No. 381 Zondag 21 Januari 1917 Orgaan voor Leger en Vloot. Oorlogsnieuws. Onder redactie van D. MANASSEN. Gezondheidsleer GBEM KEUS. De Vredesvoorstellen. Taminiau's JAM DERDE JAARGANG. SOLDATENGOURANT XBDACTLE EN" ADMINISTRATIE VA LERÏUS3TE. 109, AMSTERDAM. DIT BRAD VERSCHIJNT DRIEMAAL PER WEEK. LOSSE NUMMERS VOOR MILITAIREN 1 CENT, VOOR BURGERS 3 CENT. ABONNEMENT BIJ VOORUIT BETALING VOOR MILITAIREN f 0.75, VOOR BURGERS/1.50P.KWARTAAL Voor Adverteutiën wende men zinh tot onze Administratie, V&Jeriusïtraat 10'j Amsterdam, Prijs der Adverter.tit'n por regel 30 o-nt. Voor Ingezonden Mede. dueLngcn op de tweede, derde co vierde pagina dubbel tarief. BÜ abonnement reductie. De strijd aan tiet Riga-front. We geven hier een kaartje vau het Ooaterfront, dat ons duidelijk het gansche ooïlogsterrein in 't Oosten weergeeft van de Golf van Riga tot aan de Zwarte Zee, van den mond der Düna dus tot den mond van den Douau. Bij mogelijke grootere gevechten later, kan deze kaart onzen le zers van pas komen, doch wij geven haar nu voorname lijk om het noordelijke deel er van, het Riga-front, waar iu de laatste dagen weer vrij hevig is gevochten. Het scheen daarbij om Mitau, dat wij ten Zuidwesten van Riga zien liggen, en dat in handen der Duit sekers is, zooals men weet, te doen te zijn. Een Duitsoh correspondent Rolf Brandt schrijft uit Mi tan bijzonder heden omtrent het Russische offen sief aan dit Riga front, waaraan wij het volgende outleenen In den nacht van den 4den op den 5den Januari begon op eenige plaatsen üet buitengewoon hevig artillerievuur de Russische overval op het 100-kilometer lange front van het bruggehoofd Riga van de Oostzee tot aan de Buna. De hoofd aanval betrof de stelÜDgen in het moeras en in het Mitausche Kroon- bosch van de Aa tot aan den weg Mitau-Riga. Het,, bevroren moeras was gedeeltelij k begaan Daar. De Rus sen letten er niet op wie doorzakte. De stormcolorineu drongen onder sneeuwjecht op drie plaatsen in de Dnitsche stellingen bin nen. Bij Buobai en ten Oosten en ten Westen var. Mangal; bij Buobai wierp heb aangevallen regiment met behulp van reserven de Russen in een schitterenden tegenaanval weer terug en maakte 500 gevangeneim. Daarmede mislukte reeds vau den aanvang aan het plan van de Russen, de stelling in de richting van den weg MitauRiga op te rollen. Bij Mangal werd het nat door een onstuïmigon tegenaanval door het ciiohtbesneeuwde bqsch reeds iu den avond van den oden Januari weer dicht-gemaakt, waarbij de Russen, buitengewoon zware bloedige ver liezen, en opnieuw gevangenen verioreu. Tón Noordoosten van Mangal in het, moerasgebied was de troep onmiddellijk tot den tegenaanval overgegaan. Hij had het echter zwaar te ver antwoorden tegenover de steeds in grooteren ge tale storxnloopende Russische reserven, die dool uitmaakten van een elitecorps en van Let- tischo bataljons. Den 6den Januari werd vanuit het Zuidoosten in handgemeen het gat kleiner gemaakt. In den avond van den 6den was reeds te zien, dat de Russen hier ondanks de voortdurende herhaling van hun aanvallen een fiasco zouden lijden. Zij hadden reeds 1300 gevangenen en eenige machinegeweren ver loren en het boschterrein en de open plekken Voor onze stellingen lagen vol doode Russen. In den nacht van den 6den op den 7den Jan. brokken de Rassen een nog grootere strijd macht in het gat samen en in den nacht en in den vroegen morgen deden zij hun aanvallen op het front een Oosten van de Aa en vanuit het gat ombuigend, ten slotte ook vanuit den rug. Het kwam tot een zeer verbitterden strijd. De taaiheid van de Duitsche troepen, die nu reeds drie dagen lang onder moeilijke omstan digheden in gevocht stonden, was bewonde renswaardig. Steeds weer gingen zij tót den aanval over en ongeschokt weken zij stap voor j stap langs de Aa terug. Het was een ernstige toestand. Een vorst van 10 graden met hevi ge n storm teisterde do Aavlakte. De' Russen hadden waarschijnlijk verwacht, dab onze 'troepen dit niet vol zouden houden. Zij brachten cavalerie in het vuur.1 De eerste escadrons vielen onder het vuur van onze man nen, die zonder dekking op den bevroren grond lagen. Do c-scadions sprongen van hun paarden, lieten de