Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeuwsch-Vlaanderen.
No. 1877.
Zc'iterdag 12 Mei 1883.
23e Jaargang.
Binnenland.
R
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen Ter Neuzen f 1,Franco per post: Voor
Nederland f 1,10. Voor Belgie f 1,40. Voor Amerika f J,32^.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
ADVERTENTlEN:
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elke regel meer 0,10. Grootere letters
worden naar plaatsruimte berekend.
Men kan zicb abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per
jaar, tot veel verminderden prijs.
Bit bind verttcliljnt Diiisdag- en Vrijdagavoud bij deu uligcvcr J. K. G. D II O N T te Ter Neuzen.
Politiek Overzicht.
De aanstaande kroning van den Keizer van
Rusland brengt de geheele wereld in rep en roer
en houdt de gemoederen overal in niet geringe
mate in spanning. Dagelijks verneemt men nieuwe
bizonderheden aangaande deze ongewone plechtig-
beid, die met ongekende Oostersche pracbt zal
gevierd worden. Het Keizerlijke paviljoen op bet
Sokolniki-veld te Moskou, waar de hooge adel
het Keizerlijk echtpaar ontvangen zal, nadert zijn
voltooiing. Het bestaat uit een groote ronde zaal,
welks binnenwanden met reusachtige spiegels bedekt
zijn en dat door eenen grooten koepel overdekt
is, van welks spits de Keizerlijke vaan zal waaien.
Tusschen de spiegels worden de wapens van alle
Russische gewesten geplaatst. De voor den Keizer
bestemde troon is een model van pracbt en kunstige
bewerkingde kegelvormig oploopende troonhemel,
gedekt door den rijksadelaar, rust op vier reus
achtige eikenhouten palen, waarin volgens oud-
Russischen stijl kunstig snijwerk is aangebracbt.
De plechtige afkondigiug der kroning zal op de
pleinen van Moskou gedurende de laatste drie
dagen vdor de plechtigbeid met groot ceremonieel
plaats hebben.
In Frankrijk wordt het gedrag van den hertog
De Broglie zeer gelaakt wegens zijne in den Se-
naat aan den Minister gedane vragen ten aanzien
van bet drievoudig verbond. De hertog, zegt de
Temps, heeft niet geaarzeld de regeering zijns lands
moeilijkheden op den hals te balen. Hij heeft
met voorbedachten rade en met een verfijning
van kwade bedoelingen gehandeld. Hij heeft
alle middelen van zijn spitsvondigen geest te hulp
geroepen, om zijn tegenstander in de onmogelijk-
heid te stellen te antwoorden, hierbij vergetende,
dat die tegenstander de regeering zijns lands is,
die niet alleen ten aanhoore van den Senaat, maar
ook van de betrokken regeeringen zou spreken,
die ieder van 's Ministers woorden zouden opvan-
gen en wegen. Hij wist, dat de Minister of
zwijgen zou en daarin lag de erkenning opge-
sloten, dat de toestand te gevaarlijk was om te
bespreken of opbelderingen zou geven en dan
meende men dat bij gedrongen zou zijn men
boopte het althans te erkennen, dat Frankrijk
vereenzaamd is. Te vergeefs zoeken wij verschoo-
ning voor het gedrag des hertogs, schrijft het
blad. Hoe wij de bewoordingen zijner vragen
wenden of keeren, hoe wij ons verdiepen in de
beweegredenen, die er toe geleid hebben, wij vin-
den niets anders dan de behoefte om de repu-
bliek in opspraak te brengen, die niet in den
smaak van den spreker valt en er zich niet om
bekreunende, dat acliter die regeering Frankrijk
staat. Ook andere bladen hadden besprekingen
over het drievoudig verbond, maar uit alles blijkt,
dat men vergeet, dat de vereenzaming van Frankrijk
voorbijgaand en een uitvloeisel is van den laatsten
FEUILL Ei T O N."
