I
n
No 1731.
Zaterdag 17 December 1881.
n
Algemoen
Nieuws- en Advertentieblad
v o o r
Zeeuwsch-Vlaanderero.
BINNENLAND
21 e JaargattK
ABONNKMBNT.
Per drie maandea binnen Ter Neuzen f 1,Door het
geheele Rijk 1,10. Door gebeel Belgie f 1,40,
Men abonneert zioh bij alle Boekhandelaart, Poetdireo-
tenren en Brievenbuskcudera.
Wit ftlsd rerwbijet Blnada;- en VrljdagavoRii
advertentiEn.
Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elke regel meer 0,10.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentien gelieve men aan den Uitgever in te reader
niterlijk Dinsdag en Vrijdag namiddag DRIE area.
si. B H O N T te ter Keuzen.
Bt| rfeze coarant behoort een bljroegseb
Poiitieb t>v«rzicni,
Het Tnrksche gezantschap is te Berlijn aange-
komen en moet bizonder tevreden zijn over de
ontvangst. Of echter de voorstellen van den Sultan,
die van zeer ver reikenden aard moeten zijn en
niet meer of minder dan het herstel van zijn gezag
in Noord-Afrika en audere Mahomedaansche landen
beoogen, een gunslig onthaal bij Bismarck hebben
genoten, valt zeer te betwijfelen. Het is opmer-
kelijk, dat Bismarck tcgenwoordig vooral de vraag-
baak schijnt te willen zijn van vorsten, die met
wereldlijk en geestelijk gezag bekleed, door den
loop der wereldsche dingen in verval of in ver-
drukking zijn gekomen eu door hem verloren
lnister en macht wenschen terug te winnen, en dat
jnist door den man, die de volken gelukkig wil
uaken door hen te willen terugbrengen tot voor
1848, het jaar der omwenteling, dat aan de meeste
volken grondwettige rechten verzekerde. Zoo zocht
de Czaar aller Russen als hoofd der Grieksche kerk
bij Bismarck te Dantzig hulp tegen de nihilisten,
die elken dag zijn troon meer en meer ondsrmijnen
en verwachten zoowel de Paus van Rome als de
Sultan van Turkije van hem in de toekomst de
vervulling hunner stille wenschen. Hoewel de
machtige Bismarck toch onmachtigzal blijken hioraan
te voldoen, blijft dit verschijnsel niettemin ernstig
als men let op de staatkunde, die hij zelf iu
Duitschland wenscht te volgen, en de middelen die
hij daartoe aanwendt. Italie is thans weder door
Bismarck gerustgesteld. In de Ksurer verklaarde
Mancini, de Italiaansche Minister van buitenland-
sche zakeu, dat Bismarck niets vijandelijks bedoeld
heeft met in den Rijksdag te zeggen, dat Italie met
snelle schreden de republiek tegemoet ijlt, en dat,
ingeval de waarborgenwet onvoldoende mocht blijken
om den Paus te beschermen, hij niet afkeerig zou
wezen om zich met andere mogendheden te verstaan,
ten einde den Heiligen Stoel de noodige zelfstan-
digheid te verzekeren.
In Frankrijk heeft Gambetta voor het eerst het
woord gevoerd in den Senaat en daarbij een
goeden iudruk gemaakt. Hij verzekerde, dat de
zaken in Tunis spoedig geregeld zouden zijn en
hoopte, dat devreemde mogendheden geen moeilijk-
heden in den weg zouden stellen.
Turkije schijnt nu echter in Tripoli een botsing
te willen uitlokken en doet hetzelfde m Marokko
Volgens de Times verwacht men daar ieder oogen-
blik een opstaud.
In Spanje maakt men zich ook erg ongerust
omtrent de zaken in Marokko, diar de Fran-
schen van uit Algerie reeds de grenzen hebben
overschreden. In de Kamer is de Regeering reeds
daaromtrent1 ondervraagd. De Minister geloofde
echter niet dat, Turkije het zou wagen om nande-
lend in Marokko op te treden. Uit Konstantinopel
wordt nog gemtld, dat de Sultan een gastmaal heeft
aangeboden aan den Duitschen gezant Hatzfelt eu
aan de andere Duitsche ambtenaren in Turkschen
dienst. Het werd door alle Ministers bijgewoond.
Hatzfeld zat naast den Sultan en kreeg na afloop
de Osmanli orde. Het is zouder twijfel sen bewijs
van tevredenheid over de liartelijke ontvangst, aan
het bizonder gezantschap te Beiliju ten deel ge-
vallen. Met de schuldregeling vordert het goed.
De Irade des Sultans zal spoedig afgekondigd
worden. De Keizerlijke Ottomanische Bank zal
waarschijulijk een som van 500,000 pd. st. bijeeu
hebben ten bate van de fondsenhouders, tegen het
tijdstip, dat de toekomstige raad van beheer zijne
eerste bijeenkomst houdt.
TerNeuzen, 16 December.
Door den Commissaris des Koniugs in deze
provincie is tot gemeente-veldwachter alhier benoemd
I. H. Mullie. Naar wij vernemen, heeft de be-
noemde iu de zitting van het kantougerecht van
heden den gevorderden eed reeds afgelegd.
Gedurende de le helft van de maand November
zijn door het postkantoor alhier de volgende on-
bestelbare brieven verzonden, geadresseerd aan
Jan van Cadsand, te Vlissingen en J. C. van
den Berge te
In de zitting der Tweede Kamer werd gisteren
het rapport over de geloofsbrieven van den heer
Bool behandeld.
De beeren Brouwers en De Savornin Labman
verdedigden de conclusie van de minderheid der
cummissie, strekkende om de verkiezing nietig te
verklaren. Er is een fout begaan door het stem-
bureau die fout kan de Kamer niet herstellen
zonder dat zij inbreuk maakt op bet hoofdbeginsel
der rechtstreeksche verkiezingenhet gehcim der
stemming.
