FRUIT EN SUIKER
NA VDFTIG JAAR ARBEIDSWET
de jonge
arbeider
wordt
uitgevonden
NA VAL DUBCEK C.S. NU NOG HET LEGER
if AN DE
TRATIE
itratieve
erk(st)er
Duitsers
straks
met
nummer
in
computer
herapeut(e) of
/mnast(e)-
eur(euse)
END
Voortdurend provoceren gevaarlijk
Papier is geduldig
DR. CORN. VERHOEVEN
aave
ENT
eer
jaar garantie
22
DE STEM VAN ZATERDAG 25 OKTOBER 1969
jeugd en sport kan wor-
n aan het administratief
>t opzetten en uitbouwen
linistratie.
schoolopleiding en stu-
smede redactionele vaar-
met bedrijfseconomische
ie komen.
ereid zijn aan een psycho-
:ei te nemen.
dagen aan de directeur
jgd en sport, Pasbaan 17,
i een modern geoutilleerde
e-afdeling van een tehuis.
voor reactivering van men-
lulp broodnodig hebben om
als volwaardigen te voelen.
en U deze plaats aanbieden,
een prettige werksfeer, een
salaris en goede secun-
eidsvoorwaarden inhoudt.
litatie, welke vanzelfsprekend
ijk zai worden behandeld en
in week beantwoord, kunt U
onze geneesheer-drrekteur.
JIS EN
SCENTRUM
■HAARLEM
V
V
instrumcntenhandel
indiensttreding een
- 25 jaar.
e schoolopleiding
tankelijk van opleiding en
och min. f 750.per mnd.
tische afspraak 01650 -
toosendaal.
mten en het bespreken
eid, heeft een modern
re persoonlijkheid (b.v.
f directeur) die gewend
porteert en niet vreemd
kken. Doorgaans zal hij
n voor de regio midden-
;ct behandeld en
III
I
I
I
I
I
I
H oreca bed rii ven.
jnze vertegenwoordiger
Telefoon 01676'322
Ri-lgië
ARAVANS m
derstaande prijzen. g
an 2590,voor 229".— g
an 2880,— voor 2580,— g
an 3790,— voor 3290,— g
an 4390,voor 3890,— g
Ihoven Tel. 04995-3437 g
i 12 tot 18 uur.
imammmmmmmmmnaa
NI PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEIL|NCEN PEIL NGEN PEIÜ^NGEN PIEILINGIWL|NGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEIU
EILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILIIGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEIÜSlGEN glLINOfcN PEILINGEN PE'LNGEN PEILINGEN
;Ey,...fJfLJ.NGEny„..PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILNGEN PE'LNGE^ PEILIIJGEN PEILING^N r^L PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEIL
PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEIILINGcN
1INKS zijn betekent verdraagzaam zijn want tolerantie is het kenmerk
J van ware progressiviteit. Anno 1969 komen we echter ter linkerzijde
groeperingen tegen die zo overtuigd zijn van het eigen gelijk, dat zij geen
respect meer kunnen opbrengen voor de mening van anderen. Die ge-
lijkhebberij ontlaadt zich 'n heftige onderlinge ruzies en in het syste
matisch shockeren van mensen, die een andere overtuiging zijn toege
daan.
Doelbewust provoceren kan nuttig, kan noodzakelijk zijn. Zo verstard
was bijvoorbeeld de universitaire wereld, dat de studenten en weten
schappelijke staven in hun lofwaardig streven naar democratisering van
het wetenschappelijk onderwijs ons inziens volkomen gerechtigd waren
de ivoren toren van de hoogleraren en curatoren open te breken.
Maar als dan het doel bereikt is zal er een pas op de plaats gemaakt
moeten worden. Nieuwe structuren dienen eerst beproefd te worden.
Een algehele hervorming van de maatschappij is immers niet op een
achternamiddag te realiseren Tenzij misschien door revolutie maar daarmee
wordt zelden meer bereikt dan de verwisseling van het ene establishment
door het andere.
