Rob Marinissen, popfotograaf Antiek in Rotterdam h; 21 ZATERDAG 30 SEPTEMBER 1989 Goden Jan van Damme Betrekkelijk In 1988 werd hij uitgeroepen tot de music photographer of the year. Eind dit jaar zal hij zelf mee helpen bepalen, wie die titel van hem mag overnemen. De uit Middelburg afkomstige Rob Marinissen fotografeert popmuzikanten. The Nits met molentjes op hun rug, Peter Garrett met zijn hoofd in een kartonnen doos. Aantrekkelijke, begrijpelijke beelden, daar gaat het hem om. Een foto moet knallen. Herman Brood, het liefst met een dode ree in zijn armen, staat al lang op zijn verlanglijst. HW week-uit The Nits en de Dutch Mountains Rob Marinissen, foto J. C. van der Winkel Een foto moet knallen Als puber, zo'n tien jaar geleden, wist hij het zeker. Fotograaf, dat nooit! Zijn vader zat al in de branche. Dus wilde zoonlief alles, behalve fotografie. Hij lief hebberde wel wat op zijn eigen manier, maar meer zou het nooit worden. Inmiddels is Rob Marinissen 25 jaar. De cember 1988 werd hij op het Diamond Awards Festival in Antwerpen uitgeroe pen tot de 'music photographer of the year'. Het bloed kruipt... „Ik ben verslaafd geraakt aan de fotografie, het is mijn le ven." Over anderhalve maand zit Marinissen in de jury van het Antwerpse festival. In die stad zal zijn fotografie ook op een exposi tie te zien zijn. En de BRT zendt in novem ber een documentaire uit over zijn werk. De in Middelburg geboren fotograaf is be zig aan een bliksemcarrière. Nadat hij in 1982 toegelaten werd tot de School voor Fotografie in Den Haag, namen zijn toe komstplannen snel vaste vormen aan. In Middelburg maakte hij tot zijn achttiende als zanger-gitarist deel uit van de new-wa- ve band Booster. De belangstelling voor popmuziek en de keuze voor een loopbaan als professioneel fotograaf lieten zich combineren. Marinissen legde zich toe op de popfotografie. Tijdens stages bij stille ven-fotograaf Peter Ruting en popfoto graaf Kees Tabak ontwikkelde hij een ei gen stijl. Ook Willem Diepraam, die voor Vrij Nederland fotografeert, hielp hem op weg. In 1987 deed hij eindexamen op de Haagse school. De aankomend popfotograaf kreeg de Tirionprijs voor zijn afstudeer werk. Die onderscheiding was een goede aanzet voor de vestiging van een eigen fo tobureau in Amsterdam. Muziekkrant Oor toonde zich zeer gecharmeerd van zijn werk. De afgelopen jaren verzorgde hij meerdere covers voor het muziekblad: Robert Cray van Jon Bon Jovi, Joey Tem pest van Europe, Mark Hollis van Talk Talk en Peter Garrett van Midnight Oil. Ook de musici en hun platenmaatschap pijen wisten hem te vinden. Voor The Nits, Tröckener Kecks, Tambourine en Claw Boys Claw maakte hij platenhoezen. Het hoofd van Peter Garrett - kaal in een kartonnen doos - heeft vijf bij zeven meter de gevel van het Canon Image Center in Amsterdam gesierd. Een in het oog sprin- taald in een behoefte om iets te maken dat knalt." De fotografie als medium krijgt voorrang boven het plaatje van de artiest. Marinis sen: „Ik benader de musici als mensen, niet zozeer als artiesten. In eerste instan tie probeer ik gewoon een optimaal por tret te maken. Dat houdt in dat je uit mijn foto's niet zo gauw een muzikale stijl kunt aflezen. De fotografische overwegingen zijn voor mij zeker zo belangrijk als de vraag, welke muziek die man of vrouw maakt. Waarom ik dan popmusici foto grafeer, en geen - om maar een voorbeeld te geven - politici? Omdat ik wel affiniteit heb met de popwereld, en niet met de poli tiek." De aantrekkingskracht van de popscene laat zich voor Marinissen gemakkelijk on der woorden