De beeren Van der Kaay en Viruly verdedigden
de conclusie der meerderheid, omdat hier zoodanige
informaliteit is begaan, die geen invloed kan uit-
oefenen op dien uitslag, weshalve de Kamer, die
souverein beslist over de geloofsbrieven van liaar
leden, mag onderzoeken welken invloed het mede-
rekenen van de briefjes van Retranchement in den
uitslag der stemming heeft geliad.
Dit gevoelen verdedigde ook de heer Yan Eck,
die, evenals de heer Viruly, van oordeel was, dat
het bier boven alles aankomt op den uitgedrukten
wil der kiezers. Zoalang daarvan kan blijken,
mogen wij niet hechten aan formaliteiten, die met
de verkiezing niets te maken hebben.
De beer Reekers wijst echter op de bepaalde
onwettigheid door het slembureau van Middelburg
gepleegd en dat daarmede het recbt van de kiezers
is gescbonden.
De Kamer kan die onwettigheid niet herstellen,
want zij is geen stembureau. En zij kan zelfs bij
gebruikinaking van dat recbt de kiezers niet in hun
goed recht herstellen. Wij moeten zelfs in schijn
het verwijt niet op ons laden dat wij pariijdig handelen.
Da heer Bastert berinnerde nog, hoe in zake
Zevenbergen hier uitdrukkelijk is verklaard, dat de
Kamer zich volstrekt niet in de plaats kan stellen
van het stembureau en niet uit de inzage der briefjes
tot conclusie mag kotnen, waartoe zij niet bevoegd is.
De uitslag van de stemming was, dat de conclusie
van de minderheid werd aangeuomen met 36 tegen
34 stemmen, zoudat de verkiezing van Middelburg
is vernietigd.
Daarna werden de beraadslagingen voortgezet
over de begrooting van Binnenlandsche Zaken.
De heer Van Eck dringt bij art. 108 (H. Burger-
scholen f 409500) aan op bet vestigen van een Rijks
boogere burgerschool te Ter Neuzen in plaats vai
te Bergen op Zoom. De Minister antwoordde, dat
er onoverkomelijke bezwaren te Ter Neuzen zijn.
De beeren Schaepman en Van Baar stellen voor
de f 4500 voor de Rijks hoogere burgerschool t*
Bergen op Zoom te schrappen, wijl zij de ver-
meerdering van de inrichtingen van middelbaar
onderwijs als een struikelblok te meer beschouwen
om tot een behoorlijke herziening der wet te komen.
De Minister verklaart nader het verzoek van
Ter Neuzeu met alien ernst te hebben doen onder
zoeken maar het bleek bij dat onderzoek, dat de
school niet voldoende zou worden bevolkt; Ter
Neuzon zelf zou slechts een kiein contingent geven
en op de omliggende gemeenten viel weinig ta
rekenen wegens de onvoldoende communicatie-
middelen. Wat 't amendement aangaat, te B. op Z.
bestaat groote behoefte en kans op voldoend
bezoek, de Gemeenteraad heeft ook besloten den
bouw te ondersteunen.
De heer Van Baar verdedigt nader't amendement
op grond dat men niet van de instelling gediend
is, al heeft de Raad ook een bijdrage toegezegd.
De heer Van Eck bestrijdt het amendement; al acht
hij TerNeuzen beter voorde vestigingderburgerschool
geschikt dan Bergen op Zoom, hij wil in elk geval
meewerken tot verspreiding van keunis ook in
die streek.
Na repliek van den heer Schaepman wordt het
amendement verworpen met 40 tegen 30 stemmen.
Art. 108 wordt goedgekeurd.
Volgens het verslag der zitting van 13 December
van de Tweede Kamer der Staten Generaal, bracht
de beer Van Ossenbruggen, lid der commissie voor
de verzoekschriften, het navolgende rapport uit
In handen uwer commissie is gesteld een ver-
zoekschrift van L. van Waesberghe-Janssens, Mr.
F. Walter, H. Onghena, alien leden der Provinci-
ale Staten van Zealand, de beide eersten te IJulst,
de derde te Zuiddorpe, J. de Borchgrave, grond-
eigenaar te St. Gilles en E. Lippens, lid van den
Provincialen Raad van Oost-Vlaanderen en Officier
der Leopoldsorde te Gent (Belgie)
te kennen gevende
dat zij zijn gecominitteerden van eenige polders
(met namen opgenoemd), die benevens een tal van
anderen met eene gezamenlijke oppervlakte van
ruim 25,000 hektaren hunne afwatering moeten
vinden door de zoogenaamde Rijkswaterleiding be-
oosten het kanaal van Ter Neuzen, dat die water-
leiding in onderhoud is bij het Rijk, doch dat zij
heden niet meer voldoende is om de groote massa
water die er door moet worden geloosd naar behooren
af te voeren;
dat daarom verbetering dier Rijkswerken noodigis;
dat door requestranten is overgelegd eene o?er-
eenkomst gesloten den 15den October 1844 tnssclien
den Staat en den dijkgraaf van den polder te
Clinge, waarin de wederzijdsche verplichtingen zijn
omscbreven en waarin onder anderen voorkomt,
dat voor bet genot dier genoemde uitwatering door
de ingelanden van voornoemden polder aan den
Staat zal worden betaald f 0,56 per bunder en
dat die bijdrage niet zal versohuldigd zijn indien bet
nieuwe uitwateringskanaal later blijken mocht niet
voldoende te wezen, waarvan de beoordeeling zal
staan aan heBren Gedepnteerde Staten van Zeeland;
EH \KIIZK\SCHK COURANT.