GEMENGDE BERICHTEN.
Out! en Henw.
del vinden zal ora met den toestand van liet oogen-
blik zijn voordeel te doen. De vrienden van nezen
beweren, dat hij slechts het werktiiig van Emeri-
qne en van de Vin geweest is. Yoor het oogen-
blik is de gansche omvaug der ramp en hare ge-
volgen nog niet te schatten. Nu reeds vermoedt
men een te kort van 4 millioen francs. Het aan-
tal geheel of gedeeltelijk geruitieerden door de
speculaties van den directeur acht men vrij groot,
dewijl de inrichting het meest onbepaalde vertrou-
wen van iedereen bezat.
Zoo gaan soms de nuttigste instellingen te niet
door de schuld van een of van enkelen, die mis-
bruik maken van het in hun gestelde vertrouwen.
Bmdrique schijnt arm in Belgie gekomen eu amb-
tenaar bij de finna van Gent en Loos geweest te
zijn op een inkomen van nog geen f 300's jaars.
De groote benedenzaal van hetGentsche stadhuis
is stellig eene der schoonste gothische zalen van
Belgie. Zooals men weet is zij sedert eenige jaren
zorgvuldig hersteld en van onder de dikke laag
pleister, waarmede zij in het begin dezer eeuw
onkennelijk geinaakt was, als verrezen. De houten
zoldering met hare groote gebeeldhouwde balken,
de sierlijke vensters met hunne geschilderde ruitjes,
waarop de wapens der Gentsche neringen en gilden
in allerlei kleuren staan te prijker., de groote stevige
eikenhouten deuren met hun prachtig ijzeren slot-
werk, de sierlijke gothische ornamenten rond de
deuren en langs de wanden, het wit en grauw
plaveisel, waarvan de teekening een reusachtig en
ingewikkeld labyrint verbeeld, dit alles geeft
aan die groote benedenzaal een gansch eigenaardig
en indrukwekkend karakter.
Doch zelden leverde die zaal een zoo schilderachtig
schouwspel op als nu, dat men er de costumes
en de wapens die in den historischen stoet van
den driehonderdsten verjaardag der pacificatie van
Gent gediend hebben langs de wanden en op
de lange tafels met veel goeden sraaak geschikt
heeft. In den achtergrond en rondom de zaal ziet
men de vaandels en vlaggen met de wapens: de
hooge lansen der lansknechten, de sierlijke helle-
baarden en schietbussen; de kruithorens, de prachtige
degens, de blinkende helmen en harnassen en vooral
de ftjnbewerkte schilden.
In 't midden der zaal liggen meer dan duizend
volledige costumes op de tafels uitgespreid, van
de schoone uitgesnedene veelkleurige schoenen tot
den eigenaardigen XVI eeuwschen hoed toe. Hier
licht een edelman in 't satijn en in't fluweel, daar
een Spaansche soldenier met rood en geel wambuis,
of een inquisiteur, of een bloedroode beul, of een
rederijker, of een Gentsche schepene, of een prachtige
bazuinblazer of een rijkgekleede schilddrager. Al
de costumes, wier bonte kleuren nog buitengewoon
frisch zijn, schijnen als het ware tot de wereld
der levenden te behooren. Men zou zich bijna
in eene plaats denken, waar honderden personen
der XVI eeuw uitgestrekt te slapen liggen; en
in die groote indrukwekkende gothische zaal zou
het bijna natuurlijk schijnen, indien alien op een
teeken recht stonden en in bonte menigte dooreen
begonnen te wemelen.
Binnen weinige dagen zal die prachtige en gansch
eenige tentoonstelling voor het publiek opengesteld
worden; want zooals men weet, zullen al die
wapens en costumes verkocht worden.
Verledene week stond eene nieuwsgierige
volksmenige voor de deur van een slachterswinkel
te Antwerpen, daar men zeide dat de slachter be-
trapt was op het oogenblik dat hij zich bereidde
een kind, dat hij verwurgd had, in worstevleesch
te hakken. Dit gezegde had bij sommige klanten
geloof gevonden, te meer daar men een politie-
agent het huis had zien binnengaan.
Weldra zag men den agent van politie buiten-
komen, gevolgd door eene vrouw, die een vierjarig
knaapje bij de hand hield. Ziehier wat aanleiding
tot het gerucht had gegeven:
Brechet, varkenslachter, oefent zijn bedrijf uit
op eene met glas overdekte achterplaats. Op het
oogenblik dat hij een ketel vol varkensbloed van
het vuur had genomen, werden de ruiten boven
zijn hoofd verbrijzeld, en een kleine knaap kwam
midden in het rookend bloed te recht.
De slachter greep spoedig het kind en hield
het druipend van het bloed, boven de ketel, toen
zijn leerjongen te huis kwam en hem met den
grootsten schrik in die houdiug vond. De jongen,
die van de slimste niet is, geloofde dat zijn meester
voornemens was het knaapje in het bloed te koken.
