1 1 f J1 ^Pik MENSEN EN MUZEN P. v. d. Meer de Walcheren vandaag tachtig jaar ars ime ïeden TEN Mijn parapluutje Willie de hond op avontuur i §L_ 1 CAL Jeugdjaren in Maastricht J Toto-vlieger ging niet op BUSRAMP IN TURKIJE Jaster De Olympiade Naar school EEN DAG ER OP UIT Brievenbus TEKENFILMS DE GEFOPTE REUS Hoe Lotje geduld leerde n EUR ïk N.V. *rs DAGBLAD DE STEM VAN ZATERDAG 10 SEPTEMBER 1960 UIT LOGEREN Grapjes over Tinus R-A-A-D-S-E-L-S k PUZZEL Diepenbrock bracht hem in kennis met werken van Léon Bloy Liturgische kalender HAARDEN VAN BECKING BONGERS TJLFT Missa in die festo Geen introductie Speurtocht naar valse Pondbiljetten K.V.P.-partijcongres op 22 oktober Uitbreiding van Philips Uden 10 perMart, een enthou- jaar, in verkoop inktie in e Perso- gaarne septem- an 13.00- ipen van :hten aan tie 26 te oooooooo selaars en te Hen- EN ichem XDOOOOOOO lappij SR1EK ienst, afde- met. van een n eenheids- :e opleiding aanbeveling 18-25 jaar. ftijd oplei- ien gaarne ten, Glacis- i-B-diploma, jaar waren, angen voor duurt onge- toegelaten. ie kadaster- ir keuze van gesteld. i de leeftijd p.m. nisterie van mens, Kneu- ook nadere looooooe iappij vraagt ncie Zeeland aanmerking vertegen- voor vereiste oductie capa- alsmede gra- nregeling. et uitvoerige, van recente bur, van dit DOOOOOOOOOC ;rk met premies. •iek Konijnen watertoren) elijke organi- oma. Ls, dat de kan- rieden worden rincies Noord- eau Belinfante g- S. v.d. Zee Vermeerstraat 20, Breda De Olympische Spelen Die doen je niet vervelen Die geven je vreugde en blij Want man of zoontje zijn erbij. Hardlopen, roeien of voetballen Alles kan eens mens bevallen En de kleintjes zijn zo zoet Met blijdschap ziet men die spelen tegemoet. De dochters doen mee aan hardlopen Ze staan allemaal aan het loket Ze doen allemaal een kaartje kopen De laatste tribunes zijn bezet. Roos Stofmeel Delpratsingel 15, Breda Naar school toe ga ik graag. alle dagen liever; leren is plezierig. Want als je goed leren kan, kom je overal, Ellie van Kan, 8 jaar Ik ga logeren bij mijn tante. Mijn tante is pas verhuisd; en nu hebben ze een douche en ook een grasveld. En ze hebben twee kinderen, die kunnen zo fijn spelen. Het jongste meisje heet Joséke en het oudste heet Adje. Adje is zaterdag bij ons geweest. Ze wilde bij ons blijven en toen zei mijn moeder: „Dan mag je morgen op va kantie komen." Dat vond ze reuze fijn. Ze liep naar buiten en vertelde het tegen de kin deren. Die vonden dat zo fijn dat ze gingen dansen van plezier. En Adje danste ook mee. Het was al zes uur en ze moesten naar huis. Dat was jammer. Maar we hadden toch een fijne vakantiedag. Jean Veraart, 8 jaar Afgeslechtdijk 33, Steenbergen Ik heb zo'n mooi parapluutje gekregen! Nu mag ik lopen in de regen Nu word ik nooit meer nat Zo'n parapluutje is een schat. En al regent het met tuiten Ik mag heerlijk wandelen buiten En al regent het dat 't giet Ik blijf droog en voel 't niet Marie-Thérèse Slangen, 12 jaar Tinus fietste over een paadje en kwam telkens met zijn trapper tegen de rand van het paadje. Toen hij dit beu was sprong hij van zijn fiets en zette het zadel hoger. x x Een andere keer had hij een fiets van zijn kennis geleend, mcenr hij kon niet bij de trappers. Toen liet hij de lucht uit de banden lopen en dacht dat hij nu wèl bij de trappers zou kunnen. Ingez. door Theo Roemen 1 Waarom is de torenklok niet te vertrouwen 2 Wie lopen uit zonder van plaats te veranderen 3 Wat maken de apostelen samen in de hemel 4 Wat is sterker dan een leeuw 5 Waarop kan een haas het vlugst lopen 6 Wie heeft een voet zonder hielen en tenen 7 Op welke tocht gaat niemand voor uit tqoo;8mat 9p do i lïraq