82 leer- lingen der afdeelingen A en B behoorden slechts 35 tot den landbouwenden stand; 54 der leer- lingen hopen later in Indie een bestemming te vinden; sedert de stichting der school (in 1876) zijn reeds 36 leerlingen derwaarts vertrokken; velen zijn daar goed geslaagd en men is er over de kennis en ontwikkeling van hen, die met vrucht hun studie aan de Rijks-landbouwschool hebben volbracht, bizonder tevreden. Volgens Het Zuiden bood zich na de toespraak oude zich niet liet wegdrijven, stond zij, half on- willig op '"-p zij op haar teenen de kamer door en naar buiten. /,Zijt ge nog wakker, Christien vroeg zij, toen beiden op den smalleu overloop bij de trap stonden. ,/Wat scheelt u toch P Gij weet immers, dat grootmama zeer onvast slaaptP" ,/Ik heb al een paar uren geslapen," antwoordde Christien, #en ik kom u aflossen, Cecilia. Gij hebt al een heelen nacht gewaakt en zijt van daag nog naar de stad geweest en al uw zorg nog daareu boven Grootmama is immers zoo erg ziek niet meer en als gij zoo blijft voortgaan, zal ik gauw twee zieken te verplegen hebben, tot ik er eindelijk zelf ga liggen. En zoudt gij willen, dat mij, een oude dienstmeid, zoo iets overkwam Ga daarom nu naar bed; dan ga ik bij mevrouw zitten. Waar- lijk ik weet ook niet, waaraan ik het verdiend heb, dat gij mij niet eenmaal toevertrouwt, of ik om de twee uren eeu lepel medicijnen kan geven." Zij had inderdaad zeer verdrietig gesproken, maar Cecilia was er aan gewoon, dat de oude haar goede bedoelingeu altijd verwijtend inkleedde, zoodat zij steeds slecht gemutst scheen te wezen. Cecilia antwoordde glimlachend: //Gij kondet wel gelijk hebben, Christien. De oogen vallen mij haasttoe en ik weet wel dat gij het goed meent en dat ik op u even goed kan vertrouwen als op mijzelf." z/Och, daar is imrner geen stom woord over gezegd," gromde Christien. //De jeugd moet slaap hebben en ik kan overdag nog al eens af en toe mijn TER YEIZEVSCHE (OIRUT

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1884 | | pagina 1