En in de politiek, en in de studentenmaatschappij en zeker ook in
de kerken belemmert de continue provocatie uiteindelijk de vooruit
gang. Want wanneer bepaalde activiteiten onredelijk worden of door
grote groepen als onredelijk worden ervaren komt de geloofwaardigheid
van de doelstellingen in gevaar.
Daarom was de Van 't Reve-happening in een r.-k. kerk en de uitzen
ding daarvan op de t.v. een misgreep. Wie van de kerk een cabaret maakt,
maakt van de vernieuwing binnen die kerk een lachertje.
DE K.V.P. heeft een blauwdruk gemaakt voor de zeventiger jaren.
Een voortreffelijk stuk: het legt de vele negatieve plekken bloot in
het hedendaags welvaartspatroon en ontwikkelt vanuit een christelijke
visie op mens en maatschappij een hoopgevend toekomstbeeld.
Maar papier is geduldig. Ook in het verleden zijn vanuit een christe
lijke visie op mens en maatschappij zeer aansprekende plannen ont
wikkeld. Wat is er echter van terecht gekomen?
Als de blauwdruk van de K.V.P. bijvoorbeeld constateert dat er 25
jaar na de oorlog nog steeds een groot tekort bestaat aan woningen dan
houdt dat ipse facto de erkenning in dat vroegere beloften niet zijn
waargemaakt.
Sterker nog. Dit jaar en ook in 1970 wordt de woningbouw bewust
op een bepaald (te laag) peil gehouden. In het parlement zijn voorstellen
gedaan om meer woningen te bouwen. Die voorstellen zijn verworpen.
Met behulp van de K.V.P.
Dit is maar één voorbeeld. Zo zijn er meer aan te halen. En daarom
kunnen wij de blauwdruk van de K.V.P. voor de zeventiger jaren nog
niet zien ais een renaissance van werkelijk christelijke politiek. Laten we
eerst maar eens afwachten met welke andere partijen de K.V.P. deze
blauwdruk denkt te verwezenlijken. De keuze van de partners bepaalt
immers het tempo, waarin een „waarachtig welzijnsbeleid" gerealiseerd
kan worden.
schijnt dat 1969 een goed
wijnjaar wordt. Kenners re
serveren al een voorraadje want
goede wijn is goed houdbaar.
Met fruit is dat veel moeilijker.
Een goed fruitjaar is voor de te
lers nog niet altijd lucratief. Zij
kunnen niet zelf de prijs bepalen.
Dat blijkt ook dit jaar wel. De
fruitoogst brengt niet eens de
produktiekosten op. Zo'n vijftien
duizend telers zijn gedupeerd
door omstandigheden die zij niet
in de hand hebben en die niets
met de kwaliteit van hun pro-
dukt te maken hebben. Er staat
wel iets van in de kranten en er
wordt wel over gepraat, maar
toch krjjgt dit feit lang zoveel
aandacht niet als de moeilijkhe
den van Verolme. De moeilijkhe
den van één gesloten groep van
tienduizend werknemers spreken
blijkbaar meer tot de verbeelding
dian het dreigende faillissement
van vijftienduizend afzonderlijke
mensen.
Die verbeelding is slecht ge
schoold. Het is een soort van wet
in onze samenleving: groepen
krijgen meer aandacht dan af
zonderlijke individuen, ook al zijn
die talrijker dan zo'n groep. En
daar komt nog bij: werknemers
worden eerder in bescherming
genomen dan zelfstandigen, ook
al zijn zij in een bepaalde situatie
kwetsbaarder. Det wet werkt
gewoon door. De banen waarin de
reacties zich bewegen, zijn uitge
slepen en de reacties zelf worden
stereotiep. „Het is goed voor de
werknemer op te komen", is zo'n
kopen en geeft zo'n rotgevoel van
binnen. En elk smoesje hebben ze
door, die geroutineerde zelateurs
en zelatrices. Discussies daar
over zijn trouwens niet meer
mogelijk, wel hooglopende ruzies.
Ik heb die ruzies hier eens „gods
diensttwisten" genoemd en kreeg
toen onmiddellijk van de rietsui
keractie een brief van zeven
kantjes, dat ik er niets van be
greep, niet logisch dacht etc.
