\0k I Buiten was veel laweit en wij legden een kaartje De menselijke factor bij kabinetsformaties De ruiker met paarse bloemen die ex- informateur Tjeenk Willink afgelo pen maandag bij zijn opvolgers Van Aar- denne, Vis en De Vries liet bezorgen, was de eerste openbare uiting van frivoliteit tijdens de nog maar net begonnen kabi netsformatie van dit jaar. Lpze reportage MM1 ZATERDAG 21 MEI 1994 2 V Fragment uit een kabinetsformatie in de jaren twintig: formateur Ruijs de Beerenbrouck fietst op een middag kort na de verkiezingen door de Haagse Parkstraat, ziet een hem bekende politicus lopen, remt af en vraagt de voorbijganger of deze misschien minister zou willen worden in het nieuwe kabinet. De aangesprokene zegt ja en daarmee is de zaak geregeld. Tegenwoordig gaat het niet meer zo gemakkelijk. Het formeren van een nieuw kabinet is doorgaans een zware klus waarbij heel wat politici en tijdelijk ingehuurde oud-politici zich weken en soms maanden lang de blaren op de tong moeten praten. Allemaal mensen met verschillende karakters, inzichten en kundigheden. Maar dat juist maakt een kabinetsformatie zo kleurrijk en onvoorspelbaar. Het is dan ook lang niet altijd 'hogere politiek' wat de klok slaat. Vaak gaat het er heel onzakelijk toe. Zeg maar gewoon: menselijk. Ed Nijpels: een ijsje voor die heethoofden. Deze geste haalde het echter niet bij de grap die WD-fractieleider Ed Nijpels zich op 16 juni 1986 veroorloofde. Op weg naar de zware formatie-onderhandelingen met CDA-fractieleider Bert de Vries over het euthanasievraagstuk (onder leiding van informateur Jan de Koning) kocht Nijpels bij het ijskarretje op het Binnenhof drie bekertjes ijs. „Om die christen-democrati sche hoofden wat af te koelen", ginnegap te hij tegenover de hem omringende verte genwoordigers van de media. Hetzelfde zei hij even later toen hij in het gebouw van de Eerste Kamer z'n gesprekspart ners de ijsjes overhandigde. Informateur De Koning kon er wel om lachen, maar de stugge Groninger Bert de Vries had er geen waardering voor. Als een boer met kiespijn lepelde hij z'n bekertje leeg. Tot de jaren zeventig waren kabinetsfor maties altijd omhuld met een waas van geheimzinnigheid. Journalisten moesten vaak de grootste moeite doen om een tipje van de sluier opgelicht te krijgen. Maar na de verkiezingen van 1971 werd alles an ders toen KVP-senator Piet Steenkamp, tevens hoogleraar sociaal recht in Eindho ven, tot informateur werd benoemd. De immer opgeruimde prof viel al gauw op door zijn joyeuze omgang met de media. Hoogtepunt was zijn televisie-optreden in een reportage van Var a's Achter Het Nieuws. De kijkers zagen de vrolijk babbe lende Steenkamp in de tram zitten op weg naar zijn werkkamer aan het Binnenhof, ze zagen hoe hij z'n tas uitpakte, hoe hij de dagelijks door z'n echtgenote Constance gebakken cake voor z'n gasten klaar zette, hoe hij z'n dossiers ordende en vooral hoe hij tussen de middag een dutje deed: gele gen op een stretcher, waarbij hij de ogen tegen het daglicht bedekte met speciaal daarvoor bestemde kleppen die hij ooit aan een lange vliegreis had overgehou den. Fanmail Zo'n vriendelijke, ongedwongen informa teur had Nederland nog nóóit meege maakt. Het gevolg was dan ook dat de fan mail voor Steenkamp met postzakken te gelijk binnenstroomde; niet alleen kaar ten en brieven met opbeurende teksten en adviezen, maar ook cadeautjes in de vorm van Groninger koeken, Zeeuwse babbe laars, rumbonen, een pot gember en bon bons. Zelfs 's lands nationale moppen tapper Max Tailleur schreef Steenkamp een brief met de mededeling dat hij poli tiek nog nooit zo leuk had gevonden. Regelmatig ging Steenkamp tijdens zijn bijna zes weken durende arbeid bij konin gin Juliana langs om haar op de hoogte te stellen van zijn vorderingen. Vaak liepen deze ontmoetingen uit op urenlange ge sprekken. Zijn eindverslag aan de konin gin besloot de informateur dan ook met de mededeling: 'Hartelijk dank voor uw steun en medeleven'. Dat was schrikken voor de mensen van de rijksvoorlichtings dienst. 