Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeuwsch-Vlaanderen.
No. 1844.
VVocnsdag 17 Januari 1883.
23e Jaargang.
Hinnenland.
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen Ter Neuzen f 1,Eranco per post: Yoor
Nejderland f 1,10. Voor Belgie f 1,40. Voor Amerika f 1,32£.
Men abonneert zich bij alle Boekbandelaars, Postdirecteuren en Brieveu-
busbouders.
ADVERTENTIlN:
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elke regel meer f 0,10. Grootere letters
worden naar plaatsruimte berekend.
Men kan zich abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per
jaar, tot veel verminderden prijs.
1'oluiek Ov«*rzielit.
Nu de ontsteltenis, die in Frankrijk alom volgde
op het bekend worden van Gambetta's onver-
wachten dood, eenigszins begint te bedaren
rijst de vraag wat de gevolgen daarvan zullen zijn.
Men vreest, dat er van de reeds zoozeer verzwakte
tucht in de rijen der republikeinen niets meer zal
overblijven, en dat velen zich onder leiding van
Clemenceau zullen scharen, die wel is waar in den
laatsten tijd ook reeds iets meer gematigde be-
ginselen begon te huldigen, doch evenwel nog alle
leden der uiterste partijen onder zijn aanhangers
telt. Te Parijs liepen er reeds geruchten van een
aftreding der tegenwoordige regeering, die echter
ambtelijk worden tegengesproken. Evenwel ver-
wacht men, dat de dood van Gambetta een belang-
rijke wijziging zal brengen in de verhouding der
verschillende partijen, zoodat het zwaartepunt der
meerderheid in de Kamer verplaatst wordt, maar
voor dat hiervan iets naders gebleken is, zullen er
wel geen wijzigingen in de regeering plaats hebben.
Intusschen is de volksvertegenwoordiging weder
bijeengekomeu. Zoowel in den Senaat als in de
Kamer werd een warme lofrede op Gambetta ge-
houden. Opmerkelijk is, dat de waarnemende
voorzitter in den Senaat daarbij opmerkte, dat er
geen onmisbare mannen zijn en dat de republiek
slechts leelt uit krachte barer instellingen. Vol-
gens hem zal Frankrijk genoeg bekwame mannen
terugvinden om het begonnen werk voort te zetten,
terwijl in de Kamer den waarnemenden voorzitter,
toen hij zeide dat door Gambetta's heengaan de repu
bliek een verschrikkelijke slag geleden heeft, het
voortzetten zijner rede onmogelijk werd gemaakt
door langdurige en levendige uitroepen van //neen"
//neen" van de banken der uiterste linkerzijde en
het middengedeelte. Hieruit zou men opmaken,
dat de uiterste partijen Gambetta's dood als een
ware uitkomst beschouwen, om het roer van den
staat in handen te krijgen. De Kamer ging
daarop over tot het kiezen van een voorzitter en
vier ondervoorzitters. Brisson werd weder met
groote meerderheid tot voorzitter gekozen.
In Duitschland heeft de Rijksdag ook zijn zit-
tingen hervat en werd de regeering ondervraagd
over het verbod van den invoer van Amerikaansch
varkensvleesch, een verbod, dat de afgevaardigde
Richter zeer in het nadeel van den minderen man
zou achten, daar deze geen ander vleescli bekomen
kan en uit hetgeen B.smarck aanvoert voor de
aanneming van zijn voorstel door den Bondsraad,
niet bewezen is, dat het meer trichinen bevat dan
inlandsch vleesch. Bovendien achtte hij het oor-
baar, dat de Rijksdag in deze zaak gehoord werd.
Als eemg antwoord decide de vertegenwoordiger
van den Bondsraad rnede, dat deze met zijn arbeid
nog niet gereed is. Mocht tot een verbod be-
FEUILLETON.
5) Ebba, tie doclilcr van don Sclioolmecster.
