FRUIT EN SUIKER NA VDFTIG JAAR ARBEIDSWET de jonge arbeider wordt uitgevonden NA VAL DUBCEK C.S. NU NOG HET LEGER if AN DE TRATIE itratieve erk(st)er Duitsers straks met nummer in computer herapeut(e) of /mnast(e)- eur(euse) END Voortdurend provoceren gevaarlijk Papier is geduldig DR. CORN. VERHOEVEN aave ENT eer jaar garantie 22 DE STEM VAN ZATERDAG 25 OKTOBER 1969 jeugd en sport kan wor- n aan het administratief >t opzetten en uitbouwen linistratie. schoolopleiding en stu- smede redactionele vaar- met bedrijfseconomische ie komen. ereid zijn aan een psycho- :ei te nemen. dagen aan de directeur jgd en sport, Pasbaan 17, i een modern geoutilleerde e-afdeling van een tehuis. voor reactivering van men- lulp broodnodig hebben om als volwaardigen te voelen. en U deze plaats aanbieden, een prettige werksfeer, een salaris en goede secun- eidsvoorwaarden inhoudt. litatie, welke vanzelfsprekend ijk zai worden behandeld en in week beantwoord, kunt U onze geneesheer-drrekteur. JIS EN SCENTRUM ■HAARLEM V V instrumcntenhandel indiensttreding een - 25 jaar. e schoolopleiding tankelijk van opleiding en och min. f 750.per mnd. tische afspraak 01650 - toosendaal. mten en het bespreken eid, heeft een modern re persoonlijkheid (b.v. f directeur) die gewend porteert en niet vreemd kken. Doorgaans zal hij n voor de regio midden- ;ct behandeld en III I I I I I I H oreca bed rii ven. jnze vertegenwoordiger Telefoon 01676'322 Ri-lgië ARAVANS m derstaande prijzen. g an 2590,voor 229".— g an 2880,— voor 2580,— g an 3790,— voor 3290,— g an 4390,voor 3890,— g Ihoven Tel. 04995-3437 g i 12 tot 18 uur. imammmmmmmmmnaa NI PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEIL|NCEN PEIL NGEN PEIÜ^NGEN PIEILINGIWL|NGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEIU EILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILIIGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEIÜSlGEN glLINOfcN PEILINGEN PE'LNGEN PEILINGEN ;Ey,...fJfLJ.NGEny„..PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILNGEN PE'LNGE^ PEILIIJGEN PEILING^N r^L PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEIL PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEIILINGcN 1INKS zijn betekent verdraagzaam zijn want tolerantie is het kenmerk J van ware progressiviteit. Anno 1969 komen we echter ter linkerzijde groeperingen tegen die zo overtuigd zijn van het eigen gelijk, dat zij geen respect meer kunnen opbrengen voor de mening van anderen. Die ge- lijkhebberij ontlaadt zich 'n heftige onderlinge ruzies en in het syste matisch shockeren van mensen, die een andere overtuiging zijn toege daan. Doelbewust provoceren kan nuttig, kan noodzakelijk zijn. Zo verstard was bijvoorbeeld de universitaire wereld, dat de studenten en weten schappelijke staven in hun lofwaardig streven naar democratisering van het wetenschappelijk onderwijs ons inziens volkomen gerechtigd waren de ivoren toren van de hoogleraren en curatoren open te breken. Maar als dan het doel bereikt is zal er een pas op de plaats gemaakt moeten worden. Nieuwe structuren dienen eerst beproefd te worden. Een algehele hervorming van de maatschappij is immers niet op een achternamiddag te realiseren Tenzij misschien door revolutie maar daarmee wordt zelden meer bereikt dan de verwisseling van het ene establishment door het andere. En in de politiek, en in de studentenmaatschappij en zeker ook in de kerken belemmert de continue provocatie uiteindelijk de vooruit gang. Want wanneer bepaalde activiteiten onredelijk worden of door grote groepen als onredelijk worden ervaren komt de geloofwaardigheid van de doelstellingen in gevaar. Daarom was de Van 't Reve-happening in een r.