ap 9 !ua»od uftz do 5 iuaMnaaj 33A\} i !uCtzop uoa g !ajuai ap ut s-iaj -saaq na u'atuoq z !.V pspuio 1 Ingez. door Elly Avontuur Nieuwe laan 52, Made. ÖL tfai £3 Nico Brouwers Hoofdstraat 62, Rijen Anton Krols, 8 jaar Veenestraat 25, Geertruidenberg Het was dinsdag, om 9 uur reden we weg. We zouden naar Den Haag en Scheveningen gaan. Ik was bij mijn oma aan het logeren, met nog een nichtje. De vader en moeder van mijn nichtje (Adriën- ne) gingen een dag erop uit. Nu hadden ze gevraagd of wij ook mee gingen. Natuurlijk deden we dat. Om 9 uur kwamen ze ons dan halen met de auto. Er gingen ook nog 2 zusjes en 1 broertje van Adriënne mee. We gingen eerst over de Moerdijkbrug. Dan gingen we door Dordrecht, Rotterdam en Delft naar Den Haag. Daar gingen we naar Maduro- dam. Madurodam is een stad in het klein. Er stonden een heleboel fabrieken (ook in het klein). Ook waren er kerken waaruit echte or gelmuziek klonk. Rond Maduro dam was nog een landschap met molens. Dan was er ook nog een vliegveld. Met echte vliegtuigen en een startbaan. In Madurodam was ook nog een station. Om en door Madurodam reden echte treinen en trams. Dan was er nog een haven. Er was ook nog een pont. Die ging over en weer. Verder waren er ook nog gewone schepen en zeilboten. Eindelijk hadden we alles ge zien en gingen we naar Scheve ningen. Daar aangekomen gingen we al direct pootje baden. Er waren een heleboel kinderen aan het spelen. Wij gingen nu ook op het strand spelen. Wij graaf den een hele gro te kuil. In plastic builen haalden we telkens water, maar elke keer als we terug kwamen met nieuw water was het water in de kuil helemaal opgedroogd. Eindelijk ga ven we het maar op. We gingen nu eten. Het broertje van Adrièn ne mocht nog ezeltje rijden. Om 3 uur ruimden we alles op. Ik stuurde nog een kaart naar huis. Adriënne stuurde nog een kaart naar haar vriendin. Toen gingen we op huis aan. Onderweg aten we de rest van de boterhammen op. Van Schevenin gen af, reden we over bruggen onder viaducten en door tunnels. Het waren er 57. Het was een fijne dag geweest. Adrianne v. Bragt, 11 jaar Mr. Bierensweg 2B, Pr.beek. Moeder liep in de keuken rond te kijken wat er in de winkel moest ge haald worden. Ansje zat aan de tafel om netjes op een lijstje te schrijven wat moeder opnoemde. Maar Ansje had haar gedachten er niet bij want ze dacht aan de spelletjes die ze straks zou gaan doen met haar vrien dinnetjes. „Staat het er allemaal op. Ans?" vroeg moeder. „Dan eerst de bood schappen halen en als je ze thuis hebt gebracht mag je gaan spelen." Daar ging Ans. Eerst moest ze nog een poosje in de rij staan in de win- keh maar toen was ze aan de beurt. En ze begon op te noemen: ,,1 ons lucifers..." „Wat zeg je vroeg de winkeljuf frouw. Ansje kreeg een kleur en haar ogen vlogen over het lijstje. Wat stond daar allemaal op BOODSCHAPPENLIJSTJE 1 ons lucifers 10 meter flikken 1 flaconnetje 1 liter suiker doperwtjes 1 strooibusje 1 pond tandpasta schoencrème 10 aardappelen 1 tube koord 5 kilo eieren 1 pak jam >/2 ons beschuit 1 fles zout 1 doosje melk 1 rol peperkorrels 1 blik azijn 1 pot eau de cologne Ansje schaamde zich verschrikkelijk en het duurde wel vijf minuten vóór ze uitgevist had wat ze nu eigenlijk moest halen. Wie probeert het vlug ger dan Ansje te doen. Wie maakt het lijstje zoals Ansjes moeder het had opgegeven DIT IS HET SCHIP VAN MIJN OOM EN TANTE. ZIJ WAREN IN DE HAVEN VAN MOERDIJK Bepple de Wij», 7 jaar Koning Haakonstraat 4, Moerdijk A. Renard. Beste Annemieke (dat is toch je voornaam 7) Wij hebben hier een inzending van je liggen, die nog niet zo is dat we het verhaal kunnen plaatsen. Nu willen we dat wel