E
Koperwieken en kramsvogels
DE GEDENKWAARDIGHEID
VAN EEN WINTER KAN
Supersneeuwman
IJspret
„Aandelen-opties":
verleidelijk
maar riskan
Is Kanaaltunnel
meer dan een
Europese droom
EVEN UITBLAZEN
door Wessel
B. Brouwer
binnenland
buitenland
MET WIM KOCK
Moord
Honger
Hausse en baisse
Rectificatie
NA 175 JAAR „BOUW
Maagd
1978
Europees geld
DE STEM VAN ZATERDAG 18 FEBRUARI 1978
Koperwieken en kramsvoge
ls, hele gewone verschijnin
gen in winters Nederland,
hebben de laatste dagen
nogal wat pennen in beroe
ring gebracht. Een inwoner
van Alphen vond „dat ze
vroeg waren dit jaar". Een
inwoner van Etten-Leur
meldde met trots dat hij ze
drie weken geleden al had
gesignaleerd en op de een of
andere manier werd dai al
lemaal krantenieuws
Verbaasd reageerde dan
ook de 12-jarige Erik Lol-
cama uit Breda: „In het
meest eenvoudige voge-
lboekje kan men namelijk
vinden dat beide vogelsoor
ten wintergasten zijn en
reeds vanaf de herfst in grote
aantallen in ons land aange
troffen worden. Ik zie ze tel
kens in de herfst en winter,
als ik naar vogels ga kijken,
bij honderden in de weilan
den", aldus Erik.
Ook de deskundige
mengde zich in de discussie.
De heer W.D. Veenhuizen be
vestigde Erik Lolcama's ver
haal: „Vanaf eind september
komen de koperwieken en
kramsvogels al uit hun
broedgebieden in het hoge
noorden naar Nederland om
pas tegen eind april daarnaar
weer terug te keren".
Hoewel zeker geen voge
lkenner, was ook ik nogal
verbaasd over de plotselinge
berichten over koperwieken
en kramsvogels. Ik vermaak
me namelijk al jaren met die
vogels. Als er sneeuw ligt in
de polder of de akkers hard
bevroren zijn, komen ze in
groepen de woonwijken in.
Bij ons in de straat vormen
de bessen van vuurdoorns
hun belangrijkste voedsel
bron.
Opmerkelijk is de systema
tiek waarmee ze te werk gaan
en die vooral goed te volgen
is omdat elk huis tegen
woordig zijn vuurdoorn
heeft. De vlucht vogels plukt
steeds een struik helemaal
leeg om daarna pas te ver
kassen naar het volgende
huis-met-struik.
Zo werken ze één voor één,
alle vuurdoornstruiken af.
Regelmatig rusten ze uit in'
de kale boompjes langs het
trottoir, een soort
Hitchcock-effect opleverend
(The Birds).
Het is een nogal opvallend
gebeuren dat mensen met
ogen in het hoofd niet kan
ontgaan.
i
We waren pas getrouwd en
woonden op kamers. Dat
deed je toen nog - inwonen
heette dat - omdat het
sloopwezen nog niet zover
was ontwikkeld dat er wat te
kraken viel. Het kraken was
daarom ook nog niet uitge
vonden.
Toen mijn vrouw om half elf 's
morgens opstond en het kleine
zitkamertje binnentrad, trof ze
mij en mijn bevriende collega
Kees aan, gewikkeld in over
jassen en temidden van lege
bierflessen. Ook de jeneverfles
was leeg maar op een tafeltje
stonden nog twee, al uren niet
meer aangeroerde borrelgla
zen, tot de rand toe vol. Voor de
kachel, van het type dat ze
„duveltje" noemden, op een
krant, een hoop sintels. Uitge
gaan, leeggehaald en niet
meer aangestoken. Op straat
kraakte de hard bevroren
sneeuw onder de autowielen.
Een onmiskenbaar winters
tafereeltje: twee nachtbrakers
die het over de erfelijkheid
hadden gehad, uren lang,
nuchter gebleven door de kou.