2) OP DEN PEREBOOM.
,/Schurk, als gij niet naar beneden komt, gooi
ik je nog met onrijpe peren dood." Tevens
plukte zij de naastbijzijnde peer af en wierp die
naar Heens. //He, versta ik u goed, wilt gij
een paar peren hebben? Die geef ik u gaarne,
maar pas op, dat gij ze goed vangt en dat gij er
niet bij valt." Dat zeide hij en hij wierp haar
tevens een massa peren toe; rijp en onrijp, zaeht
en hard, juist zooals hij ze vangen en grijpen kon,
en het was natuurlijk zijn schuld niet, dat er veel
op haar hoofd vielen en haar hoed deukten of
haar magere schouders en haar stijven nek onzacht
troffen. Waarom ving zij z'ook niet beter?
De vrouwen kunnen soms veel gal kwijt raken
en Eulalia maakte daarop geen uitzondering. Maar
een berg kan wel geslecht worden en een meer
kan wel leeg loopen. Toen haar uitgesproken
besluit, dat zij wilde scheiden, zonder gevolg als
haar laatste kruit verschoten was, begon zij lang-
zamerhand te begrijpen, dat zij haar strijd in een
slcclit gekozen stelling voerde en toen zelfs een
van de peren te dicht bij haar langen, mageren
neus kwam, vond zij het geraden haar ongedekte
stelling te verlaten en te retireeren.
Heens was een goed man. Met innig genoegen
zag bij, dat het onweer uitgeraasd had en hij daclxt:
oorlog en dat de voordeelen, die men van het
drievoudig verbond verwacht, mannetjes in de maan,
niet te verwezelijken herschenschimmen zijn. Men
vreest Frankrijk en zij, die het vreezen nemen
voorzorgsmaatregelen. Niet tegen de republiek,
maar tegen de overwonnelingen, tegen de beroof-
den heeft Bismarck zijne voorzorgen genomen en
daarvoor moet Italie dienst doen.
In Duitschland zal het werkelijk tot een botsing
komen tusschen Bismarck en den Rijksdag. Behalve
dat de commissie uit den Rijksdag voor Bismarcks
ontwerp der verzekering van werklieden tegen
ongevallen eenstemmig heeft besloten tot verwerping
der bepalingen van liet ontwerp, betreffende de
samenstelling der verzekering en de rijksbijdrage
ad 25 pet. der verzekerde som, waardoor's Keizers
boodschap nutteloos wordt, heeft de Rijksdag ook
de behandeling van de begrooting voor 1884/85
onmogelijk gemaakt. Zaterdag ontbraken er zoo-
veel leden, dat de vergadering geen voortgang kon
hebben en tot Maandag werd verdaagd. In weer-
wil daarvan hadden de Ministers toch de begroo
ting aan de orde gesteld. Maandag nu heeft Eugen
Richter in een welsprekende rede het staatsrech-
terlijk absolutisme der Ministers van Oorlog en
Binnenlandsche Zaken zoodanig aan de kaak gesteld,
dat met overgroote meerderheid van stemmen de
begrooting naqr een commissie is verwezen, dewijl
alle degelijke inlichtingen en toelichtingen ten eenen-
male ontbreken. Of Bismarck's aangeziehtspijn nu
ook zal overgaan. Men kan al te overmoedig zijn
in zijne berekeningen en te groote verachting
koesteren voor het individu ^mensch."
In Engeland heeft de regeering een nederlaag
geleden in de eedskwestie en is Bradlaugh, de
afgevaardigde van Northampton, die de eedsaflegging
weigert, omdat hij verklaard heeft aan geen persoon-
lijken God te gelooven, de held van den dag. In
een zeer welsprekende rede heeft hij zijn zaak
voor de bar van het Lagerhuis verdedigd en,
hoewel door Gladstone ondersteund, werd zijn ver-
zoek tot toelating afgewezen.
In Egypte wordt het oude klucht-treurspel door
Engeland voortgezet en steeds met goed gevolg.