-k. kerk en de uitzen ding daarvan op de t.v. een misgreep. Wie van de kerk een cabaret maakt, maakt van de vernieuwing binnen die kerk een lachertje. DE K.V.P. heeft een blauwdruk gemaakt voor de zeventiger jaren. Een voortreffelijk stuk: het legt de vele negatieve plekken bloot in het hedendaags welvaartspatroon en ontwikkelt vanuit een christelijke visie op mens en maatschappij een hoopgevend toekomstbeeld. Maar papier is geduldig. Ook in het verleden zijn vanuit een christe lijke visie op mens en maatschappij zeer aansprekende plannen ont wikkeld. Wat is er echter van terecht gekomen? Als de blauwdruk van de K.V.P. bijvoorbeeld constateert dat er 25 jaar na de oorlog nog steeds een groot tekort bestaat aan woningen dan houdt dat ipse facto de erkenning in dat vroegere beloften niet zijn waargemaakt. Sterker nog. Dit jaar en ook in 1970 wordt de woningbouw bewust op een bepaald (te laag) peil gehouden. In het parlement zijn voorstellen gedaan om meer woningen te bouwen. Die voorstellen zijn verworpen. Met behulp van de K.V.P. Dit is maar één voorbeeld. Zo zijn er meer aan te halen. En daarom kunnen wij de blauwdruk van de K.V.P. voor de zeventiger jaren nog niet zien ais een renaissance van werkelijk christelijke politiek. Laten we eerst maar eens afwachten met welke andere partijen de K.V.P. deze blauwdruk denkt te verwezenlijken. De keuze van de partners bepaalt immers het tempo, waarin een „waarachtig welzijnsbeleid" gerealiseerd kan worden. schijnt dat 1969 een goed wijnjaar wordt. Kenners re serveren al een voorraadje want goede wijn is goed houdbaar. Met fruit is dat veel moeilijker. Een goed fruitjaar is voor de te lers nog niet altijd lucratief. Zij kunnen niet zelf de prijs bepalen. Dat blijkt ook dit jaar wel. De fruitoogst brengt niet eens de produktiekosten op. Zo'n vijftien duizend telers zijn gedupeerd door omstandigheden die zij niet in de hand hebben en die niets met de kwaliteit van hun pro- dukt te maken hebben. Er staat wel iets van in de kranten en er wordt wel over gepraat, maar toch krjjgt dit feit lang zoveel aandacht niet als de moeilijkhe den van Verolme. De moeilijkhe den van één gesloten groep van tienduizend werknemers spreken blijkbaar meer tot de verbeelding dian het dreigende faillissement van vijftienduizend afzonderlijke mensen. Die verbeelding is slecht ge schoold. Het is een soort van wet in onze samenleving: groepen krijgen meer aandacht dan af zonderlijke individuen, ook al zijn die talrijker dan zo'n groep. En daar komt nog bij: werknemers worden eerder in bescherming genomen dan zelfstandigen, ook al zijn zij in een bepaalde situatie kwetsbaarder. Det wet werkt gewoon door. De banen waarin de reacties zich bewegen, zijn uitge slepen en de reacties zelf worden stereotiep. „Het is goed voor de werknemer op te komen", is zo'n kopen en geeft zo'n rotgevoel van binnen. En elk smoesje hebben ze door, die geroutineerde zelateurs en zelatrices. Discussies daar over zijn trouwens niet meer mogelijk, wel hooglopende ruzies. Ik heb die ruzies hier eens „gods diensttwisten" genoemd en kreeg toen onmiddellijk van de rietsui keractie een brief van zeven kantjes, dat ik er niets van be greep, niet logisch dacht etc. Verneem dus de resultaten van 'n klein onderzoekje. De door mij gekochte rietsuiker komt, als de verpakking niet liegt uit Surina