Verneem dus de resultaten van
'n klein onderzoekje. De door mij
gekochte rietsuiker komt, als de
verpakking niet liegt uit Surina
me. In dat land zijn, lees ik in
„De laatste resten tropisch Ne
derland" van Willem Frederik
Hermans die er geweest is
alles bijeen twee suikerplantages.
Zijn die het bezit van de bosne
gers? Nee, een ervan is in han
den van een Engelse firma, de
ander is eigendom van de Am
sterdam Rubber Maatschappij en
staat onder leiding van een Ne
derlandse directeur. De subsidie
die deze maatschappij krijgt,
komt uit dezelfde pot waarmee
ook de Nederlandse bietsuikerin
dustrie gesteund wordt!
Het gekke is dat zo'n medede
ling in een discussie met rietsui
kergelovigen volstrekt geen in
druk maakt. Het antwoord op dit
stukje informatie ligt al klaar:
het gaat om het principe. Waar
dat principe dan om gaat wordt
nooit verteld, maar mijn ervarin
gen met die principes zijn niet al
te gunstig. Ik vind: het gaat een-
stereotiepe gedachte. En in het
onderwijs deze: „Het kind moet
centraal gesteld worden" etc. Na
tuurlijk is dat juist, maar het ei
genaardige van zo'n uitgeslepen
en tot cliché geworden gedachte
is dat zij volkomen blind en ge
dachteloos gaat functioneren, dat
zij geen uitzondering toelaat en
geen plaats overlaat voor een
eventueel tegengestelde reactie.
Er is in onze nobelheid een ko
lossale verstarring; wij hebben
maar één nobel kunstje geleerd.
Die verstarring bewijst hoe moei
zaam we het kunstje geleerd heb
ben en hoe weinig we van plan
zijn er nog meer kunstjes bij te
leren.
Met rechts en links is het ook
al zo. Links is ontzettend nobel en
dus studeren we allemaal één
linkse kreet in. Wat daar tegen in
gaat is rechts. Een onderzoek is
daarvoor niet nodig. Ik heb dat
Pas nog ondervonden in de vre-
desweek. De bietenoogst was in
volle gang, een gebeurtenis die ik
altijd met enige spanning uit de
verte volg, zoals ook de koren
oogst en de fruitoogst. Oogst is
een beslissend moment, er wordt
naar toe geleefd zoals op school
naar een examen. Het werk wordt
beoordeeld en je moet maar af
wachten hoe dat oordeel uitvalt.
In die vredesweek nu werd bij
ons ten bate van de ontwikkelings
landen rietsuiker verkocht. Kilo's
heb ik ervan in huis, want het is
voor een goed doel en ik weet:
fiet is links en goed, biet is
rechts en slecht. Dus ik moest
wel. Afschepen duurt langer dan
voudig om wat er feitelijk ge
beurt en dat is het volgende. Via
een ontzettend lange en opgewon
den omweg van onnozele nobel
heid worden dubbeltjes gepompt
naar een rijke Nederlandse maat
schappij en worden diezelfde dub
beltjes weggepompt bij Neder
landse boeren. De bedoeling, het
principe etc. zal wel prachtig zijn
en het wakkerschudden moet ook
onverdroten verder gaan, maar
de vraag is of de ontwikkelings
landen er iets aan hebben. Als
die er niets aan hebben en als
ik denk nu even heel genuan
ceerd tegelijk de werkers hier
door die actie tot ontwikkelings
gebied gemaakt worden, is de ac
tie niet alleen zo maar onzinnig,
maar gewoon slecht. Stadskinde
ren hebben recht op vrije expres
sie en dat ze daar nobele bedoe
lingen in verwerken is mooi,
maar dat is evenmin links als
mijn opmerkingen rechts zijn. Ik
bedoel niet eens dat hier eerst
alles in orde moet zijn, voordat
we met ontwikkelingshulp begin
nen dat zou een uiterst rechts
en slecht standpunt zijn maar
alleen dit: wie niet weet wat hij
doet, doet in werkelijkheid niets,
hoe opgewonden hij ook bezig is.