Met roodomrande ogen keken
we toe hoe mijn vrouw koffie
zette en het duveltje weer
aanmaakte.
„Mijn vrouw zal niet weten
waar ik ben", zei Kees plotse
ling ongerust. Telefoon hadden
we niet. Mijn vrouw bood aan
naar de - naar later bleek in
derdaad hoogst verontruste -
echtgenote van Kees te fietsen
om het terrein te verkennen, de
stemming te peilen en alvast
het pad voor de schuldige Kees
een beetje te effenen.
Weg glibberde ze, met haar
fiets over de gladde straten.
Het was 1963 en volgens
briefschrijver J.A. Moshoevel in
„Papier voor Uw Pen" van gis
teren, hadden we toen de
strengste winter sinds 1829.
Niet niks dus. Toch was het
boven beschreven, twaalf uur
durende, bezoek van vriend
Kees de enige gebeurtenis van
dat jaar, die mijn vrouwen ik, na
enige moeite, nog in verband
konden brengen met de winter.
In datzelfde 1963 werd John
F. Kennedy vermoord en we
weten nog precies, mijn vrouw
en ik, wat we aan het doen
waren toen die onheilstijding
ons bereikte en dat geldt ook
voor de vrienden die toen bij
ons op bezoek waren.
Bij nader inziens ontbreekt
het ons trouwens toch niet aan
allerlei referentiepunten die
achteraf op de een of andere
wijze het beeld van die winter
zouden moeten oproepen. Be
halve dat duveltje en het bed
hadden we geen andere bron
nen van warmte. Geen c.v. Ik
herinner me dat de kolen in
kleine papieren zakken moes
ten worden aangevoerd maar
ik zie me er niet mee door
sneeuwen ijs sjouwen. We be
leefden het avontuur van pas
getrouwd zijn en het moet in het
hartje van die winter zijn ge
weest dat we bij de bank aan-
klopen voor een persoonlijke
lening omdat we nog niet had
den geleerd de tering naar de
nering te zetten. In februari al
kondigde onze eerste zoon zijn
komst aan en dat herinneren
we ons nog opperbest! Maar er
zit geen winterse franje aan die
herinnering. Gek eigenlijk.
Hoe komt het toch dat zoveel
oudere mensen zich strenge
winters van lang geleden her
inneren, terwijl ik met de beste
wil van de wereld geen beelden
meer weet op te roepen van
mijn eigen recordwinter? Zelfs
niet wanneer de heer Mosheu
vel zo vriendelijk is geweest die
winter nauwkeurig te dateren
en te wijzen op de uitzonder
lijke strengheid ervan.
De winter van 1944/45, DE
VERSCHRIKKELIJKSTE
WINTER UIT DE JONGERE
Nederlandse geschiedenis
..herinner" ik me wel. Maar het
is achteraf ingevulde herinne
ring. Je hebt erover gelezen: de
honger, de terreur, de doden,
de voedseldroppings.
Echte herinnering bestaat uit
flarden: Voedselinzamelingen.
Een kudde koeien die door
vrijwilligers richting Moerdijk
wordt gedreven. Het laatste
bombardement van de Duitse
luchtmacht op de besneeuwde
Nieuwjaarsmorgen van 1945.
En het is niet eens helemaal
zeker of ook deze flarden niet
achteraf in het geheugen zijn
ingevoerd door ouderen die
erover vertelden. Behalve dat
bombardement. Dat zie ik nog
voor me als een film omdat ik
teen met andere kinderen te
cfJst was bij de Engelsen op het
vliegveld en bang was.
Ik denk dat je je winters al
leen maar kunt herinneren als
je ze op de een of andere ma
nier echt beleeft. En dan doet
het er waarschijnlijk niet eens
zoveel toe hóe streng zo n win
ter volgens objectieve maat
staven is. Volgens de heer
Mosheuvel was de winter van
62/63 strenger dan die van
44/4 Ik geloof dat best.
