gaat tegenstaan AGERSLUST te vaak 'haas' kernwapen en evangelie pAG 15 DECEMBER 1979 PZC/zaterdagkrant 23 ineens is het volk van ons land volop bezig met de kernbewapening. Wat een herderlijk schrijven van de synode der Ned. Herv. Kerk uit 1962 niet heeft kunnen bereiken, evenmin als de waarschuwingen van andere kerken tegen de bewapeningswedloop, dat heeft de stemming van de vorige week In de Tweede Kamer der St3ten Generaal wél bereikt. Ineens blijken zeer velen met die kernbewapening bezig te zijn. Op zichzelf is dit natuurlijk een verheugend feit. Alleen is het mij nu te politiek geladen en te weinig komt nadien tot uiting de motieven die er bij de kerken hebben geleefd toen zij hun waarschuwingen uitspraken tegen de kernbewapening. Wanneer je zo de woordvoerders van diverse politieke partijen hoort, zien zij er winst in voor eigen partij en dan ga je onherroepelijk vragen stellen over de zuiverheid van hun motieven. Onze regering is in een moeilijk parket terechtgekomen en het is de vraag wat zij zal gaan doen. We schrijven dit voordat het Navo-bcraad in Brussel heeft plaats gevonden en vóórdat de regering een beslissing over haar standpunt heeft genomen. Maar het. zijn waarlijk niet alleen de kerken die een waarschuwende stem hebben laten horen. Na 1962, toen het eerste rapport over de kernbewape ning van de hervormde synode uit kwam. is van verschillende kanten ge zegd dat de kerken hier geen recht van spreken hebben omdat zij de zaak van de bewapening niet kunnen overzien. Dat is een zaak die aan de politici moet worden overgelaten, alsof deze wel in staat zijn dit geheel te overzien. Ook zij zijn afhankelijk van hun deskundigen Einstein heeft met anderen in 1939 er bij de Amerikaanse regering op aange drongen dat de atoombom ontwikkeld zou worden Dat geschiedde kort na dat de Tweede Wereldoorlog een feit was geworden. Na deze oorlog en na het gebruik van de atoombom sprak hij van 'de grote vergissing van mijn leven' en hij keerde zich tegen deze nieuwe wapens die een onvoorstelbaar vernietigende kracht hebben. Na Hiroshima en Nagasaki verklaarde Oppenheimer. de wetenschappelijke leider van het team dat deze atoom bommen had ontwikkeld, zich fel te gen de ontwikkeling van de waterstof bom en waarschuwde telkens weer te gen de enorme gevaren die verbonden waren aan de kemwapenwedloop ..Wij hebben voor de duivel gewerkt Zijn oproep was echter tevergeefs. Sa- charov, de vader van de Russische wa terstofbom. was de eerste in zijn land die een persoonlijk beroep op Chroestsjov deed om de proeven met. kernwapens te stoppen Hij werd uit gesloten van verder geheim onderzoek en is nu in zijn land de strijder voor mensenrechten De Amerikaanse presidenten Truman en Eisenhower hebben gepleit voor vermindering van deze allergruwelijk ste wapens, terwijl president Kennedy uitsprak: 'dat de risico's van ontwape ning verbleekten bij de risico's van een onbeperkte bewapeningswedloop' Wanneer we zulke getuigen horen, wie zal de kerken dan verwijten maken dat zij niet deskundig zijn wanneer zij luis teren naar hetgeen zulke bij uitstek stemmen uit de kerken deskundigen zeggen? En dat des te meer wanneer onze samenleving op aarde bedreigd wordt door tienduizen den van zulke bommen, die stuk voor stuk een veel en veel grotere vernieti gingskracht hebben dan die eerste bom welke op Hiroshima viel Het ljjkt mij goed om nu nog eens te wijzen op de 'handreiking' van de her vormde synode (waaruit de boven staande gegevens genomen zijn) 'voor een nieuw