Van de subsidieregelingen be
grijp ik niet zoveel; ik wil me
daar niet over uitspreken. Maar:
Verolme wordt gesubsidieerd, de
suikerindustrie wordt gesubsi
dieerd. Het zou mij verbazen, als
door mensen die zo knap en zo
nobel zijn, geen manier gevonden
kan worden om de fruittelers van
de ondergang te redden.
1969:
UTRECHT Er zijn veel fa
beltjes in omloop: over de jonge
arbeider, over de middelbare
scholier, over de student. Trou
wens ook over huismoeders, bak
kers, journalisten, en over welke
groep niet? Maar een van de erge
is toch die over de jonge ar
beider. De fabel beweert namelijk
dat hij niet bestaat.
De Arbeidswet van minister Aal-
berse („gegeven ten paleize Het
Loo, den lsten november 1919")
ként hem toch wel. Hij beet daar
„jongen" of „meisje" en wordt om
schreven als „mannelijke (vrouwe
lijke) arbeider beneden 18 jaar".
In d|e wet wordt ook wel ietg - over
deze groep gezegd. In artikel 12
vooral. Maar dat wetsartikel leidt
inmiddels al weer vijftig jaar een
kwijnend bestaan. Nee, de jonge ar
beider bestaat niet echt, in de wet
niiet en in de samenleving niet.
Maar het begint er op te lijken dat
hij in 1969 zal worden uitgevonden:
hij is namelijk zichzelf aam het ont
dekken.
Een gebeeldhouwde uitdrukking
van de beroemde Amerikaanse se
nator Fulbright (in zijn boek „De
arrogantie van de macht"): „We
weten zoveel meer over dingen dan
we over mensen weten". Het is he
lemaal van toepassing op de „ver
geten groep" van de jonge arbeider
In het bedrijf moet hij zo gauw mo
gelijk zorgen een „gewone" arbei
der te zijn. Dat wil hij trouwens
zelf ook en daarom houden noch de
jonge arbeider zelf noch het be
drijfsleven er behoorlijk rekening
mee, dat de overgang van school
naar bedrijf veel ingrijpender is dan
zelfs zijn moeder weet.
Nog een fabel. Daaruit zou kun
nen blijken dat de jonge arbeider
toch al bestaat. De fabel beweert
namelijk dat het juist de jonge ar
beider is die rotzooi trapt op cam
pings, op kermissen en in de stad
op zaterdagavonden. Zelfs uit ge
wone politierapporten blijkt dat het
helemaal niet in de eerste plaats
die 466.500 werkende jongeren zijn,
die zich aan baldadigheid op straat
schuldig maken. De praatmiaikers
en de zeker-weters beginnen trou
wens langzamerhand alle schuld op
de student te werpen. Vooruit maar.
De jonge arbeider in elk geval
wordt veel beter getypeerd door de
ze karaktertrek: hij is gedwee!
Hij is (tot 1969) te gedwee ge
weest om zijn stem te laten horen.
In het bedrijfsleven staat hij vaak
te geïsoleerd tussen de ouderen
om zich bewust te worden van het
bestaan van een groep, waar hij bij
hoort. De vingers vormden geen
hand die een vuist kon maken, ook
al bestaan er drie werkende jonge
renorganisaties. Aan wie de schuld
voor de late ontdekking van deze
groep? Waarschijnlijk aan niemand
in het bijzonder. Plotseling ontdekt
„de" maatschappij dat het gedaan
moet zijn met slavernij, met jeugd-
arbedd. Plotseling ontdekt de maat
schappij dat „de" arbeider als
groep geboren ig net als „de" be
jaarde en nu „de" werkende jeugd.
Dit jaar duikt die jonge arbeider
dan ineens op in de Troonrede. „Al
is het wat laat", zegt PPR-voorman
Aarden ervan tijdens de algemene
beschouwingen over de begroting
in de Tweede Kamer. Want ook in
dit college begint men er oog voor
te krijgen. Hiervoor bijvoorbeeld:
artikel 12 van de arbeidswet van
1919 schrijft voor dat „het hoofd of
de bestuurder van eene onderne
ming verplicht is een jeugdig per
soon. die in zijne onderneming ar
beid verricht, in de gelegenheid te
stellen, gedurende ten hoogste acht
uren per week de lessen te volgen
in inrichtingen voor godsdienst-,
voortgezet-, herhalings- of vakon
derwijs".