Hij verweet hem dit met de grootste verontwaar-
diging en liep toen zoo hard hij kon, de politie
verwittigen. Onderweg verhaalde hij het geval aan
eenige voorbijgangers, waardoor de samenscholing
ontstond.
Salorao's rechtspraak tusschen de ware en
de valsche moeder wordt terecht door de geheele
wereld bewonderd, In Let Fransche plaatsje Bazas
had voor eenigen tijd een dergelijk rechtsgeding
plaats. De reenter was echfer geen groot koning
of maarschalk-president, maar een eenvoudig brigadier
der marechausse. Op zekeren dag werd hij namelijk
door een boerin aangesproken, die zich beklaagde,
dat hare buurvrouw haar een half dozijn jonge
eenden had ontstolen. De buurvrouw hield daaren-
tegen stokstijf staande, dat alle eenden, die op
haar erf liepen, haar eigendom waren. De brigadier
gelastte cerstond beiden vrouwen, alle eenden in
haar voorschoot te doen en hem oogenblikkelijk
te volgen. Na ongeveer een iniji te hebben
geloopen, commandeerde de brigadier; Halt! Laat
loopen de eenden Terstond begaven zich de dieren
regelrecht' naar het erf, waar zij het eerste levenslicht
aanschouwden. Geen enkel harer vergiste zich
in den weg. De diefegge stond verbluftde eenden
waren hare beschuldigsters geweest.
Te Sluis loopt een gerucht, dat eene poging om
eene dilligence, rijdende tusschen IJzendijke en
Ecloo, in de buurt van Watervliet, aan te randen,
door de kloeke houding van een passagier moet
mislukt zijn. Te Amsterdam is een //kruijer"
gearresteerd, beschuldigd van oneerlijkheid. Dit moet
een ongekend feit zijn. In de kerk der Israe-
litische gemeente te Woerden is ingebroken; er
zijn eenige zilveren voorwerpen ontvreemd. Men
schrijft uit Maastricht dat het aantal kloosters in
Limburg, ten vorigen jare 46 bedragende, thans tot
56 gestegen is, verspreid over 37 plaatsen.
lemand, die voor zijn genoegen een dag in Amster
dam had doorgebracht, is, toen hij in zijne woning
te 's Graveland werd gebracht, aan de gevolgen
van het overraatig gebruik van jenever bezweken.
De gemeenteraad van Amsterdam heeft voor de
internationale tuinbouwtentoonstelling, in het volgend
jaar aldaar te houden, eene subsidie toegestaan
van /3U00. Een boerenbehuizing c. a. te Finster-
woid die volgens aankomsttitel anno 1766 was
aangekocht voor de som van /175 en 2 lagen
turf en vervolgens in 1842 was aangekocht voor
/2075, bracht voor eenige dagen in publieke
veiling 12,600 op. 't Land is groot 7,23,70
centiaren. - De gelukkigste gemeente in ons land
is wel Hieslum (Wonseradeel), waar de raad den
armvoogd, wiens collega was overleden en die dus
alleen de armverzorging tot taak had, op rerzoek
heeft ontslager., uit overwegingdat er geen
armen zijn! Bij Bergum is deze week op een
avoud een koopman, die te Veenwouden met den
laatsten trein uit Groningen was gekomen en verder
te voet huiswaarts keerde, in de nabijheid van
zijn woning aangerand, op den grond geworpen
en van een belangrijke geldsom, men zegt f 4000,
beroofd. Te Antwerpen staat een Nederlandsche
loods terecht, die eene som van 150 heeft ont
vreemd aan boord van een schip, dat hij van
Vlissingen naar Antwerpen moest loodsen. Te
New-York doet zich de winter zeer streng gevoe-
len. Het laatste gedeelte van den onderaardschen
spoorweg te Londen is thans voltooid, en voortaan
zullen tusschen 5£ uur 's morgens en 11,50 uur
's nachts niet minder dan 800 treinen de reis heen
en terug maken. De groote lijkoven te Washing
ton, door dr. Limoyne opgericht, is den 6 December
voor het eerst gebruikt t.er verbranding van het
stoffelijk overschot van den Maltheser ridder, baron
Joseph Charles de Palm, die zulks in zijn testament
had verzocht. De Independance Beige meldt
dat in de Vereenigde Staten voortaan zilveren
dollars zullen geslagen worden van 412| grammen,
dat is nagenoeg een halven kilo. DeheerRenz,
die oniangs met zijn paardenspel te Keulen eenige
voorstellingen gaf, maakte daar eene zuivere winst
van 240,000 mark [f 144,000). En dan klaagt
iedereen nog over den vslechfeu tijd!" Sir
Rowland Hill, aan wien Engeland de invoering
der postzegels en van het penny-port te danken
heeft, vierde den 3 dezer zijn 81e verjaardag. In
zijn geboorteplaats Kidderminster is dezer dagen
in eene meeting de oprichting van een standbeeld
ter zijner eere besproken. Het denkbeeld werd
geopperd, het daartoe benoodigde geld uit bijdrage
van 1 penny bijeen te zamelen.
