Nieuwe raadkaart
Fotogenieke
Goese markt
Een kosmopolitische 'natuurgeest' uit Emelisse
BUITEN 7
Alle ruim 150 inzendingen van de
raadkaart van 21 januari zijn goed:
de Grote Markt in Goes.
Jan Stuut uit Ritthem schrijft:
„Vanaf die plaats kijk je de Korte Kerstraat
in met zicht op de Maria Magdalena Kerk.
Verder het gebouw links het stadhuis van
Goes. Daar tegenover (de zijkant) was des
tijds op de hoek van de Sint Adriaanstraat/
Korte Kerkstraat het politiebureau. Daar
heb ik van 1970 tot oktober 1973 bij de poli
tie gewerkt en heb daar nog steeds fijne her
inneringen aan. Als politieman stond je op
die locatie midden in de samenleving in
het centrum van Goes. Je had contact met
mensen en burgers liepen dan ook zo bin
nen naar de balie. In oktober 1973 is de poli
tie verhuisd naar het bureau aan de Valcke-
slotlaan in Goes.
De raadkaart doet Piet Mielen uit Terneu-
zen denken aan zijn verblijf in Goes in de
tijd rond 1950. „Ik was 'kostganger' in Goes
en leerde daar 65 jaar geleden m'n vrouw
kennen!"
„Hoewel ik opgegroeid ben in Zeeuws-
Vlaanderen geeft de aanblik van het stad
huis een gevoel van thuis zijn", schrijft Hel
len Slager-Achterberg uit Kattendijke.
„Mijn vader en moeder hebben beiden als
kleine kinderen hier rondgelopen in de ja
ren dertig van de vorige eeuw. Zelfben ik
in 1996 in Goes komen wonen en ik voelde
me meteen helemaal thuis. In 2006 zijn
mijn man en ik in sfeervolle trouwzaal van
dit stadhuis in de echt verbonden."
„In 2005 heb ik hier Koningin Beatrix ge
zien die in het kader van haar 25-jarig rege
ringsjubileum een bezoek bracht aan de
stad Goes. De markt was toen net heringe
richt", vertelt Lies Janse uit Arnemuiden.
Over die herinrichting schrijft Leon Jans-
sens uit Goes: „Dit is een van de meest gefo
tografeerde plekjes van Goes. Tot voor een
tiental jaren toch want toen zijn de vier su
per straatlantaarns/schijnwerpers langs de
westzijde geplaatst, die deze historische
aanblik blijvend verstoren."
De boeiendste vondsten zijn vaak ob
jecten die bovenal vragen oproepen.
Zoals dat kleine zandstenen kopje,
dat tientallen jaren geleden werd veiligge
steld door Piet Zuijdweg (1909-1979) uit
Kats. Zuijdweg behoorde in de jaren vijftig
en zestig tot een kleine groep Zeeuwse
amateur-archeologen, die een pioniersfunc
tie van grote betekenis hebben vervuld.
Zijn werkterrein was Noord-Beveland. Eén
van de terreinen die zijn aandacht had was
het verdronken dorp Emelisse.
Bij het egaliseren van de 'Emelisse-weie' in
1938 raakte Zuijdweg, toen achter in de
twintig, in archeologie geïnteresseerd. Hij
kocht voor studiedoeleinden aardewerk
vondsten van dit terrein op en sloeg gaan
deweg ook zelf aan het zoeken. Van het ver
dronken Emelisse, in 1216 als parochie ver
meld, zijn mede dankzij Piet Zuijdweg
zelfs vondsten bekend van vóór het jaar
1000. Emelisse was een aanzienlijk dorp,
met een cisterciënzer nonnenklooster bin
nen de parochiegrenzen (al na de vloed
van 1288 verplaatst naar Walcheren) en een
gasthuis. De kerk had twee pastoorsplaat
sen en later zelfs vier. Het dorp verdween
in 1530/32, het gebied werd in 1598 herdijkt
in de Oud-Noord-Bevelandpolder.
De egalisering van de 'weie' vond plaats in
het kader van werkverschaffing, een pro
ject dat wegens de voortgeschreden nor
men van archeologische monumentenzorg
nu ondenkbaar zou zijn. De werkzaamhe
den van 1938 brachten onder meer vier bak
stenen sarcofagen met skeletresten aan het
licht. Eén van de sarcofagen was 2,70 meter
lang. Het lijk was er waarschijnlijk bekist
in gedeponeerd; op de vloer werden stuk
jes half vergaan hout, ijzeren spijkers, schar-
nierfragmenten en schilfers lei aangetrof
fen. Zuijdweg begon omstreeks 1954 se
rieus met zoeken en optekenen. Uit Emelis
se redde hij onder meer pijpaarden devotie
beeldjes en natuurstenen bouwfragmen-
ten, zoals een deel van een altaaropbouw
of sacramentshuisje. Zijn meest curieuze
object uit dit dorp is ongetwijfeld een be
schadigd zandstenen hoofdje van 13,5 bij
13,6 centimeter, mogelijk een stuk kapiteel
(zuilbekroning) of deel van een doorgang.
Het behoort nu tot de collectie van Histo
risch Museum De Bevelanden in Goes. Uit
beide mondhoeken komen plantenranken
tevoorschijn, die zich splitsen rond kin en
hoofd. Waarschijnlijk is het kopje losgeko
men bij een spontane breuk tijdens sloop-
activiteiten of iets dergelijks.
Deze romaanse mascaron, volgens Zuijd
weg afkomstig van het kloosterterrein,
werd door de toenmalige directeur van het
Goese museum L.J. Abelmann gedetermi
neerd als mogelijke afbeelding van het
hoofd van Sint-Jan de Doper. Maar hij ver
toont de trekken van een mythologische
en folkloristische figuur, die in het Britse
volksleven nog altijd een rol speelt: de be
faamde 'Green Man', met zijn uitvloeisel
'Jack O'Green' of'Jack in the Green'. Zelfs
mega-rockband Jethro Tuil wijdde in 1977
het nummer 'Jack-In-The-Green' aan deze
natuurgeest, die vooral opduikt tijdens mei
feesten. Als kerkdecoratie op kapitelen,
doorgangen en graftombes is het motief be
kend sinds de vijfde eeuw. Parallellen van
de Europese Groene Man, inclusief het loof
uit de mondhoeken, komen bovendien
voor in het decoratieprogramma van hin
doeïstische tempels in India. De Groene
Man is dus meer dan een Europeaan - hij is
een wereldburger.
Jan Kuipers
documentalist archeologie
Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland
WOENSDAG 28 JANUARI 2015
centrum
De Grote Markt is altijd levendig.
Een nieuwe opgave uit
de collectie kaarten en
foto's van Hans Linden-
bergh. Onze vraag: waar
is deze foto genomen?
We zijn benieuwd naar
de locatie en lezen
graag anekdotes of ver
halen over deze plek.
Stuur uw oplossing naar:
redactie@pzc.nl of
Postbus 5046, 4380 KA
Vlissingen
Drie inzenders van goe
de antwoorden ontvan
gen een waardebon.
De winnaars zijn: Alida Kempers-Colijn uit
Vlissingen, M.L. Tres uit Aardenburg en
Nel Marinissen uit Middelburg