Dit wetsartikel slaapt. Van de
466.500 werkende jongeren worden
er niet meer dan zo'n 150.000 ook
werkelijk in de gelegenheid gesteld
om onder werktijd een halve of een
hele dag persoonsvorming en (of)
beroepsonderwijs te krijgen. CHTJ-
woordvoerder Mellema zei er van
in de Kamer: „Medeverantwoorde
lijkheid voor wat er op maatschap
pelijk gebied gebeurt, veronder
stelt de aanwezigheid van een zeke
re mate van vorming en kennis".
Die onthoudt men dus jaar in jaar
uit aan zo'n 300.000 Nederlandse
jongens en meisjes.
„Daarom verlangen wij", zei
KVP'er Schmelzer tijdens diezelfde
begrotingsbeschouwingen, ,,datde
rechtspositie vain de werkende jon
geren wettelijk in een juniorensta-
tuut met waarborgen voor vorming
en opleiding wordt vastgelegd". En
over het feit, dat de werkende jeugd
een groot deel van de voortgezette
opleiding zelf moet betalen weder
om Schmelzer: „Ons land besteedt
terecht jaarlijks enorme bedragen
aan de studerende jeugd. De billijk
heid vraagt toch dat voorkomen
wordt dat de werkende jeugd als
het ware met de bedelstaf moet
rondgaan voor de erkenning van
hetgeen wij beschouwen ais een
fundamenteel recht".
Er kwam zelfs een motie van, in
gediend door PPR, PvdA, D'66 en I
PSP, waarin de regering werd ver-
zocht om met ingang van augustus
1970 alvast aan de jongste groep,
de 15-jarigen, de mogelijkheid van
tenminste één dag per week onder
wijs en vorming te geven. De motie
werd overigens door de Kamer ver
worpen. Bij zitten en opstaan. De
heer Schmelzer bleef, ondanks bo
vengenoemd citaat, met zijn fractie
zitten.
De werkende jongeren gaan nu
echter zelf opstaan. Op zaterdag 1
november trekken ze van overal
naar Den Haag. Gisteren hadden er
zich al zo'n zesduizend gemeld bij
de drie werkende-jongeren organi
saties. Ze gaan naar het gebouw
van de Tweede Kamer en (zo gaat
dat in Nederland) ze mogen er ook
in, met groepen van 50 tot 200, om
in debat te gaan met enkele minis
ters. Ze gaan ook de ambtenaren
opzoeken, de partijbesturen van al
le politieke partijen, de werkge
vers- en werknemersorganisaties,
enzovoort.
Wat ze willen bermken? Dat heel
Nederland te weten komt, hoe
groot de achterstelling is van de
werkende jongeren; dat de rege
ring wettelijke maatregelen gaat
nemen voor vorming en onderwijs;
dat de werkende jongeren in het be
drijf niet langer als goedkope ar
beidskrachten maar als jonge men
sen zullen worden gezien.
En in de oproep van de drie jon
geren-organisaties komt ook deze
pijn duidelijk naar vooren: „Laten
we op 1 november bewijzen dat de
werkende jongeren wel degelijk be
trokken zijn bij hun eigen problema
tiek". Maar dat is een vicieuse cir
kel: wie dom gehouden wordt, komt
niet tot inzicht. En het is echt niet
voldoende om jonge mensen een
vak te leren.
Senator Fulbright zei het van de
hele Amerikaanse samenleving:
„We weten zoveel meer over de
werking van straalvliegtuigen en
raketten dan over onze eigen in
nerlijke behoeften".
De jonge arbeider is aan die ont
dekkingstocht begonnen!
JAN HÜSKEN
BIJ DE FOTO'S
Foto boven: Hij is te gedwee geweest.
Foto onder: Kinderarbeid nog niet
zo gek lang geleden.