even uitleggen, maar op het verhaal staat geen adres. Dat zal wel op de enveloppe ge staan hebben, maar die is niet bewaard. Wil je ons nog schrijven waar je woont en vooral ook hoe oud je bent Daar wachten we dan maar op. OOM JAN EN TANTE THEA Aan alle kinderen: Nooit vergeten naam, adres èn leeftijd op elke tekening en op elk verhaal of versje te schrijven. En natuurlijk sturen jullie alléén zelf verzonnen werk op Emiel Steven» He meistraat, St. Jansteen Weet je hoeveel getekende plaatjes er no dig zijn om een echte tekenfilm te maken, zoals In de bioscoop wordt afgedraaid Als zo'n film draait dan vliegen er in 1 seconde 24 plaatjes voorbij. Dat wil zeggen 60x24=1440 plaatjes per minuut. Reken nu zelf eens uit hoeveel plaatjes er getekend moeten worden voor een filmpje waarnaar je 10 minuten zit te kijken. Je begrijpt nu wel dat In een studio waar zulke tekenfilms worden gemaakt, tien tallen tekenaars, maandenlang werken om een kleine film klaar te krijgen. Er woonde in Ierland eens een reus. Die reus heette Fingel. Maar in Schotland leefde een andere reus. Die heette Fangel. Toen Fan- gel hoorde dat er in Ierland ook een reus was, zei hij: „Daar zal ik eens naar toe gaanIk wil die reus wel eens een keertje zien." Daarom stak hij op een dag de Ierse zee over en kwam in Ier land aan. Maar toen reus Fingel dat hoor de, werd hij erg bang. ,jZe zeggen dat reus Fangel een hoofd groter is dan ik I" fluisterde hij tegen zijn vrouw. Na 'n poosje zag Fingel de Schot se reus naar zijn huis komen. Hij ging zo vlug als hij maar kon de keuken in en zei: „Vrouw ik heb de reus gezien. Hij kan elk ogenblik hier zijn. Maar ik weet wat: ik ga in mijn bed liggen. En als reus Fangel vraagt wie er in bed ligt moet jij zeggen dat ik het kindje ben I" Toen kroop Fingel vlug in bed en zijn vrouw had nog juist tijd. om de dekens in te stoppen, want daar was de reus al. „Waar is die snertreus van een Fingelriep Fangel, toen hij bin nen stapte. „Ik zal hem eens een pak slaag geven waar hij van op zal kijken „Ssssst, sssst I" zei de vrouw van Fingel, „je maakt ons kindje wak ker." „Jullie kindje vroeg reus Fan gel, „waar is jullie kindje dan Toen wees de vrouw naar het bed waarin Fingel lag. Je kon alleen maar het plukje haar zien dat boven de dekens uit stak Als 'n grote bult zag reus Fangel zijn lichaam onder de de kens liggen en hij dacht: ,JLieve deugd, als dat het kind van Fingel is, hoe zal reus Fingel er dan zelf wel uit zien I" Hij maakte meteen rechtsomkeert en zei tegen zichzelf: „Lieve help als ik die knots van een reus maar met tegen kom onderweg I" Zo rende hij weg van het reu zenhuis; stak de Ierse zee weer over en ging terug naar zijn huis m Schotland. Maar Fingel kwam lachend uit zijn bed. Hij gaf zijn vrouw een reuze-zoen, zodat het klapte en hij zei: „Daar ben ik maar weer prachtig van af gekomen Adje Suijkerbuijk 11 jaar Balsebaan 99, B. op Zoom Al wekenlang lag kleine Lotje in bed. Ze was heel ziek geweest. Nu ging het al wat beter, maar niet zo goed dat zjj mocht opstaan. Dit be gon Lotje verschrikkelijk te vervelen. En daarom was ze wel eens niet lief door William Williams teken filmstudio'' s Kof fer 1 als ik. er leens wKroop Olweer oiks' hij ueeft de juvüoleu daqo weer opeen c plaat S niT-re^gi j er zit niets anders op don I morgen cr> een andere 1 plaatste gaon 20 eveerr. wordV vervolgd. genoeg. Moeder deed zo haar best en vader als hij van zijn werk thuis kwam ook. En de broertjes en zusjes probeerden ook met haar te spelen. Maar natuurlijk lag ze ook wel eens alleen. En dat was niet naar haar zin. Op een dag dat ze weer alleen lag zag ze opeens een heel klein ventje op haar