dieren loopen en vielen dapper met de karabijn aan. Ook zij werden neergemaaid. Toen het licht werd zag men dat de nieuwo tirailleurketen naderbij kwam, om dat lange rijen Russen met het geweer in aan slag voor onze liniën lagen. Zij beantwoordden echter het vuur nier, het waren dooden. Nu werd dc Duitsche reserve aan het moei lijke werk gezet. Toen ik den Ssten ten Noor den van Skaugal was, was de linie overal weer gesloten. De troepen hadden het echter zeer moeilijk, daar er weinig bruikbare schuil plaatsen waren in het boschgebied. Men had uit voorzichtigheid kleine vuren onder de hoo rnen aangestoken, en verkleumd liepen de man nen'stampvoetend rond. door J. P. BIJL, officier van gezondheid. LXXIX. VcrsproiöingswijZQ besmettelijke ziekten. XII. In don vlektyphus bobben wij dus een ziekto leoron kennen waarbij de-smetstof van den lijder op den gezonde wordt overgebracht door ongedierte en wij zuilen nu een voorbeeld noe men van een ziekte, waarbij eveneens de srnet- ■atof wordt, overgebracht door ongedierte, maar nu niet, althans niet als regel, van mensch op mensch, maar van rat op mensch, een ziekte die eigenlijk een vattenziekte is nl. de pest. In de eerst© plaats hebben wij dan de builen pest, de meest voorkomende vorm vau die ziekte, waarbij sommige klieren b.v. in de lies 'sterk zwellen, een soort buil vormen. Langen ti,jd, ook toen men reeds de oorzaak van de ziekte zocht in een levende smetstof en niet meer dacht aan rottenden afval, onzuivere lucht e.d.. was het onbekend op welke wijze deze ziekto ziob eigenlijk verspreidde. Men zag, ook al werdén ae lijders streng geisoleerd, zoodat zij met niemand in aanraking konden Jtomon, dat er toch mfeer ziektegevallen op traden en de ziektegevallen zelf kon men ook niet verklaren door besmetting door een au- deren lijder. Er waren evenwel enkele waar- (Een schets uit Berlijn.... van vóór den oorlog,) Aan een huis in een drukke straat prikkelde sinds lang een geel biljet mijn nieuwsgierig heid. Ik dacht eerst, dab het van het Bioscope- theater was, maar het bleek te zijn van een bureau, waar aan dienstmeisjes kosteloos eeu betrekking werd bezorgd. Heb viel mij in, dat ik hier w^l iets kon loeren, en ik volgde een dame, die juist het huis binnen stevende en blijkbaar met de localiteit op de hoogte was. Zij ging ^en trap op, door een gang naar een openstaande kamer. Mijn onvrijwillige geleidster had zóó iets energieks in baar optreden, dat ik reeds in stilte het arme schepsel beklaagde, dat zich onder het juk van die forscho meestere® zou moeten buigen. Ik zag echter in, dat ik mij vergist had, toen mijn dame door iemand van het personeel der inrichting werd ontvangen met de woorden: „Is u daar alweer, juffrouw? U hoeft toch gisteren pas uw betrekking aan vaard De gewaande dame snoof minachtend„Dat was geen beirekking dat was een belZes dames in pension die speolclen den boeien dag piano; en toen ik er bij begon te zingen, had jo bet spektakel gaande. Dat. was niets! Is er niets behoorlijks?" ,,!k zal eens zien," zei de dame van de in richting. „Maar u moet iu de wachtkamer gaan ik kan u tooh niet op een presenteerblaadio ïond reiken I zij zich beleefd tot mij» ?JAls nemingen gedaan, die beteekenis hadden. Het was n.l. beleend, dat in streken, waar dikwijls pest voorkwam, de inboorlingen hun hutten verlieten en uit hun dorpen vluchtten, wan neer zij veel doode ratten vondeu. Het was een oferlevering bij hen, dat, wanneer er veel doode ratten gevonden werden spoedig daarna de pest uitbrak. Er werd daarom een onder zoek ingesteld naar ratten en toen bleek, dat een groot aantal ratten in peststreken zelf lij dende waren aan pest. Het was dus mogelijk, dat er eenig verband bestond tusscben de rattenpest en de pest bij de mensehen. Een nader onderzoek zou hierin meer licht moeten ontsteken. Door talrijke geueesheeren werd nu nage gaan,' hoe de ratten zich ten opzichte van do pest verhielden, honderden en duizenden en nog eens duizenden ratten werden onderzocht en daarbij werden enkele belangrijke vondsten gedaan. Zoo bleok, dat overal -waar pest op trad, eerst pest onder de ratten gevonden werd. Ja, men kon soms aantoonen dai. eerst een pestepidemie