(Van onze correspondent)
BONN De registratie van de
Westduitse bevolking in de gebrui
kelijke kaartsystemen bij de burge-
Iijke stand zal in de toekomst ge
moderniseerd worden. De bondsre
gering deelt de opvatting van de
experts, dat de rangschikking vol
gens het alfabet op den duur niet
meer voldoende is. Het gecompli
ceerde vlechtwerk van het sociale
leven, de „papieroorlog" en het
steeds vaker gebruik maken van
computers bij de autoriteiten ver
langen een aanpassing aan de te
genwoordige tijd. Het traditionele
is sinds de middeleeuwen bijna niet
veranderd. Toen al maakte de
stadsschrijver in opdracht van de
raadsheer alfabetische lijsten van
de bevolking.
Een jaar nu is het Duitse mini-
terie van binnenlandse zaken bezig
„persoonskenteken", dat iedere sol
daat bij de Budeswehr bijvoorbeeld
ai heeft. Dit persoonsbewijs zal het
vervangen door een systeem, dat
volgens nummer opgebouwd is.
Men neemt door dit persoonsbewijs
een getal van twaalf cijfers: de
eerste zes cijfers bestaan uit do
geboortedatum, het volgende cijfer
staat voor de geboorte-eeuw en het
geslacht. Daarop volgt een vier-cij-
ferig serienummer om onderscheid
te maken tussen personen, die op
dezelfde dag geboren zijn en het
zelfde geslacht hebben. Op de laat
ste plaats denkt men een controle-
cijfer te plaatsen als waarborg te
gen schrijf- en kopieerfouten.
Bijzonder belangrijk is ook de
vraag of door dit nieuwe systeem
iedere burger behoed wordt voor
ongeoorloofde aantasting van zijn
persoonlijke vrijheden.
Voor de administratie biedt de
omschakeling Op de elektronische
verwerking van data zeer grote
voordelen: in het verkeer tussen
geen woorden en archiefnummer»
enz. meer uitgewisseld hoeven wor-
Men denkt bovendien aan de op
richting van grote „data-banken",
die voor grotere gebieden gelden.
In de databanken zouden bepaalde
persoonlijke data, die niet iedere
dag, maar alleen bij bepaalde ad
ministratieve manipulaties nodig,
zijn, verzameld worden, terwijl de
stratie alleen de afzonder
lijke persoonsbewijzen zou moeten
verzamelen.
De regeling, die op het ogenblik
door de minister van binnenlandse
zaken met alle elf hondstanden be
sproken wordt, zal voor de gehele
bondsrepubleik ingevoerd worden.
Bij alle noodzakelijke modernise
ring, krijgt men toch een onaange
naam gevoel bij de gedachte aan
het kenteken; zeer verschillend en
uniek geprononceerde persoonlijk
heden worden in een paar cijfers
„samengesteld" en in het archief
gestopt. James Orwell heeft een
soortgelijke absurde situatie in zijn
toekomstvisie „1984" beschreven.
(Van onze correspondent)
WENEN Eind september is in Tsjechoslowakije de grote zuive
ring begonnen, die zijn hoogtepunt bereikte met de val van Dubcek.
Nu is het de beurt aan het leger. Moskou weet heel goed dat de
Tsjechische strijdkrachten tijdens de invasie van vorig jaar er slechts
met moeite van konden worden weerhouden om een aanval te doen
op de indringers.
Het is bekend dat talrijke hoge
officieren in die dagen hebben sa
mengewerkt met de anti-Russische
verzetsgroepen: deze laatste kregen
zelfs de beschikking over de zendap
paratuur van de strijdkrachten. Dit
heeft er sterk toe bijgedragen de
kloof tussen het Russische en Tsecho-
slowaaikse volk, die niu nóg bestaat,
te verbreden.
Nu heeft de regering-Husaik welis
waar op alle belangrijke posten in
het leger betrouwbare en pro-Rus
sische elementen geplaatst, maar hij
is er nog steeds niet in geslaagd om
het leger weer in het systeem van
het Warschau Pact te integreren.
Een zeer groot deel van de officieren
en soldaten heeft een hekel aan de
Russen en velen haten hen zelfs.