me. In dat land zijn, lees ik in „De laatste resten tropisch Ne derland" van Willem Frederik Hermans die er geweest is alles bijeen twee suikerplantages. Zijn die het bezit van de bosne gers? Nee, een ervan is in han den van een Engelse firma, de ander is eigendom van de Am sterdam Rubber Maatschappij en staat onder leiding van een Ne derlandse directeur. De subsidie die deze maatschappij krijgt, komt uit dezelfde pot waarmee ook de Nederlandse bietsuikerin dustrie gesteund wordt! Het gekke is dat zo'n medede ling in een discussie met rietsui kergelovigen volstrekt geen in druk maakt. Het antwoord op dit stukje informatie ligt al klaar: het gaat om het principe. Waar dat principe dan om gaat wordt nooit verteld, maar mijn ervarin gen met die principes zijn niet al te gunstig. Ik vind: het gaat een- stereotiepe gedachte. En in het onderwijs deze: „Het kind moet centraal gesteld worden" etc. Na tuurlijk is dat juist, maar het ei genaardige van zo'n uitgeslepen en tot cliché geworden gedachte is dat zij volkomen blind en ge dachteloos gaat functioneren, dat zij geen uitzondering toelaat en geen plaats overlaat voor een eventueel tegengestelde reactie. Er is in onze nobelheid een ko lossale verstarring; wij hebben maar één nobel kunstje geleerd. Die verstarring bewijst hoe moei zaam we het kunstje geleerd heb ben en hoe weinig we van plan zijn er nog meer kunstjes bij te leren. Met rechts en links is het ook al zo. Links is ontzettend nobel en dus studeren we allemaal één linkse kreet in. Wat daar tegen in gaat is rechts. Een onderzoek is daarvoor niet nodig. Ik heb dat Pas nog ondervonden in de vre- desweek. De bietenoogst was in volle gang, een gebeurtenis die ik altijd met enige spanning uit de verte volg, zoals ook de koren oogst en de fruitoogst. Oogst is een beslissend moment, er wordt naar toe geleefd zoals op school naar een examen. Het werk wordt beoordeeld en je moet maar af wachten hoe dat oordeel uitvalt. In die vredesweek nu werd bij ons ten bate van de ontwikkelings landen rietsuiker verkocht. Kilo's heb ik ervan in huis, want het is voor een goed doel en ik weet: fiet is links en goed, biet is rechts en slecht. Dus ik moest wel. Afschepen duurt langer dan voudig om wat er feitelijk ge beurt en dat is het volgende. Via een ontzettend lange en opgewon den omweg van onnozele nobel heid worden dubbeltjes gepompt naar een rijke Nederlandse maat schappij en worden diezelfde dub beltjes weggepompt bij Neder landse boeren. De bedoeling, het principe etc. zal wel prachtig zijn en het wakkerschudden moet ook onverdroten verder gaan, maar de vraag is of de ontwikkelings landen er iets aan hebben. Als die er niets aan hebben en als ik denk nu even heel genuan ceerd tegelijk de werkers hier door die actie tot ontwikkelings gebied gemaakt worden, is de ac tie niet alleen zo maar onzinnig, maar gewoon slecht. Stadskinde ren hebben recht op vrije expres sie en dat ze daar nobele bedoe lingen in verwerken is mooi, maar dat is evenmin links als mijn opmerkingen rechts zijn. Ik bedoel niet eens dat hier eerst alles in orde moet zijn, voordat we met ontwikkelingshulp begin nen dat zou een uiterst rechts en slecht standpunt zijn maar alleen dit: wie niet weet wat hij doet, doet in werkelijkheid niets, hoe opgewonden hij ook bezig is. Van de subsidieregelingen be grijp ik niet zoveel; ik wil me daar niet over uitspreken. Maar: Verolme wordt gesubsidieerd, de suikerindustrie wordt gesubsi dieerd. Het zou mij verbazen, als door mensen die zo knap en zo nobel zijn, geen manier gevonden kan worden om de fruittelers van de ondergang te redden. 