gesprek over het vraagstuk van de kernwapens' dat in de laatst gehouden synodale zitting voorlopig is aanvaard, met de bedoeling dat dit rapport over de kernbewapening in de gemeente zal worden besproken, op dat men vanuit het grondvlak van de kerk zijn mening daarover kenbaar zal maken eer dat in het komende jaar de synode haar definitief standpunt zal bepalen. Nogal eens kun je de kritiek horen dat een synode beslist en dat kerkeraden en gemeenteleden die be slissingen als kerkelijk maar hebben te aanvaardenook al zijn zij het er niet mee eens Dit verwijt kan nu in ieder geval niet worden gemaakt Ik hoor dat er hervormde kerkeraden zijn die dit. synodale rapport reeds terzijde hebben gelegd omdat het een zaak is van politici en zij er toch niet over kun nen oordelen Laat ik de hoop uitspreken dat zij zich in dezen alsnog bekeren, want ieder een heeft ermee te maken En het is waarlijk niet zomaar dat de synode met zulk een rapport komt. In ieder geval mag zij vragen en verwachten dat men er zich in de gemeenten mee bezig zal houden, ook al zou men. om welke reden dan ook. er tegen zijn dat zulk een 'handreiking' als een officieel standpunt van de hervormde kerk zou worden aanvaard Er kan een traag heid van het denken zijn die zelfs de moeite niet wil nemen zich te laten voorlichten over zaken waarmee men toch te maken heeft, terwijl men warm loopt voor kwesties welke in het niet vallen bij zaken die samenhangen met de steeds verder gaande bewapenings wedloop en die zich nu helemaal toe spitst op de kernbewapening. De vraag die achter heel dit rapport ligt is "wat kan daarop het antwoord zijn van de gemeente die de werkelijkheid van Gods Koninknik wil belijden'. Het is verder niet alleen de her vormde kerk die zich hiermee bezig houdt. Het modcramen van de genera le svnode der Gereformeerde Kerken heeft de vorige week een brief gebon den aan de voorzitter van de Tweede Kamer waarin men teruggri jpt op een uitspraak van zijn synode van een jaar geleden en waarin de verwach ting werd uitgesproken dat van hen. die willen onderhouden wat Jezus hun geboden heeft mag worden aan genomen 'dat zij in woord en daad hun overtuiging uitdragen dat de hui veringwekkende bewapeningswed loop niet tot vrede dient' En verder: 'Van alle christenen mag worden ver wacht dat zijstappen ondernemen die verder van de heilloze weg van de kernbewapening afvoeren en die ons allen dichter bij de weg en de waar heid van Jezus Christus brengen'. En dit schrijft het moderamen van een synode die vroeger zaken welke de po litiek raakten overliet aan de politici, omdat kerk en overheid ieder een ei gen verantwoordelijkheid hebben en de kerkelijke organen zich moeten be moeien met kerkelijke zaken. We kun nen in dit verband er ook aan herinne ren dat de Raad van Kerken m ons land zich eveneens in een heftig pro test tegen de wedloop ui kernwapens heeft uitgesproken Voorts is het Inter kerkelijk Vredesberaad (IKV) in dezen reeds lange tijd de mond van de mees te kerken die by deze Raad zijn aange sloten en die de laatste twee jaar als actieleus heeft gehad: Ban de bom, om te beginnen in Nederland. Het eerste hoofdstuk van het rapport over kernbewapening zoals de her vormde synode dat aan de gemeenten heeft voorgelegd is: 'politiek en pasto raat'. Alle vernietigingswapens vor men allereerst een politiek probleem. Wat moeten de kerken zich daarmee bezighouden? Dit kapittel gaat in te gen de gedachte dat kerk en politiek twee terreinen zijn naast elkaar. Ze grijpen in velerlei opzichten in elkaar. In ieder geval is er een terrein waarmee zij beide te maken hebben. En dan grijpt het rapport terug naar de jaren van de laatste wereldoorlog toen wij in aanraking kwamen met het nazidom. Toen is er een nieuw besef gekomen dat politiek en pastoraat niet te schei den zii n Toen is er door de kerk een les geleerd. 