6l StruAAWAV zoneter of doel Eeem jduj de zee... dinsdag 4 december 2012 Maar je kan ook gericht Mop zoek gaan naar iets wat je alleen nog uit het boekje kent. Bijvoorbeeld een plant of dier dat gelieerd is aan een andere soort. Op luwe plekken waar klimop groeit speuren naar de klimopbij of onder oude beuken zoeken naar het beukendopgeweizwammetje. Deze manier van zoeken levert niet zelden spectaculaire resultaten op en vaak merk je dat soorten die als zeldzaam te boek staan in feite helemaal niet zo bijzonder zijn. Dat geldt ook voor de paddenstoeltjes waar we het dit keer over gaan hebben. Ze zijn gespecialiseerd op het parapluutjesmos en dat kan je in ieder geval overal vinden. Eerst maar even de gastheer, het parapluutjesmos dus. Dat behoort tot de levermossen. Dat wil zeggen dat de plantjes niet bestaan uit een klein stengeltje met minuscule blaadjes, zoals dat met bladmossen het geval is. Nee zo'n levermos heeft een thallus, een vaak wat onregelmatig gevormd, schijfvormig object, waaraan verschillende onderdelen te ontdekken zijn. In het geval van het parapluutjesmos is de vormenrijkdom wel heel groot; het kreeg zijn wetenschappelijke naam 'polymorpha' (=veelvormig) bepaald niet voor niets. Het thallus zit met hechtdraden verankerd in de bodem en het parapluutjesmos groeit vaak op wat verslempte, beschaduwde plaatsen, waar andere planten zich niet kunnen vestigen. Zelfs doodgespoten perkjes raken vaak overdekt met parapluutjesmos. De lobben van het thallus zitten vol met kleine gaatjes en dat zijn de huidmondjes van het parapluutjesmos. Bij nadere bestudering zie je op het thallus kleine schaaltjes met een gekartelde rand. In die schaaltjes liggen de zogenaamde broedkorrels. Dat zijn in feite stekjes van het parapluutjesmos. Zo'n schaaltje heet een broedbeker en vaak liggen er ongeveer vijf tot Als je op ontdekkingstocht gaat, de natuur in, zijn er ruwweg twee manieren waarop je te werk kunt gaan. Je kan op de bonnefooi op pad gaan en je laten verrassen door wat je min of meer toevallig voor de voet komt. Natuurlijk; als je spechten wilt zien ga je naar het bos en niet naar het strand. En voor een steenloper geldt het omgekeerde. Maar voor de rest heeft het beslist zijn charme om zo maar wat te struinen zonder plan of doel. tien broedkorrels in. Als in zo'n broedbeker een regendruppel neerkomt spatten de broedkorrels alle kanten uit en de korrels die gunstig terecht komen groeien uit tot een nieuw mosplantje. In feite wordt het parapluutjesmos op deze manier gestekt en dus is het een manier van ongeslachtelijke voortplanting. Maar het parapluutjesmos kent ook geslachtelijke voorplanting. Als je het thallus verder afzoekt vind je vroeg of laat een soort minuscule palmboompjes. Dat zijn de vrouwelijke organen van het mos. Aan de palmboompjes of parapluutjes hangen - met het blote oog onzichtbare - zakjes, waarin de sporen, zeg maar de zaden van het levermos, Parapluutjesmos I Meerdere malen, de afgelopen maand, maakte de weerman aan het eind van het acht uur journaal melding van schitterende I zonsopgangen. Uit de ve ren ging ik dus om zo'n spektakel mee te ma ken en ik had geluk! Nog voor er ook maar iets van onze energie - en lichtbron te ontwaren viel, verschenen de eerste kleuren in lila, gele en oranjerode tinten voorafgegaan door een bleek licht dat het nachtelijk donkerblauwe duister langzaam maar zeker verdrong. De dageraad manifesteerde zich! Scherp con trasterend met deze uitbundigheid lagen de dichtstbijzijnde, nog donkere, hoeven. Verderop in de polder vertoonden zich, in het diffuse licht, allengs de coulissen van boom groepen en een dorp. De akkers kleurden, onder een lichte nevel. Heel dichtbij blonken de nog versgeploegde voren. Zo'n morgen is eigenlijk onvergetelijk. Het beeld van de blinkende voren deed me trouwens denken aan het regelmatige patroon van golfslag waarmee ik teriig was bij het oorspronkelijke karakter van zovele Zeeuwse polders Eens was diteen hoog opgewassen schorgebied dat onder invloed van eb en vloed regelmatig werd overspoeld. Het is aan de ambitie van de ambachtsheren te danken dat we nu de vruch ten plukken van de zo vruchtbare akkers: Die ambitie stond echter in schril contrast met het hier geschetste romantische beeld. Er was maar één reden waarom de landeigenaren hun kapitaal staken in het ontginnen van de, rijp voor inpoldering, opgewassen schorren; winstbejag. Aan de daadwerkelijke verwezen lijking van hun activiteiten hebben zij nooit deelgenomen. Hiervoor maakten ze gebruik van de armoedzaaiers die uit noodzaak om te overleven gedwongen waren het zware dijkwerkersbestaan te ondergaan. Honderden ruggen hebben zich gekromd om onze polders uit de hier eens tekeer gaande zee te ontwor stelen. Die realiteit dwingt minstens zoveel bewondering af, zij het in andere zin, dan de aanblik van een zonsopgang. Adri Karman Levermostrechter t j e

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2012 | | pagina 38