No. 287.
Woensdag 17 October 1866.
171
Ode Jaarg.
X
I
BI.r D. VAN ECK
M.r G. A. FOKKER
PROCLAMATIE.
VOOR
IJzeren weg van Gent naar IVeuzen.
Nadat het motief voor de kamer-
ontbinding (eene beweerde aanranding
van een koninklijk prerogatief) ook bij
voortgezette discuspie bleek onhoudbaar
te zijn, (zie o. a. het adres van 13 hoog-
leeraren in de regtsgeleerdlieid) is een
geheel ander motief op den voorgrond
getreden. De koning zelf heeft gespro-
ken, zonder ministers, en gewaagt niet
van de beweegredenen, door de minis
ters vroeger verkondigd.
De koning roept alle kiezers op tot
zamenstelling van eene tweede learner
der staten-generaal, geschikt om besten-
diging van rigting aan's konings regee
ring te geven, en alzoo dat gedurig ver
anderen van ministerien te doen op-
houden.
Dit brengt de verkiezingen op een
ganscli ander terrein.
Inderdaad er waren drie nagenoeg
even krachtige fractien in de ontbonden
tweede learner, die de meerderheid lig
deden verplaatsen.
De koning wenscht eene tweede ka
mer, waarin eene rneer besliste meer
derheid zij, en in overleg waarmede
alzoo meer duurzaam zij te regeren
De koning zegt niet dat de kiezers con-
servatieven of liberalen behooren te
kiezen. De kiezers blijven vrij. Daarom
zullen de Zeeuwsehe kiezers wel doen,
de oud-afgevaardigden te lierkiezen.
Deze hebben immer de liberalen ge-
steund en ook Zeelands belang niet voor
bijgezien, zooals nog onlangs is gebleken
bij behandeling der spoorwegzaak, in
verband met de afdamming der Ooster-
Schelde.
Worden reaetionairen en conservatie-
ven gekozen, dan wordt weder afgebro-
ken wat sedert 1848 tot heil des
vaderlands onder liberale ministerien
is opgebouwd. Is de meerderheid be-
slist liberaal, dan is een ministerie te
wachten, dat ook duurzaam bijval bij
de tweede kamer vindt, want de natie
zelve is ook liberaal!
Daarom komt eene herkiezing in
het district Middelburg (Walcheren en
Zeeuwsch-Ylaanderen) van de Heeren
en
hoogstgeraden voor.
Twee gewigtige stukken zijn dedokumeuten
over de aanhangige konstitutioneele [kwestie ko-
mon vermeerderen. De honiny heeft gesproken
en de koele wetenschap heeft hare stem doen
hooren. De geruchten, dat Zijne Majesteit zich
bij een manifest tot de kiezers zou rigten, zijn
bevestigd en de Slaals-Couranl van 12 October
bevatte de volgende
Wij Willem IIIbij de giatie Gods, koning
der Nederlanden, prins van Oranje-Nassau, groot-
bertbg van Luxemburg, enz., enz., enz.
Geliefdc landyenooten en onderdanen
Ik heb het noodig geoordeeld, gebrnik ma-
kende van mijn grondvvettig regt, de tweede
kamer der staten generaal te ontbinden.
Zal ons dierbaar vaderland voortdurend orde
en eensgezindheid blijven bewaren, en daarmede,
onder hoogeren zegen, rust en welvaart blijven
genieten, dan behoort de regering een niiddel-
punt te zijn, waarop de blikken des volks zich
met vertrouwen kunnen vestigen.
Aan dat vereisehte kan geeue regering voldoen,
wanueer tusseheu haar en de volksvertegen-
woordiging de overeenstemming ontbreekt, zon
der welke de eendragtige zamenvverking der
grondwettige magten, zoo onmisbaar voor de
behartiging der natiouale zaak, onmogelijk is.
De ondervinding der laatste tijden heeft over-
tuigend bewezen, dat die overeenstemming en
zamenwerking niet te verkrijgen zijn met de
jongste zamenstelling van de tweede kamer der
staten-generaal.
De gedurige vervvisseling van mijne ve'rant-
woordelijke raadslieden zou allengs schadelijk.
worden voor de zedelijke en stoffelijke belangen
dei natiezij verlamt de kracht der regering
bestendiging van rigting brengt daarentegen
kracht van bestuur en uitvoering mede.