'En elke predikant en priester heeft m de oorlogsjaren kunnen erva ren dat er omstandigheden zijn waarin het pastoraat politiek relevant (van betekenis, gewichtig) moet zijn, wil het ook pastoraal relevant zijn' In die lijn is men in de hervormde kerk ook na de oorlog voortgegaan, ook toen het te gen onze eigen regering en zelfs tegen het algemene gevoelen van ons volk in ging (onafhankelijkheid van Indone sië. de kwestie Nieuw-Guinea) In die lijn lag ook het kemwapenrapport van 1962 waarin de synode van de her vormde kerk zich keerde tegen het ge bruik van kernwapens. En in diezelfde lijn gaat zij voort in het stuk dat dit jaar is uitgekomen, waarin het niet al leen gaat tegen het gebruiken van kernwapens, maar ook tegen het bezit daarvan 'Het kan verzoeken zijn van God als het vertrouwen op Hem niet samengaat met verzet tegen de godde loze machten'. De oudst kerkelijke be- Hjdenis is: Christus is Heer. Als aan deze belijdenis getornd wordt doordat onze knieen zich buigen voor andere machten, dient de kerk zich uit te spre ken'. Het gaat bij die kernwapens heel concreet om de bestemming die de He- re God aan zijn schepping beeft gege ven en daarom moet de kerk altijd weer kritisch staan tegenover alle machtsstrijddie altijd is een strijd om zelfhandhaving Wie iets meer wil weten over de wapen- ontwikkeling gedurende de laatste twintig jaar. kan terecht In het her vormde rapport en eveneens kunnen we iets lezen over de militaire strate gie Het zesde hoofdstuk draagt de ti tel Wie is de vijand?' Zijn dat de Rus sen? Dan wordt gevraagd of het niet mogelijk is dat de bewapening zelf de grootste bedreiging en daarmee vijand nummer één is' Na de Eerste Wereld oorlog hielden we ons bezig met de vraag van 'een rechtvaardige oorlog* en de mogelijkheid daartoe. Aan zo iets is tegenwoordig zelfs niet meer te denken wanneer het gaat om de kern wapens Daarover kunt u lezen in 'hoofdstuk zeven 'ethiek en kernwa pens'. En zo komt het hervormde rap port tot zijn 'neen tegen de waanzin' Ethiek is de vraag hoe wfj in ons leven moeten handelen en daarbij heeft de christelijke kerk te maken met bet christelijk geweten. De houding van de kerk jegens de overheid moet. natuurlijk ook ter spra ke komen. Naar bijbels getuigenis heeft de kerk door de eeuwen heen een hoge functie toegekend aan de over heid. Zij is Gods dienares en draagt het zwaard niet zomaar. In het rapport spitst de houding tegenover de over heid zich toe op de vraag of deze 'tot taak heeft de chaos te beteugelen, het kwaad te weren en de gerechtigheid te zoeken, met name voor wie rechteloos is' En zo kan het gebeuren dat de mo gelijkheid onder ogen moet worden ge zien'dat de kerk zich moet opstellen tegenover de eigen overheid in bepaal de zaken We hebben iets aangestipt uit het her vormde rapport over kernbewapening om nog eens extra de aandacht daarop te vestigen nu er zulk een politieke be roering is in ons land over deze zaak. We zouden wensen dat ieder die zich in dezer, druk maakt, als ook zij die het wel geloven, dit rapport lezen en rustig overdenken. Het geheel is kerkelijk ge houden en volop de moeite van het le zen waard h buits karakteristiek