brengen. Glitter, kortstondi ge roem. „Die popmusici zijn goden, hè. Het is heel wat als een muzikant tien mi nuten vrij maakt voor een foto. Soms krijg je van de manager maar een halve minuut. Dat geeft extra spanning. De popwereld draait om macht, heldendom en status. Er staat iemand op het podium, die precies representeert wat velen willen zijn: een held. Die sfeer, de verheffing van de mens, dat spreekt mij erg aan. Ik kan het geen slechte zaak vinden dat de jeugd zich met helden identificeert. Zolang de jongeren het zich maar bewust zijn, is er niets aan de hand." Persoonlijk is de fotograaf niet van plan zich aan de snel opbloeiende en nog snel ler verblekende roem van de popmusici te spiegelen. „Ik werk in het belang van de fotografie. Als ik met mijn foto's succes heb, dan is dat leuk. Maar meer ook niet." Marinissen heeft onlangs een oriënterend bezoek aan Engeland gebracht. Hij houdt de lange termijn in het oog. Het aantal 'in teressante' bands is volgens hem aan de overkant van de Noordzee veel groter dan in Nederland. Bladen als Melody Maker en Sky Magazine zijn een uitdaging. „Ik ben me tamelijk bewust van de traditione le fotografie. Daarbinnen probeer ik mijn plaats te bepalen." gend visitekaartje. „De doos was een inge ving", zegt Marinissen. „Wil je op die ma nier op de foto, vroeg ik aan Garrett. Dat was geen probleem. Met die doos geef je het portret een verhaal mee, een symboli sche meerwaarde. Zo wil ik al heel lang Herman Brood met een dode ree in zijn ar men fotograferen. Waarom weet ik pok niet precies, het is een bepaalde associa tie." Music photographer. Voor Marinissen is het fotograferen van muziek, van muzi kanten, een betrekkelijk gegeven. Het maken van opnamen tijdens popconcer ten heeft niet zijn voorkeur, hij ziet dat meer als het kale ambacht. „Tijdens een optreden van een groep werk je met be perkte mogelijkheden, je kunt niet ingrij pen op het podium. Veel beweging en wei nig licht, dat zijn geen omstandigheden waarin je kunt maken wat je zou willen." Marinissen kiest uitdrukkelijk voor de geënsceneerde fotografie. „Je begint bij nul, van daaruit bouw je iets op. Wat ik maak is geen toeval, ik werk met een be paald beeld voor ogen. Het resultaat moet met dat beeld overeenstemmen." De foto van The Nits is een voorbeeld van die werkwijze. Vooraf maakte hij opnamen van molens. Met die op karton uitvergrote afbeeldingen zette hij de groepsleden tij dens een toernee in Oostenrijk in de ber gen neer. The Dutch Mountains, inder daad. De foto van dichter Bart Chabot op een fiets in de Noordzee is eveneens illu stratief voor de werkwijze van Marinissen. Het tafereel werd vastgelegd voor het VPRO-programma Fietsen door de jaren tachtig. Emotie is één van de kernwoorden voor de Middelburgse fotograaf. Een foto moet ge- styleerd zijn, maar tegelijkertijd moet er gevoel uit spreken. De eigen inkleuring, the personal touch, daar gaat het hem om. „Ik ga te werk vanuit mijn intuïtie. De werkelijkheid van de foto is plat. Dus denk ik plat, ik probeer geen overdreven diepte aan te geven. Fotografie is en blijft een communicatiemiddel. Dan heb je het over begrijpelijke, aantrekkelijke beel den. Bij mij wordt dat uitgangspunt ver- Fietsen door de jaren tachtig Peter Garrett van Midnight Oil Russische ikoon uit de zeventiende eeuw. De Moeder Gods van Kazan, beschermster van vrouw en moeder in het gezin. "et seizoen van de antiekbeurzen Lbreekt weer aan. Op 12 oktober be gint de befaamde Delftse beurs. Een dag daarna wordt een grote beurs in Amster dam geopend. Tot 3 oktober wordt in Rotterdam voor