ollendorfplatz is een metrostation zoals vele in Berlijn. Elke paar minuten een metro, haastige overstappers, stuntelende toeristen bij de kaartautomaten, een kioskje met goedkope broodjes. Ik ben er al tientallen keren uitgestapt, maar het gevoel blijft: yes, we zijn er weer! Het station is voor honderdduizenden homotoeristen de toegang tot iets bijzon ders: een paar straten in het centrum van Berlijn die dé gaywijk van Europa vor men. 's Nachts laat vervoersbedrijf BVG de koepel van het station oplichten in de regenboogkleuren. Niet alleen bij speciale gelegenheden, maar elke avond. Gewoon, omdat het kan, als geste. De eerste keer dat ik het zag - jaren geleden, net uit de kast - schoot ik vol. Berlijn doet iets met je. Ik ben zo'n vijf keer per jaar in Schöne- berg, samen met mijn vriend. Als we dan het metrostation uit lopen, pakt hij altijd mijn hand vast. Een klein gebaar, maar zo waardevol. „Ik voel me weer thuis", ver zucht hij dan en zo wandelen we hand in hand verder. Eerst even een rondje lopen. Kijken. Genieten. Ons kleine ritueel. Hard roepen dat hand in hand lopen in Amsterdam moet kunnen, mag in Nederland een teken zijn van tolerantie; feit is dat deze discussie in Schöneberg niet bestaat. Niet nodig, het is een non issue. Een gestolen kusje, zoals hetero paartjes ze zo mooi achteloos kunnen geven voor een etalage, voelt hier niet als een overwinning of statement. In deze wijk is tolerantie geen beleidsdoel, maar een gegeven. Berlijn is wat Amsterdam ooit was. Dit weekeinde loop ik alleen door de Motzstrasse en zoek naar de verwonde ring die me bij het eerste bezoek overviel. 441 zaterdag 5 augustus 2017 WG

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2017 | | pagina 108