No. 381
Zondag 21 Januari 1917
Orgaan voor Leger en Vloot.
Oorlogsnieuws.
Onder redactie van D. MANASSEN.
Gezondheidsleer
GBEM KEUS.
De Vredesvoorstellen.
Taminiau's JAM
DERDE JAARGANG.
SOLDATENGOURANT
XBDACTLE EN" ADMINISTRATIE VA LERÏUS3TE. 109, AMSTERDAM. DIT
BRAD VERSCHIJNT DRIEMAAL PER WEEK. LOSSE NUMMERS VOOR
MILITAIREN 1 CENT, VOOR BURGERS 3 CENT. ABONNEMENT BIJ VOORUIT
BETALING VOOR MILITAIREN f 0.75, VOOR BURGERS/1.50P.KWARTAAL
Voor Adverteutiën wende men zinh tot onze Administratie, V&Jeriusïtraat 10'j
Amsterdam, Prijs der Adverter.tit'n por regel 30 o-nt. Voor Ingezonden Mede.
dueLngcn op de tweede, derde co vierde pagina dubbel tarief. BÜ abonnement
reductie.
De strijd aan tiet Riga-front.
We geven hier een kaartje vau
het Ooaterfront, dat ons duidelijk
het gansche ooïlogsterrein in 't
Oosten weergeeft van de Golf van
Riga tot aan de Zwarte Zee, van
den mond der Düna dus tot den
mond van den Douau. Bij mogelijke
grootere gevechten later, kan deze
kaart onzen le zers van pas komen,
doch wij geven haar nu voorname
lijk om het noordelijke deel er van,
het Riga-front, waar iu de laatste
dagen weer vrij hevig is gevochten.
Het scheen daarbij om Mitau, dat
wij ten Zuidwesten van Riga zien
liggen, en dat in handen der Duit
sekers is, zooals men weet, te doen
te zijn.
Een Duitsoh correspondent Rolf
Brandt schrijft uit Mi tan bijzonder
heden omtrent het Russische offen
sief aan dit Riga front, waaraan
wij het volgende outleenen
In den nacht van den 4den op
den 5den Januari begon op eenige
plaatsen üet buitengewoon hevig
artillerievuur de Russische overval
op het 100-kilometer lange front
van het bruggehoofd Riga van de
Oostzee tot aan de Buna. De hoofd
aanval betrof de stelÜDgen in het
moeras en in het Mitausche Kroon-
bosch van de Aa tot aan den weg
Mitau-Riga. Het,, bevroren moeras
was gedeeltelij k begaan Daar. De Rus
sen letten er niet op wie doorzakte.
De stormcolorineu drongen onder sneeuwjecht
op drie plaatsen in de Dnitsche stellingen bin
nen. Bij Buobai en ten Oosten en ten Westen
var. Mangal; bij Buobai wierp heb aangevallen
regiment met behulp van reserven de Russen
in een schitterenden tegenaanval weer terug en
maakte 500 gevangeneim. Daarmede mislukte
reeds vau den aanvang aan het plan van de
Russen, de stelling in de richting van den weg
MitauRiga op te rollen. Bij Mangal werd het
nat door een onstuïmigon tegenaanval door het
ciiohtbesneeuwde bqsch reeds iu den avond van
den oden Januari weer dicht-gemaakt, waarbij
de Russen, buitengewoon zware bloedige ver
liezen, en opnieuw gevangenen verioreu. Tón
Noordoosten van Mangal in het, moerasgebied
was de troep onmiddellijk tot den tegenaanval
overgegaan. Hij had het echter zwaar te ver
antwoorden tegenover de steeds in grooteren ge
tale storxnloopende Russische reserven, die
dool uitmaakten van een elitecorps en van Let-
tischo bataljons. Den 6den Januari werd vanuit
het Zuidoosten in handgemeen het gat kleiner
gemaakt. In den avond van den 6den was
reeds te zien, dat de Russen hier ondanks de
voortdurende herhaling van hun aanvallen een
fiasco zouden lijden. Zij hadden reeds 1300
gevangenen en eenige machinegeweren ver
loren en het boschterrein en de open plekken
Voor onze stellingen lagen vol doode Russen.
In den nacht van den 6den op den 7den Jan.
brokken de Rassen een nog grootere strijd
macht in het gat samen en in den nacht en in
den vroegen morgen deden zij hun aanvallen
op het front een Oosten van de Aa en vanuit
het gat ombuigend, ten slotte ook vanuit den
rug. Het kwam tot een zeer verbitterden strijd.
De taaiheid van de Duitsche troepen, die nu
reeds drie dagen lang onder moeilijke omstan
digheden in gevocht stonden, was bewonde
renswaardig. Steeds weer gingen zij tót den
aanval over en ongeschokt weken zij stap voor
j stap langs de Aa terug. Het was een ernstige
toestand. Een vorst van 10 graden met hevi
ge n storm teisterde do Aavlakte.
De' Russen hadden waarschijnlijk verwacht,
dab onze 'troepen dit niet vol zouden houden.