optrad onder de rioolratten, daarna onder do huisrattejj en tenslotte onder de menschen. In een plaats kwam onder de Europeeseh© bevolking herhaaldelijk pest, voor zonder dat er ratten te vinden waren. Er werd toen een nauwkeurig onderzoek ingesteld en daarbij bleek, dat de zieken bun kantoren hadden in een andere stad. In die stad wer den toen wèl ratten gewonden en ratten, die 't u belieft, meneer; het salon is aan het eind van de gang, rechtuit." Ik kwam in een groote kamer, gemeubeld als salon van een tweede rangs-hotol. Al ie zitgele genheden waren ingenomen door dames enkele spraken met elkaar, andere onderhandelden men dc voor haar staande dienstboden. Buiten mij was er nog slechts een heer, vien men liet kon aanzien, dat hij getrouwd was. Met het onderworpen gezicht van een tot le venslangen dwangarbeid veroordeelde stond hij rechtop achter den stoel zijner beter, helft en deed of hij haar gesprek 'met bet voor haar staande meisje opmerkzaam volgde. Het jonge ding had een schijnheilig gezicht gezet; rnanr het brutale gezichtje en het weerbarstige rood- blondo haar verrieden duidelijk, wat voor per soontje zij was. Ik kon uit de verte slechts de stem der vrouw hooren, die op een onaange naam ruwen toon zoo iets zeide als: „Kleedjes kloppen doet mijn man, de laarzen poetst mijn mau, bij het mangelen kan mijn man jo helpen''. Telkens knikte de ongelukkige achter haar stoel heel gehoorzaam, en bet meisje mnt hem •met een snolleu, spottenden 'blik van baar ondeugende oogen. Ten slotte liet zij ook het masker van schijn heiligheid vallen eu riep lachend: „Daar moet ik eerst nog eens over denken. Met zoo'n twee de meid heb ik nog nooit gediend!" Ik had intusschen een mjj bekende dame ont dekt en ging naar liaar toe. Zij was verdiept iu een roman, groette mij toch vriendelijk. Óp mijn vraag, of zij ook een meid zocht, ant woordde zij met een diepen zucht: „Ja, al een week. Eiken middag zit ik hier volle drie uren. Krfk, dit Ixiek heb ik al haast uitgelezen". Ik betuigde haar mijn verbazing, dab het aoa lijdende waren aau pest. Een ander feit wat wijst op het verband tueschen ratten en pest. De ratten worden vau het eeno deel van do wereld naar het andere vervoerd met schepen. Ra.trten uit besmette streken zullen dus in postvrije landen bet eerst hun inocht doen :n de havenplaatsen. Geheel in overeenstemming hiermede is, dat. wauneer pest uitbreekt iu een postvrij land, dit bet eerst gebeurt in de ha venplaateen en in de havenplaatsen bij do dokken. Vele waarnemingen zouden nog hieraan toe te voegen zijn, maar de genoemde zullen vol doende zijn om duidelijk te maken, dat er een verband moet zijn tusscben rattenpest en nien- flcbenpest en dat inenschenpesb volgt op rat tenpest. Do vraag is nu r hoe kan do pestbacil vau do zieke rat naar den mensch overgebracht worden? Reeds dadelijk kan men zrggen, dat er dan eigenlijk maar con mogelijkheid is en wel door vlooien. Alvorens dit evenwel als vaststaand aan to nemen zal men enkc-le feiten snoeien kennen die dit nader aan toonen. Ook hierover zijn weer talrijke waarnemingen gedaan, waarvan ik onkele wil vermelden. Wauneer men onder de noodige voorzorgen een kooi. waarin men een pestzieke rat plaatst, naast een kooi, waarin een gezond zoogenaamd marmotje is en men neemt* maat regelen, dat geen vlooien aanwezig zijn, dan blijft- de marmot gezond. Heeft de rat even wel vlooien, dan wordt na eenigen tijd ook het marmotje ziek. Slechts de vlooien kunnen in dat geval de ziekte - hebben overgebracht. Zooals gezegd, gaat gewoonlijk aan de pest vooraf een groote sterfte van ratten. In ge wone omstandigheden sterven ratten in bun holen, maar pestratfcen verlaten hun holen, zij komen in do huizen, zijn niet bang voor menschen, loopen rond, alsof zij dronken zijn en vallen dan dood neer. Tot bet oogenbiik van hun dood zijn de ratten betrekkeb'jk wei nig gevaarlijk, de vlooien blijven op hot rat- tenlichaam. Is de rat evenwel dood, dan ver laten do vlooien zijn liohaam en zoeken dan noodgedwongen een ander dier of een mensch op om zich te voeden. Juist do rerseho rat- tenlijken zijn dus gevaarlijk, omdat dan de vlooien hét lichaam verlaten. Nog andere feiten wijzen