Om alle kwade indrukken te vermijden heeft Lord
Dufferin, de Engelsche gezant, voor zijn vertrek
naar Konstantinopel een open brief aan deu Minister
Cheriff-pacha gezonden en er op gewezen, dat
Egypte thans eene nieuwe toekomst te gemoet gaat.
Cheriff-pacha heeft natuurlijk zijnerzijds den gezant
openlijk zijn dank betuigd. Er is dus geen windje
aan de lucht.
Men meldt, dat toen Z. M. de Koning, on-
langs te Amsterdam zeide, bedacht te zijn op het
openen van nieuwe bronnen van welvaart voor de
Een vluchtenden vijand moet men gouden bruggen
bouwen. Daarom riep hij haar toe: //Ik zie, lieve
Eulalia, dat gij nu uit wilt gaan. Ik dank u
duizendmaal voor uw lief bezoek. Wees nu maar
voorzichtig, dat gij goed beneden komt." Zij
stoud even stil, wierp hem een woedenden blik
toe en riep, terwijl zij met den spitsen parasol
naar hem stiet: ,/Kon ik je maar dood steken
als een giftige pad, leelijke sluipert." ,/Ja,
sluipen moet gij," riep hij vermanend //en u vol-
strekt niet overhaasten." Zij zette nu haar
terugtocht voort. Maar bij een boom gaat het
gemakkelijker en minder gevaarlijk omhoog dan
omlaag, vooral wanneer men beide handen niet
vrij heeft en daarenboven nog haast blind van kwaad-
heid is. Zij zou beter gedaan hebben, als zij den
lastigen parasol op het zachte gras had laten vallen,
maar neeneen dapper soldaat werpt zelfs vluchtend
zijn wapens niet weg en de parasol was in haar
hand een lans. Heens zag van zijn verheven stand-
punt de vele bezwaren, waarmede zijne echtgenoot
te kampen had, maar hij kon haar niet helpen.
Zijn hart bloedde stellig, want Heens was een goed
man; maar het moet bepaald inwendig gebloed
hebben, want uitwendig zag men geen enkel drup-
peltje. Hij sloot werktuigelijk zijn oogen, omdat
hij den nood van zijn vrouw niet langer kon aan
zien. Want nu eens scheen zij haar evenwicht
te verliezen en te vallen, dan weer spartelde zij
hoofdstad, Z. M. het oog had op een plan om te
Amsterdam een West-Indiselie Handelmaatschappij
tot stand te breugen.
De heer II. A. Benier, scheepsmakelaar te
Vlissingen, is benoemd tot consulair agent van
Rusland, in de plaats van wijlen zijn vader; tevens
is hem machtiging verleend om daarbij zijn be-
trekking van consulair agent van Belgie te blijven
waarnemen.
Over het dienstjaar 1882 zal door de Konink-
lijke maatschappij „de Schelde" te Vlissingen een
dividend worden uitgekeerd van 6 percent.
De Tweede Kamer heeft jl. Woensdag hare
werkzaamheden hervat. Al de Ministers waren
tegenwoordig. De heer Heemskerk stelde het nieuwe
Ministerie aan de Kamer voor als extra-parlementair,
doch lang geen anti-parlementair Ministerie, dat
welwillende medewerking verwacht bij de behar-
tiging van 's landszaken. De kiesrecht—ontwer-
pen zijn ingetrokken als zijnde het noch voegzaam
noch nuttig deze te behandelen met het oog op
de periodieke verkiezingen.
De belangrijke kiesrechtsvraag vordert echter
oplossing door onderzoek eener staatscommissie
voor de grondwetsherziening, die tot het noodzake-
lijke beperkt doch ook andere hoofdstukken der
grondwet zal raken. Hangende dat onderzoek moe-
ten eenige onderwerpen rusten, echter niet de aan-
hangige financieele ontwerpen noch die tot invoering
van het strafwetboek. De toestand der financien
eischt de voile aandacht. Eene dringende regeerings-
taak is het te arbeiden aan het herstel van het
evenwicht der staatsbegrooting.
