ANDERE AANPAK VAN DE BEJAARDENZORG „JE MOET VOOR DE BEJAARDEN HELEMAAL OPENSTAAN" „BEJAARDEN ACCEPTEREN GEMAKKELIJKER LICHAMELIJKE DAN SOCIALE PROBLEMEN" „VEEL BEJAARDEN KENNEN SYSTEEM VAN DIENSTVERLENING NOG NIET" extïA Mevr. Hulst; S. Aerts-de Roeck, Mevr. M. L. van de Vijver-Martens, Koewacht Mevr. F. M. den Hollander-Overdulven, Oostburg VrfOCNSOAG 3 APftH. Wi ZEEUWSCH-VLAANDEREN In het crm-beleid ten aanzien van de be jaardenzorg is een ommekeer gekomen. Was men er enkele jaren geleden nog groot voorstander van om bejaarden, nog voordat ze bijzonder hulpbehoef tig wer den, in dienstencentra onder te brengen; tegenwoordig wordt er juist naar ge streefd de bejaarden zo lang mogeiiik op hun eigen honk in een vertrouwde omge ving te laten. Vanuit crm wordt deze be nadering van de bejaardenzorg als volgt gestimuleerd: de tot voor kort besiaande personeelsstop voor het maatschappelijk dienstverleningswerk is ingetrokken Stichtingen die zich onder meer met be jaardenzorg bezighouden zoals de drie Zeeuws-Vlaamse organisaties voor maat schappelijke dienstverlening, respectieve lijk gezeteld in Terneuzen, Oostburg en Hulst, mogen zoveel part-timers ais nood zakelijk is aantrekken. Het liefst zouden deze stichtingen, die elk een deel van Zeeuwsch-Vlaanderer bestrijken, vaste krachten voor de dienst verlening aan bejaarden in dienst hebben. Maar dit is nu nog toekomstmuziek. De hoofdleidsters in Zeeuwsch-Vlaanderen zijn, doorsnee genomen, niet ontevreden over het aantal aanbiedingen dat ze var- getrouwde vrouwen krijgen om ais part timekracht de gelederen voor de bejaar denzorg te versterken. In Midden-Zeeuwsch-Vlaanderen werken sinds kort honderd helpsters op part-time basis mee. In het westen schommelt het bestand rond de 75. Oostelijk Zeeuwsch- Vlaanderen telt 35 helpsters. Mejuffrouw T. van Haren van de stichting voor maat schappelijke dienstverlening in Midden Zeeuwsch-Vlaanderen zegt: „Eigenlijk hebben we nooit tekort aan part-time helpsters. We krijgen doorlopend aanbie dingen". In het westen en oosten is dat heel anders gesteld. Mevrouw T- Paridaen van de stichting maatschappelijke dienst verlening in Oostburg geeft als verkla ring: „Veel mensen werken hier :n de re creatie. Daarom is het aanbod minder. Als er aanbiedingen zijn dan komer. die uit de nieuwbouwwijken waar veel nieu we mensen zijn komen wonen." Over d- toestand in oostelijk Zeeuwsch-Vlaande ren zegt mevrouw R. Uytdewilligen. „We kunnen altijd wel nieuwe helpsters ge bruiken. Teveel zijn er nooit". Over de reden waarom crm zo plotseling overstag is gegaan in de aanpak van de bejaardenzorg, denken de hoofdleidsters verschillend. Mevrouw Paridaen meent: ..Denkelijk heeft men geconstateerd dat de overstap naar een bejaardencentrum voor veel bejaarden te zwaar is". Mejuf frouw Van Haren beoordeelt de verander de erm-houding nuchter: „Ik denk eerder dat ze tot de ontdekking zijn gekomen dat het functioneren van dienstencentra te duur is". Unaniem zijn de hoodleidsters er van overtuigd dat de individuele vorm van bejaardenzorg ver boven elke andere vorm valt te prefereren. „De aanvragen hiervoor komen doorlopend. Het is als een sneeuwbaleffect. Maar toch zijn er nog altijd heel velen die schromen en de weg naar de dienstverlening niet weten cf durven te vinden". PAULUS MAARTEN SE Hulpverleensteimevrouw S. Aerts-de Roeck in Hulst Moeilijkheden moet je intuïtief aanvoelen" Hulpverleenster mevrouw M. L. van de Vijveu-Martens in Koewacht „Als je je jas uitdoet, weet je hoe het kompas staat" Foto PZC>. Hulpverleenster mevrouw F. Af. den Hollander-Orerdulven in Oostburg Je moet de bejaarden blijvend stimuleren om mee te helpen :n de huisho uding" Foto PZOi. HULST Mevrouw S. Aerts-de Roeck, getrouwd en woonachtig in Hulst, werkt in mei precies een jaar als bejaardenhulp in het rayon oos telijk Zeeuwsch-Vlaanderen. Haar 