Zij brachten cavalerie in het vuur.1 De eerste
escadrons vielen onder het vuur van onze man
nen, die zonder dekking op den bevroren grond
lagen. Do c-scadions sprongen van
hun paarden, lieten de dieren loopen en vielen
dapper met de karabijn aan. Ook zij werden
neergemaaid. Toen het licht werd zag men dat
de nieuwo tirailleurketen naderbij kwam, om
dat lange rijen Russen met het geweer in aan
slag voor onze liniën lagen. Zij beantwoordden
echter het vuur nier, het waren dooden.
Nu werd dc Duitsche reserve aan het moei
lijke werk gezet. Toen ik den Ssten ten Noor
den van Skaugal was, was de linie overal weer
gesloten. De troepen hadden het echter zeer
moeilijk, daar er weinig bruikbare schuil
plaatsen waren in het boschgebied. Men had
uit voorzichtigheid kleine vuren onder de hoo
rnen aangestoken, en verkleumd liepen de man
nen'stampvoetend rond.
door J. P. BIJL, officier van gezondheid.
LXXIX.
VcrsproiöingswijZQ besmettelijke ziekten. XII.
In don vlektyphus bobben wij dus een ziekto
leoron kennen waarbij de-smetstof van den
lijder op den gezonde wordt overgebracht door
ongedierte en wij zuilen nu een voorbeeld noe
men van een ziekte, waarbij eveneens de srnet-
■atof wordt, overgebracht door ongedierte, maar
nu niet, althans niet als regel, van mensch op
mensch, maar van rat op mensch, een ziekte die
eigenlijk een vattenziekte is nl. de pest.
In de eerst© plaats hebben wij dan de builen
pest, de meest voorkomende vorm vau die
ziekte, waarbij sommige klieren b.v. in de lies
'sterk zwellen, een soort buil vormen. Langen
ti,jd, ook toen men reeds de oorzaak van de
ziekte zocht in een levende smetstof en niet
meer dacht aan rottenden afval, onzuivere lucht
e.d.. was het onbekend op welke wijze deze
ziekto ziob eigenlijk verspreidde. Men zag,
ook al werdén ae lijders streng geisoleerd,
zoodat zij met niemand in aanraking konden
Jtomon, dat er toch mfeer ziektegevallen op
traden en de ziektegevallen zelf kon men ook
niet verklaren door besmetting door een au-
deren lijder. Er waren evenwel enkele waar-
(Een schets uit Berlijn.... van vóór den oorlog,)
Aan een huis in een drukke straat prikkelde
sinds lang een geel biljet mijn nieuwsgierig
heid. Ik dacht eerst, dab het van het Bioscope-
theater was, maar het bleek te zijn van een
bureau, waar aan dienstmeisjes kosteloos eeu
betrekking werd bezorgd. Heb viel mij in, dat
ik hier w^l iets kon loeren, en ik volgde een
dame, die juist het huis binnen stevende en
blijkbaar met de localiteit op de hoogte was.
Zij ging ^en trap op, door een gang naar een
openstaande kamer. Mijn onvrijwillige geleidster
had zóó iets energieks in baar optreden, dat ik
reeds in stilte het arme schepsel beklaagde, dat
zich onder het juk van die forscho meestere®
zou moeten buigen. Ik zag echter in, dat ik mij
vergist had, toen mijn dame door iemand van
het personeel der inrichting werd ontvangen
met de woorden: „Is u daar alweer, juffrouw?
U hoeft toch gisteren pas uw betrekking aan
vaard
De gewaande dame snoof minachtend„Dat
was geen beirekking dat was een belZes
dames in pension die speolclen den boeien dag
piano; en toen ik er bij begon te zingen, had
jo bet spektakel gaande. Dat. was niets! Is er
niets behoorlijks?"
,,!k zal eens zien," zei de dame van de in
richting. „Maar u moet iu de wachtkamer gaan
ik kan u tooh niet op een presenteerblaadio
ïond reiken
I zij zich beleefd tot mij» ?JAls
nemingen gedaan, die beteekenis hadden. Het
was n.l. beleend, dat in streken, waar dikwijls
pest voorkwam, de inboorlingen hun hutten
verlieten en uit hun dorpen vluchtten, wan
neer zij veel doode ratten vondeu. Het was
een oferlevering bij hen, dat, wanneer er veel
doode ratten gevonden werden spoedig daarna
de pest uitbrak. Er werd daarom een onder
zoek ingesteld naar ratten en toen bleek, dat
een groot aantal ratten in peststreken zelf lij
dende waren aan pest. Het was dus mogelijk,
dat er eenig verband bestond tusscben de
rattenpest en de pest bij de mensehen. Een
nader onderzoek zou hierin meer licht moeten
ontsteken.