'Dat kunt u niet doen hoor. Die laatste zin moet u schrappen, want dat is nog nooit vertoond', kreeg Steenkamp te horen. Maar hij hield vol en de zin bleef staan. Het contact met de koningin is een van de vaste punten in het leven van informa teurs en formateurs. De gesprekken met Afgelopen week in de Tweede Kamer. De politieke hoofdrolspelers tellen de stemmen voor de verkiezingen v voorzitter. VInr: Frits Bolkestein, Wim Kok, Elco Brinkman en Hans van Mierlo. de nieuwe kamer foto ANP Dries van Agt bleef een dag mokken in het Catshuis. de koningin al een afspraak had geregeld voor de beëdiging van zijn ploeg, zat er toen niets anders op dan op zoek te gaan naar vervangers. Het duurde vervolgens nog drie weken eer het nieuwe kabinet op de trappen van paleis Soestijk stond. Van Agt Piet de Jong: „Ik heb net zoveel verstand van economie als een aap van een roes tige wekker." foto a rch ief PZC het staatshoofd verlopen overigens lang niet altijd in de sfeer van 'goed gedaan jo chie'.' Oud-premier Barend Biesheuvel kan daarover meepraten. Na de verkiezin gen van 1967 werd de toenmalige ARP- lijsttrekker en minister van landbouw te gen zijn zin benoemd tot formateur die een coalitie van confessionelen en libera len moest zien te smeden. Biesheuvel wist dat er nogal wat weer standen tegen hem waren, met name bij de WD, en dacht van het begin af aan: dat kan nooit wat worden. Tegen heug en meug begon hij aan z'n formatie-op- dracht, maar na vijf dagen hield hij het al voor gezien, ging naar paleis Soestijk en vertelde Juliana dat het onbegonnen werk was. De koningin was uitermate ver baasd. „Geeft u het nu al op? Dat is wel erg snel, mijnheer Biesheuvel. Daar neem ik geen genoegen mee", kreeg hij - kort sa mengevat - te horen. Het eind van het liedje was dat Biesheuvel de opdracht kreeg z'n huiswerk nog eens over te doen. De beteuterde formateur wilde zich tegen over de buitenwereld echter niet laten kennen en legde na terugkeer in Den Haag de verklaring af dat hij „onderweg naar Soestdijk op de gedachte was gekomen dat er misschien tóch nog wel wat moge lijkheden waren om verder te formeren." Insiders die beter wisten en hem zelfs vooraf hadden ontraden naar de koningin te gaan, hebben er nog dagen om gela chen. Lang duurde de hernieuwde poging van Barend echter ook niet. Toen hij er echt geen gat meer in zag benoemde het staatshoofd KVP-minister van defensie Piet de Jong tot formateur. Deze slaagde wèl. Barend Biesheuvel mocht het van de ko ningin niet zo snel opgeven. foto ANP derzeebootcommandant De Jong ook al een keer als kandidaat-premier in beeld geweest. Schmelzer, die 'voor straf zelf de door hem veroorzaakte brokken moest opruimen ('wie breekt, betaalt', heet het nu eenmaal aan het Binnenhof) deed als formateur een vergeefse poging een kabi net onder leiding van De Jong in elkaar te timmeren. Toen Schmelzer de nog zitten de minister van sociale zaken Gerard Veldkamp (KVP) polste of hij in zo'n kabi net zitting wilde nemen, riep deze uit: „Geen sprake van! Ik ben niet van plan onder die half-gekke schout bij nacht te gaan dienen!" Het duurde niet lang of Veldkamps hartekreet, die hij ook elders ventileerde, kwam zijn partijgenoot De Jong zelf ter ore. „Die kwalificatie valt me nog mee", reageerde De Jong met zijn be kende onderkoelde humor. „Ik ken ook mensen die me helemaal gek vinden. En bovendien ben ik slechts kapitein ter zee en geen schout bij nacht, helaas." Toen De Jong op 5 april 1967 alsnog pre mier werd, gaf hij op een persconferentie openlijk toe dat hij weinig kaas had gege ten van