er op, dat vlooien de ziekte overbrengen. In do meeste landc-u is ér een bepaalde tijd vau' het jaar, dat er de meeste vlooien voorkomen, het zgn. vlooienseizoon. Nu blijkt dat de tijd, waarin de pest het hevigst woedt, veelal samenvalt met dit vlooienseizoen. Ook dezo waarnemingen zouden met Tele andere vermeerderd kunnen worden. Hetgeen, ik gezegd heb, nioge evenwel voldoende rijn. om to doen begrijpen, dat- de pest een ratten- siekte is, die floor vlooien van ratten op xnèu- schon wordt overgebracht. Er zijn nog andere manieren waarop de pest overgebracht kan worden. De beschrijving daarvan zou ons evenveel te ver voeren en ik w il alleen maar ©ven wijzen op .een anderen vorm van die ziekte de ze-er besmettelijke long pest, die vooral in koudere streken optreedt en door hoesten en niezen wordt verspreid. Zooals gezegd, behoort de pest eigenlijk niet in deze stroken thuis. Ze wordt van elders in gevoerd. Dit is. even wel niet altijd zoo geveest. In de middeleeuwen was ook in Europa de pest oen van de meest gevreesde ziekten, die onder dón naam van den zwarten dood honderddui zenden slachtoffers heeft geëischt. Reeds in de oudheid, in den bijbel, wordt over pestilentie gesproken en van 527565 heeft do ziekt© van Egypte uit ontzettend© verwoestingen aange richt in heb Romeinsche rijk. Omstreeks 1400 was z© over geheel Europa verspreid en nog in dc 17 eeuw kwamen, althans volgens onze be grippen, ernstige epidemieën voor. In dien tijd was men blijkbaar aan dergelijke epidemieën beter gewend. Ten minste een bekend Araster- damselr geschiedschrijver trachtte de bewoners van Amsterdam tijdens de lievige epidemie in hot begin der 17e eeuw gerust te stellen, door hen te zeggenwat is dat nu voor een stad van ongeveer 200.000 inwoners wanneer er eens 24000 in één jaar sterven! In de J.8© eeuw is de pest evenwel vermin derd om in de 19e eeuw bijna niet meer van zich te doen spreken. In den laats ten tijd hoort men ©venwel weer herhaaldelijk ©ver pest spre ken en de vraag is dus gerechtvaardigd, waar de pest thans, weer vandaan komt. Een onderzoek naar het voorkomen van pekt heeft aangetoond, dat er zeker 4 pesthaarden in dc wereld zijn, 4 stroken, wuar pest altijd voorkomt on van waaruit besmetting van de overige wereld plaats vindt. Men heeft een pesthaard in hét oosten en een in liet- westen van het Hima- laj a gebergte in Azië, een in Centraal- Arabië en een in Centraal Afrika. De pestepi demie die thans heerscht is waarschijnlijk uit gegaan van den pesthaard in Oost Himalaja, van waaruit in 1894 Hongkong besmot- is. Daarna is opgetreden do pestepidemie in Britsch-Indië die alleen in hob distrioi Bombay in 1 jaar aan 353500 menschen heb leven kostte. Geleidelijk heeft do ziekte zich da at na uitgebreid, heeft Java aangetast en tracht herhaaldelijk ook Europa binnen te dringen. (Wordt vervólgd.) moeilijk was, iets geschikts te vinden. „Er is keuze genoeg", meende ik. Zij schudde het hoofd over mijn naïevo op merking. „o, dacht ij, dat wij Hier kiezen? Dan heeft u het m\s. 't Komt. er heel weinig op aan, of ik bet meisje goed viud hoofdzaak is, of het Uieisj© don dienst goed viudt. Eu bij een dokter willen z© geen van allen graag wezen. U moet- ze maar hoorenBij een dokter, zeggen ze, kan je van de deur naar de tele- phoon vliegen. En dan het instrumenten schoon maken en de wachtkamer vegen! Neen, iemand, die al eens bij een dokter heeft gediend, krijg ik in 't geheel niet". Eeu juffrouw van do inrichting kwam ons 'storen met do vraag, wat ik verlangde. Ik gar te verstaan, dat ik eeu meid alleen zocht, en kort daarna stond een stevig kind van bui ten voor mij, wior geheel© uiterlijk deed ver moeden, dat ze tot- dusver moer in den koeion- stal dan in d© eetkamer had gewerkt. Zij kon alles, wat ik verlangdekoken, wasschen, strijken. Daar ik haar de zaken niet te licht wilde voorstellen verklaarde ik, dab mijn vijf-en- zeventigjarige schoonmoeder bij ons inwoonde. ,,0, met die zal ik heb wol klaarspelen", antwoordde zij vol zelfvertrouwen. Ik vertelde baar, dat- die dame erg zenuw achtig was, en betwijfelde, of zij voldoende kalm en geruischloos kon optreden. „Die oude moet dan maar watje.; in de ooren