Door talrijke geueesheeren werd nu nage
gaan,' hoe de ratten zich ten opzichte van do
pest verhielden, honderden en duizenden en
nog eens duizenden ratten werden onderzocht
en daarbij werden enkele belangrijke vondsten
gedaan. Zoo bleok, dat overal -waar pest op
trad, eerst pest onder de ratten gevonden
werd. Ja, men kon soms aantoonen dai. eerst
een pestepidemie optrad onder de rioolratten,
daarna onder do huisrattejj en tenslotte onder
de menschen. In een plaats kwam onder de
Europeeseh© bevolking herhaaldelijk pest, voor
zonder dat er ratten te vinden waren. Er werd
toen een nauwkeurig onderzoek ingesteld en
daarbij bleek, dat de zieken bun kantoren
hadden in een andere stad. In die stad wer
den toen wèl ratten gewonden en ratten, die
't u belieft, meneer; het salon is aan het eind
van de gang, rechtuit."
Ik kwam in een groote kamer, gemeubeld als
salon van een tweede rangs-hotol. Al ie zitgele
genheden waren ingenomen door dames enkele
spraken met elkaar, andere onderhandelden men
dc voor haar staande dienstboden.
Buiten mij was er nog slechts een heer, vien
men liet kon aanzien, dat hij getrouwd was.
Met het onderworpen gezicht van een tot le
venslangen dwangarbeid veroordeelde stond hij
rechtop achter den stoel zijner beter, helft en
deed of hij haar gesprek 'met bet voor haar
staande meisje opmerkzaam volgde. Het jonge
ding had een schijnheilig gezicht gezet; rnanr
het brutale gezichtje en het weerbarstige rood-
blondo haar verrieden duidelijk, wat voor per
soontje zij was. Ik kon uit de verte slechts de
stem der vrouw hooren, die op een onaange
naam ruwen toon zoo iets zeide als: „Kleedjes
kloppen doet mijn man, de laarzen poetst mijn
mau, bij het mangelen kan mijn man jo
helpen''.
Telkens knikte de ongelukkige achter haar
stoel heel gehoorzaam, en bet meisje mnt hem
•met een snolleu, spottenden 'blik van baar
ondeugende oogen.
Ten slotte liet zij ook het masker van schijn
heiligheid vallen eu riep lachend: „Daar moet
ik eerst nog eens over denken. Met zoo'n twee
de meid heb ik nog nooit gediend!"
Ik had intusschen een mjj bekende dame ont
dekt en ging naar liaar toe. Zij was verdiept
iu een roman, groette mij toch vriendelijk. Óp
mijn vraag, of zij ook een meid zocht, ant
woordde zij met een diepen zucht: „Ja, al een
week. Eiken middag zit ik hier volle drie uren.
Krfk, dit Ixiek heb ik al haast uitgelezen".
Ik betuigde haar mijn verbazing, dab het aoa
lijdende waren aau pest. Een ander feit wat
wijst op het verband tueschen ratten en pest.
De ratten worden vau het eeno deel van do
wereld naar het andere vervoerd met schepen.
Ra.trten uit besmette streken zullen dus in
postvrije landen bet eerst hun inocht doen :n
de havenplaatsen. Geheel in overeenstemming
hiermede is, dat. wauneer pest uitbreekt iu een
postvrij land, dit bet eerst gebeurt in de ha
venplaateen en in de havenplaatsen bij do
dokken.
Vele waarnemingen zouden nog hieraan toe
te voegen zijn, maar de genoemde zullen vol
doende zijn om duidelijk te maken, dat er een
verband moet zijn tusscben rattenpest en nien-
flcbenpest en dat inenschenpesb volgt op rat
tenpest.
Do vraag is nu r hoe kan do pestbacil vau
do zieke rat naar den mensch overgebracht
worden? Reeds dadelijk kan men zrggen, dat
er dan eigenlijk maar con mogelijkheid is en
wel door vlooien. Alvorens dit evenwel als
vaststaand aan to nemen zal men enkc-le
feiten snoeien kennen die dit nader aan
toonen. Ook hierover zijn weer talrijke
waarnemingen gedaan, waarvan ik onkele wil
vermelden. Wauneer men onder de noodige
voorzorgen een kooi. waarin men een pestzieke
rat plaatst, naast een kooi, waarin een gezond
zoogenaamd marmotje is en men neemt* maat
regelen, dat geen vlooien aanwezig zijn, dan
blijft- de marmot gezond. Heeft de rat even
wel vlooien, dan wordt na eenigen tijd ook
het marmotje ziek. Slechts de vlooien kunnen
in dat geval de ziekte - hebben overgebracht.
Zooals gezegd, gaat gewoonlijk aan de pest
vooraf een groote sterfte van ratten. In ge
wone omstandigheden sterven ratten in bun
holen, maar pestratfcen verlaten hun holen,
zij komen in do huizen, zijn niet bang voor
menschen, loopen rond, alsof zij dronken zijn
en vallen dan dood neer. Tot bet oogenbiik
van hun dood zijn de ratten betrekkeb'jk wei
nig gevaarlijk, de vlooien blijven op hot rat-
tenlichaam. Is de rat evenwel dood, dan ver
laten do vlooien zijn liohaam en zoeken dan
noodgedwongen een ander dier of een mensch
op om zich te voeden. Juist do rerseho rat-
tenlijken zijn dus gevaarlijk, omdat dan de
vlooien hét lichaam verlaten.