Om daartoe te geraken roep ik thans mijn
geliefd volk op, ten einde van zijne wenseheu
te doen blijken.
Nederlanders beschouwt den 30 October aan-
staande als een gewigtigeu dag in uw volks-
leven uw koning noodigt u alien, aan wie de
wet de uitoefeniug van het kiesregt toekent,
tot de stembus laat uwe trouwe opkomst toonen'
dat gij er prijs op stelt aan zijne roepstem ce-
hoor te geven
Gedaan op het Loo, den 10 October 1866.
WILLEM.
Het heeft den koning behaagd deze proklamatie
tot een regeringsstuk te makeu door haar te doen
opnemen in het Slaalsblad en dit besluit te
doen kontrasigneeren door een der ministers
terwijl een tweede het nomrner van het Slants'-
"'ad als naar gewoonte onderteekend heeft. Dat
besluit van plaatsing luidt als volgt
Wij Willem III, bij de gratie Gods, koning
der Nederlanden, prins van Oranje-Nassau, groot-
hertog van Luxemburg, enz., enz., enz.
Gezien onze proclamatie van heden
Hebben goedgevonden en verstaan te bepalen
Onze gemelde proclamatie zal in het Staa/sbtad
worden geplaatst, afgekondigd en aangeplakt
waar zulks te doen gebruikelijk is.
Onze minister van binnenlandsche zaken is
belast met de uitvoering van dit besluit, hetwelk
in het Slaalsblad zal worden geplaatst.
Het Loo, den 10 October 1866.
WILLEM.
De minister van binnenlandsche zaken
HEEMSKERK.
Uitgegeven den elf den October 1866.
De minister van juslitie,
BORRET.
De proclamatie des konings bevat een aantal
waarheden die niemand in twijfel zal trekken
en die alle behartiging verdienen. Zeer zeker
is de onophoudelijke afvvisseling van ministers
allerschadelijkst voor de belangen des lands.
Sedert de grondwetsherziening hebben wij ver-
brnikt (1): 14 ministers van buitenlandsche
zaken, 12 ministers van justitie, 10 ministers
van binnenlandsche zaken, 8 ministers van ma-
nne, 0 ministers van finantien, 7 ministers van
oorlog, 11 ministers van kolonien, te zamen ft
ministers in den tijd van 18jaren! velen zijn
slechts eenige maanden aan het bewind geweest
de langste rainisterieele levensduur was een vijf-
;al jaren, en dezen hoogen staatkundigen leeftljd
lebben maar een half dozijn ministers bereikt.
De meesten kregen een min of meer gevoeli"-e
uitnoodiging om maar weer heen te gaan, juist
op het tijdstip wanneer langzamerhand het licht
voor lien aanbrak in de duisternis en zij eenig-
zins op de hoogte der zaken begonnen te raken,
die dus of aanhoudend blijven liggen 61'telkens
volgens versehillende beginselen beslist werden.
Even als men wel eens gezegd heeft, dat slechte
wetten onder een goede regering beter zijn dan
goede wetten in handen van een despotiek gou-
vernement, zoo zou men ook kunnen beweren,
dat het voor de algemeeue landsbelaugen beter
is een ministerie te hebben dat al laat het ook
in een of ander opzicht wat te wensehen over, een
genoegzamen tijd op het kussen blijft, daar die
oogverblindende opvolging van voortreflfeljjke
j kabinetten, maar dit eene gebrek hebben, dat
zij iiiets tot stand kunnen brengen.
Het valt niet te ontkennen dat de verkiezing
van 30 October aanstaande in menig opzigt zal
beslissen over de gewigtigste belangeii van het
aan de geheele natie zoo dierbare vaderland,
eii mogen wij er op vvijzen dat het de pligt is
van elk regtgeaard Nederlander, aan wien de
wet het Vesrcgt toekent, om op den 30 dezer
zijn biljet in de bus te brengen.
De dringende uitnoodiging, die de proclamatie
tot de kiezers rigt, om toch den 30 October
trouw ter stembus op te komen, is een bloedige
satire op bun vadsigheid en onverschilligheid.
Indien zij gewoon waren zich naar behooren
van hun burgerpligt te kwijten, zou de koning
zulk een aandrang niet behoeven te bezigen.
De brochures en dagbladartikelen over de
groote kwestie zijn niet bij te honden, en men
mag zich dus gelukkig rekenen, indien men
keunis kan nemen van de voornaamste opstellcn
van dieu aard. Het is ontegenzeggelijk, dat de
personen, aan welke men het meeste gezag kan
toekennen, meerendeels zich tegen de handing,
die de regering aangenomen heeft, verklaren.