najaarslandschap: kale bomen, hopen bladeren op de grond en nevelslier- geitei erdereen volledige rust die alleen wordt verstoord door het geklapwiek van een vlucht g (]1 je mensenwereld lijkt ver weg, terwijl het is alsof de tijd stil staat. Dan, plotseling een glas! ad schot, gevolgd door ritselend struikgewas en verschrikt opvliegende vogels: de jager «schoten en doel getroffen. Met een haas op de rug verdwijnt de man in de nevel, een lil bos achterlatend. en het wild. onlosmakelijk jwbonden De man met beschikkend over dood en öf dierenwereld. Hij lijkt al- "n'i'Iimetajn bloedende bult en er mrZ m die protesteren tegen een ijZ Ie aanblik. Zo tegen de kerst ij ehter. wordt het wild met an- Weken. De belangstelling lekkere bout stijgt en menig rde*US--;r zich op 25 en 26 de" *Kidaan over de gevulde bulk Geprotesteerd wordt er op l'"Jwwt nauwelijks, de poulier **53 werk gedaan. Het boutje ■volgens velen gewoon bij. ïzondeS°rtenJa&er hoort het 5Chieten jrïoon bij. En als hij in diepe ntie gehurkt in de struiken 11 er helemaal niet aan een ge- jitukje vlees gedacht Dan zijn t de jager en het wild en de iodvrl»*efBlwinnen iwnt verschillende gebieden «nl-4 TIr.I r nnl. Ann naair. '.ton, Bnncie' lïjnaan wild Het is ook een voor vele wildsoorten, priders, bossages en duinen ^■^kent ook zo'n 1800 actieve ja- K dniet aangesloten bij de Ko- ijj {Nederlandse -Jagers Vereni- NJV). Tussen dat wild en die het plezier van de sport, an balans misschien wel la het voordeel van de jager, [leeft er plezier in op dieren te i Jagen is voor mij aanvaard en je weet dat je niet bezig fifcnuitte roeien", verklaart de rodele A D H Diepenhorst, voorma- inde Zeeuwse reewild-com- inent jager en burgemeester feraeente Domburg P.Remijnse. rayonassistent «rvanstaatsbosbeheer. ziet nis een noodzakelijk iets. Hij aan de gevallen waarin ie aanricht, bijvoorbeeld lij wiül V imiior van de regio Zeeland KXJV, W. J. van Tatenbovc, Jagen op wild ook meer als een Ju beheer. Hij wijst erop dat ihaus:! (Jeetief te werk gaan en nooit afschieten. Dat zou. volgens tin hun eigen nadeel zijn. In- - umelijk te veel wild wordt e*K «t bestaat de kans dat er te or deal lte' dal serie B: n de thetv jes, Cil .j"8"1 overblijven die voor il K0S.J fcnikomelingen zorgen. Dan «Ivoor de jager steeds min ium zou hij zichzelf in zijn kje '201 ■fcersplczier aantasten. VanTatenhove vestigt de aan- ibetslechte broedseizoen dat bet afgelopen voorjaar ge- Dit heeft onder meer tot In momenteel van een ma- wordt gesproken, wat het eft. Vanwege dat slechte «lishet advies aan de ver- Jigersverenigingen in Zee- Goeree-Overflakkee uitge- toch vooral selectief te jagen, fnde betrokkenen spreken d van een niet al te best jaar *dd Dit heeft verschillende allereerst was er de strenge took voor het wild flinke ge ld Vele dieren stierven name- ruld£:^?brek aan voedsel. Vervol- het natte vooijaar. hef. (waardoor een groot aan snel ooiJfcructs opleverde Dit had tot. uildefi h nogal wat diersoorten zich is een van de belangrijkste redenen van het verminderende aantal dieren Vooral honden en katten zijn wat dat betreft de boosdoeners", zegt de heer Van Dalsen. „De grote stroom toeristen komt ook precies op het moment dat er jonge dieren in het gebied rondlopen, wat een harmonische gang van zaken be slist niet in de hand werkt. Ook verwil derde katten en honden vormen een gevaar voor vooral de kleinere dieren in het wlldbestand'' Een diersoort die thans over het geheel genomen wel erg goed op Schouwen- Duiveland floreert, zijn