In de lente van het zevende jaar kreeg mijn
tante een brief van haar zwager uit Lubeck, die
onder anderen vroeg, of zij hem niet kon helpen
aan een braven, vertrouwden jongen man, dieu hij
in zijn zaken zou kunnen gebruiken Mijn tante
beloofde zich voor mijn toekomst gouden bergen,
nu ik een plaats in het buitenland kon krijgen,
waar ik ongetijeld even gelukkig zou wezen als
haar zwager. Het spreekt, dat ik zijn voorslag
vroolijk aannam en nadat ik de schriftelijke toestem-
ming van mijn ouders had verkregen, toog ik weldra
naar Lubeck.
Bij mijn aankomst nam ik daar mijn intrek in
een klein logement, terwijl ik den volgenden dag
mijn nieuwen patroon wilde spreken.
Juist had ik mijn kamer betrokken, waar ik uit
het venster keek naar de drukte op straat, omdat
ik zien wilde, of het er anders toeging dan in
Zweden, toen er een rijtuig voor het logement stil-
hield. Er zaten een heer, een juffrouw, een dienst-
meid en twee kinderen in. Ik wilde mijn aanstaande
huisgenooten eens nauwkeurig opnemen en schoof
daarom mijn venster open. Op hetzelfde oogenblik
keek de heer beneden naar mij omhoog. Zijn
gelaat was bleek en mager, maar de trekken waren
mij welbekend, zoodat ik hem onmiddelijk herkende,
sloten worden, dan zal aan den Rijksdag er on-
verwijld kennis van worden gegeven.
In Bulgarije, waar de kamer nog kort geleden
aan vorst Alexander een antwoord op de troonrede
ter hand liet stellen, waarin een overgroote regee-
ringsmeerderheid haar vertrouwen uitdrukte in de
staatkunde van den vorst en zijn regeering, en
waarbij de minister der geldmiddelen ten overvloede
nog een bewijs van vertrouwen op verscheidene
geldelijke plannen ontving, is de regeering afge-
treden. De vorst heeft den voorzitter van de kamer
met de vorming van een nieuw stel ministers
belast.
In Spanje, waar ongeveer dezelfde geschiedenis
afspeelde, heeft Sagasta zich nieuwe ministers toe-
gevoegd en het meest verwonderlijke is wel, dat
hij desgevraagd in den Senaat en de kamer aan
de volksvertegenwoordigers heeft medegedeeld, dat
de nieuwe regeering de staatkunde van de vorige
zal -voortzetten. Bovendien verklaarde Sagasta dat
hij Camacho's geldelijk plan zou volgen, hetgeen
voor 1883 een overschot op de uitgaven ten ge-
volge zal hebben. Hij voegde tot aller verbazmg
er bij, dat de betaling van den coupon verzekerd
was, zonder dat de staatsbosschen behoefden ver-
kocht te worden. Orovio, die als oud—minister
der geldmiddelen bizonder veel belang in de zaak stelt
maakte zich sterk om het tegeudeel hiervan te
bewijzen. Op een nader te bepalen dag zal dit
nu gebeuren.
Turkije heeft aan de vijf voornaamste bestuurders
in Armenie order gezonden om de inhechtenisne-
mingen voort te zetten, maar overigens met de
minst mogelijke hardhandigheid, ten einde Europa
de oogen niet te openen en inmenging te verhinderen.
Intusschen verkreeg de Armenische bewegiug den
vorm van een opstand. Voor een ongeregeld oor-
log voeren toegeruste gewapende benden zijn ver-
schenen. De opper-Armenische in hechtenis ge-
nomen verdacliten worden niet te Erzerum geker-
kerd, maar in den nacht heimelijk naar de provincie
overgebracht. Russische tusscheukomt is zeer
waarschijnlijk.
Uit Engeland wordt gemeld, dat het bericht zich
niet bevestigd heeft, dat een Iersch lid in de regeer ng
zal worden opgeuomen. Men had zich van dien
maatregel reeds veel gewichtigs voorgesteld. Voor-
loopig zal Ierland echter nog geen zijner eigen
zonen onder de hooggcplaatste ambtenaars van het
eiland tellen.