De lieer Grocn van I'ritislerer zegt in het laatste
nommer zijner parlementaire studien en schetsen.
„De voorstelling der motie van orde als inbreak
op het regt der kroon, is een inbreak op het
regt van de tweede kamer." Maar bovenal dient
men zijn opmerkzaamheid te seheuken aau het
Advies van clertien professoren
onzer academien (1-)
Zij stellen de eenvoudige regtsvraag: Is de
tweede kamer door haar votum gekomen op het
gebied der uitvoerende magt, en heeft zij zoo
doende het prerogatief der kroon, en dus ook
de grondwet, geschonden
De kamer heeft de gedragslijn van het kabinet
ten opzigte van de uittreding van den heer Mijer
als minister van kolonien afgekeurd. De rege
ring heeft dit gekarakteriseerd als een afkeu-
ring der benoeming van dien heer tot gouverneur-
generaal, en daaruit ten slotte geconcludeerd,
dat het votum ongrondwettig. was. Tegen een
dergelijke uitlegging protesteeren de professoren.
Als de kamer de aftreding van den minister
afkeurt, volgt daar nog niet uit, dat zij ook de
benoeming van een gouverneur-generaal afkeurt.
Doeli al ware het anders en al had de kamer
werkelijk de benoeming van den heer Mijer tot
gouverneur-generaal afgekeurd, dan betoogen de
onderteekenaars van het advies, dat dit votum
ook dan nog volkomen constitutioneel zou ge
weest zijn. Als de kamer in gemoede gclooft,
dat door de benoeming van eenig persoon, 't zij
tot gouverneur-generaal, 't zij tot welk ambt ook,
de belangen van den staat worden miskend, dan
is zij niet alleen bevoegd, maar zelfs verpligt
die meening te doen blijken, wil zij werkelijk
doen wat „goede en getrouwe staten-generaal
schuldig zijn te doen," zoo als het in den hul
digings-eed (art. 52 der grondwet) staat uitge-
drukt.
Dit vloeit voort uit het algemeen karakter van
de constitutionele monarchic, De onschendbare
koning regeert, maar kan geen enkel regerings-
regt uitoefenen, zonder dat eenig minister daar
toe zelfstandig medewerkte. Die minister draagt
de voile verantwoordelijkheid voor die ntedewer-
king, zonder zich in een enkel geval achter het
regt der kroon te mogen verschuilen. Waav
tegenoVer de regeringeen regt te verdedigen
of een belang to behartigen valt, ook al geldt
het slechts een enkel individu, daar is ook voor
de staten-generaal het regt van kritiek in zijn
ruimsten omvang, door niets beperkt.
De professoren verklaren de bewering niet te
begrijpen, dat de kamer door haar votum bet
gebied der uitvoerende magt betreden en dus
bet koninklijk prerogatief geschonden zou hebben.
De koning heelt een gouverneur-generaal benoeiml
en de kamer keurt die benoeming af. Is af-
keureu een daad van de uitvoerende macht f
Zoo neen gelijk wel ieder zal toegeven
dan heeft de kamer het terrein dezer laatste niet
betreden. De motie zou alleen dan inconstitutio-
neel geweest zijn, wanneer de kamer, de be
noeming vau den heer Mijer afkeurende, te ken-
nen had gegeven, dat een ander bepaahl aan-
gewezen persoon benoemd had moeten worden.
Terwijl de grondwet in het midden laat wie
den gouverneur-generaal zal benoenun, is er geeu
sfelliger prerogatief van de kroon dan het He-
noemen van mjuisterti, hetgeen de grondwet uit-
drukkelijk aan den koning opdraagt, en ecliter
is deze bepaling nooit een belemmering voor
de kamer of de drnkpers geweest, om de benoe-
mingen van ministers te beoordeelen en af to
keuren. Waarom zou dan in bet regt des ko
nings om een gouverneur-generaal te benoemen
iets 7.66 eigenaardigs liggen, dat het boven alio
andere koninklijke prerogatieven de eige ischap
zou verkrijgen, om zonder ecuige contrdle uit -
geoefend te worden
Men beroept zich op bet oppcrbestuur des
konings over de kolonien. Docli de grondwet
spreekt evenzeer van zijner majesfeits oppcrbe-
stuur over de tinancien, de buitenlandsche be
trekkingen enz., en desniettemin heeft nooit
iemand de bevoegdheid onikend, om daarover
kritiek uit te oefenen.