Nog andere feiten wijzen er op, dat vlooien
de ziekte overbrengen. In do meeste landc-u
is ér een bepaalde tijd vau' het jaar, dat
er de meeste vlooien voorkomen, het zgn.
vlooienseizoon. Nu blijkt dat de tijd, waarin
de pest het hevigst woedt, veelal samenvalt
met dit vlooienseizoen.
Ook dezo waarnemingen zouden met Tele
andere vermeerderd kunnen worden. Hetgeen,
ik gezegd heb, nioge evenwel voldoende rijn.
om to doen begrijpen, dat- de pest een ratten-
siekte is, die floor vlooien van ratten op xnèu-
schon wordt overgebracht.
Er zijn nog andere manieren waarop de pest
overgebracht kan worden. De beschrijving
daarvan zou ons evenveel te ver voeren en ik w il
alleen maar ©ven wijzen op .een anderen vorm
van die ziekte de ze-er besmettelijke long pest,
die vooral in koudere streken optreedt en door
hoesten en niezen wordt verspreid.
Zooals gezegd, behoort de pest eigenlijk niet
in deze stroken thuis. Ze wordt van elders in
gevoerd. Dit is. even wel niet altijd zoo geveest.
In de middeleeuwen was ook in Europa de pest
oen van de meest gevreesde ziekten, die onder
dón naam van den zwarten dood honderddui
zenden slachtoffers heeft geëischt. Reeds in de
oudheid, in den bijbel, wordt over pestilentie
gesproken en van 527565 heeft do ziekt© van
Egypte uit ontzettend© verwoestingen aange
richt in heb Romeinsche rijk. Omstreeks 1400
was z© over geheel Europa verspreid en nog in
dc 17 eeuw kwamen, althans volgens onze be
grippen, ernstige epidemieën voor. In dien tijd
was men blijkbaar aan dergelijke epidemieën
beter gewend. Ten minste een bekend Araster-
damselr geschiedschrijver trachtte de bewoners
van Amsterdam tijdens de lievige epidemie in
hot begin der 17e eeuw gerust te stellen, door
hen te zeggenwat is dat nu voor een stad
van ongeveer 200.000 inwoners wanneer er
eens 24000 in één jaar sterven!
In de J.8© eeuw is de pest evenwel vermin
derd om in de 19e eeuw bijna niet meer van
zich te doen spreken. In den laats ten tijd hoort
men ©venwel weer herhaaldelijk ©ver pest spre
ken en de vraag is dus gerechtvaardigd, waar de
pest thans, weer vandaan komt. Een onderzoek
naar het voorkomen van pekt heeft aangetoond,
dat er zeker 4 pesthaarden in dc wereld zijn,
4 stroken, wuar pest altijd voorkomt on van
waaruit besmetting van de overige wereld
plaats vindt. Men heeft een pesthaard in hét
oosten en een in liet- westen van het Hima-
laj a gebergte in Azië, een in Centraal-
Arabië en een in Centraal Afrika. De pestepi
demie die thans heerscht is waarschijnlijk uit
gegaan van den pesthaard in Oost Himalaja, van
waaruit in 1894 Hongkong besmot- is. Daarna
is opgetreden do pestepidemie in Britsch-Indië
die alleen in hob distrioi Bombay in 1 jaar aan
353500 menschen heb leven kostte. Geleidelijk
heeft do ziekte zich da at na uitgebreid, heeft
Java aangetast en tracht herhaaldelijk ook
Europa binnen te dringen.
(Wordt vervólgd.)
moeilijk was, iets geschikts te vinden. „Er is
keuze genoeg", meende ik.
Zij schudde het hoofd over mijn naïevo op
merking. „o, dacht ij, dat wij Hier kiezen?
Dan heeft u het m\s. 't Komt. er heel weinig
op aan, of ik bet meisje goed viud hoofdzaak
is, of het Uieisj© don dienst goed viudt. Eu bij
een dokter willen z© geen van allen graag
wezen. U moet- ze maar hoorenBij een dokter,
zeggen ze, kan je van de deur naar de tele-
phoon vliegen. En dan het instrumenten schoon
maken en de wachtkamer vegen! Neen, iemand,
die al eens bij een dokter heeft gediend, krijg
ik in 't geheel niet".
Eeu juffrouw van do inrichting kwam ons
'storen met do vraag, wat ik verlangde. Ik
gar te verstaan, dat ik eeu meid alleen zocht,
en kort daarna stond een stevig kind van bui
ten voor mij, wior geheel© uiterlijk deed ver
moeden, dat ze tot- dusver moer in den koeion-
stal dan in d© eetkamer had gewerkt. Zij kon
alles, wat ik verlangdekoken, wasschen,
strijken. Daar ik haar de zaken niet te licht
wilde voorstellen verklaarde ik, dab mijn vijf-en-
zeventigjarige schoonmoeder bij ons inwoonde.
,,0, met die zal ik heb wol klaarspelen",
antwoordde zij vol zelfvertrouwen.
