Ons bevolkingsprobleem.
TWEE SOUVEREINEN GEDIEND
No. 125
Vrijdag 6 Juni 1947
3e Jaargang
DE SCHAKEL
ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WEST ZEEUWSCH-VLAANDEREN
Verschijnt iederen Vrijdag in alle plaatsen van West Zeeuwsch-Vlaanderen
Prijs per kwartaal f I,Franco p. p. f 1,15 Adv. 7 cent p. m.rn. Drukker-Uitgever Fa. Smoor de Hulster, Boulevard 120, Breskens
Slot.
Het grootste probleem, waarvoor ons
volk in de naaste toekomst komt te
staan is dit: Hoe kunnen we de be
volking van Nederland, welke naar de
10 millioen loopt, in ons eigen land
een levensbestaan met een bevredi
gende welvaart bezorgen.
Bij Leopolds Uitgevers Maatschappij
in den Haag is thans een lijvig boek
werk verschenen van de hand van Dr.
H. J. Keuning onder de titel: Het Neder
landse Volk in zijn Woongebied. Aan
de hand van uitvoerige studies en sta
tistieken toont deze schrijver ons daarin
aan, dat het Nederlandse volk zich
voor den oorlog een behoorlijke wel
vaart heeft verschaft en dat het daarin
kon slagen, dank zij zijn noesten arbeid.
Schrijver toont daarin verder aan, dat
er ook thans nog mogelijkheden be
staan om onze vroegere welvaart te
herstellen. Op de eerste plaats stelt hij'
de land- en tuinbouw, veeteelt en visse
rij en eerst op het tweede plan komen
de industrie, handel en verkeer. Schrij
ver eindigt zijn werk met er op te
wijzen, dat ons volk er in de loop van
de jaren in is geslaagd, aan een dicht
opeen gehoopte bevolking een bevre
digende welvaart te verschaffen, dank
zij zijn technische bekwaamheden en
betrachte efficiency, zowel op het ge
bied van land- en tuinbouw als op dat
van zijn industrie en mede dank zij zijn
voortreffelijk verkeersapparaathij is
er dan ook van overtuigd dat, wan
neer wij voortgaan op de vroeger in
geslagen weg, voortgaan met intensi
vering en specialisering op allerlei ge
bied, ons volk zich in de naaste toekomst
een nieuwe welvaart zal weten te ver
schaften.
Toch brengt een zo vlugge bevol
kingsaanwas als wij in Nederland heb-
FEUILLETON
41) door OU1DA.
Een snede wildbraad en een glas
curacao was al wat hij, terwijl het
rijtuig stond te wachten, in allerijl
naar binnen sloeg; en daar de vier
kastanjebruinen geen gras onder de
hoeven lieten groeien, kwam de garde
officier met de op Royailieu gelogeerde
gasten juist nog vroeg genoeg op het
terrein. Daar stond de held van het
Blauwe Lint reeds aan de hand van
Willon van ongeduld te trappelen.
Er was een uitgelezen, talrijk gezel
schap bijeen, zulk een gezelschap
als alleen de terreinen van Melton te
aanschouwen geven. Onder de massa
rijtuigen en paarden van allerlei soort
en ras viel in de eerste plaats in 't oog,
Vivandière, de roodschimmel van lady
Guenevere, door deze dame zelf ge
reden en dan de van hemelsblauw en
zilver schitterende hittenwagen van Zu-
Zu met zijn tijgervellen en sneeuw
witte teugels. Wel waren de twee
ben, ook verschillende andere moeilijk
heden mede en een van de grootste
daarvan is het probleem van de huis
vesting. Op basis van een bevolkings
aanwas van ongeveer honderdduizend
per jaar en een gemiddeld gezin stel
lende op vijf personen, man, vrouw en
drie kinderen, moeten we dus rekenen
op een woningvermeerdering van 20.000
per jaar, ongeacht de nieuwbouw, welke
dient ter vervanging van versleten
vvoongelegenheden. Zo werden in de
periode van 1930 tot 1939 per jaar
ongeveer 40.000 nieuwe woningen ge
bouwd. Wanneer we nu in ogen
schouw nemen het enorme aantal wo
ningen, dat nog moet worden herbouwd
in de door de oorlog verwoeste gebie
den, dan kunnen we hier inderdaad
spreken van een periculum in mora,
van een noodtoestand. De bouwvakar
beider in de tegenwoordige generatie
zal aan werkloosheid niet ten onder
gaan. We zullen ook meer deviezen
beschikbaar moeten stellen voor de uit
het buitenland komende bouwmaterialen,
eerst daür voor en dan pas voor luxe
auto's en dergelijke. Voor de oorlog
had vrijwel iedere Nederlander een be
hoorlijke woongelegenheid en die had
en heeft hij ook nu nog nodig, terwijl
het niet noodzakelijk is dat een ieder,
die voor de oorlog er een personen
auto op na hield, er thans wederom
een moet hebben.