stoppen", Inidd© haar voorstel. Toen informeerde zij, or tr ook kinderen waren. ,-,Driezei ik, en daar. ik -den ongunsbigen indruk dezer mededeeling in .haar oogen zag weerspiegeld, zo ebt ik dien t© verzwakken door de toevoeging: maar kleintjes. Het meisje schudde het hoofd. a-Dan is het; toch niets y.oor mij. Oudjes, De toestand in den reuzenstrijd. Van! vrede of vredespogingen is op het oogen biik zoo goed als geen sprake meer, dat do laatste daarom geheel hebben af gedaan, geLooven - we niet. Maar wel wordt er hardnekkiger gestreden dan an ders in den winter, vooral van den kant der geallieerden. II©c beeft er allen schijn van, dat deze laatsien niet 'i plan hebben om den winter aan nietsdoen en aan het maken van toebereid selen voor een groot voorjaars- of zomeroffen- sïef alleen te wijden, integendeel, ook den winter willen zij blijkbaar blijven doorvechten. Wij lezen iu de laatst© dagen althans van strijd op verschillende punten, en, eigenaardig genoeg, op het Wester- zoowel als heb Ooster front. In het "Westen is van een groot offensief geen sprake, wat in den winter ook minder doenlijk is, wel wijken echter de geallieerden van hun vroegere gewoonte af om op één punt aL hun kracht to' richten, zooals bij de aanvallende beweging aan de Somme, zij vallen nu op ver schillende punten aan, nl. bij Yperen, bij Be.au- eourt aan de Ancre en bij Lens. Dczë nieuwe manier is natuurlijk met op-zet gekozen. Dezer dagen is melding gemaakt van besprekingen vau den Franschen generaal Nivelles en den Engelschen bevelhebber Haig met den oorlogs raad te Londen, ongetwijfeld is toon besloten tot den driedubbelen aanval. Men zal daar nel een dool mee hebben, in de eerst© plaats om den vijand terug te drijven, maar ook om hem in touw tc houden, hem geen rust te geven, of te voorkomen, dat de Duïtsohers zelf tot een aanval overgaan en dus de geallieerden weer vóór zijn, zooals in Februari vau 't vorige jaar bij Verdun. De aan vallen der Engelschen zijn niet zonder resultaat geweest, niet alleen volgens bun eigen telegrammen, maar ook volgens de Duitsche stafherichten; welke spreken van ontruiming vau loopgraven. Bij Yperen schijnt het suocés niet zoo groot te zijn geweeet, wel wordt er ge wag gemaakt va-n stukgeschoten loopgraven, maar niet van veroverd terrein. Aan de A acre foij Beaucourt daarentegen drongen de Engel schen over een breedte van 600 yards in de vijandelijke loopgraven door en bezetten die. .Bovendien, zou, volgens het stafberieht van Haig. de positie der Engelschen hier nu veel beter ^ijn dan vroeger, wat blijkbaar wil zeg gen. dat de gelegenheid voor verdere aanvallen gunstiger is geworden. Een zelfde, zoo moge lijk nog groot-er resultaat zou behaald zijn bij Cité Colonne, ten. westen van Lens, waar de Engelsche troepen over een breedte van 700 en een diepte van 300 yards de Duitsche loopgraven zijn binnengedrongen. De winst op beide punten is zeker niet groot, in het hevigste van den strijd vroeger aan. het Sommefront. zou men er nauwelijks acht op hebben geslagen, maar er blijkt toch uit, dat de strijd met kracht wordt voortgezet. De Buitsehers verslagen heeft men er allerminst, want dezen hebben onmiddellijk tegenaanval len gedaan, die weliswaar werden afgeslagen, volgens Engelsche berichten, maar die dezen toch verplichtten zich duchtig te weer t© stel len, Uit cte snel-lè tegenaanvallen blijkt ook, dat de Duitechers hier geenszins ontbloot zijn van voldoende troepen. Aanvallen zijn er gedaan door de geallieerden op 't "Wester- en "t Oosterfront-, zeiden we straits. Dez© laatste zijn wel opmerkelijk en zij geschieden niet alleen met eenig succes in het noorden bij Riga, maar ook in het zuiden, in Roemenië. In het noor den is het Russische offensief blijkbaar nog niet dood gelpópen, we lezen althans van belangrijke aanvallen tusscben Riga en Mitau, op weike laatste stad, in handen der Duitsohers, de Russen heb blijkbaar hébben gemunt. Bovendien hebben de Russen een aan vat geopend zuidelijker op dit noorderfront, n.l. ton zuiden van Dunaburg, bij Smorgou. Ook daar echter zouden do aanvallen, volgens de Duitsekers, zijn afgeslagen, en de Russen erkennen dit vrijwel. Doch vooral in Roemenië