Hoe beleef je nu winters?
Door er onder te lijden of door
ervan te genieten en dat laatste
doe je hoogstens samen met
de kinderen. De verhalen van
de ouderen over „de strenge
winters van vroeger" moeten
dus nogal betrekkelijk zijn.
Hoewel: het feit dat sinds
1963 geen Elfstedentocht meer
is gereden kan niet uitsluitend
worden toegeschreven aan de
thermische verontreiniging van
het oppervlaktewater.
■fev
Twee Zwitserse beeldhouwers hakten uit sneeuw en ijs het beeld
van Jules Verne, science-fiction-schrijver avant la lettre. Ze
deden dat in het kader van een aan Jules Verne gewijd sympo
sion.
Eric Sloan, een 20-jarige
Canadese student, mag zich
sinds het weekeinde de Hou-
dini van het hoge noorden
noemen, dankzij een stunt
waarvan ook die legendari
sche boeienkoning zou heb
ben geijst.
Sloan tiet zich zakken in
het drie meter diepe water
van het dichtgevroren Lac
Dow bij Ottawa. Vóór Sloan
in de uitgehakte bijt stapte,
was hij aan polsen en enkels
geboeid, ingesnoerd als een
rolmops en verzwaard met
een gewicht van tien kilo. Hij
had precies 36 seconden
nodig om zich van alle kluis
ters te ontdoen en uit het ijs
koude water op te duiken.
Sloan had uitgerekend dat hij
45 seconden had vóór hij
door de kou zou zijn bevan
gen.
De bescheiden student
schreeft zijn prestatie toe
aan een kerngezond corpus
en enkele „trucs". Alsof er
niets was gebeurd nam
Sloan na het weekeinde weer
plaats in de collegebanken.
Op 4 april a.s. wordt in Am
sterdam de „European Options
Exchange" (EOE) geopend.
Volgens een brochure, die op
roept tot deelname aan een in
formatieve bijeenkomst welke
tegenwoordig seminar heet,
zal dit een belangrijke gebeur
tenis zijn. Niet alleen voor Am
sterdam als internationaal fi
nancieel centrum, maar zelfs
voor heel Europa.
Dat zullen we dan maar ho
pen; niet in de laatste plaats
voor de Vereniging voor de Ef
fectenhandel, die er tot nog toe
een kleine 10 miljoen gulden in
heeft geïnvesteerd. Het ligt in
de bedoeling dat de EOE een
internationale beurs wordt,
waar aandelenopties verhan
deld gaan worden. Opties met
name op toonaangevende
fondsen die al veel belangstel
ling uit Europa ondervinden.
Op deze laatste worden in
Amerika reeds opties afgege
ven en verhandeld. Men wil
starten met de handel in opties
op 10 tot 15 daarvoor nog uit te
kiezen Belgische, Franse,
Duitse, Nederlandse, Engelse
en Amerikaanse fondsen.
Begin volgend jaar moet het
aantal verhandelbare opties
volgens de plannen uitgebreid
zijn tot 60.
Het grote voorbeeld dat de
initiatiefnemers tot oprichting
van de EOE voor ogen heeft ge
staan is de zeer succesvol ope
rerende „Chicago Board Op
tions Exchange" (CBOE), die
in 1973 gestart is. Niet alleen
hier, maar ook in Amerika doet
goed voorbeeld doorgaans
goed volgen, zodat daar in
middels ook in aandelenopties
gehandeld wordt op de „Ame
rican Stock Exchange", de
„Midwest Stock Exchange",
de Pacific Stock Exchange" en
de Philadelphia Stock Ex
change". Zonder overdrijven
kan gesteld worden dat deze
vrij nieuwe beleggingsvorm in
het land van Uncle Sam zeker
is aangeslagen bij het grote pu
bliek. Gegeven de toch wel be
staande markt- en mentali-
teitsverschillen tussen de
U.S.A. en Europa, betwijfel ik
vooralsnog of dat succes door
de EOE geëvenaard kan wor
den.