voeteneind zitten. Het was niet groter dan een hand. Hij leek wel op een kaboutertje maar toch was het er geen want hij had geen baard. Maar hij had een kleine rug zak op zijn rug en die maakte hij los en legde die voor zich neer. Uit die zak haalde hij mooie krullige haar tjes en die begon hij te vlechten. Lotje keek met grote ogen en kon niet laten te vragen wat hij toch deed. Met een heel fijn piepstemme tje zei het ventje: Ik vlecht haar tjes van een schaap tot wollen draad. Dat doe ik voor mijn konin gin en die breit er kleren van voor heel ons volk. Duurt het niet erg lang voor je draad genoeg hebt vroeg Lotje. Ja, zei het mannetje, in een jaar maak ik maar genoeg voor één jasje. Vind je dat niet vervelend 7 vroeg Lotje. Als ik het vervelend vind, denk ik maar aan de koningin, die kan niet lopen; ze breit de hele dag en toch lacht ze altijd. En als wij draad brengen is ze zo blij alsof ze een prachtig geschenk krijgt. Ben jij ook altijd zo blij, Lotje 7 Toen schaamde Lotje zich verschrik kelijk. Nee, zei ze maar ik zal beter mijn best doen. kom je dan nog eens terug 7 Dat zal ik zeker doen, zei het mannetje en dan vertel ik je nog meer van onze koningin, want daar kun je nog veel van leren. Toen pakte het mannetje zijn rugzakje weer in en klom van het bed af. Lotje kon vanuit haar bed niet zien waar hij bleef. Zij werd veel liever voor moe der, vader en de broertjes en zusjes en dat had ze aan het nijvere ventje t* danken. Vandaag viert de schrijver-monnik Pieter van der Meer de Walche ren O.S.B.in de St.-Paulusabdij te Oosterhout zijn tachtigste verjaar dag. Hij is namelijk op de tiende september van het roemruchtige jaar 1880 als zoon van een wijnhandelaar in de schaduw van de Utrechtse domtoren geboren. Waarmee we niet willen zeggen, dat deze grijze „jongere" tot de Tachtigers zou behoren. aDAG 11 september. Groen. Veer- .iende zondag na Pinksteren. Tijdeigen. H Mis Protector. Tweede gebed H. H. Protus en Hyacirithus. Credo. Prefatie van de H. Drievuldigheid. MAANDAG 12. Wit. H. Naam Maria. Credo. Prefatie van de H. Maagd Maria. DINSDAG 13. Groen. Mis van de veer tiende zondag na Pinksteren zonder Gloria en Credo. WOENSDAG 14. Rood. H. Kruisverhef fing Credo Prefatie van het H. Kruis. DONDERDAG 15. Wit. Zeven smarten van Maria. Tweede gebed H. Nicome- des. Sequentia. Credo. Prefatie van de H. Maagd Maria. VRIJDAG 16 Rood. H.H. Cornelius SP Cyprianus. Tweede gebed H.H. EupHe- mia enz. ZATERDAG 17. Rood. H. Lamt„_. Tweede gebed Wondetekenen van H Franciscus. Advertentie; De eerste van de lange rij steden, waar Pieter van der Meer op zijn vlucht door het leven is neergestreken, was Maas tricht. In de Limburgse hoofdstad heeft hij drie jaren van zijn jeugd doorgebracht. Naar hij later getuigde, heeft hij hier slechts de buitenkant van het Roomse leven gezien: processies en carnaval. Toch was dit kort verblijf in de oude stad aan de Maas voor hem van grote betekenis, want hier leerde hij de componist-leraar Alphons Diepenbrock kennen, welke ont moeting niet minder waardevol werd dan die tussen Diepenbrock en der Kinderen. Pieter was leerling van de tweede klas gymnasium toen Diepenbrock voor de eerste keer hun huis nabij de Grote Markt betrad. Deze visite was niet zo verwon derlijk, want vader v. d. Meer was bij zonder muzikaal. Op zijn zakenreizen nam hij altijd zijn viool mee. Het spreekt dus vanzelf, dat de toondichter, die al naam begon te maken, in dit milieu har telijk welkom was. Hetzelfde gold voor de Maastrichtenaar Carl Smulders, die leraar was aan het conservatorium te Luik, maar als componist en romanschrij ver niet de waardering kreeg, die hij verdiende. Wouter