k aan de droge kant van de dijk 5 Sailing Letters De bassins van Zeeland Aquacultuur in de Olzendepolder bij Yerseke. haalt Roem van Yerseke uit het ei gen broedhuis. Moederdieren uit de Oosterschelde produceren die onder kunstmatige omstandighe den. „We hebben met onze broed- jes al goede groeiresultaten ge boekt in ons broedhuis en de oes terputten in Yerseke", vertelt Geij- sen. „We hopen in de Olzendepol der weer een stap verder te zet ten." In de vijvers zijn al wat tapijt schelpen verzaaid. De 'grote mas sa' tapijtschelpen en kokkels volgt in het voorjaar. De nieuwe broed- jes worden nu opgekweekt in het broedhuis van Roem van Yerseke. Geijsen: „Ze kunnen de vijvers in, als het buiten rond de tien graden is." Prins Dingemanse focust het eerste jaar op de relatie tussen algen en diverse kweektechnieken. „We testen drie doelsoorten schelpdieren", legt De Vos uit. „De kweek van mosselen in de water kolom, in een vorm van hangcul- tuur. De kweek van oesters in mandjes, volgens de Franse metho de. En de kweek van kokkelachti- gen die zich ingraven in zand. Elk schelpdier vraagt een andere kweektechniek, om nog maar te zwijgen over de verschillende al- gensoorten als voeding." Of bin- nendijkse schelpdierkweek tech nisch en vooral commercieel haal baar kan worden, durven De Vos en Geijsen niet te voorspellen. Ge ijsen laat zijn boerenverstand spre ken. „Als je niets doet, kom je nooit meer te weten." dinsdag 8 december 2009 foto's Willem Mieras Het begint een mooie tradi tie te worden. Elk jaar als het leeslampje steeds eer der moet worden aangeklikt, komt er een verlate postbestelling. Eeuwen verlaat wel te verstaan, want de brieven werden al in de 17e en 18e eeuw geschreven. Een jaar geleden kwam het eerste Sailing Letters Journaal uit. Vorige week verscheen het tweede deel. De uitgave wordt gepubliceerd in het kader van het project Sailing Letters van de Koninklijke Biblio theek in Den Haag. Dat project heeft inmiddels wereldfaam ver worven. Het draait allemaal om een collectie van ruim 38.000 brie ven, die tussen 1600 en 1800 door Engelse kapers werden buitge maakt. Daarvan zijn er pakweg 16.000 particulier: van thuisblij vers aan hun zeevarende man, zoon of broer, van emigranten naar het Nederlandse thuisfront. Al die post werd op Nederlandse schepen vervoerd. Als zo'n schip tijdens één van de vele Engelse oorlogen door Engelse kapers werd opgebracht, dan kwamen al le scheepspapieren inclusief de aanwezige post bij het High Court in Londen terecht. Al dat materi aal ligt nog steeds opgeslagen in The National Archives. Het tweede deel van het Sailing Letters Journaal heeft als titel 'De smeekbede van een oude slavin en andere verhalen uit de West'. Daarmee is het thema van het boek aangegeven: et zijn brieven geselecteerd en toegelicht, die zijn verstuurd vanuit Suriname en de Caraïbische eilanden. Gezien de door Zeeland gedomi neerde West-Indische-Compagnie en de activiteiten in Suriname, mag het niet verrassen dat er nog al wat brieven opduiken van Zeeuwse auteurs. Zoals van Jan Sy- moensen de Buck in 1665, die in die tijd het bevel over Sint-Maar ten voerde. Tot nu toe was niet be kend wie daar namens Cornelis Lampsins uit Vlissingen de scep ter zwaaide. Verder is er aandacht voor I7e-eeuws Zeeuws dialect en liefdesbrieven van de Middelbur ger Cornelis de Somer. Bijzonder zijn ook de brieven van J.G. Cla- ver, in 1796 kapitein van het sla venschip het Vergenoegen: „Daar bij veele zieken onder het volk, 299 slaaven aan boort, alle mijn offeziers ziek..." Erik van der Doe Perry Moree en Dirk J. Tang (red.): Sailing Letters Journaal II - Walburg Pers, €19,95. Openbare verkoping van een moeder en haar kinderen, 1839. Illustratie uit Sailing Letters, journaal 2

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2009 | | pagina 75