1969: UTRECHT Er zijn veel fa beltjes in omloop: over de jonge arbeider, over de middelbare scholier, over de student. Trou wens ook over huismoeders, bak kers, journalisten, en over welke groep niet? Maar een van de erge is toch die over de jonge ar beider. De fabel beweert namelijk dat hij niet bestaat. De Arbeidswet van minister Aal- berse („gegeven ten paleize Het Loo, den lsten november 1919") ként hem toch wel. Hij beet daar „jongen" of „meisje" en wordt om schreven als „mannelijke (vrouwe lijke) arbeider beneden 18 jaar". In d|e wet wordt ook wel ietg - over deze groep gezegd. In artikel 12 vooral. Maar dat wetsartikel leidt inmiddels al weer vijftig jaar een kwijnend bestaan. Nee, de jonge ar beider bestaat niet echt, in de wet niiet en in de samenleving niet. Maar het begint er op te lijken dat hij in 1969 zal worden uitgevonden: hij is namelijk zichzelf aam het ont dekken. Een gebeeldhouwde uitdrukking van de beroemde Amerikaanse se nator Fulbright (in zijn boek „De arrogantie van de macht"): „We weten zoveel meer over dingen dan we over mensen weten". Het is he lemaal van toepassing op de „ver geten groep" van de jonge arbeider In het bedrijf moet hij zo gauw mo gelijk zorgen een „gewone" arbei der te zijn. Dat wil hij trouwens zelf ook en daarom houden noch de jonge arbeider zelf noch het be drijfsleven er behoorlijk rekening mee, dat de overgang van school naar bedrijf veel ingrijpender is dan zelfs zijn moeder weet. Nog een fabel. Daaruit zou kun nen blijken dat de jonge arbeider toch al bestaat. De fabel beweert namelijk dat het juist de jonge ar beider is die rotzooi trapt op cam pings, op kermissen en in de stad op zaterdagavonden. Zelfs uit ge wone politierapporten blijkt dat het helemaal niet in de eerste plaats die 466.500 werkende jongeren zijn, die zich aan baldadigheid op straat schuldig maken. De praatmiaikers en de zeker-weters beginnen trou wens langzamerhand alle schuld op de student te werpen. Vooruit maar. De jonge arbeider in elk geval wordt veel beter getypeerd door de ze karaktertrek: hij is gedwee! Hij is (tot 1969) te gedwee ge weest om zijn stem te laten horen. In het bedrijfsleven staat hij vaak te geïsoleerd tussen de ouderen om zich bewust te worden van het bestaan van een groep, waar hij bij hoort. De vingers vormden geen hand die een vuist kon maken, ook al bestaan er drie werkende jonge renorganisaties. Aan wie de schuld voor de late ontdekking van deze groep? Waarschijnlijk aan niemand in het bijzonder. Plotseling ontdekt „de" maatschappij dat het gedaan moet zijn met slavernij, met jeugd- arbedd. Plotseling ontdekt de maat schappij dat „de" arbeider als groep geboren ig net als „de" be jaarde en nu „de" werkende jeugd. Dit jaar duikt die jonge arbeider dan ineens op in de Troonrede. „Al is het wat laat", zegt PPR-voorman Aarden ervan tijdens de algemene beschouwingen over de begroting in de Tweede Kamer. Want ook in dit college begint men er oog voor te krijgen. Hiervoor bijvoorbeeld: artikel 12 van de arbeidswet van 1919 schrijft voor dat „het hoofd of de bestuurder van eene onderne ming verplicht is een jeugdig per soon. die in zijne onderneming ar beid verricht, in de gelegenheid te stellen, gedurende ten hoogste acht uren per week de lessen te volgen in inrichtingen voor godsdienst-, voortgezet-, herhalings- of vakon derwijs". Dit wetsartikel slaapt. Van de 466.500 werkende jongeren