Jl. Vrijdagnacht is te 's Bosch overleden de
heer Mr. C. J. A. van Rijckevorsel, lid van de
Eerste Kamer der Staten-Generaal.
Een vijftienjarig netgekleed jongmensch, die
al was hij ook veel veranderd. Een paar seconden
staarden wij elkander aan daarna vloog ik de trap-
pen af, naar hem heen. Het waren baron Gustaaf,
Ebba, bun kinderen en Sara Rondkwist. Ik kan
de vreugde en de smart tevens niet sehilderen, die
mij dit weerzien veroorzaakte en van onze eerste
begroeting zal ik dus niets zeggen. Mijn onver-
waclite verschijning maakte op hen een vroolijken
iudruk. Zij namen bun intrek in hetzelfde een-
voudige logement, waar ik vertoefde en voor de
avond viel, kende ik hun toestand en wist ik alles,
wat hun overkomen was, sinds zij hun vaderland
verlaten hadden. Zij hadden vier kinderen gehad
de twee oudsten waren gestorven. Na een driejarig
verblijf in Napels kreeg Gustaaf een lievige oog-
ziekte, zoodat hij ontslag moest nemen uit zijn
betrekking bij het gezantschap. Twee jaren was
hij toen in Parijs onder behandeling van een be-
roemden oogendokter en daarna vertoefde hij voor
zijn gezondheid een jaar lang in Zwitserland. Nu
wdde hij weer naar Parijs terugkeeren, waar hij
weer bij een gezantschap aangesteld zou worden
maar in Geneve kreeg Gustaaf een borstkwaal en
sinds was hij sukkelend gebleven. In Geneve
leefden zij stil, afgezonderd en zuinig. Ebba deed
al het huiswerk en zag met angst en schrik den
dag te gemoet, waarop haar kapitaal uitgeput zou
raken. Eens schreef zij aan haar vader, omdat zij
weten wilde of er geen verzoening mogelijk was
met den ouden baron maar zij kreeg geen gerust-
Vrijdag per spoor te Vlissingen arriveerde, met plan
's avonds per mailboot over te steken, trok de
aandacht van een politie-agent, doordien hij aan
een sjouwerman de buitengewoon hooge fooi gaf
van f 1. Den jeugdigen reiziger werd verzocht
mede te gaan naar het politiebureau, alwaar hij
opgaf de zoon te zijn van zekeren K., kleermaker
te Rotterdam, en in het bezit werd bevonden van
een belangrijke som gelds. Spoedig echter bleek
uit de gewisselde telegrammen, dat hij de zoon was
van iemand, wiens kas kortelings bestolen was
reden waarom men hem voorloopig logies in de
gevangenis heeft verschaft,
Ten gevolge van den stilstand der drie sui-
kerfabrieken te Bergen op Zoom zijn tal van men-
schen zonder werk. Eene vereeniging van liand-
werklieden heeft thans besloten eene tooneeluitvoering
te geven tot leniging der armoede. De waarde van
het bedrag der kaarten wordt uitgegeven in bons
voor levensmiddelen.
In het geheel hebben zich te Berlijn thans
800 Duitsche industrieelen aangemeld, die deel willen
nemen aan de Amsterdamsche tentoonstelling. Er
bestaat kans, dat van het Rijk een bijdrage zal
worden toegestaan voor een waardige versiering der
Duitsche afdeeling.
Ook met het oog op het groote aantal vreem-
delingen, dat dezen zomer, bij gelegenheid van de
tentoonstelling, Amsterdam zal bezoeken, en die
daar vermoedelijk niet alien huisvesting zullen
kunnen bekomen, bestaat bij de directie der H.
IJ. Spoorwegmaatschappij het plan, behalve het
gewone spoorwegverkeer, tusschen Haarlem en de
hoofdstad een stoomtramdienst te openen, die met
den a. s. zomerdienst in werking zou treden, en,
in verband met den spoordienst, zoodanig zou zijn
georganiseerd, dat er, van den vroegen morgen tot
laat in den avond, elk half uur gelegenheid zal
zijn om van Amsterdam naar Haarlem en omgekeerd
te komen.