Ik vertelde baar, dat- die dame erg zenuw
achtig was, en betwijfelde, of zij voldoende
kalm en geruischloos kon optreden.
„Die oude moet dan maar watje.; in de
ooren stoppen", Inidd© haar voorstel.
Toen informeerde zij, or tr ook kinderen
waren.
,-,Driezei ik, en daar. ik -den ongunsbigen
indruk dezer mededeeling in .haar oogen zag
weerspiegeld, zo ebt ik dien t© verzwakken
door de toevoeging: maar kleintjes.
Het meisje schudde het hoofd.
a-Dan is het; toch niets y.oor mij. Oudjes,
De toestand in den reuzenstrijd.
Van! vrede of vredespogingen is op het oogen
biik zoo goed als geen sprake meer,
dat do laatste daarom geheel hebben af
gedaan, geLooven - we niet. Maar wel
wordt er hardnekkiger gestreden dan an
ders in den winter, vooral van den kant der
geallieerden. II©c beeft er allen schijn van, dat
deze laatsien niet 'i plan hebben om den winter
aan nietsdoen en aan het maken van toebereid
selen voor een groot voorjaars- of zomeroffen-
sïef alleen te wijden, integendeel, ook den
winter willen zij blijkbaar blijven doorvechten.
Wij lezen iu de laatst© dagen althans van
strijd op verschillende punten, en, eigenaardig
genoeg, op het Wester- zoowel als heb Ooster
front.
In het "Westen is van een groot offensief geen
sprake, wat in den winter ook minder doenlijk
is, wel wijken echter de geallieerden van hun
vroegere gewoonte af om op één punt aL hun
kracht to' richten, zooals bij de aanvallende
beweging aan de Somme, zij vallen nu op ver
schillende punten aan, nl. bij Yperen, bij Be.au-
eourt aan de Ancre en bij Lens. Dczë nieuwe
manier is natuurlijk met op-zet gekozen. Dezer
dagen is melding gemaakt van besprekingen
vau den Franschen generaal Nivelles en den
Engelschen bevelhebber Haig met den oorlogs
raad te Londen, ongetwijfeld is toon besloten
tot den driedubbelen aanval. Men zal daar
nel een dool mee hebben, in de eerst© plaats
om den vijand terug te drijven, maar ook om
hem in touw tc houden, hem geen rust te geven,
of te voorkomen, dat de Duïtsohers zelf tot
een aanval overgaan en dus de geallieerden
weer vóór zijn, zooals in Februari vau 't vorige
jaar bij Verdun.
De aan vallen der Engelschen zijn niet zonder
resultaat geweest, niet alleen volgens bun eigen
telegrammen, maar ook volgens de Duitsche
stafherichten; welke spreken van ontruiming
vau loopgraven. Bij Yperen schijnt het suocés
niet zoo groot te zijn geweeet, wel wordt er ge
wag gemaakt va-n stukgeschoten loopgraven,
maar niet van veroverd terrein. Aan de A acre
foij Beaucourt daarentegen drongen de Engel
schen over een breedte van 600 yards in de
vijandelijke loopgraven door en bezetten die.
.Bovendien, zou, volgens het stafberieht van
Haig. de positie der Engelschen hier nu veel
beter ^ijn dan vroeger, wat blijkbaar wil zeg
gen. dat de gelegenheid voor verdere aanvallen
gunstiger is geworden. Een zelfde, zoo moge
lijk nog groot-er resultaat zou behaald zijn bij
Cité Colonne, ten. westen van Lens, waar de
Engelsche troepen over een breedte van
700 en een diepte van 300 yards de
Duitsche loopgraven zijn binnengedrongen. De
winst op beide punten is zeker niet groot, in
het hevigste van den strijd vroeger aan. het
Sommefront. zou men er nauwelijks acht op
hebben geslagen, maar er blijkt toch uit,
dat de strijd met kracht wordt voortgezet. De
Buitsehers verslagen heeft men er allerminst,
want dezen hebben onmiddellijk tegenaanval
len gedaan, die weliswaar werden afgeslagen,
volgens Engelsche berichten, maar die dezen
toch verplichtten zich duchtig te weer t© stel
len, Uit cte snel-lè tegenaanvallen blijkt ook,
dat de Duitechers hier geenszins ontbloot zijn
van voldoende troepen.
Aanvallen zijn er gedaan door de geallieerden
op 't "Wester- en "t Oosterfront-, zeiden we
straits. Dez© laatste zijn wel opmerkelijk
en zij geschieden niet alleen met eenig
succes in het noorden bij Riga, maar ook
in het zuiden, in Roemenië. In het noor
den is het Russische offensief blijkbaar
nog niet dood gelpópen, we lezen althans
van belangrijke aanvallen tusscben Riga en
Mitau, op weike laatste stad, in handen der
Duitsohers, de Russen heb blijkbaar hébben
gemunt. Bovendien hebben de Russen een aan
vat geopend zuidelijker op dit noorderfront,
n.l. ton zuiden van Dunaburg, bij Smorgou.
Ook daar echter zouden do aanvallen, volgens
de Duitsekers, zijn afgeslagen, en de Russen
erkennen dit vrijwel.