is iets opmerkelijks gebeurd voor 'b eerst- sedert de Duitsekers met Oostenrijkers en Bulgaren Roemenië bin nentrokken, hebben de centrale-u daar thans ©en neerlaag, zij het niet van overwegend be lang, geleden. ïn Moldavië, bij Galat-z, ver overden de Russen en Roemenen ©en terrein, dat voor eenige dagen in-handen der Turken was gevallen. Bovendien hebben de Russen ©n Roemenen zegepralen behaald bij de Oituz en elders, en eigenaardig is wel, dat er thans weer een Roemeensoh legerbericht, gedagteekend daar geef ik niet om: maar met kinderen gebeurt er zoo licht iets eu dan kom je maar in de nesten." Ik zag in, dat ik te optimistisch was geweest in raiju opvatting over dit meisje en besloot, bij een volgende wat voorzichtiger te zijn. Ik liet dus mijn bejaarde schoonmoeder sterven, verdonkeremaande het jongste kind en stuurde de twee ander eu naar school. Toch scheen eeu plaat-s iu mijn huishouding de nu voor mij staande, ontzettend verdrietig uitziende, goed dertigjarige juffer niet toe t© lachen. Ik zag in, dat ik nog meer moest doen, en beloofde- dus, de wasc-h buitenshuis te geven. Daardoor schoten wij zoover op, dat wij begon nen over het loon tc onderhandelen. Plotseling echter stak het. meisje den spitsen neus in de lucht, als rook het onraad. .Waarom komt u eigenlijk zonder uw vrouw hier?" Ik bloosde verlegen onder den inquisiteurs- blik. dien zij uit de grijze oogen op mij richtte. „Mijn vrouw is ongesteld," stotterde ik. Eeu zuur lachje trok om de bleeke lippen. „O, een zieke vrouw! Dan kon de meid alles- doen en de vrouw nog verpiegen ook. Daarvoor ben ik te zwak. De dokter heeft gezegd, dat ik niet te veel van mijn krachten mocht vergen; ik moest mij wat in acht nomen." ..Neem u dan in acht! Beterschap!" zoo he slont ik het gesprek. Ik was stouter geworden, wijl ik iuzag, dai ik niet zoo licht vastgehouden zou worden: dus schilderde ik mijn huishouding als een paradij's aan het meisje, dab mij vervolgens werd voorge steld. Zij zag er- uit- of ze. tob een dameskapel behoorde, en verspreidde een zoetolijken geur om zich heen. Ik vroeg haar niet wat zij kon, ik zag ook haar getuigschriften niet in; ik liet ditmaal mij zelf uitvragen. uit J assy, is verschenen. De toestand in Roe menië is dus veranderd. Do Russen houden daar krachtiger stand. Willen zij toch do Se- ret'li-linie handhaven en den vijand met alle mogelijke hardnekkigheid den toegang tet het „vette land" van Bcssarabië betwisten? Of vinden dc cent ral en, dat zij nu genoeg gedaan hebben in Roemenië en meenon zij elders dc troepen, die daar andere noodig zijn, beter tc kunnen gébruiken? Het is mooilyk te- zeggen, en wij staan er ook geenszins voer iu, dat over eenige dagen de oentralen niet weer verder opmareheoron in Moldavië cu aan de Seretli. Overigens is er van do oorlogsteiTcinen niet veel to melden. Aan het Macedonische front is gevochten, in Albanië insgelijks door de Itali anen, terwijl uit Ilom© een bericht koinb van govéchten in Tripolis, waarin do Italianen 'overwinnaars bleven Omtrent dén vrede vinden we geen berichten meer. In all© oorlogvoerende landen is men het er vrijwel over eens. dat er doorgevochten zai worden. Dus nóg een jaar van bloed en tranen Slechts enkele stemmen worden gehooid, die durven hopen, dat uit Washington, nieuwe woorden van aansporing tot vrede zullen klin ken, dat in elk geval het verlossend© woord niet zoo zal voorbijgegaan zijn, of liever den krijg nog heftiger ontketend zal hebben. Want hier van kan men overtuigd zijnindien do oorlog voortduurt, zal het voor de vechtende volken thans een strijd op leven en dood worden. Maar tevens lijkt dit zeker: het jaar 1917 zal ons liet einde brengen, alleen zal dit einde misschien la ter komen dan we gedacht hadden aan het slot van 't jaar in plaats van aan 't begin. Te hopen is daarbij, flat ook dit jaar de onzijdige volken, zooals Nederland, buiten den krijg blij ven, al zullen zeker de gevolgen er van ook voor ons erger en erger worden. Moties voor den vrede. LONDEN De „Morning Post" meldt uit Bern. dat de Saksische regeëring aan de oppo sitie-minderheid van de socialistische partij heeft toegestaan twee vergaderingen te houden •in de voorsteden