Daarna zal de Regeering streven door zelfbeper-
king in de uitgaven en desnoods versterking der
middelen. Natuurlijk moet de uitzetting der uit
gaven in Indie worden getemperd. De Regeering
dringt aan op de behandeling van vele onderwer
pen van administratieven aard.
Het politiek debat, naar aanleiding van het re-
geeringsprogramma werd onmiddelijk gisteren aan-
gevangen. De politieke gebeurtenissen der laatste
maanden werden door de meeste sprekers geheel
of goeddeels ter zijde gesteld. De noodzakelijkheid
van de optreding van het Kabinet—Heemskerk werd
erkend, hoewel de heer Rutgers en ook de heer
Schaepman, doelende op den heer Tak, meende
dat geen voldoende pogingen tot een liberale for-
matie waren ingesteld. De heer Keuchenius be-
toogde daaromtrent, dat de heer Mirandolle tot
een Kabinetsforinatie moest geroepen zijn. De
heer Rutgers zeide echter, dat hij de optreding
van een Kabinet der rechterzijde natuurlijk achtte,
doch de heer Schaepman namens de katholieken
en de heer Keuchenius, aanvaardden voor zich dien
naam niet en verklaarden, dat zij geen steun
konden schenken aan de beginselen van dit Ka
binet meer speciaal konden zij niet met de grond-
met haar voeten, zoekend naar een tak, waarop
zij vasten voet kon krijgen; dan weer warde haar
hoed met de vele strikken en linten of haar parasol
in de takken. Intusschen zou zij toch gelukkig
beneden gekomen zijn, want zij kon klimmen als
een kat, als zij maar geen sleep gehad en als de
ladder maar vaster gestaan had. Zij had de bovenste
sport van de ladder gelukkig bereikt en zij zocht
juist met oogen en voeten naar de tweede sport,
toen zij merkte, dat haar kleed achter vast zat.
Nog toornig, draaide zij snel haar bovenlijf rond
om haar kleed los te maken, maar zij ging zoo
wild te werk, dat de ladder van den boom af
begon te schuiven. Nu draaide zij zich weer om
en zij zocht den ladder met de voeten vast te
houden en weer goed te zettenmaar zij deed alles
te onbesuisd. De ladder schoof steeds meer ter
zijde en viel eindelijk op den grond. Zij zelf echter
hing zonder steunpunt voor haar sparteleude voeten
als een vliegenden draak tusschen hemel en aarde,
terwijl zij haar liukerhand krampachtig om een
tak sloeg. In het eerst was zij sprakeloos van
angst en schrik, maar weldra werd haar tong weer
vrij. Zij riep: „Hulp! hulp! hulp! man, zie je
mijn gevaarlijken toestand niet? Wil je mij dan
vermoorden Zet den ladder weer goed of ik ben
verloren, als ik val. Ik kan mij niet meer vast-
houden en ik heb niets meer ouder mijn voeten."
Heens was een goed man. Snel boog hij de takken
wetsherziening meegaan, als niet de kwestie van
het onderwijs daarbij werd opgelost in hun geest.
Ten aanzien der grondwetsherziening vreesde de
heer Rutgers dat zij op de lange baan zou worden
geschoven, en de heer De Jong, hoewel zich ver-
heugende in de optreding van een homogeen Kabinet,
achtte zich bezwaard over de plannen tot nietver-
sterking der middelen, terwijl vooral wat de koloniale
betrof, de heeren Rutgers en Van der Hoeven
zich bezorgd maakten.
De Minister Heemskerk tegen den aanval van
den heer Van der Hoeven opkomende, verklaarde
dat het Kabinet homogeen is, zooals blijkt uit
de ontwikkelde beginselen en dat de antecedeuten
van den Minister van Kolonien hem waarborgden,
dat deze aan een volledige kennis van Indie, een
hart paart voor de inlanders, welks belangen moeten
vooropstaan.