Doch vooral in Roemenië is iets opmerkelijks
gebeurd voor 'b eerst- sedert de Duitsekers
met Oostenrijkers en Bulgaren Roemenië bin
nentrokken, hebben de centrale-u daar thans
©en neerlaag, zij het niet van overwegend be
lang, geleden. ïn Moldavië, bij Galat-z, ver
overden de Russen en Roemenen ©en terrein,
dat voor eenige dagen in-handen der Turken
was gevallen. Bovendien hebben de Russen ©n
Roemenen zegepralen behaald bij de Oituz en
elders, en eigenaardig is wel, dat er thans weer
een Roemeensoh legerbericht, gedagteekend
daar geef ik niet om: maar met kinderen
gebeurt er zoo licht iets eu dan kom je maar
in de nesten."
Ik zag in, dat ik te optimistisch was geweest
in raiju opvatting over dit meisje en besloot,
bij een volgende wat voorzichtiger te zijn. Ik
liet dus mijn bejaarde schoonmoeder sterven,
verdonkeremaande het jongste kind en stuurde
de twee ander eu naar school. Toch scheen eeu
plaat-s iu mijn huishouding de nu voor mij
staande, ontzettend verdrietig uitziende, goed
dertigjarige juffer niet toe t© lachen.
Ik zag in, dat ik nog meer moest doen, en
beloofde- dus, de wasc-h buitenshuis te geven.
Daardoor schoten wij zoover op, dat wij begon
nen over het loon tc onderhandelen. Plotseling
echter stak het. meisje den spitsen neus in de
lucht, als rook het onraad.
.Waarom komt u eigenlijk zonder uw vrouw
hier?"
Ik bloosde verlegen onder den inquisiteurs-
blik. dien zij uit de grijze oogen op mij richtte.
„Mijn vrouw is ongesteld," stotterde ik.
Eeu zuur lachje trok om de bleeke lippen.
„O, een zieke vrouw! Dan kon de meid alles-
doen en de vrouw nog verpiegen ook. Daarvoor
ben ik te zwak. De dokter heeft gezegd, dat ik
niet te veel van mijn krachten mocht vergen;
ik moest mij wat in acht nomen."
..Neem u dan in acht! Beterschap!" zoo he
slont ik het gesprek.
Ik was stouter geworden, wijl ik iuzag, dai
ik niet zoo licht vastgehouden zou worden: dus
schilderde ik mijn huishouding als een paradij's
aan het meisje, dab mij vervolgens werd voorge
steld. Zij zag er- uit- of ze. tob een dameskapel
behoorde, en verspreidde een zoetolijken geur
om zich heen. Ik vroeg haar niet wat zij kon, ik
zag ook haar getuigschriften niet in; ik liet
ditmaal mij zelf uitvragen.
uit J assy, is verschenen. De toestand in Roe
menië is dus veranderd. Do Russen houden
daar krachtiger stand. Willen zij toch do Se-
ret'li-linie handhaven en den vijand met alle
mogelijke hardnekkigheid den toegang tet het
„vette land" van Bcssarabië betwisten? Of
vinden dc cent ral en, dat zij nu genoeg gedaan
hebben in Roemenië en meenon zij elders dc
troepen, die daar andere noodig zijn, beter tc
kunnen gébruiken? Het is mooilyk te- zeggen,
en wij staan er ook geenszins voer iu, dat over
eenige dagen de oentralen niet weer verder
opmareheoron in Moldavië cu aan de Seretli.
Overigens is er van do oorlogsteiTcinen niet
veel to melden. Aan het Macedonische front is
gevochten, in Albanië insgelijks door de Itali
anen, terwijl uit Ilom© een bericht koinb van
govéchten in Tripolis, waarin do Italianen
'overwinnaars bleven
Omtrent dén vrede vinden we geen berichten
meer. In all© oorlogvoerende landen is men het
er vrijwel over eens. dat er doorgevochten zai
worden. Dus nóg een jaar van bloed en tranen
Slechts enkele stemmen worden gehooid, die
durven hopen, dat uit Washington, nieuwe
woorden van aansporing tot vrede zullen klin
ken, dat in elk geval het verlossend© woord niet
zoo zal voorbijgegaan zijn, of liever den krijg
nog heftiger ontketend zal hebben. Want hier
van kan men overtuigd zijnindien do oorlog
voortduurt, zal het voor de vechtende volken
thans een strijd op leven en dood worden. Maar
tevens lijkt dit zeker: het jaar 1917 zal ons liet
einde brengen, alleen zal dit einde misschien la
ter komen dan we gedacht hadden aan het slot
van 't jaar in plaats van aan 't begin. Te
hopen is daarbij, flat ook dit jaar de onzijdige
volken, zooals Nederland, buiten den krijg blij
ven, al zullen zeker de gevolgen er van ook voor
ons erger en erger worden.
Moties voor den vrede.