Dezer dagen is verschenen, No. 1 van den
derden jaargang van het Maandblad der Veree
niging tegen de Kwakzalverij. Daarin worden weer
een aantal middeltjes besproken, zooals Auxilium
Orientis, Haarlemmerolie, Holloway's zalf en pil-
len, Teercapsules, Urbanus Pillen, Slijm— en Maag-
pillen, Hop Bitter, Breukzalf, Breukbanden van
Waersegers, Pain Expeller, Zwitsersche pillen en
Seigels stroop. Voor alien die hierover wenschen
ingelicht te worden is dit notnmer op aauvraag
gratis te verkrijgen bij den uitgever H. van Bel-
kum Kzn., te Leeuwaarden.
De millioenenjuffrouw, die nu reeds gedurende
meer dan anderhalf jaar tot de ,/publieke persoon-
lijkheden" behoort, heeft mdertijd Montfoort met
een bezoek vereerd.
Het was in het laatst van de maand Juli 1881,
stellend antwoord. Sten verzweeg voor zijn dochter
het overijld besluit van den baron, dat den zoon
alle aanspraak op eenig vermogen ontnam en den
vader tevens aan den rand des verderfs had ge-
bracht. Hij schreef haar slechts, dat zij niets van
haar schoonvader te liopen had. De schoolmees-
ter, die zelf niet rijk was, stuurde zijn dochter
toch driehouderd gulden als een appeltje voor den
dorst. Ebba zette dit geld uit. Eenigen tijd later
kreeg zij haar vierde kind, een dochtertje. Daarna
wilde Gustaaf naar zijn vaderland terug, omdat hij,
zoo als hij zeide, beletten wilde, dat zijn vrouw en
zijn kinderen na zijn dood gebrek zouden lijden.
En dus waren zij nu op reis naar Zweden. Maar
die reis had Gustaaf ondertusschen zoodanig aan-
gegrepen, dat hij met zijn gezin een paar dagen in
Lubeck moest rusten. 's Nachts na zijn aankomst
werd hij daar weer ziek. Dagen en weken giugen
voorbij, maar hij werd niet beter. Hij kon zijn
Ebba geen oogenblik missen en zij moest aanhoudend
bij hem wezen. Toen hij eindelijk wat beter werd,
had hij geen zin meer om naar Zweden terug te
keeren. De reden daarvoor schijnt een brief geweest
te zijn, dieu hij in Lubeck ontving en die tijding
aangaande zijn familie bevatte Ilij zeide mij dat
in vertrouwen, maar hij liet er zich ook niet verder
over uit. Tegen Ebba zeide hij //Mijn krachten
zijn uitgeput. Ik kan niet verder reizen. Ik
blijf hier, tot de dood mij haaltAls ik in
mijn graf rust, lieve Ebba, behoeft gij niet ver meer
dat A. van Zutphen, een timmerman, die met
werken zijn brood heeft, haar voor een paar dagen
onder zijn nederig dak herbergde, terwijl haar
galant, Hoetink, zijn intrek nam in het logement
Het gouden hoofd.
an hier uit werden in die dagen pleizierritten
ondernomen naar de omliggende gemeenten, waarbij
steeds twee rijtuigen dienst deden; een voor de
lioofdpersonen en een voor den bevrienden aanhang.
De gevangenis voor jeugdige vrouwelijke veroor-
deelden aldaar werd, evenals de toen pas in gebruik
genomen nieuwe openbare school, in oogenschouw
genomen en het onderwijzerspersoneel aan laatstge-
noemde inrichting genoot de eer van door den
galanten galant op manilla's te worden vergast.