32 werkuren per week verdeelt zij over zes bejaardengezinnen. Zoals overal elders gaat ook mevrouw Aerts minimaal twee halve dagen in de week aan de slag in een bejaar denhuishouding. Zij vindt de dienst verlening aan bejaarden het fijnste werk dat ze tot nu toe gedaan heeft, „voorheen stond ik in een fabriek. Als ik had geweten dat dit werk me k> zou boeien dan had ik het al ja ren eerder daar moet je je zoveel mogelijk bij aan passen. In de dienstverlening doe je ook veel mensenkennis op, want je komt bij elke rang en stand van gewoon volk tot elite." Ook mevrouw Aerts streeft er naar om na verloop van tijd een diepgaande vertrouwensrelatie met de bejaarden op te bouwen. ..Meestal lukt dat wel. Dat slagen ligt grotendeels aan jezelf. Je moet voor de bejaarden op alle terreinen openstaan. Dan pas beginnen ze werkelijk over hun problemen te praten. Juist die problemen moet je kunnen aanvoelen om er iets aan te kunnen doen. Over het algemeen zijn de bejaarden ook wel geneigd om te praten want ze voelen het zelf ook als een belang aan." Bokkige bejaarden is mevrouw Aerts in haar korte loopbaan als bejaardenver zorgster ook al tegengekomen. .Je komt van alles tegen natuurlijk, maar de meeste bejaarden zijn vriendelijk en heel erg dankbaar." Van de fabriek stapte zij over in de bejaardenzorg, omdat zij een vriendin had die er ook voor werkte. „Die sprak heel erg enthousiast over dit werk. Ook al had ik geen ervaring, toch heb ik me toen maar aangemeld." Mevrouw Aerts heeft voor de bejaarden gekozen, omdat het in de eerste plaats haar 'ideaal' is en ten tweede zegt ze: „Voor gezinsverzorging moet je een speciale opleiding hebben en die heb ik niet." De grote afwisseling in de bejaardenzorg ervaart mevrouw Aerts als de aantrekkelijkste kant er van. „In een echt gezin gaat alles veel gereglementeer- der. Bij bejaarden tref je veel meer aan dat ieder zijn eigen methodes heeft en ZEEUWSCH-VLAANDEREN KOEWACHT Een vrouw die over loopt van energie en die dienstver lening aan bejaarden een genoegdoe ning voor haarzelf vindt, is mevrouw M. L. van de Vijver-Martens in Koe wacht. Vier jaar geleden stapte zij in haar woonplaats in de bejaarden zorg. Ze is weduwe en haar drie kin ieren zijn alle drie de deur uit. „Uit eigen beweging heb ik destijds con tact gezocht om me als bejaardenhulp aan te bieden. Ik wilde graag nog iets van mijn leven maken, alles was er per slot van rekening ineens uit weggevallen. En ik kon er ook nog wat centjes mee verdienen, maar dat staat voor mij niet op de eerste plaats want ik geniet net zoveel van de mensen als van mijn loonzakje aan het eind van de maand." „Ik heb voor de bejaarden gekozen omdat ze in mijn ogen een vergeten groep zijn. Dit weet ik omdat ik na de dood van mijn man mijn moeder twee jaar heb ver zorgd." Over het contact met bejaarden, dat naar de mening van mevrouw Van de Vijver versterkt naar mate je vaker bij hen komt en je vertrouwelijk tegenover hen opstelt, zegt zij: „Als ik mijn jas uitdoe dan weet ik al hoe het kompas bij een bejaarde staat. Heeft-ie een goeie of een slechte dag. Gelukkig heb ik zelf een erg goed humeur, dus kun je daar al een hoop van overdragen. Bejaarden ne men namelijk veel gemakkelijker hun lichamelijke dan hun sociale problemen aan. Als ze bijvoorbeeld narigheid met de kinderen of met de familie hebben, dan zijn ze daar erg van ondersteboven en wil len ze er graag over praten. Veel luisteren is daarom belangrijk in ons werk. Dat is niet altijd even gemakkelijk want soms in teresseren die zaken die ze aansnijden, me natuurlijk geen barst. In elk geval zal ik me nooit tot een commentaar laten verlei den, ik houd me er altijd buiten." Volgens mevrouw Van de Vijver ontstaat een goed contact tussen de bejaarden en de hulpverleenster als je je zo gewoon mogelijk voordoet en gedraagt en een be jaarde