LONDEN De „Morning Post" meldt uit
Bern. dat de Saksische regeëring aan de oppo
sitie-minderheid van de socialistische partij
heeft toegestaan twee vergaderingen te houden
•in de voorsteden van Leipzig. In deze vergade
ringen werd eenstemmig een motie aangeno
men. waarin van de Duitsche regeering wordt
verlangd dat zij onmiddellijk liaar vredesvoor
waarden zou bekend maken.
Een mededeeling van minister Balfour.
LONDEN. Het telegram, door Balfour
ter begeleiding van de vredesvoorwaarden
der Entent© aan den Engelschen gezant te
Washington gezonden, eindigt, na de op
somming der oorlogsmanieren van de ceu-
tralen. aldus:
Wanneer de centrale mogendheden dus
slagen, dan zullen zij haar succes aan me
thoden als deze te danken hebben. Hoe kan
eenige hervorming van de international© be
trekkingen berusten op een vrede, die op
zulk een wijze verkregen is Zulk een vrede
zou de triomf zijn vau alle krachten, dio
den oorlog noodeloos wreed rnaken.
Hij zou de nutteloosheid bewijzen' van
alle methoden, door de beschaving aange
wend, bij 'hare pogingen tot wegneming van
aanleidingen bot internationale geschillen
en tob verzachting van die wreedheid.
Duitschland en Oostenrijk hebben den
huidigen oorlog onvermijdelijk gemaakt door
een aanslag op de rechten van kleine staten
en zij hebben hunne eerste triomfen- behaald
door gebieden van anderen, die zij door
verdragen beschermd hadden, binlien t©
dringen.
Zullen kleine staten in hen hunne toe
komstige beschermers vinden of in verdra
gen, door hen gemaakt, een bol wei
tegen aanvallen? Integendeel zou blijken
dat terrorisme t© land en ter zee het middel
is ter overwinning. Is bet waarschijnlijk,
dat de overwinnaars dit zulien opgeven op
aandringen der neutralen
Wanneer de bestaand© verdragen niet
meer dan „vodjes papier" zijn. kunnen
nieuw© verdragen ons dan helpen Wanneer
schending van de meest fundamenteel© wet
ten van het internationaal recht met succes
bekroond worden, zullen de verzamelde
naties dan niet vergeefs werken aan d© ver
betering dier wetten Niemand anders zal
voordeel trekken van hun voorschriften clan
de misdadigers, di© ze schenden. Zij, die
ze houden zullen lijden onder de handhaving.
Ofschoon dus het volk van dit laud ten
volle den wenseh van den president naar
vrede deelt, gelooft het niet, dat deze duur
zaam kam zijn, wanneer hij niet berust op
„U bewoont een heel huis? Hoeveel per
sonen
„Twee; ik ©u mijn vrouw, en dan nog een
keukenmeid er bij".
„Is zij aardig?"
„Wiemijn vrouw ©i' dc keukenmeid?''
„Uw vrouw natuurlijk".
„Mij bevalt ze "heel goed".
„Hoe is het gesteld met deu huissleutel?"
„O dien krijg ik nu en dan, als het niet te
dikwijls voorkomt".
„Ocli. onzin! Ik bedoel, of ik voor mij een
huissleutel krijg".
„Zeker".
„Eu u heeft heuwh geen kinderen?"
„Nog niet".
„Zoo! Zeg, meneer, dan deedt u beter, naar
een oude baker of zoo iemand om ie zien. Dat
is toch niets voor een jong meisje. Wat durven
de lui tegenwoordig al niet vragen
Verontwaardigd keerde het knappe meisje
mij den rug toe.
De resolute figuur, wier voetspoor ik gevolgd
had om hier binnen te komen, verliet juist
met rood, verstoord gezicht een paar schuch
tere oude dametje. Zij wilde naar de wacht
kamer terugkeeren, toen zij mij in het oog
kreeg. Zij bleef voor mij staan, grijnsde en
vroeg
(Wafc zoekt u, mijnheer, als ik vragen
mag?"
ïk kon niets beters bedenken dan de meid
alleen.
Zrj keek naar mijn handen eu werd vriende
lijker.
„Is n vrijgezel?"
„Ja., helaas
„O. dat is iets voor mjjIk beu al eens
J»g ©en h©ef-ftQfie^ huishoaöster. Ik
Eist bij Arnhem.
het succes vau d© zaak dor geallieerden,
want een duurzame vrede kan moeilijk wor
den verwacht, tenzij aan drie voorwaarden
wordt voldaan: lo. dat d© huidige aanleidin
gen tot internationale onrust zooveel roogo
lijk worden weggenomen oi verminderd.
2o. dat de aggretwieve doeleinden cn do
gewetenlooz© methoden der centraio mo
gendheden in discredict geraken bij liaar
eigen volken.
3o. dat achter allo traktaatbepalingcn ter
voorkoming of beperking van vijandelijk
heden in den ©en of anderen vorm oen inter
nationale sanctie zal staan, di© den steut-
ïnoedigsten aanvaller zal doen aarzelen.