We hebben de bevolkingscijfers, ge
baseerd op de toestand van 1 Januari
1946, nog eens aan een verdere split
sing onderworpen, n.l. de verdeling
over de verschillende gemeenten in ons
land en kwamen daarbij tot de con
clusie, dat we op genoemd tijdstip in
Nederland 66 gemeenten telden met
een inwonertal van meer dan 20.000,
in onze provincie alleen Middelburg
met 20.573 inwoners. In die 66 ge
meenten woonden in totaal 4.945.897
dames door de breedte van een wei
land gescheiden, doch de drom heren,
die de lady omringde, kwam in aan
tal en in rang vrijwel overeen met die,
welke Zu-Zu omgaf.
,,Toe, Seraph, wees eens lief en
help mij van morgen van Zu-Zu af,"
fluisterde Cecil zijn vriend in. De
Seraph deed een dof, onheilspellend
gebrom hooren, slaakte een zucht en
knikte. Op het jachtterrein kon hij
geen vrouwen dulden, maar die goed
aardigste van al de reuzen der garde
weigerde nooit iemand iets en
Beauty in de eerste plaats niet.
Een oningewijde zou de f ijnberekende,
schijnbaar zo eenvoudige en toch zo
hoogst ingewikkelde tactiek, waarmede
Bertie zich tegenover beide dames be
woog, even wonderbaarlijk als schoon
hebben gevonden. Terwijl hij zich
het ene ogenblik met zoveel vurige,
doch eerbiedige liefde in houding en
blik naar de gravin vooroverboog, dat
de toorn over de aanwezigheid van
haar mededingster, die mogelijk op
den bodem van haar trots hartsluimerde,
daardoor grotendeels verdween, reed
hij het andere, zogenaamd om de heren
mensen, dus meer dan de helft van
het totaal inwoners van Nederland.
Hier is ook in Nederland hetzelfde
waar te nemen als in de meeste landen
van Europa, n.l. een sterke verplaat
sing van de bevolking van het platte
land naar de stad en van het agrarisch
milieu naar de centra van handel en
industrie. Grotendeels is deze volks
verhuizing verklaarbaar. Voor vele
jonge mensen biedt de grote stad meer
aantrekkelijks dan het platteland. Bo
vendien waren ook vroeger de lonen
in de* industrie aanzienlijk hoger dan
in de agrarische sector en daarbij was
ook een 45-urige arbeidsweek op een
fabriek of in een zogenaamd beschut"
arbeidsveld veel aangenamer, dan het
voortdurend zware werk in de land
bouw. Gelukkig is aan die verschillen
in loonstandaard en werktijden tussen
industrie en landbouw een eind ge
maakt en daarmee is althans die factor
in de verdere ontvolking van het platte
land gelukkig verdwenen. Wij zeggen
gelukkig verdwenen," omdat wij van
oordeel zijn, dat een ontvolking van
het platteland voor Nederland niet
minder dan een ramp zou betekenen.
Zoals gezegd, moet onze land- en tuin
bouw verder worden geïntensiveerd en
gespecialiseerd, we zullen ons daar
vooral moeten toeleggen op den ver
bouw van verfijnde producten, op de
teelt van uitmuntend zaai-, poot- en
plantgoed voor andere landen en van
hooggeprijsde en dus hooglonende ar
tikelen als suikerbieten, aardappelen,
oliezaden en dergelijke producten, bij
uitstek geschikt voor onze dure klei
gronden. Tarwe voor brood en granen
voor veevoeder en kippenvoer zullen
we goedkoper uit de „landbouw-in-
dustriën", zouden we ze willen noemen
van Noord- en Zuid-Amerika, Canada
en Rusland kunnen betrekken, dan ze
op onze dure gronden zelf te verbou-
van Egerton Lodge iets te zeggen,
naar den hittenwagen. Een gouden,
met turkooizen bezette fles voor sherry,
die Cecil voor haar had laten komen,
moest Zu-Zu's knorrige bui doen ver
dwijnen. De gedachte, dat de fles
slechts twintig guinjes had gekost, was
intussen oorzaak, dat het dametje over
het geschenk slechts half tevreden
was en het tamelijk minachtend aan
nam.
Vervolgens dwong Cecil de Seraph
door een behendig: „O, Rock, wat ik
zeggen wilde! Geef Zu-Zu een van je
zozensigaretjes. Daar is zij dol op,"
voorgoed naast deze dame te blijven,
bracht haar, door de zekerheid van
den gehelen tijd een toekomstigen
hertog naast zich te hebben, in een
goed humeur er kon weer vrij aan
Vivandière's rechterzijde zijn hof gaan
maken, tot het signaal „te paard" en
„de honden los" klonk, en na het aan
halen van singels, het wegwerpen van
sigaren, het aanslaan der honden, het
janken van de vos, en het signaal
„uitgebroken" hef gezelschap eens
klaps in vollen galop overging, een
grijzen, langbenigen vos achterna