De heer Heemskerk het finautieele punt nader
toelichtende, verzocht overigens de Kamer om de
formuleering der wetsontwerpen af te wachten.
Het debat is daarop gesloten.
De Kamer is daarop tot Dinsdagmiddag uiteen-
gegaan.
M oensdag jl. is bij de Tweede Kamer inge-
komen de nominatie voor den Hoogen Raad (vaca-
ture Schuurman). Zij bestaat uitJhr. De Jonge,
president der rechtbank te 's Hage; Van Blom,
idem te Heerenveen; Baron Van Ittersum, vice-
president der rechtbank te UtrechtTriebels, presi
dent der rechtbank te ArnhemVan Hettinga
lromp, advocaat te Leeuwarden; en Roest, officier
van justitie te Rotterdam.
Naar wij met leedwezen vememen luiden de
jongste berichten nopens den gezondheidstoestand
van H. K. H. Prinses Marianne ongunstiger. De
krachten der Hooge lijderes nemen af.
De Great Eastern Railway Company laat
elken rijdag— en Zaterdagavond een afzonderlijke
trein rijden en stoomboot varen, om Engelschen
in de gelegenheid te stellen den Zondag op de
Amsterdamsche tentoonstelling door te brengen.
Hare twee fraaie booten Lady Tyler en Claud
Hamilton vertrekken 's avonds van Harwich, zoodra
de trein uit Liverpoolstreet—station te Londen,
welke om 7,50 vertrekt, is aangekomen. De
passagiers zijn dan den volgenden ochtend in
Amsterdam, en 's Maandagmiddags van daar ver-
trekkende, zijn ze Dinsdagmorgen om tien minuten
voor zeven uur weer in Londen.
Tot dusver zijn er op de terreinen der
Tentoonstelling te Amsterdam reeds vier gelegen-
heden waar men ten tweeden male entree moet
betalennl. in het gebouw der Surinaamsche
inboorlingen, in de Retrospectieve tentoonstelling,
in de Camera obscura en in de iurichting voor de
vauditions musicales telephoniques"; deze laatste
komt deze week gereed. Bovendien zal men ook
uiteen en toen hij den ellendigen toestand van zijn
vrouw zag, riep hij: //Ho, dat is een mooi grapje
Houd u nog maar eventjes vast. Dadelijk ben
ik beneden en dan schuif ik u den ladder onder
de voetenAls een goed klimmer dacht hij
ook zonder ladder wel beneden te zullen komen.
Onderweg fluisterde hem de duivel wel in: //Laat
haar zelf maar zien, hoe zij weer beneden komtwant
zij is toch maar in den boom geklommen om u
het leven zuur te maken;" want al van ouden
datum worden architecten door den duivel bekoord,
zooals de sage van menige kathedraal meldtmaar
zij namen hem altijd beet en draaiden hem een
neus. Geen oogenblik gaf Heens aan die influiste-
ring gehoor, maar toch wilde hij haar, zoodra hij
beneden zou zijn, eens geducht de les lezen.
z/Zie, vrouwtje," wilde hij zeggen, ,/ZOO moet het
alle oude drakeu gaan. Gij hebt nu juist uw
loon voor uw eeuwigdurende plagerij met uw mis-
plaatste jaloerschheid. En bedenk, dat mijn geduld
nu ten einde is." Maar hoe menige schoone
redevoering met heerlijke woorden en mooie zinnen
is reeds bedacht, maar nooit gesproken geworden.
Heens was een goed man; toen hij eindelijk be
neden was, zeide hij zacht en medelijdend//Och,
wat zijt gij toch weer on voorzichtig geweest, lieve
Eulalia, wat hebt gij al mijn vermaningen in den
wind geslagen."
(Slot volgt.)
TER
C0I1RAST