van Leipzig. In deze vergade ringen werd eenstemmig een motie aangeno men. waarin van de Duitsche regeering wordt verlangd dat zij onmiddellijk liaar vredesvoor waarden zou bekend maken. Een mededeeling van minister Balfour. LONDEN. Het telegram, door Balfour ter begeleiding van de vredesvoorwaarden der Entent© aan den Engelschen gezant te Washington gezonden, eindigt, na de op somming der oorlogsmanieren van de ceu- tralen. aldus: Wanneer de centrale mogendheden dus slagen, dan zullen zij haar succes aan me thoden als deze te danken hebben. Hoe kan eenige hervorming van de international© be trekkingen berusten op een vrede, die op zulk een wijze verkregen is Zulk een vrede zou de triomf zijn vau alle krachten, dio den oorlog noodeloos wreed rnaken. Hij zou de nutteloosheid bewijzen' van alle methoden, door de beschaving aange wend, bij 'hare pogingen tot wegneming van aanleidingen bot internationale geschillen en tob verzachting van die wreedheid. Duitschland en Oostenrijk hebben den huidigen oorlog onvermijdelijk gemaakt door een aanslag op de rechten van kleine staten en zij hebben hunne eerste triomfen- behaald door gebieden van anderen, die zij door verdragen beschermd hadden, binlien t© dringen. Zullen kleine staten in hen hunne toe komstige beschermers vinden of in verdra gen, door hen gemaakt, een bol wei tegen aanvallen? Integendeel zou blijken dat terrorisme t© land en ter zee het middel is ter overwinning. Is bet waarschijnlijk, dat de overwinnaars dit zulien opgeven op aandringen der neutralen Wanneer de bestaand© verdragen niet meer dan „vodjes papier" zijn. kunnen nieuw© verdragen ons dan helpen Wanneer schending van de meest fundamenteel© wet ten van het internationaal recht met succes bekroond worden, zullen de verzamelde naties dan niet vergeefs werken aan d© ver betering dier wetten Niemand anders zal voordeel trekken van hun voorschriften clan de misdadigers, di© ze schenden. Zij, die ze houden zullen lijden onder de handhaving. Ofschoon dus het volk van dit laud ten volle den wenseh van den president naar vrede deelt, gelooft het niet, dat deze duur zaam kam zijn, wanneer hij niet berust op „U bewoont een heel huis? Hoeveel per sonen „Twee; ik ©u mijn vrouw, en dan nog een keukenmeid er bij". „Is zij aardig?" „Wiemijn vrouw ©i' dc keukenmeid?'' „Uw vrouw natuurlijk". „Mij bevalt ze "heel goed". „Hoe is het gesteld met deu huissleutel?" „O dien krijg ik nu en dan, als het niet te dikwijls voorkomt". „Ocli. onzin! Ik bedoel, of ik voor mij een huissleutel krijg". „Zeker". „Eu u heeft heuwh geen kinderen?" „Nog niet". „Zoo! Zeg, meneer, dan deedt u beter, naar een oude baker of zoo iemand om ie zien. Dat is toch niets voor een jong meisje. Wat durven de lui tegenwoordig al niet vragen Verontwaardigd keerde het knappe meisje mij den rug toe. De resolute figuur, wier voetspoor ik gevolgd had om hier binnen te komen, verliet juist met rood, verstoord gezicht een paar schuch tere oude dametje. Zij wilde naar de wacht kamer terugkeeren, toen zij mij in het oog kreeg. Zij bleef voor mij staan, grijnsde en vroeg (Wafc zoekt u, mijnheer, als ik vragen mag?" ïk kon niets beters bedenken dan de meid alleen. Zrj keek naar mijn handen eu werd vriende lijker. „Is n vrijgezel?" „Ja., helaas „O. dat is iets voor mjjIk beu al eens J»g ©en h©ef-ftQfie^ huishoaöster. Ik Eist bij Arnhem. het succes vau d© zaak dor geallieerden, want een duurzame vrede kan moeilijk wor den verwacht, tenzij aan drie voorwaarden wordt voldaan: lo. dat d© huidige aanleidin gen tot internationale onrust zooveel roogo lijk worden weggenomen oi verminderd. 2o. dat de aggretwieve doeleinden cn do gewetenlooz© methoden der centraio mo gendheden in discredict geraken bij liaar eigen volken. 