financiële en economische vraag stukken. Maai- de laconieke wijze waarop hij dat meedeelde bracht geen gefronste wenkbrauwen maar een luid schaterla chen teweeg: „Van economie heb ik net zo veel verstand als een aap van een roestige wekker," Veldkamp zat overigens niet in z'n kabinet. Poppetjes Kapitein Het jaar daarvóór, kort na de beruchte Nacht varl Schmelzer waarbij het kabinet- Cals ten val kwam, was de voormalige on- Na de oorlog is het een paar keer voorge komen dat er in de allerlaatste fase van een kabinetsformatie, op een moment dat alles in kannen en kruiken leek. toch nog iets misging. Het bekendste en meest schrijnende voorbeeld is natuurlijk die mislukte poging in 1977 om een tweede kabinet-Den Uyl te formeren. In deze Jan de Quay: ongehoord frivole uitlatin gen. foto ANP langste kabinetsformatie aller tijden stortte na zes maanden geploeter het moeizaam opgerichte bouwwerk in elkaar door een ruzie tussen PvdA en CDA over de 'poppetjes', Haags jargon voor de ministerskandida ten. Uiteindelijk kwam in een paar weken tijd het kabinet-Van AgtAViegel tot stand. Minder bekend is de zeperd die KVP-for- mateur Jan de Quay op 19 mei 1959 haalde met zijn kabinet-in-oprichting van KVP, ARP, CHU en VVD Hij had alles rond: het regeerprogram, de portefeuilleverdeling, de ministers en de staatssecretarissen. De tijd was dus rijp voor het zogeheten pre- constituerend beraad, zeg maar de 'ken nismakingsvergadering' van het aanko mende kabinet. Dat vond plaats in het Scheveningse Kurhaus. Het televisiejour naal van de toenmalige NTS was er zelfs bij om de bewindslieden-in-spe te filmen. Toen bijna iedereen binnen was. kwam De Quay weer naar buiten en zei tegen de journaalverslaggever: „Het wachten is nog op de vertegenwoordigers van de CHU. Ik vraag me af waar ze blijven. Ze zullen toch wel weten waar het Kurhaus Ls? Tja. dat weet je bij de CHU maar nooit." Ongehoord frivole uitlatingen van een politieke leidsman in een land dat ja renlang alleen maar stijve en formele lie den als Drees en Beel had meegemaakt, maar dit terzijde. Uiteindelijk waren het echter niet de CHU'ers die moeilijkheden veroorzaakten, maar twee gedoodverfde ARP-ministers: Bieuwenga. die voor landbouw stond genoteerd, en Hazen- bosch die sociale zaken onder z'n hoede zou nemen. Twee dagen na het beraad in het Kurhaus deelden deze antirevolutio nairen doodleuk aan De Quay mee dat ze bij nader inzien toch maar liever niet mee wilden doen. Ze vonden dat het kabinet in wording een onvoldoende ,,christelijk-so- ciaal gezicht" had. Voor De Quay, die met De record-kabinetsformatie van 1977 is hierboven al vermeld. Het was de formatie die vooral gekenmerkt werd door de ka raktertegenstellingen tussen CDA-leider Dries van Agt en zijn PvdA-opponent Joop den Uyl. Het was overigens niet de eerste keer dat dit tweetal met elkaar aan de onderhandelingstafel zat. Van Agt had immers als informateur meegeholpen aan de totstandkoming van het kabinet-den Uyl in 1973, waarin hij uiteindelijk zelf mi nister van justitie werd. Aanvankelijk leken de twee wel met el kaar overweg te kunnen, maar gaandeweg werd hun verhouding steeds stroever. In de formatie van '77 uitte zich dat onder meer in herhaaldelijk vluchtgedrag van Van Agt. Hij meldde zich een paar keer ziek, waardoor de onderhandelingen stil kwamen te liggen, trok er enkele malen tussenuit om op z'n racefiets een tocht te maken met een fietsclub van de rijkspoli tie en ging uiteindelijk een lang weekend naar de Tour de France, een uitstapje dat hij later als premier en ook tijdens de kabi netsformatie van 1981 tot een vast jaar lijks ritueel maakte. Startschot Bij laatstgenoemde formatie, die zou lei den tot het tweede kabinet-Van Agt, liet de wielrennende politicus tot woede van zijn mede-onderhandelaars Den Uyl en Terlouw (D66) bij