de konijnen. In 1963 was 99,5 procent van het konij nenbestand uitgeroeid door de be ruchte konijnenziekte, myxomatose Momenteel is die terugval geheel weg gewerkt en is het konijnenbestand weer redelijk op peil. Wel speelt deze dieren de slechte winter nog parten. Opvallend voor de heer Van Dalsen is dat het aantal zieke konijnen op Schouwen-Duiveland ieder jaar min der wordt. ..Het lijkt wel alsof ze im muun worden voor de ziekte", vertelt hij. reewild Ook het aantal hout-en watersnippen op Schouwen-Duiveland neemt in het algemeen weer wat toe, blijkt uit de woorden van de voorzitter van de ree wild-commissie. Vanwege deze func tie heeft hij ook een goed beeld van het reewild in de provincie, een dier soort tjic het de laatste jaren goed blijkt ie kunnen vinden in Zeeland. Dat blijkt onder meer uit het aantal schadegevalien dat aan de gewassen Is ontstaan als gevolg van het ree wild. Ook worden er vaker dan vroe ger dieren door auto's doodgereden, weer een bewijs van een toenemend aantal herten en bokken. De heer Diepenhorst daarover: ..Voor al de bokken hebben ieder een eigen territorium. Als er nu in een bepaald gebied drie van die dieren zijn, terwijl cr maar plaats is voor twee, zal er één reebok uitgedreven worden. Zo'n dier gaat dan zwerven en zorgt voor een verspreiding van het reewild-bestand in de provincie.^ Tevens bestaat daar bij het gevaar dat het dier wordt dood gereden" De voorzitter van de jagersvereniging Noord-Beveland. de heer J. A. Remijn- se uit Kamperland, bevestigt dat ..Met name de weg dié loopt vanaf Kamperland tot aan Kats vergt de no dige slachtoffers onder het reewild" Over het algemeen is het reewild-be stand op Noord-Beveland. zo blijkt uit, zijn woorden, toch al niet zo geweldig Ook de fazanten doen het dit jaar niet. roer en dit najaar in kleinere 1 "eten zien. Op zich is dat lenend 'Het vreemd. Ieder jaar zit er een dri toe wisseling in het wildbe- '*at nu eenmaal afhankelijk poot aantal factoren, to van de provinciale ree- ffesie. de heer P M. van Dal - er^tede, is goed op de hoog- ge"»" Rand van zaken met betrek- ld en ï11ci op Schouwen-Duive- 15 >1 AmsienH wekt van een matig seizoen dat er dan ook voorzichtig op Schouwen-Duive- ■tó wat gejaagd, vooral op de boeren die schade van Wtot Verder wordt er dit [ijker een drijfjacht op ha- en, maar als het niet nodig In doen we het helemaal Nfci Van Dalsen is het over pen niet zo best gesteld met ■Schouwen-Duiveland. Het p gaat achteruitvindt hij ftonste oorzaak daarvan is die zich vooral in de West- iwen-Duiveland heeft "te Westhoek is ook rijk en duinen en er is vol hang voor het wild. In de PJaten is het aantal dieren fw dan ook flink toegeno- Pt net toerisme zich presen- |een terugloop in de wild- T De verstoring van de rust zo goed op dat eiland Het bazenbe stand is volgens de heer Remijnse nor maal. terwijl de konijnen wisselen in aantal Op sommige plaatsen zitten er volgens hem veel, en op andere weer geen Zijn naamgenoot van staatsbosbeheer onderstreept de geluiden over het wildbestand 1979 is een matig jaar Desondanks zijn er, verduidelijkt hij. wel enkele diersoorten die er - ook in vergelijking met voorgaande jaren - goed bijstaan. Zo noemt hij de hout duiven en de eenden. Daarnaast wijst hij eveneens op de nadelen die de die ren ondervinden van het toerisme in de Westhoek van Schouwen-Duive land en op de Schotsman-Ruiterplaat nabij Kamperland In Zeeuwsch- Vlaanderen zijn er volgens de heer Re mijnse nog wel plaatsen waar het wild goed gedijt. Ook