worden er niet meer dan zo'n 150.000 ook werkelijk in de gelegenheid gesteld om onder werktijd een halve of een hele dag persoonsvorming en (of) beroepsonderwijs te krijgen. CHTJ- woordvoerder Mellema zei er van in de Kamer: „Medeverantwoorde lijkheid voor wat er op maatschap pelijk gebied gebeurt, veronder stelt de aanwezigheid van een zeke re mate van vorming en kennis". Die onthoudt men dus jaar in jaar uit aan zo'n 300.000 Nederlandse jongens en meisjes. „Daarom verlangen wij", zei KVP'er Schmelzer tijdens diezelfde begrotingsbeschouwingen, ,,datde rechtspositie vain de werkende jon geren wettelijk in een juniorensta- tuut met waarborgen voor vorming en opleiding wordt vastgelegd". En over het feit, dat de werkende jeugd een groot deel van de voortgezette opleiding zelf moet betalen weder om Schmelzer: „Ons land besteedt terecht jaarlijks enorme bedragen aan de studerende jeugd. De billijk heid vraagt toch dat voorkomen wordt dat de werkende jeugd als het ware met de bedelstaf moet rondgaan voor de erkenning van hetgeen wij beschouwen ais een fundamenteel recht". Er kwam zelfs een motie van, in gediend door PPR, PvdA, D'66 en I PSP, waarin de regering werd ver- zocht om met ingang van augustus 1970 alvast aan de jongste groep, de 15-jarigen, de mogelijkheid van tenminste één dag per week onder wijs en vorming te geven. De motie werd overigens door de Kamer ver worpen. Bij zitten en opstaan. De heer Schmelzer bleef, ondanks bo vengenoemd citaat, met zijn fractie zitten. De werkende jongeren gaan nu echter zelf opstaan. Op zaterdag 1 november trekken ze van overal naar Den Haag. Gisteren hadden er zich al zo'n zesduizend gemeld bij de drie werkende-jongeren organi saties. Ze gaan naar het gebouw van de Tweede Kamer en (zo gaat dat in Nederland) ze mogen er ook in, met groepen van 50 tot 200, om in debat te gaan met enkele minis ters. Ze gaan ook de ambtenaren opzoeken, de partijbesturen van al le politieke partijen, de werkge vers- en werknemersorganisaties, enzovoort. Wat ze willen bermken? Dat heel Nederland te weten komt, hoe groot de achterstelling is van de werkende jongeren; dat de rege ring wettelijke maatregelen gaat nemen voor vorming en onderwijs; dat de werkende jongeren in het be drijf niet langer als goedkope ar beidskrachten maar als jonge men sen zullen worden gezien. En in de oproep van de drie jon geren-organisaties komt ook deze pijn duidelijk naar vooren: „Laten we op 1 november bewijzen dat de werkende jongeren wel degelijk be trokken zijn bij hun eigen problema tiek". Maar dat is een vicieuse cir kel: wie dom gehouden wordt, komt niet tot inzicht. En het is echt niet voldoende om jonge mensen een vak te leren. Senator Fulbright zei het van de hele Amerikaanse samenleving: „We weten zoveel meer over de werking van straalvliegtuigen en raketten dan over onze eigen in nerlijke behoeften". De jonge arbeider is aan die ont dekkingstocht begonnen! JAN HÜSKEN BIJ DE FOTO'S Foto boven: Hij is te gedwee geweest. Foto onder: Kinderarbeid nog niet zo gek lang geleden. (Van onze correspondent) BONN De registratie van de Westduitse bevolking in de gebrui kelijke kaartsystemen bij de burge- Iijke stand zal in de toekomst ge moderniseerd worden. De bondsre gering deelt de opvatting van de experts, dat de rangschikking vol gens het alfabet op den duur niet meer voldoende is. Het gecompli ceerde vlechtwerk van het sociale leven, de „papieroorlog" en het steeds vaker gebruik maken van computers bij de autoriteiten ver langen