De drie later bijgekomen professoren spreken
in hunne verklaring van adhaesie de overtuiging
uit, dat de tweede kamer volkomen bevoejrd
is, over alle regeringsdaden, wanneer zij die
met 's lands belangen in strjjd acht, een afkeu-
rend oordeel te velien, hetgeen nimmer den ko
ning maar alleen zijne verantwoordelijke raads
lieden treft.
IVeuzen, 16 Octob. Sedert de opgaaf
in ons vorig nummer zijn bier door cholera
aangetast 7 personen en zijn 6 lijders aan die
ziekte bezweken. In het geheel werden thans
aangetast 33 en overleden 20 personen.
De heer C. van Dij/c, hoofdonderwijzer aan
de openbare lagere scliool alhier, heeft in de
vorige week te Middelburg na afgelegd examon,
acte verkregen als onderwijzer in de landbouw-
kunde.
Zaamslag8 October. De kerkeraad
alhier heett heden met eenparigheid van stein-
men beroepen, den heer E. Gi oncmeijer, pre-
dikant te Sleeuwijk.
den 12 dezer is in het openbaar te
Middelburg aanbesteed, het maken van buiten-
gewone werken aan de navolgende calainiteuse
polders in Zeeland.
Wilhelmina en Oost-Beveland. le porceel, aan
genomen door den heer J. de J oyer te Sliedrecht
voor 9,650.
Borsselen. 2e perceel aangenomen door den
heer J. Fitis te Vlissingen voor f 11,300.
Scherpenisse. 3e perceel aangenomen door don
heer G. Bolier te Scherpenisse voor f 6,900.
Flaauwers. 4e perceel aangenomen door den
heer IV. van Uije te Middelburg voor 39,600.
Vliete. 5e perceel aangenomen door den heer
W. A. 1 issir Jz. te Kattendijke voor 20,900.
Hoofdplaat. 6e perceel aangenomen-door den
heer W. J. Schram te Sliedrecht voor 42,500.
Margaretha. 7e perceel aangenomen door deu
heer C. de Groot te Papendrecht voor 3,350.
Walsoorden. 8e perceel aangenomen door deu
heer G. Itckker te Sliedrecht voor f 14,700.
Bij het gewestelijk bestuur van Zeeland is
aanschrijving ontvangen, dat in Mei 1867 nabij
Middelburg een aanvang zal wordeu gomaakt
ALGEMEEN MEHIS-
Zeeuwscii-Vlaanderen.
Hit Weskblad wordt elken Woensdag; morgen uitgegeren
bij BKILANUS DHONT, le JVeuzen. Pi'ijs per 3 maandc-n 80
Cents, franco per post 95 Cents Men abonneert zich bij
alls Boekhandelaren, J'ostdirecteuren en Brievenbushouders.
Sectie van GENT naar SELZAETE.
Van Selzaete 6,- 8,40,12.-, 6,-. Van Gent 7,30, 10,30, 2,30, 8,13.
Advei tentien geliere men aan de I'ilgereis in te zmdea.
niterlijk Dingsdag avoml ten ti ure; de piijs ran 1 tot 1
1-egels is 40 Cents, toot elken regel meei lOCanls, beliaive
35 Cents z.egeiregt roof elke plaatsing.
|1) Tijdclijkc en defin tiere ministers zijn bij elkander
genom,;n xHcen die, welke ad interim met cone porle-
be|asl «jn geweesl, zijn er niet bijgeleld. De
minuter* die meer dan ecus npgetrcden zijn, hebben wij
tclkcm (ijs meiiwe ministers beschonwd
(t) Hit nitgebic'ot stattsregtclijk adTies, opginompn
in <le Aieuue Itotterdun, sche (Jourant van (londrrda;;
11 Uctoher, is onderteekend door de hooolcernnn filtering,
van Boneval Faure, Goudimit, Buys, Gratama, Tetteyen
Jsser, Moddtrman, Buymatr van Twist en de Bruyn
Kopt. lien votgend.-n da. h.-bbe.i nog de piofessnren
Lintclo de Geer, J A Ftuin en van Bees er Joinue ad-
hat'tie auu ^fschoxu^u.