de Poel ïnZuid-Beve- land is een goed gebied, vooral voor gevogelte met verstand In jagerskringen wordt van verschil lende zijden meegedeeld dat er in Zee land 'met verstand wordt gejaagd', zoals de heer Diepenhorst het uit drukt. De heer "Remijnse van staats bosbeheer sluit zich daarbij aan. Hij spreekt van een sportief gedrag van de jagers. Een woordvoerder van de rene schrier veldpolitie, een afdeling van de rijks politie, de heer J. Marinissen uit Hansweert, kan dat onderstrepen. Daarbij wijst hij op de stropers die er geheel andere methoden op na hou den Overigens ligt dat voor de heer Marinissen voorde hand: ..Een stroper heeft nu eenmaal geen tijd om op het wild te jagen Alles moet stiekem en vlug gebeuren. Als daarom een stroper een dier heeft geraakt, maar niet ge dood. dan heeft hij geen tijd om er nog eens achteraan te gaan. Hij heeft, al leen tijd om een dier op te halen als hij het gedood heeft". Volgens de heer Marinissen is er nog heel wat werk aan de winkel bij het bestrijden van de stropers. ..Wat wij zien is alleen het topje van de ijsberg zegt hij. Hij maakt ook duidelijk dat het stropen al voor de opening van het jachtseizoen, op 15 oktober, begint: ..Voor die opening is er volop wild waarop nog niet is gejaagd. Naarmate het seizoen vordert vermindert, het aantal dieren wat". Van een slachting onder de dieren kan in de maand december niet gesproken worden, al neemt het wild in die maand wel af. De heer Remijnse van het faunabeheer ..In die maand heb ben de boeren tijd om wat te doen aan het, wild dat schade aanricht Ook de 'eetgewoonten' in december spreken een woordje mee" Dat laatste is vol gens de heer Diepenhorst niet van doorslaggevende betekenis. ..De pou- liers gaan al op een vroeg tijdstip be ginnen met hei inkopen van hun voor raad Daar is in december geen grote invloed van te verwachten", stelt hij ..Ook een jager brengt", volgens hem. „geen schade aan het wild aan. Als dat. zo zou zijn. zou er schade aan het wild toegebracht worden, en zou het aantal spoedig verminderen" De heer Marinissen vindt dat de jacht inderdaad een goede functie heeft in de provincie Zeeland die vooral op de agrarische sector gericht is. Hij meent ook dat er sinds een aantal jaren een bepaalde bewustwording aan de gang is bij de jagers In die bewustwording komt volgens de heer Marinissen het belang van de natuurbescherming steeds meer voorop te staan. Ook de inspecteur voor Zuid-Holland en Zee land, van de vereniging tot, behoud van natuurmonumenten, drs F W. Prins, is niet tegen de jacht Hij ziet het jagen als een beheersmaatregel, die wordt uitgevoerd voor het nut van een levensgemeenschap In het geval van de jager, het nut van een bepaalde die- rengemeenschap. Hij besghouwt het jagen als nuttig, wanneer het gaat om schade aan gewassen of om schade aan natuurbeschermingsgebieden overblijven En de heer Diepenhorst: „Een jager heeft voor een bepaalde periode pacht betaald om in een gebied te mogen jagen. Als hij nu wil dat hij het jaar daarna weer in dat gehied kan jagen, moet hij niet al het wild afschieten. Dan moeten er ruim voldoende dieren overblijven om voor voortplanting te zorgen". De heer Diepenhorst jaagt zelf sinds zijn twaalfde jaar. Hij is ais het ware opgegroeid tussen het wild, namelijk op de Veluwe. Het jagen is voor hem een plezierig tijdverdrijf, een sport. „Het zat me waarschijnlijk al in bet bloed, je wordt namelijk geen jager, je bent het al. Je vindt ook ja gers in alle lagen van de bevolking, hoewel hier