3o. dat achter allo traktaatbepalingcn ter voorkoming of beperking van vijandelijk heden in den ©en of anderen vorm oen inter nationale sanctie zal staan, di© den steut- ïnoedigsten aanvaller zal doen aarzelen. Deze voorwaarden zijn wellicht moeilijk te vervullen, wij gelooven echter dat zij over het algemeen iu overeenstemming zijn met do idealen van den president en wij vertrouwen, dat aan geen harer voldaan kan worden, zelfs gedeeltelijk, tenzij oen vredo zeker is volgens de algomeen© grondslagen, aangegeven (voor zoover Europa betreft) iu do gemeenschappelijk© nota. Daarvoor heeft dit lanjd zich ongeëven aarde offer3 aan bloed en schate getroost, getroost het zich nog en zal h&t zich. zoo noodig, verder getroosten. Het draagt dezeu zwaren last niet alleen om op deze wijze aan de verplichtingen van het aangegane verdrag te voldoen, noch om een waardelooz© zeg© van een groep naties over een andere te verzekeren, het draagt ze omdat het vast gelooft, dat van het succes der geallieerden de vooruitzichten afhangen van een vreedzame bescbaying en van do internationale hervormingen, di© volgens do hoop vau do best© denkers van do nieuw© wereld zoowel als de oude, zullen volgen op het einde van de huidig© rampen. FRANKRIJK. Van hot Westelijk Oorlogaterreln. Het Engolsch-Fransche offensief. PARIJS. Officieel. De Donderdagnacht wr.a rustig op het geheel© front. Woens dagavond deden de Duitschers na ©en bo- scnieting van drie uur een reek-, geweldda dige verkenningen ia heb Chevahersbosch, welk© door 0113 mitrailleur- en artillerie vuur werden teruggeslagen. LONDEN(Oi fideel.) Woensdagmor gen bezetten wij na een hevige artil- Jeriêtische. voorbereiding een linie vijan- de. jjke posities ten noorden van beau court sur Ancre. Al onze gevechtsdo©- leu over een front van ongeveer 600 yards werden bereikt rnet weinig verliezen. 1 0 veroverde stelling verbetert aanmerkelijk de gelegenheid tot waarneming van het ter rein in dit gebied. Een vijandelijk© tegen aanval in den middag werd met zware ver liezen door ons spervuur tot staan gebracht. Do nieuw© positie wordt thans door ons ver- sterkt-. Dinsdag en "Woensdag deden wij ver schillende welgeslaagde overvallen in de nabijheid van Lens. In den laten na middag drongen wij Woensdag onder dek king van. een hevige beschieting de Duitsche stellingen binnen ten zuiden van Cite Calonue, ten westen van Lens. Onze troepen bereikten de Duits; o ondersteimingsünie, vernielde- 's vijands onderkomens en brachten hun vele verliezen boe. Onze verliezen zijn genng. In verband rnet deze operatie lieten wij met succes een mijn springen. Donderdagmorgen vroeg voer den de Canadeezen ten noordoosten van Cito Calonne nog een welgeslaagden raid uit, waarbij zij de vijandelijke loopgraven bin nendrongen over ©en front van 700 yards en tot een diepte van 300 yards tot' zijn tweede linie, waarbij —U twee mitrailleurs en een loopgravenmortier veroverden. Onze artillerie en mitrailleurs werkten uitnemend samen met de infanterie. Onze verliezen waren wederom goring. De artillerie-actie bij beide partijen duurt op verschillende plaatsen van het ironb voort. ben heel gemakkelijk van humeur en ecrljjk als goud". „Ja, maar u zult misschien te veeleïschend zijn/' „Volstrekt niet. Ik ben een eenvoudig mei». je. Ik hecht meer aan goede behandeling en huiselijk verkeer". Zij glimlachte nu zoo zoet als een oliebol. Ik kreeg het bepaald benauwd eu zocht een uitweg. .,Ik ben dokter", zei ik. .,0 ja? Ik heb altijd er naar verlangd, bij een dokter te komen. Dan heb je dadelijk hulp", a's jo wat mankeert"; „Maar u moet op de telefoon letten, de deur openen, instrumenten schoonhouden en d© wachtkamer vegen, tweemaal daags." „O, dat is niets, dokter! Daarvoor heb üc handen aan mijn lijf." ..En dan moet u helpen bij de operaties, de afgesneden ledematen vasthonden en het bloed in de spreekkamer opdweilen. Eindelijk had ik de voldoening haar to zien verbleeken. Een oogenbiik kampte nog het zelfbewuste lachje met den walg; dan kreeg de walg de overhand. ..Schei uit!" krijschte zij, *,,ik kan geen bloed zien! Alles, maar dht ni6t!" „Dan spijt het mij zeer", zei ik beleefd en ontsnapte door de deur. Op de gang werd ik nog vastgehouden door de juffrouw van de inrichting; zij betreurde, dab ik nog geen keus had gemaakt, en wilde mijn adres opschrijven. Ik bedankte en zei, dat- ik liever mijn vrouw zou sturen. In den grond van mijn hart echter was ik blij, dat ik dien zwaren gang niet meer behoefde te vergen van mijn vrouw, want... ik heft er geen.

Krantenbank Zeeland

De Soldatencourant. Orgaan voor Leger en Vloot | 1917 | | pagina 1