Met het geven van fooien stal de millioenen
juffrouw ook hier het hart van koetsiers en andere
gedienstige geesten. De stalhouder zelf plaatste
zich op den bokwant de fooi beliep twee rijks-
daalders en zoo'n paar achterwielen gooit men maar
zoo niet weg. Toen zij het logement in oogen
schouw had genomen, waar haar trawant en aan
staande logeerde (een onderkomen had, dat zich,
alhoewel le rang voor Montfoort, op niets dan op
zindelijkheid en prompte bediening mag beroemen)
gaf zij 10 gulden voor fooi, en men had slechts
even de paarden van haar rijtuig vast te houden,
om zeker te zijn van zich een gulden in de hand
te zien gedrukt. Vrij algemeen stelde men zich
in dien tijd voor, dat eene zoo royale logee den
gastheer geene windeieren zou leggen, maar ik
geloof niet dat Van Zutphen er veel bij heeft
opgestoken. Tijdens haar verblijf heeft hij en zijn
gezin er wellicht beter en goedkooper van geleefd
dan andere dagen; 't kan zijn, dat een zijner
kinderen er een paar schoenen, missehien een
volledig pak, rijker door is geworden, maar Van
Zutphen is nog dezelfde Van Zutphen van vrosger;
heeft hij werk dan heeft hij brood. Thans, nu de
toen zoo kwistige dame achter slot en grendel zit,
herinnert zich te Montfoort ieder weer die scheeve
iiguur, waarmede niemand zich zou hebben bemoeid,
als zij minder met de rijksdaalders had kunnen
spelen.
Aan artikel 17 der drankwet is dezer dagen
door de arrondissements-rechtbank te Maastricht
de uitlegging gegeven, dat aan een minderjarig
persoon sterken drank mag worden verkocht, indien
deze drank bij den slijter komt koopen ten behoeve
van een meerderjarige, en het gerechtshof te's Bosch
heeft zich vereenigd met die zienswijze.
Naar wij veruemen, wordt in den loop
dezes jaars uitvoering gegeven aan het denkbeeld
om in de gevangenissen des Rijks artikelen te
vervaardigen voor de marine. Aan de gevangenis
te Leiden wordt opgedragen de vervaardiging van
zeildoeksche voorwerpen en aan die teLeeuwarden
die van ijzer en hout.
te reizen naar uw vaderland. Mijn dood zal daar
missehien voor u ten goede werken, wat mijn
tegenwoordigheid daar stellig niet zou doen." Nu
ik Gustaaf Schildkrona weer ontmoet had, was ik
onherroepelijk aan de plaats gekluisterd, waar hij
met zijn gezin leefde. Onmiddelijk werd ik bij den
zwager mijner tante, een groothandelaar, geplaatst.
Deze zorgde, dat Gustaaf een goede en goedkoope
woning kreeg. In datzelfde liuis huurde ik een
zolderkamertje, zoodat ik al mijn vrijen tijd aan
Gustaaf kon wijflen. Ebba zocht in het geheim
werk voor wiukels, terwijl Gustaaf geenszins ver-
moedde, dat zij voor geld werkte. Twee jaren
vloden lienen. Gustaaf werd bedlegerig en stierf
in de lente. Zijn laatste woorden voor Ebba waren
vMaak van onze kinderen goede en verstandige
menschen. Keer met hen naar Zweden terug en
leer hen den naam achten, dien zij voeren, zonder
dat gij ze hoogmoedig maakt. Moge God u beloonen
voor al uw trouwe liefde, moge Hij u voor ellende be-
waren. Mijn bloedverwanten zullen na mijn dood wel
goed voor u zorgen. Laat mijn lijk hier rusten, want
ik was in het buitenland gelukkig en wil daarom niet
rusten in ons familiegraf." Een maand na
Gustaafs dood, toen de eerste hevigheid van de
smart bij Ebba in zoo verre verminderd was, dat
zij ook aan andere zaken dan aan haar treurig
verlies kon denken, maakte zij zich voor de afreis
gereed; maar ook nu werd ziekte een hinderpaal
en veroorzaakte uitstel. Sara had een zware kou
TER NEIIZENSCHE COIIRAIT
»it bind vePNchljint Ulnwdtn- en Vrijidsisnvoiid bij den uKecvee J. K. G. I> H O K T te Ter fteuzcu.