Ondanks het feit dat de aan-
delenoptie een relatief jong be
leggingsmedium voor ons is, is
het toch nauw verwant aan iets
dat wij al veel langer kennen:
de premie-affaire. Bij een
premie-affaire koopt de beleg
ger (in dit geval kunnen we
overingens meestal, maar niet
altijd, beter van speculant
spreken) voor een overeen te
komen termijn het recht om
bepaalde aandelen te kopen of
te verkopen tegen een ge
fixeerde prijs. Voor het koop
recht betaalt hij een „hausse
premie", voor het verkoop
recht een „baissepremie". De
koper van een haussepremie
hoopt er natuurlijk op dat de
koers van het betreffende aan
deel gedurende de overeenge
komen periode stijgt. Stijgt die
koers met een absoluut groter
bedrag dan de prijs die hij voor
de haussepremie heeft betaald,
dan maakt hij uiteraard ge
bruik van zijn kooprecht en
kan gelijktijdig met winst
tegen de dan hogere marktprijs
verkopen. Een 3 maands haus
sepremie in aandelen Konink
lijke Olie van 125 gulden,zal zo
om en nabij de zes gulden kos
ten. zodat de hel affaire pas
winst oplevert als de koers van
het aandeel binnen die 3
maanden boven de 131 gulden
komt. Bovendien moeten bij de
afwikkeling nog aan- en ver
koopkosten worden betaald,
zodat in werkelijkheid de be
nodigde koersstijging van het
aandeel nog iets groter dient te
zijn. Een koper van een
baisse-premie heeft volgens
ditzelfde voorbeeldje het recht
om de aandelen Koninklijke
Olie gedurende 3 maanden te
verkopen tegen de vaste koers
van 125 gulden. Hij heeft er dus
pas baat bij als de koers van het
aandeel tot beneden de 119
gulden daalt, omdat hij het
aandeel dan goedkoper op de
beurs kan terugkopen voor ge
lijktijdige levering tegen 125
gulden.
Bij hausse-affaires zijn de
winstmogelijkheden theore
tisch ongelimiteerd, terwijl het
maximale verliesrisico (de be
taalde premie) bij voorbaat
vaststaat. Rechtstreekse aan
koop van het aandeel behoeft
echter ten eerste een veel gro
tere investering en levert ook
een veel groter maximaal ver
liesrisico op. De particuliere
belegger die eens een gokje wil
wagen speculeert meestal a la
hausse. Misschien heeft dat
wel met de menselijke natuur
te maken: we zijn „van huis
uit" meestal optimisten. Het
meest aantrekkelijke van
premie-affaires voor de parti
culier is natuurlijk dat met een
relatief klein bedreig grote
winsten te behalen zijn.
Bovendien ïs zoals gezegd
het risico vooraf exact te bere
kenen. Het „hefboomeffect"
(leverage) is de voornaamste en
ook de meest tot de verbeelding
sprekende eigenschap van
premie-affaires. Een belang
rijk nadeel is, dat een eenmaal
verrichte affaire uitsluitend tot
een eind kan worden gebracht
door gebruik te maken van het
aankoop- of verkooprecht ge
durende de looptijd ofwel door
het verstrijken van de looptijd
zelf zonder van dat recht i.
bruik te maken. In het laat;,
geval betekent dit, dat
nen van het recht zinloos n
omdat het geen winst brac,1
De premie is dan volk,
waardeloos geworden en dek,
taalde prijs is in zn geheeli»
loren. Dit nadeel zou kum:
worden opgeheven door de i
zitter van het aan- ofverkx
recht toe te staan dit recht
durende de looptijd op
beurt weer te verkopen.
De EOE stelt zich dan
ten doel om dagelijks ham
premies te verhandelen
daardoor tot een koersvormt
van de premies zelf te gerake.
De premies heten dan opiu
wat ook een veel betere beij
ming is, en hebben nog eenui
tal extra kenmerken boven i;
van de premie. De grondprn
cipes zijn echter identiek.