een aanpassing aan de te genwoordige tijd. Het traditionele is sinds de middeleeuwen bijna niet veranderd. Toen al maakte de stadsschrijver in opdracht van de raadsheer alfabetische lijsten van de bevolking. Een jaar nu is het Duitse mini- terie van binnenlandse zaken bezig „persoonskenteken", dat iedere sol daat bij de Budeswehr bijvoorbeeld ai heeft. Dit persoonsbewijs zal het vervangen door een systeem, dat volgens nummer opgebouwd is. Men neemt door dit persoonsbewijs een getal van twaalf cijfers: de eerste zes cijfers bestaan uit do geboortedatum, het volgende cijfer staat voor de geboorte-eeuw en het geslacht. Daarop volgt een vier-cij- ferig serienummer om onderscheid te maken tussen personen, die op dezelfde dag geboren zijn en het zelfde geslacht hebben. Op de laat ste plaats denkt men een controle- cijfer te plaatsen als waarborg te gen schrijf- en kopieerfouten. Bijzonder belangrijk is ook de vraag of door dit nieuwe systeem iedere burger behoed wordt voor ongeoorloofde aantasting van zijn persoonlijke vrijheden. Voor de administratie biedt de omschakeling Op de elektronische verwerking van data zeer grote voordelen: in het verkeer tussen geen woorden en archiefnummer» enz. meer uitgewisseld hoeven wor- Men denkt bovendien aan de op richting van grote „data-banken", die voor grotere gebieden gelden. In de databanken zouden bepaalde persoonlijke data, die niet iedere dag, maar alleen bij bepaalde ad ministratieve manipulaties nodig, zijn, verzameld worden, terwijl de stratie alleen de afzonder lijke persoonsbewijzen zou moeten verzamelen. De regeling, die op het ogenblik door de minister van binnenlandse zaken met alle elf hondstanden be sproken wordt, zal voor de gehele bondsrepubleik ingevoerd worden. Bij alle noodzakelijke modernise ring, krijgt men toch een onaange naam gevoel bij de gedachte aan het kenteken; zeer verschillend en uniek geprononceerde persoonlijk heden worden in een paar cijfers „samengesteld" en in het archief gestopt. James Orwell heeft een soortgelijke absurde situatie in zijn toekomstvisie „1984" beschreven. (Van onze correspondent) WENEN Eind september is in Tsjechoslowakije de grote zuive ring begonnen, die zijn hoogtepunt bereikte met de val van Dubcek. Nu is het de beurt aan het leger. Moskou weet heel goed dat de Tsjechische strijdkrachten tijdens de invasie van vorig jaar er slechts met moeite van konden worden weerhouden om een aanval te doen op de indringers. Het is bekend dat talrijke hoge officieren in die dagen hebben sa mengewerkt met de anti-Russische verzetsgroepen: deze laatste kregen zelfs de beschikking over de zendap paratuur van de strijdkrachten. Dit heeft er sterk toe bijgedragen de kloof tussen het Russische en Tsecho- slowaaikse volk, die niu nóg bestaat, te verbreden. Nu heeft de regering-Husaik welis waar op alle belangrijke posten in het leger betrouwbare en pro-Rus sische elementen geplaatst, maar hij is er nog steeds niet in geslaagd om het leger weer in het systeem van het Warschau Pact te integreren. Een zeer groot deel van de officieren en soldaten heeft een hekel aan de Russen en velen haten hen zelfs. Dat is duidelijk gebleken uit het ho ge percentage van militairen dat meedeed aan anti-Russische beto gingen. Het blad „Tribuna" heeft on langs jonge recruten geënquêteerd Toen bleek dat 75 procent er tegen was diat de vriendschappelijke be trekkingen met Moskou hersteld zouden worden. 