in Zeeland het accent wel ligt op de agrariërs", vertelt hij. De Domburgse burgemeester heeft geen moeite met het doden van een dier. Toch zal hij. net zoals iedere ja ger, trachten een dier geen pijn te doen. „Normaal gesproken schiet je een dier meteen dooddan lijdt het ook niet. Als een dier niet ineens gedood wordt, dan was het geen goed schot. Trouwens in een slachthuis gebeuren ook wel eens dingen waar de mensen zich graag voor willen verstoppen, om dat ze nu eenmaal zo graag rundvlees eten. Verder denk ik dat de mensen met een zogenaamde anti-jachtge- dachte ver van de natuur staan. De meeste mensen met die instelling wo nen in de randstad", aldus de heer Diepenhorst. Hij zet verder vraagte kens bij het vergif dat sommige agra riërs op hun land gebruiken: „Ik kan me best, voorstellen dat die mensen streven naar een zo hoog mogelijke op brengst. maar over de middelen waar mee dat gebeurt, verbaas ik me wel eens Er zijn vergiften bij die bijvoor beeld een haas van binnen helemaal wegvreten Dan lijdt zo'n dier meer dan van een goed gericht schot" genieten Het gevoel dat een geweer in de hand van een jager geeft, overheerst in ie der geval niet bij de heer Diepen horst: „Ik kan ook best van een mooi tafereel in de natuur gênieten. Als een stel ha zen aan het rammelen zijn. dan vind ik zoiets best mooi. Dan heb ik echt niet de neiging: 'die schiet ik dood'. Ik kan net zo goed genieten van het zien van een beest. Het gaat mij niet om het doden. Als een beest, ontvlucht en het zwemt over een sloot of een brede wa tergang, dan zie je het echt z'n best doen om weg te komen. Zelfs al zou ik het dan gemakkelijk kunnen raken, dan schiet ik daar niet op. Maar aan de andere kant schiet ik een haas waar ik op jaag zonder al te veel problemen dood. Als ik dan zo'n kip in een legbat terij zie en ik denk aan een haas die een vrij en goed leven heeft gehad, maar door een schot van een jager wordt ge dood. dan kan ik niet zeggen dat ik dat laatste zo verschrikkelijk vind. Het ja gen is gewoon een stukje faunabeheer, het oogsten van het overschot" Ondanks alles bestaat er tussen de ja ger en de prooi een speciale relatie De jager die zijn zinnen zet op zijn buit en het dier. dat als een koe die het bloed ruikt in een slachthuis, voelt dat er ge vaar dreigt. Zo'n relatie kan gevoelig worden Dat overkwam ook de jager Diepenhorst: ..Toen ik nog op de Velu we jaagde ontdekte ik eens een oude reebok. Ik heb verschillende malen ge probeerd het dier te vellen, maar steeds mislukte het. Twee jaar lang zat ik achter het dier aan Ik wist waar het zat en vermoedelijk wist ook de bok waar ik zat Na twee seizoenen lukte het me pas het dier te vellen. Je begint dan zo'n dier op een bepaalde manier te kennen en ik geloof dat het mij ook wel kende En dan net op een moment waarop je het helemaal niet verwacht zie je ineens kans het dier te doden Zo'n schot is dan een anti-climax, ze ker bij het reewild. Ik heb later het ge wei van de bok nog opgezet, als een herinnering Steeds als ik daar naar kijk denk ik weer aan die twee seizoe nen durende jacht tussen mezelf en die reebok, en aan het plezier dat ik daar aan heb beleefd". De heer Diepenhorst over het jagen tenslotte: .Je probeert het aantal ette ren terug te brengen tot datgene wat gezond pn sterk genoeg is om te hou den. En wat ik schietdat geef ik weg of eet ik zelf op. Ach,-als je te vaak haas op het menu hebt. gaatje dat ook te genstaan".

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1979 | | pagina 23