Paap heeft veel goed gemaakt door in het boek „Menschen in de Schaduw" een hoofdstuk aan hem te wijden. Als een van zijn werken noemt hij de Cantilene, een voorstudie voor het symfonische gedicht „Hildhyllia", dat werd opgedragen aan jhr. P. van der Meer de Walcheren. Op een middag en avond heeft Diepen brock voor de familie v. d. Meer en Carl Smulders zijn beroemde ..Missa in die festo" gespeeld, waarij Pieter, naast de piano gezeten, hem de losse bladen der drukproeven mocht aangeven. Bij de dood van Diepenbrock in 1921 heeft P. v. d M. d. W. in De Nieuwe Eeuw zijn her inneringen aan de „onvergetelijke Dan- teske toondichter", zoals Poelhekke hem noemde, neergelegd. Later zijn deze in de geelrug „Branding" herdrukt. Over de genoemde muzikale voordracht schreef hij: „Hij speelde dan zijn Mis op dien lang-geleden dag. voor de aandachtig isterenden in de kamer. Hij speelde 'e koren, het dubbel koor en de roeipartij. Hij vergiste zich vaak. hij ■■'as geen pianist, hij trapte heftig p de pedalen, maar de piano had 'en onwerklijken, schoonen klank rekregen van een heel ander, onbe kend instrument. En aldoor zong hij op eigenaardige wijze. Het had in mijn kinder-verbeelding iets geheim zinnigs, dat blatend of keelklankig zingen, dat wonderlijk geneurie, nu eens zachter, dan weer sterker, dat een zoo vreemde huiverende atmos feer van verre dingen tooverde rond alles wat hij speelde. Ik wist toen niet wat dat eigenlijk was, een Mis, en zou eerst veel later het verlangen kennen om dit te weten." Pieter heeft de drukoroeven, die hij ca deau had gekregen, laten inbinden. Die- Pater Pieter van der Meer de Walcheren in een der gangen van de Oosterhoutse St. Paulus-abdij. penbrock had er met rode inkt hier en daar correcties in aangebracht. Van meer belang nog voor de toekomst van Pieter was het feit. dat Diepenbrock zich op de hoogte hield van de Franse letteren. Hij was het die zijn jonge vriend op het werk van Léon Bloy attendeerde, van wie hij twee boeken bezat. Hij las ook de Mercure de France, waarin af en toe een opstel van Bloy verscheen. Van der Meer beschouwde „de pelgrim van het Absolute" onmiddellijk als een bui tengewone verschijning zonder nog te bevroeden welke rol deze in zijn leven zou gaan spelen. In 1909 naar Parijs verhuisd gevoelde v. d. Meer behoefte met Bloy persoonlijk kennis te maken. Hij vroeg een intro ductie-briefje aan Diepenbrock, die Ary Prins in de arm nam, omdat deze Bloy enkele keren ontmoet had. Deze bemid deling mislukte. Kort daarop trok Pieter de stoute schoenen aan en uit zijn dag boeken weet men hoe de ontvangst ver lopen is. Aan de hand van Bloy is hij tot aan de poort van de Kerk geleid en het binnentreden was toen niet moeilijk meer. Op 24 februari 1911, op het feest van St. Matthias, is hij in de Sint Médard- kerk te Parijs gedoopt in tegenwoordig heid van zijn peter en zijn vriend Jacques Maritain. Dit belangrijkste feit in zijn leven is dus over enkele maanden een halve eeuw oud. Het is ook al weer twintig jaar ge leden, dat een speciaal nummer van „Roe ping" verscheen, waarin Gerard Wijde- veld dichtte: Oud? Wat zijn jaren bij elkaar voor wie geen dage' of jaren telt, maar jaar en dag, bij pijn en vreugd blijft leven met dat onverflauwd en eiken ochtend nieuw geweld, dat maar één naam kon hebben: [jeugd! Deze woorden gelden ook nu nog voor de pater Benedictijn. Toen we enkele weken geleden van zijn gastvrijheid mochten genieten (van deze deugd moet Pieters engelbewaarder de patroon zijn, heeft van Duinkerken ooit opgemerkt) hebben we opnieuw zijn benijdenswaar dige vitaliteit, zijn door een diep geloof geschraagd optimisme, zijn vriendelijke