Door het hefboomeffect a
fenen opties een grote
trekkingskracht uit opjuistl
kleinere belegger. Aankx;
van 100 aandelen XYZ ti
een koers van 50 gulden v
een investering van 5000 j
den. Stijgt de koers vanl
tot 60 gulden, dan wordt n
belastingvrije winst gema«'
van 1001} gulden. Dit even li
van transactiekosten. Dielk
gulden winst betekent 20 pi
cent van de aanvankelijk i:
vestering. Aankoop van j
opties XYZ tegen een opis
koers van bijvoorbeeld 5 j
den, vergt slechts een incest:
ring van 500 gulden. Bij kon
stijging van het aandeel totlf
zal de op de EOE genoten-
optie theoretisch stijgen tot',
gulden en kan eveneens eents
lastingvrije winst van W,
gulden gemaakt worden. Int
geval betekent dat echter ji
20 procent, maar 2Ó0 pm:
van de aanvankelijke imus
ring. Nog afgezien van den
(gecompliceerde) beleg gin;
combinaties die in opties»
gelijk zijn, is het hoge prow,
tuele winstpotentieel vat of
ties voor velen al fascmem
genoeg.
Sprekend over proceotn
moet wel één ding gezegd
den: Het is juist dat de optiek
legger zijn risico tot op de»
nauwkeurig kent en daarfc
in het voordeel lijkt. Niet vb
geten mag echter worden, it
dat risico precies gelijk is ai
de door hem betaalde oplii
prijs. En dat is en blijft aili;:
100 procent van zijn
ring.
Bij het artikel over suike
ziekte („Diabeet leeft metkld
en weegschaal") in onzekiat
van gisteren is een
adres van de vereniging
suikerzieken vermeld. Hf
juiste adres is: Diabetes Vei-
eniging Nederland, postbffi
9210 Utrecht.
(van onze kunstredactie)
Je kunt het Kanaal tussen Engeland en het Europese vasteland
natuurlijk overzwemmen. In 1875 werd dat voor de eerste keer
geprobeerd. Dat is nadien door verschillende mensen gelukt. In
1971 zelfs door een bloedeigen Nederlandse, Corrie Ebbelaar.
Aangezien de meeste mensen daartoe niet in staat zijn en het
waarschijnlijk wat omslachtig vinden maken zij gebruik van één
van de ruim honderd mogelijkheden om met een boot of vliegtuig
aan de overkant te komen. Het makkelijkste zou natuurlijk een
tunnel zijn. Maar na 175 jaar proberen om zo'n ding aan te
leggen, moeten we nog steeds zeggen: „Als dat zou kunnen".
Het schijnt niet te kunnen,
want in 1974 stak Engeland
weer een stokje voor de laatste
poging. De tentoonstelling, die
een 175 jaar vernuft en drama
rond een overstapje tussen
Frankrijk en Engeland illus
treert heet dan ook „Droom
van een tunnel". Tot en met 4
maart is deze te zien in het
Bouwcentrum in Rotterdam
(tegenover het Centraal Sta
tion).
Dat gedonder moet nu maar
eens afgelopen zijn, zei - uiter
aard op een wat beschaafde
manier - dr. Cornelis Berk
houwer (drinkt u ook melk?)
vice-voorzitter van het Euro
pese Parlement bij de opening
van de expositie. Zo'n tunnel is
geen zaakje meer tussen
Frankrijk en Engeland. Die
komen er toch niet uit. Het is
een Europese zaak en de reali
satie ervan vraagt om een Eu
ropese aanpak. Dat is natuur
lijk een pleidooi voor zijn „ei
gen" Europese toko, maar je
krijgt inderdaad het gevoel dat
die twee landen er niet uitko-
Nu mag een droom een com
plex psychologische gegeven
zijn (droom van een tunnel), de
tentoonstelling zelf houdt zich
aan de feiten; dus aan de zicht
bare (on)resultaten. Maar je
voelt met je klompen aan, dat
er noch technische, zoch finan
ciële problemen meer zijn om
die tunnel er te laten komen.