Bij eene voorstelling in het circus-Salomonsky
te Berlijn, heeft de groote krokodil in het aquarium
van inr. Iwone een der grootste slangen den kop
afgebeten. De krokodil schijnt zich daannee echter
de maag bedorve i te hebben, want zij stierf daags
daarna. De slang had eene waarde van 360 mark.
De krokodil was kort geleden voor 1800 mark
aangekocht.
Somber, melancholisch suist de kille adem des zuiden-
winds door de naakte takken der bootnen. Eene
drukkendebenauwende zwaarmoedigheid schijnt
der natuur hare grootsche werking te doen vergeten.
Geen enkele vogel laat zijne liederen hooren; w >est
eu ledig zijn de nog oniangs met weelderig graan
bedekte akkers. Slechts nu eu dan hoort men daar-
over het schot van den eenen of anderen jiger
knallen, die, misschien onder den indruk der alom
heerschende levensloosheid, zijnen natuurgenoten, met
donkeren wrevel in het hart, het zoete leven betwist.
Het jaar spoedt ten einde
Als in diep nadenken verzonken, gait de eene d ig
na den anderen in afmattende eentoonigheid voorbij;
alleen verbroken door een enkelen schooneren, die als
een glimlach om den mond van een stervende, slechts
de zekerheid van het nadereud einde bevestigt.
Grootsch en verheven is de indruk, dien de mensch
van een teneide spiedend jaar ontvaugt; de taal der
vergankelijkheid is voor alien verstaanbaar. Zij grijpt
aan en stemt tot nadenken. De laatste herfstdagen
ivijzen met onmiskenbare zekerheid op de naderende
ontbinding van wat lente en zomer vermochten te
scheppen.
Dan ruischt er, voor wie een inwendig oor bezitten,
door de ontbladerde boomen eene geestenstem, die de
waarlieid verkondigt, dal alle levensvormen, noodwendig
een einde moeten nemendat zelfs de mensch daarvan
niet wordt verschoond.
Die waarheid is een vloek voor den dwize; voor
den wijze is zij, als alle wa irheden, een troost
Waarbij zal ik een teneinde spoedend jaar vergelijken?
Is het eene treurende weduwedie met een onbe-
vredisjd harte terug ziet op haar ledig verleden; die
met smachtend, ja onvoegzaam verlmgen uitziet naar
een tweede huwelijk, om haren tweeden echtgenoot te
geven, wat ze voor haren eerste niet gevoelde (liefde)
die door haar tweede huwelijk de nooit meer te herstel-
len misdaad zal trachten te vergoeden, die zij door haar
eerste begingP
Neen! liever vergelijk ik het met den waardigen
grijsaarddie in het bewustzijn van welgedaan te
hebben in kalme ruste en met verhevene onderwer-
ping aan de noodzakelijkheid het hoofd r.eer vleit ten
eeuwigen slaap; die de om zijn verscheiden treurende
meuschheid bemoedigend heen wijst naar den aan-
snellenden knaap, die het door hem gestaakte slreven
naar „het betere" zal voortzetten met jeugdige kracht
Zoo opgevat is het najaar geen hopeloos treurende
meer, maar wordt het voor den mensch de zichtbare
overgang van het oude tot het nieuwe, van het uit-
geputte tot het verjongde leven, van het donker tot het
licht
O, luistertgij alien, wien het najaar tot sombere
mijmering stemde; luistert naar de fluisterenie stem,
die u toeruischt uit de sluimerende natuur! De on-
feilbare is niet doodzij sluimert slechts, krachten
verzamelende tot nieuwen stijd, tot verjongd en ver-
nieuwd leven!
Liet het voorbijgesnelde jaar een ledig achter in uw
hart het komende zal dat wellicht aanvullenleven
is strijden en tekortkoming spoort tot volharding
aan.
Schoon en grootsch, verheven en verheffend is de
gedachte, dat het schoone en goede nooit vergaat!
Bemoedigend en bezielend met jeugdige kracht is
de gedachte aan de eindelijke zegenpraal van het rijk
des lichts
Zwarte winterwolken dooven de sterren niet uit
de onwetendheid vernietigt de waarheid niet.
De slaap der natuur heft hare krachten niet op.
Daarom het oog afgewend van het verledene Telken
dag eene schrede nadert het nieuwe jaar, dat u zal
oproepen tot vernieuwd strevenDaarheen den blik
Leven is strijden en strijden is streven; eu streven
naar „het betere" schenkt zielevrede.
December 1876.