hulpvaardigheid en zijn niet te stuiten werklust bewonderd. De functie van sub prior vergt veel van zijn tijd. Daarnaast verzorgt hij een uitgebreide correspon dentie, terwijl hij ook anderszins onver moeid de pen blijft hanteren. Zijn laatste boek „Alles is liefde" ondervond een enorme belangstelling. Binnen enkele we ken verschijnt de vierde druk van „Het witte Paradijs", waarin pater Pieter een nieuw voorwoord heeft geschreven. Ten slotte werkt hij nog aan het derde deel van zijn „Mensen en God". We vermoe den, dat hij zich pas in de hemel „gepen sioneerde" zal mogen noemen, maar ho pen en bidden, ter wille van zijn con fraters en vele andere virenden, dat deze nieuwe status voor hem nog in een ver verschiet ligt. WILLEM v. d. VELDEN. Scotland Yard heeft Interpol verzocht behulpzaam te zijn bij het opsporen van valse pond Sterling-biljetten, die tijdens de oorlog door de Duitsers werden ver- jvaardigd met het doel de Britse econo mie te ontwrichten. In Londen stond donderdag een man terecht wegens het uitgeven van dergelijke biljetten, die hij i verklaarde in Spanje te hebben ontvan gen. Het feit dat deze valse bankbiljet ten" "ter waarde van 25 miljoen pond thans in de circulatie schijnen te komen verontrust de Engelse autoriteiten zeer niet in de laatste plaats omdat zij nau welijks van echte zijn te onderscheiden. De K.V.P. houdt op zaterdag 22 okto ber a.s. in Krasnapolsky haar partijcon gres. In de ochtenduran, voor de aan vang van het congres, worden er vijf "sectievergaderingen gehouden met even veel inleidingen over onderwerpen die momenteel bijzonder de aandacht heb ben. Mr. W. A. Schouten zal spreken over de volkshuisvesting, drs. Th. Coppes over welvaartspolitiek en drs. J. A. Cuppen over bezitsvorming. Het onderwerp Ne derland in Europa wordt behandeld door dr. W. J. Schuyt en mr. J. A. Mom- mersteeg houdt een inleiding over Ne derland in de wereld. Mr. van Doorn zal het congres een overzicht geven van de werkzaamheden van de K.V.P. in de afgelopen twee jaar en mededeling doen over de plannen in de periode tot de verkiezingen van 1963. De voorzitter van de katholieke tweede kamerfractie, prof. Rorame, brengt aan het congres een tussentijdse balans uit over het parlementaire werk in de af gelopen twee jaar. (Van onze Belgische correspondent) Een zekere C. U. uit Den Haag wenste zich niet neer te leggen bij de in Ne derland bestaande totoregeling. Hij richt te te Antwerpen een kantoortje in en ont ving op een postadres uit Nederland in zetten op Duitse voetbalwedstrijden. Op Nederlands verzoek werd te Ant werpen een onderzoek ingesteld en het totozaakje werd opgedoekt. C. U. werd voor de Antwerpse Correctionele Recht bank gedaagd onder beschuldiging van het onwettig organiseren van kansspe len. De Hagenaar verscheen niet ter zitting. Bij verstek werd hij veroordeeld tot een gevangenisstraf van 4 maanden. Het ligt in het voornemen van N.V. Philips de produktie der zogenaamde „witte keramiek" van Eindhoven over te brengen naar Uden. waar reeds het „zwarte keramische bedrijf" is geves tigd. Hiervoor zal in Uden, mits de ver eiste rijksgoedkeuring wordt verkregen, een nieuwe bedrijfshal van 180 bij 80 meter worden gebouwd. Voor Uden be tekent dit een verruiming der werkge legenheid. Daarnaast zal Philips in Eind hoven werkkrachten en ruimte vrij krij gen voor andere doeleinden. Bij het dorpje Satsa in Turkije, is een autobus met 47 inzittenden in een ravijn gestort. De bus vloog in brand en 31 verkoolde lijken zijn uit de resten ge borgen. Zestien personen hebben ernsti ge verwondingen opgelopen.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1960 | | pagina 7