Dat is duidelijk gebleken uit het ho
ge percentage van militairen dat
meedeed aan anti-Russische beto
gingen. Het blad „Tribuna" heeft on
langs jonge recruten geënquêteerd
Toen bleek dat 75 procent er tegen
was diat de vriendschappelijke be
trekkingen met Moskou hersteld
zouden worden. 81 Procent betwij
felde zelfs of het nodig was diat er
normale betrekkingen tussen het
Tsechoslowaakse en Russische volk
bestonden en 56 procent was van
mening dat er 'geen gevaar bestaat
voor een overval van West-Duitsland
en de Novo.
Merkwaardig is dat de ondervraag
de recruten zich steeds beriepen op
hun officieren, die er volgens hen
„net zo" over zouden denken. Daar
om heeft Husak reeds in de eerste
zomer van zijn bewind de eerste
aanrval gedaan op de „ainti-Sovjet-
officierenkliek". Husak ontbond zon
der meer de „militair-politieke aca
demie Klement Gottwald" in Praaig.
Enkele lectoren van dit instituut
liet hij overplaatsen naar Pressburg.
De overigen ontsloeg hij zonder
meer, opdat zij geen onrust in de
strijdkrachten zouden kunnen stich
ten.
Deze ongewone en voor de labiele
toestand in bet leger typerende stap
vond zijn oorzaak in het merkwaar
dige memorandum dat de weten-
schiappelijike staf van deze academie
dit voorjaar heeft uitgegeven. In dat
stuk werd de vraag gesteld of het
zin had dat Praag nog lid was vain
het Wairchau Pact.
In de legerkrant „Obrana Lidu"
stonden onlangs passages uit dit me
morandum, dat buiten de politieke
verantwoording van het leger en van
het ministerie van defensie gezonden
was aan alle hogere functionarissen
van staat en partij. Ook de toensna-
ligle minister van buitenlandse za
ken Hajek (die zich thans openlijk
heeft beschuldigd) ontving dit stuk.
Hajek deelde destijds de auteurs
mee dat hij hun gedachten zou ver
werken in zijn concept van de richt
lijnen voor de buitenlandse politiek.
In het memorandum waren 30 ho
ge officieren tot de conclusie geko
men dat „het socialistische kamp
feitelijk niet bestaat", maar dat de
staten van het oostelijk blok veeleer
ondergeschikt waren aan de Sov
jets en dat laatste zou de bron van
alle kwaad zijn.
De zogenaamde bedreiging van de
Westduitse aggressie zou in werke
lijkheid maar een voorwendsel zijn
om de eenheid onder de socialisten
te herstellen, met name ook de on
voldoende economische samenwer
king. Het lidmaatschap van het
Warschau Pact zou voor de econo
mische ontwikkeling van het land
een duidelijk nadeel geweest zijn en
daarom was het zaak om de politie
ke structuur te veranderen, temeer
nu Tsjechoslowakije geen gelijkge
rechtigde partner in het Pact is.
Voor al deze ketterse ideeën in het
memorandum zal de rector van de
militaire academie overste dr.
Votjech Menol met zijn drie naaste
medewerkers (allen militairen
met eenzelfde rang) zich moeten
verantwoorden. Zij hebben allen ge
weigerd zich aan zelfkritiek te on
derwerpen en daarom zullen zij voor
een partijraad gediaagd worden.
Stellig zullen zij buiten de partij
worden gestoten en waarschijnlijk
ook buiten het leger.
Overigens is het bureau van poli
tieke administratie van de strijd
krachten met een grootscheepse zui
vering begonnen. Binnen eigen or
ganisatie: de eerste luitenant Strom-
sik werd als lid van het bureau ont
slagen. Vóór alles richten de vrien
den der Sovjets hun aainval tegen
generaal Vaclav Prchlik, een vroe
gere politieke functionaris in het le
ger, en de geestelijke vader van het
memorandum. Deze was vroeger één
van de vier parlementsleden die zich
verzetten tegen het verdrag, waarbij
de Russen troepen in het land zou
den mogen stationeren. Dat verzet
heeft hem reeds zijn lidmaatschap
van het centrale comité gekost en
nu zal hij ook zijn mandaat kwijt
raken, zodra de partijraad hem
schuldig verklaard zal hebben we
gens (zijn weliswaar) patriottische,
maar anti-Russische houding.