Wat is er dan echt aan de hand?
Een klein beetje daarvan proef
je bijvoorbeeld bij de diapre
sentatie op de expositie als je
hoort hoe militaire chefs in
Engeland en Frankrijk opza
gen tegen de timnel; dat de En
gelsen ervan gruwden om met
de Fransen in één trein te zit
ten en dat de vader van Wiston
Churchill zei, dat doorde tun
nel Engelands positie als „in
tacte maagd" aangetast zou
worden. En als Engeland in
1974 onderzoek vraagt - ter
wijl men al aan het boren is -
naar goedkopere oplossingen,
denk je: „Wat zit daaronder, of
daarachter?".
De Engelsen hebben zich-
nog steeds niet losgemaakt van
hun meerwaarde - gevoel ten
aanzien van „the continent!ze
kunnen het nog steeds niet
verkroppen geen wereldmacht
meer te zijn. Waar ze dwars
kunnen gaan liggen uit
geldingsdrang, zullen ze het
niet laten. De EEG kan ervan
meespreken. Een timnel on
dergraaft nog verder Enge
lands uitzonderingspositie.
Het zal bijvoorbeeld een moei
lijk te verdedigen zaak- zijn,
dat straks een van de tunnels -
er moeten er een aantal komen
gereserveerd moet worden
voor de Engelsen. Kortom: die
Een model van het tunnelplan, dat in 1975 werd stopgezet.
Links en rechts de spoortunnels met treinen voor auto- en perso
nenvervoer; in 't midden de reservetunnel met dwarsverbindin
gen naar de spoortunnels.
tunnel is voor Engeland vooral
een droomverstoorder.
De eerste, die een tunnelplan
ontwierp was de Franse inge
nieur Albert Mathieu in 1802.
Bij flakkerend licht van olie
lampjes maakt men volgens
zijn plan, onder alle weersom
standigheden in een paar uur
de overtocht via een houten
constructie over de bodem van
de zee. Maar technisch was het
plan nog niet rijp genoeg en in
Engeland was men allang blij
dat Napoleon niet per tunnel
kon komen. In 1851 ontwierp
Horeau een stalen buis met
twee spoorbanen op de bodem
van de zee. Wie tijdschriften
als Punch uit die tijd bekijkt,
ziet dat er danig op los gefan
taseerd is over tunnels.
Een belangrijke stap in de
ontwikkeling zette Thomé de
Gamond, die op wetenschap
pelijke manier bodemmosters
nam en diepteduiken deed. Het
kostte hem bijna zijn leven,
toen hij daarbij eens door
vraatzuchtige zee-alen werd
aangevallen. Door zijn geolo
gischs onderzoekingen kwam
hij met het plan om een tunnel
onder de zeebodem te graven.
Zoals bekend, is het laatste
tunnelontwerp op ongeveer
honderd meter onder het zee
niveau geprojecteerd in de tien
tot vijftig meter dikke water
dichte kalklaag, waarboven
zich een even dikke poreuze
kalklaag en 25 tot 60 meter
water bevinden.
Rond 1875 gaan de grote fi
nanciers, waaronder de Roth
schilds, zich ermee bemoeien.
Dat leidt tot de oprichting van
Franse en Engelse Kanaal
maatschappijen, die nu nog
bestaan. In 1878 boren de
Fransen al twee schachten bij
Sangatte en vervolgens ander
halve kilometer tunnel. In 1880
doen de Engelsen bij Abbots
Cliff hetzelfde en maken met
de zojuist uitgevonden pneu
matische boor 800 meter gang,
die er nu nog prima uitziet.
Gekibbel tussen voor- en te
genstanders, de uitvinding van
het vliegtuig (kanaalvlucht
van Bleriot) en twee werel
doorlogen doen de illusie van
de tunnelherleven.
in 1964 begint het schrijven
van de recente tunnelhistorie.