81 Procent betwij felde zelfs of het nodig was diat er normale betrekkingen tussen het Tsechoslowaakse en Russische volk bestonden en 56 procent was van mening dat er 'geen gevaar bestaat voor een overval van West-Duitsland en de Novo. Merkwaardig is dat de ondervraag de recruten zich steeds beriepen op hun officieren, die er volgens hen „net zo" over zouden denken. Daar om heeft Husak reeds in de eerste zomer van zijn bewind de eerste aanrval gedaan op de „ainti-Sovjet- officierenkliek". Husak ontbond zon der meer de „militair-politieke aca demie Klement Gottwald" in Praaig. Enkele lectoren van dit instituut liet hij overplaatsen naar Pressburg. De overigen ontsloeg hij zonder meer, opdat zij geen onrust in de strijdkrachten zouden kunnen stich ten. Deze ongewone en voor de labiele toestand in bet leger typerende stap vond zijn oorzaak in het merkwaar dige memorandum dat de weten- schiappelijike staf van deze academie dit voorjaar heeft uitgegeven. In dat stuk werd de vraag gesteld of het zin had dat Praag nog lid was vain het Wairchau Pact. In de legerkrant „Obrana Lidu" stonden onlangs passages uit dit me morandum, dat buiten de politieke verantwoording van het leger en van het ministerie van defensie gezonden was aan alle hogere functionarissen van staat en partij. Ook de toensna- ligle minister van buitenlandse za ken Hajek (die zich thans openlijk heeft beschuldigd) ontving dit stuk. Hajek deelde destijds de auteurs mee dat hij hun gedachten zou ver werken in zijn concept van de richt lijnen voor de buitenlandse politiek. In het memorandum waren 30 ho ge officieren tot de conclusie geko men dat „het socialistische kamp feitelijk niet bestaat", maar dat de staten van het oostelijk blok veeleer ondergeschikt waren aan de Sov jets en dat laatste zou de bron van alle kwaad zijn. De zogenaamde bedreiging van de Westduitse aggressie zou in werke lijkheid maar een voorwendsel zijn om de eenheid onder de socialisten te herstellen, met name ook de on voldoende economische samenwer king. Het lidmaatschap van het Warschau Pact zou voor de econo mische ontwikkeling van het land een duidelijk nadeel geweest zijn en daarom was het zaak om de politie ke structuur te veranderen, temeer nu Tsjechoslowakije geen gelijkge rechtigde partner in het Pact is. Voor al deze ketterse ideeën in het memorandum zal de rector van de militaire academie overste dr. Votjech Menol met zijn drie naaste medewerkers (allen militairen met eenzelfde rang) zich moeten verantwoorden. Zij hebben allen ge weigerd zich aan zelfkritiek te on derwerpen en daarom zullen zij voor een partijraad gediaagd worden. Stellig zullen zij buiten de partij worden gestoten en waarschijnlijk ook buiten het leger. Overigens is het bureau van poli tieke administratie van de strijd krachten met een grootscheepse zui vering begonnen. Binnen eigen or ganisatie: de eerste luitenant Strom- sik werd als lid van het bureau ont slagen. Vóór alles richten de vrien den der Sovjets hun aainval tegen generaal Vaclav Prchlik, een vroe gere politieke functionaris in het le ger, en de geestelijke vader van het memorandum. Deze was vroeger één van de vier parlementsleden die zich verzetten tegen het verdrag, waarbij de Russen troepen in het land zou den mogen stationeren. Dat verzet heeft hem reeds zijn lidmaatschap van het centrale comité gekost en nu zal hij ook zijn mandaat kwijt raken, zodra de partijraad hem schuldig verklaard zal hebben we gens (zijn weliswaar) patriottische, maar anti-Russische houding.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1969 | | pagina 13