Deze voorwaarden zijn wellicht moeilijk
te vervullen, wij gelooven echter dat zij
over het algemeen iu overeenstemming zijn
met do idealen van den president en wij
vertrouwen, dat aan geen harer voldaan kan
worden, zelfs gedeeltelijk, tenzij oen vredo
zeker is volgens de algomeen© grondslagen,
aangegeven (voor zoover Europa betreft) iu
do gemeenschappelijk© nota.
Daarvoor heeft dit lanjd zich ongeëven
aarde offer3 aan bloed en schate getroost,
getroost het zich nog en zal h&t zich. zoo
noodig, verder getroosten.
Het draagt dezeu zwaren last niet alleen
om op deze wijze aan de verplichtingen van
het aangegane verdrag te voldoen, noch om
een waardelooz© zeg© van een groep naties
over een andere te verzekeren, het draagt
ze omdat het vast gelooft, dat van het succes
der geallieerden de vooruitzichten afhangen
van een vreedzame bescbaying en van do
internationale hervormingen, di© volgens do
hoop vau do best© denkers van do nieuw©
wereld zoowel als de oude, zullen volgen op
het einde van de huidig© rampen.
FRANKRIJK.
Van hot Westelijk Oorlogaterreln.
Het Engolsch-Fransche offensief.
PARIJS. Officieel. De Donderdagnacht
wr.a rustig op het geheel© front. Woens
dagavond deden de Duitschers na ©en bo-
scnieting van drie uur een reek-, geweldda
dige verkenningen ia heb Chevahersbosch,
welk© door 0113 mitrailleur- en artillerie
vuur werden teruggeslagen.
LONDEN(Oi fideel.) Woensdagmor
gen bezetten wij na een hevige artil-
Jeriêtische. voorbereiding een linie vijan-
de. jjke posities ten noorden van beau
court sur Ancre. Al onze gevechtsdo©-
leu over een front van ongeveer 600 yards
werden bereikt rnet weinig verliezen. 1 0
veroverde stelling verbetert aanmerkelijk
de gelegenheid tot waarneming van het ter
rein in dit gebied. Een vijandelijk© tegen
aanval in den middag werd met zware ver
liezen door ons spervuur tot staan gebracht.
Do nieuw© positie wordt thans door ons ver-
sterkt-.
Dinsdag en "Woensdag deden wij ver
schillende welgeslaagde overvallen in de
nabijheid van Lens. In den laten na
middag drongen wij Woensdag onder dek
king van. een hevige beschieting de
Duitsche stellingen binnen ten zuiden
van Cite Calonue, ten westen van
Lens. Onze troepen bereikten de Duits; o
ondersteimingsünie, vernielde- 's vijands
onderkomens en brachten hun vele verliezen
boe. Onze verliezen zijn genng. In verband
rnet deze operatie lieten wij met succes een
mijn springen. Donderdagmorgen vroeg voer
den de Canadeezen ten noordoosten van Cito
Calonne nog een welgeslaagden raid uit,
waarbij zij de vijandelijke loopgraven bin
nendrongen over ©en front van 700 yards
en tot een diepte van 300 yards tot' zijn
tweede linie, waarbij —U twee mitrailleurs
en een loopgravenmortier veroverden. Onze
artillerie en mitrailleurs werkten uitnemend
samen met de infanterie. Onze verliezen
waren wederom goring.
De artillerie-actie bij beide partijen duurt
op verschillende plaatsen van het ironb
voort.
ben heel gemakkelijk van humeur en ecrljjk als
goud".
„Ja, maar u zult misschien te veeleïschend
zijn/'
„Volstrekt niet. Ik ben een eenvoudig mei».
je. Ik hecht meer aan goede behandeling en
huiselijk verkeer".
Zij glimlachte nu zoo zoet als een oliebol.
Ik kreeg het bepaald benauwd eu zocht een
uitweg.
.,Ik ben dokter", zei ik.
.,0 ja? Ik heb altijd er naar verlangd, bij
een dokter te komen. Dan heb je dadelijk hulp",
a's jo wat mankeert";
„Maar u moet op de telefoon letten, de deur
openen, instrumenten schoonhouden en d©
wachtkamer vegen, tweemaal daags."
„O, dat is niets, dokter! Daarvoor heb üc
handen aan mijn lijf."
..En dan moet u helpen bij de operaties, de
afgesneden ledematen vasthonden en het
bloed in de spreekkamer opdweilen.
Eindelijk had ik de voldoening haar to zien
verbleeken. Een oogenbiik kampte nog het
zelfbewuste lachje met den walg; dan kreeg
de walg de overhand.
..Schei uit!" krijschte zij, *,,ik kan geen
bloed zien! Alles, maar dht ni6t!"
„Dan spijt het mij zeer", zei ik beleefd
en ontsnapte door de deur.
Op de gang werd ik nog vastgehouden door
de juffrouw van de inrichting; zij betreurde,
dab ik nog geen keus had gemaakt, en wilde
mijn adres opschrijven. Ik bedankte en zei,
dat- ik liever mijn vrouw zou sturen. In den
grond van mijn hart echter was ik blij, dat
ik dien zwaren gang niet meer behoefde te
vergen van mijn vrouw, want... ik heft er geen.