Eén van de schilderachtigste tunnelplannen stamt uit 1851 van
de hand van de Fransman Hector Horeau. Hij dacht zich een
stalen buis met twee spoorbanen op de zeebodem. De ventilatie
geschiedde door middel van neo-gotische paviljoens op zee, van
waar de wandelaars een riant uitzicht zouden hebben.
De Britse en Franse regering
zullen nu het project tot een
goed einde brengen. In 1974
beginnen de proefboringen.
Met het moderne materiaal
komt men zes meter per uur
vooruit. In 1978 zullen er
twaalf treinen per uur, met elk
700 passagiers en 300 auto's,
door de tunnel gaan. De reis
Parijs - Londen zal dan twee en
en half uur duren. Het is nu
1978 enweer is er niets ge
beurd. In 1974, toen de Britse
economie er ook al niet zo best
uitzag, vond de regering ter
elfde ure, dat er eerst nog een
een jaartje gestudeerd zou
moeten worden op goedkopere
oplossingen. Maar de Ka
naalmaatschappijen waren het
zat en gooiden de boel erbij
neer.
geen wonder dat dr. Cornelis
Berkhouwer bij de opening
van de tentoonstelling, die een
beeld geeft van genoemde - en
andere feiten, weer eens een
lans brak voor een Europese
aanpak van de tunnelbouw.
„In feite is het stagneren van
het Kanaaltunnelproject het
zoveelste voorbeeld van kort
sluiting tussen politieke en
technische vooruitgang, het
onvermogen om wat techni
sche mogelijkheden ons bieden
ten goede te laten komen aan
de Europese burgerij", aldus
Berkhouwer. In 1976 heeft hij
deze zaak al aangeslingerd in
het Europese parlement en een
half jaar geleden zijn er in het
Engelse parlement vragen ge
steld over een eventuele
EEG-aanpak. De minister
heeft de bereidheid uitgespro
ken concrete voorstellen in
overweging te zullen nemen!
Berkhouwer speelt daarbij
op het „Volksempfinden'. Het
feit dat de gewone man met
zijn autootje en zijn gezin voor
minder geld aan de andere
kant kan komen spreekt tot de
verbeelding, zegt hij. Welnu:
„Met Europees geld hebben we
Europa met Azië verbonden
via de brug over de Bosporus.
Ook in de financiering van de
Kanaaltunnel zou de Europf*
Investeringsbank een rol li
nen spelen", aldus Berkhc-
wer. Het zou een noviteit:,'
als de bank op haar beurt v;.
deze onderneming gelden i"
aantrekken, door het plan®
van kleine volksaandelen
bijvoorbeeld vijftig Euroj®
rekeneenheden per aanof
Zo zou de Europese burge:'-
deze zaak betrokken rate
Onze voorouders hebben n»
saai geld gestoken m RussiscW
spoorwegen. Ze hebben
1917 nooit meer een cent -'
ruggezien. Deze calamiteit
bij de Kanaaltunnel wel uit
sloten". De Europese pa®
mentariër vertelde tevens I»
de tunnel in een paar jaar"]*
van een milieu-vijandig'"1^
milieu-vriendelijk object F
worden is. Wie op de tento--
stelling de meer dan bon®
lijnen getekend ziet overwj
en door de lucht van de to
en luchtvaartmaatschapp1)-
tegenover die ene lijn va" -
tunnel zou het gaan ge»01
Alleen is niet aan te nemen
al dat vervoer door de biet
over de zee zal afnemen a»
lijn onder de zee erbij g
zal zijn.
Dat die tunnel er
lijkt wel voor de
Als je op de tentoonstel"
„Droom van een tunnel
wat er allemaal al gepaf
is, kun je het gewoon
maken om de tunnel te-
ten. In 1978 wordt de f
meerderjarig (21 Jaar'
Berkhouwer zou het cr°
vinden als het verjaard'!?
deau een tunnel zou zijn;
ja, er mag wel een EG z>Ja' j
geland en Frankrijk zijn
nog. Echte dromenlande
HENK
V