de vijftiende maal de Kunst- en Antiekbeurs gehouden. Kennelijk hebben de organisatoren van het laatstgenoemde evenement het moeilijk. Nadat jarenlang in De Doelen geëxposeerd werd, week men in 1988 in eens uit naar de Laurenskerk. Nu is men even plotseling weer terug in De Doelen. Wat de bezoeker ook opvalt is dat de di versificatie in het aanbod steeds meer te wensen overlaat. Munten en penningen - ze ontbreken deze keer in Rotterdam ge heel en al. Archeologie - men doet er op deze beurs helaas niet aan. Oosterse ta pijten - vergeet het maar. Afrikaanse of Zuidamerikaanse kunst - er wordt volle dig aan voorbijgegaan. Zeer voordehandliggende verzamelge bieden als juwelen en klokken hebben nog meer nadruk gekregen. Juist op deze Rotterdamse beurs durfde men het tot voor kort aan specialisten in ongewone sectoren aan te laten treden. Zo was en kele jaren terug Galerie Semar te gast - nota bene in Rotterdam gevestigd - die zich geheel toelegt op Indonesische kunst uit de 19de en 20ste eeuw. Wat men deze keer aan asiatica te bieden heeft, kan niet anders dan pover genoemd wor den. E. Pranger (stand 27) weet de zaak nog enigszins te redden met vooral een fraaie collectie Chinees porselein. Men zoekt echter vergeefs naar bijvoorbeeld een behoorlijk boeddhabeeld. In stand 28 toont B. Witte twee raadselachtige voorwerpen: misschienn gaat het om ge- luksstaven, afkomstig van Noord-Cele bes. Maar doel en herkomst van deze ƒ750,- kostende met veel slangen gedeco reerde bronzen staafjes blijven onzeker. Zulk antiek waar een verhaal aan vastzit is deze keer zeer schaars in Rotterdam. Mogelijk is dat nog tekenender voor de malaise dan het vrijwel ontbreken van topstukken. L'Argenterie Antique (stand 22) heeft weliswaar iets bijzonder fraais in huis. Het gaat om een zilveren tafelbel, in 1767 vervaardigd door de Haagse edelsmid Godert van IJsseldijk. De prijs is 14.500,-. De vormgeving is zo luchtig en speels dat de bel veel nieuwer lijkt dan hij in werkelijkheid is. Bijzon der aantrekkelijk is ook de in onberispe lijke staat verkerende Empiretafel met zes gondelstoelen van Driessen in stand 26. Een sector waarin tegenwoordig slechts met de grootste inspanning eer te beha len valt is de schilderkunst. Heel wat stands tonen schilderijen, maar niet één werk is het aanzien echt waard. Welis waar is aan grote namen geen gebrek - La Paix toont in stand 38 een schilderij 'Heiwerk bij het IJ' van Breitner, Impres sion Art Gallery biedt in stand 12 een doekje van Alfred Stevens aan (voor 28.000,-) en een naakt door Jacob Maris (prijs ƒ32.500), Overschie laat in sand 23 ook iets van Maris zien 3.900,-) maar men krijgt de indruk dat die namen er wel eens al te gretig op geplakt worden. 'Rotterdam' wil graag een beurs zijn met betaalbaar doch kwalitatief goed antiek. In enkele stands wordt dat beginsel waar gemaakt - ik noem de bezienswaardige stand 15 van Toth-Ikonen. Maar er wor den in dit opzicht toch ook weer veel kan sen gemist. Aan de geijkte topografische prenten en platen uit vogelboeken geen gebrek - maar een grafiekspecialist ont breekt. De deelnemende antiquairs zullen in de toekomst meer verrassingen moeten bie den. De organisatie zal moeten zorgen voor meer variatie. Het hoeft niet eens grote moeite te kosten om van deze beurs weer een belangwekkend evene ment te maken. 15de Kunst- en Antiekbeurs Rotterdam-De Doelen, ingang: Kruisplein - 28 september tot en met 2 oktober open: donderdag en vrijdag 11-22 uur zaterdag, zondag en maan dag van 11-18 uur.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1989 | | pagina 21