laat. merken dat hij of zij niets hoeft te verbergen. „Als je voor het eerst in zon gezin komt dan begin je met het huis grondig schoon te maken, maar na 'n paar weken al ontdek je vanzelf waar je hen het grootste plezier mee doet- Een vuil bed hoeven ze voor mij niet weg te steken. Zoiets zoek ik juist op want dat is helpen." Doen er zich op een gegeven moment bij bejaarden problemen voor die hen sterk hulpbehoevend maken, dan neemt een hulpverleenster niet zelden via de leidster contact op met de wijkverpleegster. „Met haar bespreek je de aanpak. We proberen de bejaarde zo lang mogelijk in zijn huisje te houden. Zit dat er in, dan de bejaarde er ook stellig laten wonen en is het de taak van de hulpverleenster zo goed en zo kwaad als het gaat die moeilijke tijd te overbrug gen", vertelt mevrouw Van de Vijver. Evenals veel andere hulpverleensters heeft zij een theoretische cursus over dienstver lening, uitgesmeerd over elf middagen, ge volgd. ,Dig cursus is voor ons werk heel interessant. Je krijgt er les van een ver pleegster, een dokter, een geestelijke, een .eider van een bejaardentehuis enzovoort. Voor je algemene informatie vond ik die cursus beslist erg nuttig en leerzaam", aldus mevrouw Van de Vijver. OOSTBURG Voor mevrouw F- M. den Hollander-Overdulven in Oost burg is dienstverlening aan bejaar den een stuk van haar leven. Ais jong meisje deed ze al grondige ervaring op in een bejaardentehuis. Momen teel werkt ze al vijf jaar voor de stichting in westelijk Zeeuwsch- Vlaanderen, omdat haar achterbuur vrouw toevallig een maatschappelijk werkster is-die zich met bejaarden zorg bezighoudt. „Ze had me al zo vaak gadegeslagen en op zekere dag vroeg ze aan me of ik wat voor dienstverlening aan bejaarden voel de. Na lang praten stemde mijn man er in ook in toe. Als je het graag wilt doen, ik zal je niet tegenhouden, zei-ie". Volgens mevrouw Den Hollander hebben bejaarden meer dan andere groepen men sen hulp nodig, omdat ze vaak sociaal in de kou staan. „Bejaarden zitten eigenlijk om de meeste hulp verlegen, omdat ze particuliere hulp meestal niet kunnen beta len. Jammer genoeg weten maar weinig bejaarden in Zeeuwsch-Vlaanderen iets van het dienstverleningssysteem af. Volgens mij wordt er nog te weinig gebruik van gemaakt. Toch wordt er regelmatig recla me voor gemaakt. Of ze de artikelen en de advertenties in de kranten niet volgen, ik weet het niet." Hetgeen mevrouw Den Hollander in dit werk boeit, is het mense lijke contact met de bejaarden. „Veel bejaarden hebben er behoefte aan om htm problemen met je door te praten, Juist diegenen die alleen wonen, voelen die behoefte het sterkst en daar moet je ctea ook rustig de tijd voor over hebben. Tegen hun familie spreken ze zien name lijk minder snel uit dan tegen een vreem- de. Natuurlijk zijn die problemen niet altijd door mij alleen op te lossen. Zeker niet als ze van financiële aard zijn. Onder ken je dit soort problemen dan r.eem je daarover contact op met je leidster en die zorgt dan wel voor de verdere afwikke ling." Naast alle sociale contact in dit werk dikwijls hard nodig. In sommige geenszins verwaarloosd worden. „Vooral bij bejaarden alleen, vooral mannen, is dit werk dikwijls hard ndoig. In sommige gezinnen moet je erg hard werken om de boel weer op zijn pootjes te krijgen," aldus mevrouw Den Hollander. Van de cursus over dienstverlening aan bejaarden heeft mevrouw Den Hollander veel opge stoken. „Er kwam onder meer een diëtiste, die over de beste voedingsmogelijkheden voor bejaarden sprak. Een dominee gaf een lezing over de geestelijke benadering van bejaarden. En je kreeg veel speciale lectuur over bejaardenzorg mee naar huis- In elk geval heb ik persoonlijk veel wen ken op die cursus gekregen v.-aar ik in de praktijk veel aan heb gehad."

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1974 | | pagina 25