een cruciale bespreking verstek gaan omdat hij het startschot moest lossen bij de wielerronde van Box meer. „Ach", verklaarde hij later, „ik had dat die mensen nou eenmaal beloofd. Dan kun je ze toch niet laten zitten?" Had Van Agt in 1977 nog de mogelijkheid om PvdA en D66 te laten vallen en de VVD als regeringspartner te kiezen (wat-ie uit eindelijk ook deed), in 1981 was die alter natieve route afgesneden omdat CDA en VVD samen geen meerderheid in de Twee de Kamer meer hadden. Den Uyl en Van Agt waren dus tot elkaar veroordeeld. Be grijpelijk dus dat Van Agt met nog groter Ijver dan ooit probeerde de zaken zoveel mogelijk naar zijn hand te zetten. Maar dat lukte niet altijd. Toen de onderhandelingen met PvdA en D66 vast waren gelopen, werd besloten koningin Beatrix te adviseren een infor mateur aan te stellen om het schip weer vlot te trekken. Van Agt had Steenkamp in z'n hoofd en dacht dat de koningin daar ook wel oren naar zou hebben. Maar Bea trix beschikte anders: zij benoemde niet de vertrouweling van Van Agt maar de 'linkse' CDA'er De Gaay Fortman sr die aan het Binnenhof in de wandeling 'Gaius' wordt genoemd. Van Agt was deze benoeming (die 's avonds laat plaats vond) echter ontgaan. Hij belde dan ook de volgende ochtend onwetend naar Steenkamp en zei: „Piet, houd je gereed. Ik denk dat je vandaag naar de koningin moet om informateur te worden." „Maar Dries!", riep Steenkamp aan de andere kant van de lijn uit, „heb je het nieuws dan nog niet gehoord? Gaius heeft de op dracht al gekregen!" Catshuis Van Agt was woedend door deze 'streek' die hem vanuit Huis ten Bosch was gele verd. Nukkig bleef hij die dag in het Cats huis zitten (waar hij de nacht ervoor had geslapen) en gaf zijn secretaresse op dracht dat hij voorlopig niet met De Gaay Fortman wilde praten. En zo geschiedde het dat de secretaresse elk telefoontje van Gaius trouwhartig beantwoordde met de mededeling: „Helaas, de heer Van Agt is op dit moment niet beschikbaar voor u." Na een paar keer bellen kreeg Gaius er ge noeg van. „Weet je wat?", zei hij 's middags tegen de toenmalige RVD- chef Gijs van der Wiel, „ik ga gewoon zelf naar het Catshuis en dan zie ik wel of ik eruit gegooid word." „Niet doen!", advi seerde Van der Wiel, die de getergde buien van Dries kende, „want ik geef je op een briefje: je wórdt er echt uit gegooid! En daar maak je de zaak alleen maar erger mee." Nog later op de dag vernam De Gaay bij toeval dat Van Agt van plan was hem een giftig ■•briefje te schrijven. Uiteindelijk heeft hij dat nog weten te voorkomen, want wat brieven-op-poten aan narigheid teweeg kunnen brengen was wel bewezen tijdens de kabinetsformatie van 1972/73 toen PvdA-formateur Burger met zijn bar se epistels regelmatig de christen-demo craten in de gordijnen joeg. Intussen moet Van Agt met weemoed hebben teruggedacht aan die laatste maanden van 1977 toen hij onder het PvdA-juk uit kon duiken en met WD- voorrpan Wiegel in conclaaf kon gaan. Hoe gemakkelijk die formatie (onder lei ding van informateur prof. Van der Grin ten) verliep, beschreef Van Agt een paar jaar later in en interview met Vrij Neder land: „En dan zaten we daar, de professor met z'n grote sigaar aan, en die zei: 'Heren, waar zullen we het vandaag eens over heb ben?' Door elkaar genomen hadden we steeds in anderhalf uur gedaan wat er die dag maar te doen viel. Buiten dromde de schare der journalisten met veel laweit en ongeduld, maar dan zaten wij soms al te kaarten. En dan gingen we om een uur of vijf met bekommerde gezichten de trap af en dan hoorde je het 's avonds gonzen dat er een buitengewoon moeilijke situatie was ingetreden en dat het helemaal niet zeker was dat de nieuwe coalitie tot stand zou komen." Dick van Rietschoten

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1994 | | pagina 31